mars

Video: reis over Mars

Naar Mars in je leunstoel? Deze spectaculaire video-animatie van ruimtevaartorganisatie ESA toont een vlucht over het Marsoppervlak. Neem een duik door de spectaculaire Valles Marineris, die de Grand Canyon verre in de schaduw stelt, of verken het bizarre landschap van Hebes Chasma. Deze terreinen zijn de gebieden waar ESA en andere ruimtevaartorganisaties onderzoek hebben verricht.

Loading…


De zonnepanelen wekken elektriciteit op om daarmee de fusie tot stand te brengen. Bron: Universiteit van Washington

Met een kernfusiemotor naar Mars

Ambitie kan een spinoff van de Universiteit van Washington in de Amerikaanse stad Seattle niet ontzegd worden. Het team wil een ‘onmogelijke’ uitdaging – een bemande reis naar Mars – volbrengen door middel van iets wat tot nu toe nog niemand gelukt is: gecontroleerde kernfusie. Hoe groot is de kans dat het team uit Seattle voor elkaar krijgt wat nog niemand is gelukt?

De zonnepanelen wekken elektriciteit op om daarmee de fusie tot stand te brengen. Bron: Universiteit van Washington
De zonnepanelen wekken elektriciteit op om daarmee de fusie tot stand te brengen. Bron: Universiteit van Washington

De uitdaging
De planeet in het zonnestelsel die de meest leefbare omstandigheden heeft voor mensen – als we de atmosfeer van Venus op 50 km hoogte even buiten beschouwing laten – is Mars. De daglengte op Mars is een half uur groter dan op aarde. Ook zijn de temperaturen op Mars weliswaar erg laag, maar met een bereik van +25 tot -180 graden Celsius niet onoverkomelijk laag. Dat maakt Mars, met misschien de polen van Mercurius, de aantrekkelijkste bestemming voor een bezoek door astronauten. Het voornaamste probleem is de enorme delta v, snelheidsverandering, die nodig is om Mars te bereiken. Hiervoor is veel brandstof nodig en ook brandstof kent een (hoge) massa, waardoor slechts 3% van een raket uit nuttige lading bestaat. Een enkele lancering kost hierdoor al tientallen miljarden. Een lagere delta v betekent een lange reistijd, wat gezondheidsproblemen voor astronauten zal opleveren.

Kernaandrijving
De energiedichtheid van nucleaire brandstoffen is zes ordes van grootte (rond de factor miljoen dus)  groter dan die van chemische brandstoffen. Hierdoor hoeft veel minder brandstof meegesleept te worden. Kernaandrijving is daarmee de meest effectieve methode om het zonnestelsel open te leggen. Overigens blijft reactiemassa nodig, omdat raketten zich voortbewegen door het uitstoten van gassen. Wel daalt de hoeveelheid benodigde reactiemassa drastisch, omdat de uitgestoten deeltjes bij kernreacties relativistische snelheden bereiken, waardoor een veel hogere impuls wordt opgewekt dan bij chemisch aangedreven raketten. Hiermee behoren reizen naar Mars die slechts enkele maanden duren tot de mogelijkheden.

Fusieraket
Op dit moment bestaan er geen kernfusiecentrales die netto energie opwekken. De allerbest presterende kernfusiecentrale, de Britse tokamak JET, bereikte in 1997 plm. 65% van de toegevoerde energie. Toch is het principe van kernfusie redelijk simpel: het met precies de goede energie laten botsen van lichte atoomkernen om ze samen te laten smelten tot zwaardere atomen. Omdat deze energie zeer nauw begrensd is en er al snel chaotische effecten optreden, is er zestig jaar na de eerste kernfusie-experimenten nog steeds geen werkende kernfusiecentrale.

MSNW LLC denkt in staat te zijn om dit probleem op te lossen. Het bedrijf, een spin-off van de universiteit van Washington, heeft een techniek ontwikkeld om fusiebrandstof samen te persen met behulp van imploderende metalen ringen. Binnen deze ringen wordt een plasma  van fusiebrandstof geschoten, die door het extreem samenpersen in een extreem sterk magnetisch veld, een voldoend hoge temperatuur en dichtheid bereikt voor kernfusie. Aldus de theorie, want hoewel alle deelcomponenten van het systeem getest zijn en uitstekend blijken te werken, is er nog steeds geen proof-of-concept proef uitgevoerd waarbij daadwerkelijk voortstuwing wordt opgewekt. Wel is al (subkritische) kernfusie tot stand gebracht.
De eerste proeven met het complete systeem zullen zomer 2013 plaatsvinden.

Bron
Universiteit van Washington

De mysterieuze 'bessen' die uit een rotswand steken. Bron: NASA

Mysterieuze ‘bosbessen’ aangetroffen op Mars

Ook na de landing van NASA’s rover Curiosity blijft voorganger Opportunity nog steeds actief. Na vele jaren actieve dienst ontdekte het wagentje recent nog iets zeer merkwaardigs. Een groep uitstekende rotsen bij de westelijke rand van de Endeavour-krater toonde een dichte groep bolletjes, zo groot als kleine knikkers, die experts voor raadsels stellen.

De mysterieuze 'bessen' die uit een rotswand steken. Bron: NASA
De mysterieuze 'bessen' die uit een rotswand steken. Bron: NASA

Martiaanse bosbessen?
De NASA-wetenschappers die de Opportunity begeleidden dachten eerst aan zogeheten  Martiaanse bosbessen. Deze ijzerrijke bollen, die al in 2004 op de landingsplaats van de rover werden ontdekt, werden vermoedelijk miljarde jaren geleden gevormd toen de Rode Planeet nog warm genoeg was om vloeibaar water op het oppervlak mogelijk te maken.

Op sommige plaatsen sijpelden mineralen mee met het water en hoopten zich op op toen het water verdampte, waarbij de harde overblijfselen achterbleven. Winderosie legde uiteindelijk de harde bolletjes bloot. Vergelijkbare bolletjes zijn bekend uit aardse woestijngebieden, zoals in zandsteen in het zuidwesten van de VS. Volgens sommige wetenschappers zouden deze wel eens sporen van microbieel leven op Mars kunnen bevatten. De bolletjes op aarde bevatten namelijk meer organische moleculen in de verharde buitenkant dan in de zachtere binnenkant. Dit zou ook wel eens op Mars het geval kunnen zijn, aldus sommige geologen.

Raadselachtige, onbekende soort
Nader onderzoek met de röntgenspectrometer van Opportunity leverde  echter een verrassing op. De bolletjes bleken iets heel anders te zijn dan de eerder aangetroffen ‘bosbessen’. Zo bevatten deze bolletjes van ongeveer 3 mm doorsnede veel minder ijzer. Ze liggen ook veel dichter bij elkaar dan de eerder aangetroffen bolletjes en zijn ook fragieler: bros aan de buitenkant en zacht aan de binnenkant. Deze ‘bosbessen’ verschillen van de eerder aangetroffen bolletjes op vier verschillende manieren: samenstelling, verspreiding, structuur en concentratie. Kortom: weer een nieuwe geologische puzzel die mogelijk een cruciale aanwijzing kan opleveren voor het bestaan van leven op Mars.

De ondertussen bejaarde Opportunity functioneert nog steeds prima en het team begeleidende NASA-onderzoekers zal de komende weken dan ook besteden aan verder onderzoek van dit raadselachtige fenomeen.

Bron:
NASA

Antieke docu: Mars and Beyond

Eind jaren vijftig was the sky nog the limit en heerste het vooruitgangsgeloof, althans in Amerika, nog onbeschaamd. Disneys bedrijf vervaardigde deze visionaire docu over hoe een Marsexpeditie zou -kunnen- verlopen. Hierbij baseerde hij zich op een megalomaan plan van nazi-raketteningenieur Werner von Braun.

Het Amerikaanse ruimtevaarttijdperk zou zijn hoogtepunt bereiken met de maanlanding in 1969. Helaas bleef het daarbij. Vietnam bombarderen met napalm was klaarblijkelijk belangrijker dan het openleggen van de kosmos.

Video: live beelden van de landing van Marsrover Curiosity

Het NASA-vluchtcentrum maakte zich nogal zorgen over de kans dat de meer dan duizend kilo zware Marsrover Curiosity zou verongelukken tijdens de landing. Deze angst dat meer dan 2,5 miljard dollar zou eindigen als troosteloos schroot op de roestbruine Martiaanse vlakte, was terecht: meer dan de helft van alle Marslandingen, denk bijvoorbeeld aan de Mars Express missie van ESA, eindigde in een mislukking. Gelukkig liep deze landing goed af. NASA heeft nu beelden vrijgegeven van de laatste seconden van de afdaling van de Curiosity.

Ondertussen zijn ook de eerste beelden van het oppervlak van Mars verstuurd door Curiosity, waaronder een 3D beeld. De Curiosity gaat nu gericht op zoek naar leven op Mars. De laatste jaren stapelden de aanwijzingen daarvoor zich namelijk steeds sterker op. Zo was de conclusie, dat de Viking experimenten geen leven aantoonden, vermoedelijk te voorbarig. Hopelijk zullen we in de komende jaren een definitief antwoord krijgen op de vraag, of ook Mars een planeet met leven is.

Video: zeven zenuwslopende minuten

Vijf augustus 2012 landt de Marsrover Curiosity op Mars. Tenminste: als alles goed gaat. De rode planeet is namelijk een bijzonder lastige plaats om te landen door de dunne atmosfeer. Deze astmosfeer, met een dichtheid van een procent van de aardse atmosfeer, is dicht genoeg om ruimtevaartingenieurs te dwingen er rekening mee te houden, d.w.z. eenvoudige Newtoniaanse natuurkunde werkt niet zonder meer, maar nauwelijks geschikt om af te remmen of te glijden. Al verschillende Marslanders, waaronder de Beagle van ESA, overleefden hun landing niet.

Niet voor niets heerst er bij het JPL van NASA nu hoogspanning. Zal de ingewikkelde landingstechniek werken? We weten het pas na 5 augustus.

Zo moet het eerste dorp op Mars er in 2025 uitzien. Bron: Mars One

Mars One: eerste mensen op Mars in 2023?

Mars One, de opvolger van de Nederlandse tak van The Mars Society, heeft gewerkt aan een plan om de eerste mensen op Mars te zetten. Anders dan in de meeste andere voorstellen, zullen de Marsreizigers nooit terugkeren op aarde. Toch is er aan vrijwilligers geen gebrek. En zelfs de doorgaans zeer sceptische Nobelprijswinnaar Gerardus ’t Hooft is om…

Zo moet het eerste dorp op Mars er in 2025 uitzien. Bron: Mars One
Zo moet het eerste dorp op Mars er in 2025 uitzien. Bron: Mars One

De volgende grote stap voor de mensheid
We schrijven 2023. In het decennium daarvoor zijn al meer  capsules op de dorre vlakten van Mars geland: één met een Marsrover aan boord, die een geschikte vestigingsplaats moest zoeken en vluchten die de eerste voorraden en robots afleveren. In de jaren daarna slepen de rovers de landingsvaartuigen naar de juiste plek. Sommige capsules fabriceren een adembare atmosfeer en winnen water uit het Martiaanse ijs diep onder de grond. Dan is het grote moment aangebroken. Vanaf de stoffige bodem van Mars zijn de vlammen van de landingsraketten van een nieuwe ruimtecapsule van buurplaneet Aarde door de ijle, witte kooldioxide-atmosfeer zichtbaar. Miljarden televsiekijkers kijken, met enkele minuten vertraging, toe hoe de eerste vier mensen, onwennig om zich heen kijkend, uit de capsule klauteren en historie schrijven.

Twee jaar later zullen de volgende vier hen gezelschap gaan houden en, live gevolgd door een miljoenenpubliek, met de eerste ploeg werken aan de eerste levensvatbare menselijke nederzetting op een buitenaards hemellichaam.

Hoe werkt het concept?
In grote lijnen wordt in het Mars One concept de eerste menselijke reis naar een andere planeet, samengevoegd met de eerste buitenaardse menselijke nederzetting. Dit is namelijk niet veel moeilijker (in veel opzichten zelfs gemakkelijker) dan een groep astronauten op Mars te laten landen en weer terug te laten keren op aarde. Lege, aan elkaar gekoppelde landingscapsules doen dienst als leefbare en stralingsdichte verblijven. Ook hoeven geen brandstof en voorraden voor de terugreis te worden meegesleept.

Ruimtereizen behoren, na banken “redden” en oorlogen voeren, tot de kostbaarste ondernemingen die we kennen. Alles is er dan ook op gericht de kosten te drukken waar dat kan (maar dan ook alleen daar). De initiatiefnemers zijn er zo in geslaagd, de kostprijs van deze expeditie beperkt te houden tot zes miljard Amerikaanse dollar (prijspeil mei 2012; ongeveer vijf miljard euro). Vergeleken met de oorlogen in Irak en Afghanistan ($ 1500 miljard), het ESM (€ 700 miljard) of zelfs maar, om even dicht bij huis te blijven, de redding van ABN Amro (€ 14 miljard), of het jaarlijkse budget voor defensie of ontwikkelingssamenwerking (ook elk € 5 mld, jaarlijks)  is dit niet erg veel.
Met dit doel vroegen de initiatiefnemers in het diepste geheim offertes op bij grote ruimtevaartbedrijven, waaronder Space X van Elon Musk, en vonden voor elk onderdeel van hun concept leveranciers.

Duurste realityshow ooit
Het plan moet budgetneutraal worden, door de uitzendrechten voor dit live event aan televisiestations te verkopen. Ook zullen betalende abonnees live streams kunnen ontvangen van elk moment tijdens het proces. Overal zullen camera’s worden gemonteerd die via een communicatiesatelliet in een baan om Mars betalende abonnees op de hoogte zullen houden. Een aantal ambasssadeurs, waaronder ’t Hooft en Paul Römer, de man achter de Big Brother shows, zal het team hierbij assisteren. Of het zal lukken? De Amerikaanse TV-gigant NBC betaalde 3,5 miljard voor de uitzendrechten van vijf Olympische Spelen, alleen binnen de Verenigde Staten. Haalbaar is het dus op zich wel, al zal het er om spannen. Ook valt het hele plan in het water als bijvoorbeeld China de initiatiefnemers te snel af is. Maar dan nog. Welke echte visionair laat zich door dit soort bezwaren weerhouden?

Lees ook
Enkele reis Mars
Mars, de volgende stap voor de mensheid?

Bron
Mars One

Drie van de vier experimenten waarmee de Viking landers op Mars naar leven zochten. Aangepast van (3)

99% zeker: toch leven op Mars

In 1976 landden de Viking 1 en Viking 2 op Mars, die biologische experimenten uitvoerden. Uit nieuwe analyses blijkt dat veel te vroeg is geconcludeerd dat er geen leven op Mars voorkomt. Integendeel zelfs, door de ontdekking van perchloride door de Marslander Phoenix weten we nu dat de uitkomsten van de proef het gemakkelijkst zijn te verklaren door aan te nemen dat levende organismen aanwezig waren.

1976. Twee buitenwereldse landingsvoertuigen maken een zachte landing op het dorre, stenige, door huilende stofstormen geteisterde dofrode oppervlak van Mars. Het zwakke zonnetje beschijnt de Viking 1 en 2, terwijl ze in het oppervlaktezand bodemmonsters verzamelen en dit onderwerpen aan een viertal chemische tests. Het doel: de vraag beantwoorden die de mensheid al bezig houdt sinds H.G. Wells’ War of the Worlds: is er leven op Mars?

De vier Viking-experimenten
De Vikings voerden een viertal experimenten uit.

Drie van de vier experimenten waarmee de Viking landers op Mars naar leven zochten. Aangepast van (3)
Drie van de vier experimenten waarmee de Viking landers op Mars naar leven zochten. Aangepast van (3)

In het eerste experiment, Gas Chromatograph — Mass Spectrometer (GCMS), werd de Marsbodem verhit en werden de ontstane gassen door een voor die tijd zeer gevoelige gaschromatograaf, een toestel waarmee chemicaliën zijn te detecteren, geleid. Deze gaschromatograaf, gecombineerd met een massaspectrometer, kon chemicaliën met een concentratie van minder dan 1 ppb (deel per miljard) aantonen. De resultaten waren weinig hoopgevend. Geen spoor van koolwaterstoffen of andere indicatoren van organisch leven. Naar bleek, bevatte de bodem minder koolstof dan zelfs de maanbodem die door de Apollo astronauten mee werd teruggebracht. Alleen werden kleine hoeveelheden chloormethaan en dichloormethaan aangetroffen. Overblijfselen van de ontsmettingsprocedure op aarde, concludeerden wetenschappers.

In het tweede experiment, GEX (Gas EXchange), werd getest of gassen werden opgenomen of afgegeven door micro-organismen in de bodem. Hierbij werd eerst de Martiaanse atmosfeer vervangen door het chemisch inerte helium en werden de bodemmonsters voorzien van voedingsstoffen en water. Ze werden blootgesteld aan de gassen zuurstof, CO2, stikstof, waterstof en methaan en getest werd of de concentraties van deze gassen veranderden. Het resultaat was negatief: zowel de onbehandelde als de gesteriliseerde bodemmonsters stootten zuurstof uit.

In het derde experiment, LR (Labeled Release), werden Martiaanse bodemmonsters geïnjecteerd met een dunne oplossing, waarin enkele door Milton en Urey ontdekte ‘spontaan ontstane’ organische stoffen aanwezig waren. In deze stoffen was de gangbare koolstofisotoop koolstof-12 vervangen door atomen van de radioactieve koolstofisotoop koolstof-14. De Vikings maten inderdaad radioactief kooldioxide in het gas boven het monster. Klaarblijkelijk converteerde iets de radioactieve stoffen in het bodemmonster in kooldioxide. Leven? Inderdaad vond het proces niet plaats als het bodemmonster voor het experiment tot 160 graden was verhit. Grote opwinding onder exobiologen. Toen de injecties een week later werden herhaald, werd er echter geen radioactief kooldioxide meer afgegeven.

In het vierde en laatste experiment, PR (Pyrolytic Release), werden Martiaanse bodemmonsters blootgesteld aan Martiaanse omstandigheden, alleen werd ook hier de Martiaanse koolmonoxide en  kooldioxide vervangen door CO en CO2 met C-14. Na vijf dagen blootgesteld te zijn geweest aan een xenonlamp (om zonlicht op Mars te simuleren) en de kunstmatige Martiaanse atmosfeer, werd ook hier het radioactieve gasmengsel verwijderd. Vervolgens werd het bodemmonster verhit om eventueel gevormde radioactieve gassen vast te stellen. Inderdaad kwamen radioactieve gassen vrij. Klaarblijkelijk had de bodem koolstofoxides opgenomen en in een vaste koolstofverbinding omgezet.

Valse negatieve uitslag
Volgens mainstream wetenschappers zijn de uitslagen van alle vier experimenten te verklaren door anorganische processen. Ondertussen is er nog een Marslander op Mars geland, de Phoenix. Deze ontdekte dat er in de bodem van Mars enorme hoeveelheden perchloraten (ClO4) voorkomen. Dit zijn de zouten van het sterkst bekende zuur, perchloorzuur (HClO4).

Complex gedrag wijst op leven
Sinds 1976 zijn er de nodige ontwikkelingen geweest in complexiteitstheorie en Miller paste deze nieuwe technieken toe op de dataset van het LR-experiment van 1976. Samengevat: het gedrag van de Martiaanse bodemmonsters bleek veel ingewikkelder dan waar een dood materiaal toe in staat is. Miller vond in de bodemmonsters naarmate de sols (Marsdagen) verstreken, een evolutie naar dood materiaal. Er bleek een duidelijk sol-ritme in het metabolische gedrag te zitten, dat extreem gevoelig bleek voor kleine temperatuursverschillen. Na ongeveer zeven sols daalde de complexiteit van de niet-gesteriliseerde samples tot die van de gesteriliseerde samples.

Het gedrag van de gesteriliseerde Martiaanse bodemmonsters kwam overeen met dat van ‘dode’ aardse samples, terwijl de niet-gesteriliseerde Martiaanse bodemmonmsters qua complexiteitseigenschappen duidelijk clusterden met de levende aardse samples. Kortom: hoewel de Martiaanse biochemie vermoedelijk behoorlijk verschilt van de aardse, moet er met grote zekerheid iets in de bodemmonsters hebben gezeten dat levend is. De behandeling met grote hoeveelheden, weinig zout, water was mogelijk zo sterk afwijkend van de situatie op Mars dat deze levensvormen na enkele sols alsnog het loodje legden. Wat ook weer goed nieuws is qua besmettingsgevaar: klaarblijkelijk hoeven we ons niet al te veel zorgen te maken over Martiaanse micro-organismen die dood en verderf zaaien op aarde.

Persoonlijk vind ik het artikel behoorlijk overtuigend en is voor mij vrijwel uitgemaakt dat er een vorm van leven op het oppervlak van Mars moet bestaan. Gelukkig is de redactie van International Journal of Aeronautical and Space Sciences zo vriendelijk geweest, zoals de ware wetenschappelijke ethiek voorschrijft, dit baanbrekende artikel kostenloos aan de internationale gemeenschap ter beschikking te stellen, zie (1) in de bronnenlijst.

Bronnen
1. Joseph D. Miller et al., Complexity Analysis of the Viking Labeled Release Experiments, Int’l J. of Aeronautical & Space Sci. 13(1), 14–26 (2012), DOI:10.5139/IJASS.2012.13.1.14
2. New Research at Keck School of Medicine of USC Supports Idea of Life on Mars, Keck PR bureau, 2012
3. Life on Mars, Malin Space Science Systems

Video: hoe land je op Mars?

Van alle ruimtevaartorganisaties is NASA er tot nu toe het beste in geslaagd om instrumenten heelhuids op Mars te laten landen. In deze korte NASA-video worden niet alle keukengeheimen van het landen op Mars uit de doeken gedaan, maar er zitten toch een aantal interessante elementen in.

Het landen op Mars is extra lastig omdat de planeet over een dunne atmosfeer beschikt. Zonder atmosfeer kunnen ruimtevaartuigen de eenvoudige Newtoniaanse fysica van de middelbare school gebruiken. Daarom was de maanlanding technisch gezien ook niet moeilijk. In een dichte, aardachtige atmosfeer kunnen ruimtevaartuigen langzaam afremmen en landen, zoals op aarde (waar al heel wat technische ontwerpervaring mee is, onder andere dankzij de Space Shuttle). Een dunne atmosfeer zoals die op Mars, 1% van die van de aarde, levert darentegen veel technische uitdagingen op.

India's nieuwste lanceerraket, GSLV_MkIII, moet zelfs de zwaarste satellieten van meer dan 5000 kg de lucht in kunnen krijgen.

Indiërs op weg naar Mars

Dat Indiërs erg handig zijn in informatietechnologie, is bekend. Minder bekend is dat het Indiase ruimtevaartprogramma met een klein budget van ongeveer een miljard dollar, een aantal indrukwekkende prestaties heeft neergezet. De Indiërs hebben nu hun zinnen gezet op een robotexpeditie naar Mars.

Indiërs als ruimtevaarders
Wie India wel eens heeft bezocht, weet dat het land wordt bewoond door een licht neurotisch, intellectueel ingesteld volk met een uitgesproken voorliefde (en talent) voor het laten  functioneren van zeer ingewikkelde systemen. Geen wonder dat computers voor Indiërs gemaakt lijken en IT-centra als Bangalore en Pune groeien als kool. Deze eigenschappen van Indiërs – waaronder het vermogen het ego opzij te zetten voor een hoger doel – maken dat het land ook op het gebied van ruimtevaart – waar zelfs kleine fouten dodelijk kunnen uitpakken – zijn mannetje staat.

India's nieuwste lanceerraket, GSLV_MkIII, moet zelfs de zwaarste satellieten van meer dan 5000 kg de lucht in kunnen krijgen.
India's nieuwste lanceerraket, GSLV_MkIII, moet zelfs de zwaarste satellieten van meer dan 5000 kg de lucht in kunnen krijgen.

Zestien maart 2012 kondigde India een ambitieus plan aan: het sturen van een ruimtesonde naar Mars, die uiteindelijk als satelliet om de rode planeet heen zal draaien. Hoewel het Indiase voorstel niet uitblinkt van nieuwheid, is de organisatievorm opmerkelijk effectief, zeker vergeleken met die van verkalkte ruimtevaartorganisaties als NASA of ESA.

ISRO, Indian Space Research Organization, dateert al van 1969, nog in de tijd dat socialistische idealen in India de boventoon voerden en hongersnoden geregeld voorkwamen. ISRO had dan ook een duidelijk aarde-gericht mandaat. Dr. Vikram Sarabhai, een van de drijvende krachten achter de eerste jaren van ISRO, had dit te zeggen op critici die ruimtevaart verspilling voor het arme land vonden:

“Er zijn sommigen die zich afvragen hoe relevant ruimtectiviteiten zijn voor een ontwikkelingsland. Voor ons is er geen tegenstrijdigheid. We koesteren geen illusies dat we kunnen concurrreren met technisch geavanceerde landen wat betreft het verkennen van de maan, de planeten of bemande ruimtevaart. Wel zijn we ervan overtuigd dat als we een betekenisvolle rol spelen, zowel nationaal als internationaal, we voor niemand onder moeten doen in het toepassen van geavanceerde technieken om de werkelijke problemen van mens en maatschappij op te lossen.”

Missie naar Mars vervroegd
Vier decennia na deze opmerkelijke uitspraak, maken Sarabhai’s opvolgers zijn boude woorden waar. India is nu actief op de frontlinie van maan- en interplanetair onderzoek. Waar de regering-Obama de interplanetaire missies van NASA vrijwel de nek om heeft gedraaid en uitstel de regel is, wordt de Mars-verkenner van India nu veel vroeger gelanceerd dan oorspronkelijk gepland. Oorspronkelijk zou de missie rond 2020 gelanceerd worden, maar een recente inbreng van 24 miljoen dollar heeft het mogelijk gemaakt de lanceerdatum te vervroegen naar november 2013.

Ingenieurs die werken aan de ruimtevaartprogramma’s van NASA en ESA zijn verbijsterd. In de VS en Europa vindt er een voortdurende wedijver plaats tussen onderzoekers, die hun instrument aan boord willen smokkelen aan boord van een missie met een budget. In de praktijk betekent dit altijd dat er meer instrumenten zijn dan plaatsen aan boord en dat een instrument vaak op het allerlaatste moment aangepast moet worden om aan boord te functioneren.  Geen wonder dat missies veel te duur worden en steeds worden uitgesteld. ISRO pakt het slimmer aan. Door de vervroegde lanceerdatum maken wetenschappers nu een selectie van de meest veelbelovende instrumenten en jagen ze snel door de laatste stadia van ontwikkeling. Twee maanden eerder waren Indiase wetenschappers nog aan het  brainstorming over de lading. Volgens de meest recente berichten bestaat deze uit: een infraroodspectrometer, een thermische emissie spectrometer, een kleurgevoelige camera, een stralings-spectrometer, het Plasma en Current Experiment, de Mars Exospheric Neutral Composition Analyzer en de Methane Sensor for Mars. In de komende achttien maanden moeten deze instrumenten worden geminiaturiseerd, op praktische werking worden getest en onderworpen aan strenge tests om hun geschiktheid voor de extreme omstandigheden in de ruimte te toetsen. Ook moeten de sensoren microbevrij worden gemaakt om besmetting van Mars door aardse bacteriën te voorkomen.

Methaanpluim
De methaandetector kan mogelijk NASA de loef afsteken. In 2009 ontdekte Dr. Michael Mumma met zijn telescoop aanwijzingen voor enorme methaanpluimen op Mars. Geologisch gezien is Mars niet echt actief meer, de reden dat veel onderzoekers denken dat deze pluimen mogelijk afkomstig zijn van bacteriën. NASA wil graag een missie sturen om de methaangehaltes nauwkeuriger te meten, maar India zou de organisatie wel eens voor kunnen zijn.

Robotstrategie van India
In tegenstelling tot noorderbuur China lijkt India zich toe te leggen op wetenschappelijk georiënteerde robotische missies. Mensen de ruimte in brengen is buitengewoon lastig. Naast de persoon zelf moeten er honderden kilogrammen life support apparatuur en voorraden mee. Ook kunnen mensen geen extreme g-krachten aan tijdens de vlucht. Robotmissies kennen deze nadelen niet en zijn daarom eenvoudiger uit te voeren. ISRO koestert plannen voor een bemande ruimtevlucht, maar geeft nu de voorkeur aan robotmissies. Dit brengt Dr. Sarabhai’s droom stukken dichterbij. En uiteraard kan ook met behulp van geavanceerde robots en door Indiase programmeurs geschreven kunstmatige intelligentiesoftware een levensvatbare ruimtemijn worden opgezet. Wat dat betreft is de keuze voor Mars voor India logisch. Het dichtbevolkte, grondstofarme land doet zo ervaring op met reizen naar de omgeving van de planetoïdengordel en kan zo in de toekomst meedoen aan ruimtemijnbouwoperaties in de vetste kluif van het zonnestelsel.

Meer informatie
ISRO