couw

*1933 doctoraal Ned. Taal % Letterkunde 15 jaar leraar Nederlands (gymn./ath.) sinds 1980 full time realistisch-portrettekenaar op markten en feesten vanaf 1993 bezig met het project van een nieuw Groot Verhaal voor onze verhaalloos geworden westerse samenleving, als alternatief voor het achterlijke Adam-en-Eva-verhaal dat nog steeds in zwang blijft zolang de vrije wereld geen alternatief in de aanbieding heeft

De bolvormige sterhoop Messier 80. De centrale zwarte gaten in deze bolvormige sterhopen hebben een voorspelde massa van rond de 30 zonsmassa's.

Idee voor een nieuw Groot Verhaal

Recentelijk verscheen het boek “Waardenloos”, vert. van “Banking on Ethics”, van de voorzitter van de raad van toezicht van de Autoriteit Financiële Markten George Moller. Hierin toont hij aan dat de bankencrisis een gevolg is van het ‘verdampen’ van het ethisch besef bij de bankiers. “De bankwereld is verworden tot een sector waar je alles mag doen [bijv. het verkopen van misleidende woekerpolissen] zolang er geen regel is die dat verbiedt [zodat je er op gepakt kunt worden].”
Het is veelzeggend dat de noodkreet nu ook opstijgt uit de bankwereld zelf. Maar die begon al op te klinken in de jaren ’80, en de nihilistische mentaliteit in de financiële wereld was in Amerika al een decennium eerder opgekomen.
Waar stoelde de sociale controle op het zich houden aan normen en waarden voor die neergang dan op?
Op ‘christelijke’ waarden. Op het tot dan toe weliswaar al kwijnende maar nog steeds doorwerkende christendom. Ik ga hier drie punten aan de orde stellen.
1. Waarom zijn normen en waarden afhankelijk van een Groot Verhaal (zoals bijvoorbeeld het christendom) ? 2. Waardoor verdampte dat grote Verhaal hier in de westerse wereld? 3. Hoe kunnen we het gat onder onze normen en waarden weer opvullen?

Ad 1. Waarom moeten onze normen en waarden berusten op een Groot Verhaal? Nog al wiedes. Wanneer je je afvraagt of je iets wél dan wel niét zult doen, moet het ‘stemmetje’ in je binnenste wel argumenten hebben voor een antwoord. Het christelijke antwoord was toen: omdat God wil dat je braaf bent en lief voor je medemensen, dus niet egoïstisch. [Voor een humanosofisch beter onderbouwd antwoord moet je het woordje ‘humanosofie’ maar googelen.]
Ad 2. Waardoor is God ‘verdampt’ in de westerse wereld? Dat komt door de vrije markt-economie. Die was al eind 19e eeuw in opkomst, en toen al riep Nietzsche dat God dood was. Maar het christendom raakte pas echt uitgewerkt toen in de zestiger jaren de vrije markt haar grote doorbraak beleefde met het massamedium televisie.
Het heeft te maken met ons zelfbeeld. Dat hadden de kerken tot dan toe voor de grote massa mogen bepalen: het beeld van de tot niets goeds in staat zijnde, van Gods genade afhankelijke zondaar. Vanaf de zestiger jaren echter kregen de mensen dag in dag uit een veel leuker mensbeeld ter identificatie aangeboden: dat van de vrije en blije, a-godsdienstie en a-politieke, vrouw- en kindvriendelijke, hedonistische consument. Dag aan dag, in ieders vrije tijd, in reclames en shows, met levensecht bewegende beelden en omlijst met verleidelijke muziekjes. Een veel leuker mensbeeld om je mee te identificeren. De zondaar verdween door de achterdeur en de kerken begonnen leeg te lopen.
Wat bracht de vrije markt er aan Groot Verhaal voor in de plaats? NIX. De jongeren die in de nieuwe situatie opgroeiden, werden de ‘generatie NIX’. Natuurlijk: de vrije markt is niet ‘iemand’, het is slechts een economische situatie. We zullen het zelf moeten zien te maken, een nieuw Groot Verhaal.
Ad 3. Maar hoe moet dat? het grondeloze gat opvullen dat het verdampte Godgeloof achterlaat en waar onze normen en waarden boven hangen te ‘watertrappelen’, tot boe noch ba in staat? De gewone mensen hebben noch de opleiding noch de tijd om dat zelf te verzinnen. Het is filosofenwerk. Waarom doen de filosofen dat niet?  Waarom roepen ze hooguit dat we blij moeten zijn dat we van dat oude Grote Verhaal verlost zijn (daar hebben ze gelijk in), en dat nu ieder zijn eigen kleine verhaal mag maken? In dat laatste hebben duidelijk ongelijk: de bankiers laten zien waarom. Dat komt omdat onze filosofen geen idee hebben hoe mensen in elkaar zitten van nature. Ze hebben alleen de ideeën van dode filosofen meegekregen in hun opleiding, en die hadden nog geen echte wetenschappen om hun ideeën mee te onderbouwen. Vandaag zijn die er wél, en dus zou de opleiding van de filosofen daar uit moeten putten. Maar de academische filosofie moet zich nog steeds opnieuw uitvinden. Vroeger was dat namelijk het terrein van de kerken, om uit te maken hoe mensen in elkaar zitten, daar hadden de filosofen af te blijven. Wat een toestand!
Omdat een humanosoof wél gebruik maakt van de menswetenschappen en een coherent verhaal heeft over hoe mensen van apen tot mensen geworden zijn, kan die dat verhaal wél vertellen. Maar hoe wordt dat dan het nieuwe Grote Verhaal dat het oude monotheïstische kan uitdagen en het nieuwe IETS kan worden om het NIX te vervangen? Dat kan alleen als het een wereldwijd menswetenschappelijk project wordt, aangezwengeld door een zo hoog mogelijke instantie. Liefst door de Verenigde Naties – maar dat lukt sowieso nooit, om die daar allemaal achter te krijgen. Door Europa dan? Dat is misschien wél haalbaar.

Het verhaal van hoe mensen tot mensen geworden zijn, dus hoe ze van nature in elkaar zitten, begint zo’n vier miljoen jaar geleden en dat krijg je natuurlijk nooit in een ‘visionair’-post geperst. Als je er even voor wilt gaan zitten, zou je bijv. ook het woordje ’taligheidshypothese’  kunnen googelen. Maar dat het hoog tijd is dat de de ‘ideologische leegte’ gaan opvullen, zal iedereen wel duidelijk zijn.

Een nieuw Groot Verhaal voor onze verhaalloos geworden samenleving

Ik ben op dit idee gekomen door het essay van de sociologe Monica Sassatelli (Londen) In het kader van “EU-narratieven in tijden van crisis” in De Groene 27.09.12.
Zoals ik in een eerdere post op deze site betoogd heb weten wetenschappers weinig van hoe mensen in elkaar zitten en niets van hoe ze van apen zulke aparte dieren geworden zijn. Ze weten niets van hoe mensen tot talige wezens geworden zijn; hoe belangrijk hun scheppingsverhaal voor hen al was toen ze nog Vroege Mensen waren en hoe belangrijk dat bleef voor onze eigen soort, de Anatomisch Moderne Mens (AMM’s). En ze begrijpen dus ook niet goed hoe belangrijk een gedeeld Groot Verhaal voor ons nog steeds is. Al vermoeden ze wél iets, getuige vertogen over ‘narrativiteit’ en over ‘narratieven’ zoals in het betoog van Sattelli.
‘Groot Verhaal’ is in wezen ‘scheppingsverhaal’, of ‘ontstaansverhaal’, ‘samenlevingsverhaal’, maar ook het stelsel van normen en waarden dat er op is gebaseerd, valt er mee samen.
Dat wetenschappers als Sattelli het fenomeen niet met de begrijpelijke naam ‘Groot verhaal’ durven noemen is, omdat sinds het dóórbreken van de vrije markt in de zestiger jaren de collectivistische Grote Verhalen van fascisme en communisme een terechte kwalijke connotatie hebben gekregen. Maar ook het monotheïstische Scheppingsverhaal is een Groot Verhaal, ook de kerken zijn in wezen collectivistisch en vooral de Katholieke Kerk is dat.
Collectivisme staat lijnrecht tegenover democratie. De vrije markt kan alleen gedijen bij democratie. Vandaar dat Amerika zich onder Carter opwierp als de kampioen van de democratie, en dat nu, onder het neoliberalisme van de Republikeinen, de democratie daar stiekem wordt gesnoeid en beperkt tot blanke stemmers teneinde de egoïstische belangen van de rijken niet door een stembusoverwinning van Obama in gevaar te brengen. Oei, ik dwaal af.
De vrije markt kan niets met collectivisme, dus ook de kerken begonnen aan hun leegloop.
De postmoderne filosofen juichten om het einde der Grote Verhalen, maar zagen niet dat er nu wel snel aan een nieuw, niet-collectivistisch, op wetenschap gebaseerd Groot Verhaal gewerkt diende te worden, teneinde onze gewetens niet zonder grond te laten.
Maar tja, filosofen, hè. Weten niets van mensen, dus ook niets over het fenomeen Verhaal. Om een wijzneuzig air te houden filosoferen ze nog soms over ‘narratieven’, maar zoals ook aan het vertoog van Sattelli valt er weinig touw aan vast te knopen, laat staan dat ze aanstalten maken om de leegte op te vullen met een nieuw Groot Verhaal.
Het oude christelijke Verhaal werkte nog een poosje door bij de volwassenen die er mee waren opgegroeid, maar de jongeren kregen er steeds minder van mee en werden de generatie NIX. Ook de bobo’s (de lui die bij het ‘grote geld’ kunnen: bankiers, medisch specialisten, bestuurders) lieten er zich steeds minder door leiden. In Amerika omarmden de bobo’s het verhaal van Ayn Rand greed is good, en daar begon de verloedering, die in 1980 overwaaide naar onze brave bobo’s. En vandaag zitten de filosofen (en zij niet alleen) met de handen in het haar. Columnist Peter Middendorp (Volkskrant 29 sept.): “Je moet geen onzin verkopen, maar mij wierp de gedachte dat met het geloof ook het zondebesef uit ons is weggezakt, een lichtje op de zaak [van het gewetenloos geworden zijn van de bobo’s]. De kerken stroomden leeg, de gewetens ook.”

Een nieuw Groot Verhaal dus. In wezen is een Groot Verhaal dus het scheppingsverhaal, ontstaansverhaal, waarin het wezen van de mens begrijpelijk wordt en waar normen en waarden hun grond in vinden. Nu wij, westerse mensen, door de vrije markt bevrijd zijn van de onvrije collectivistische Grote Verhalen, is er alle ruimte om een nieuw te maken. Bovendien heeft de vrije markt welvaart gebracht en wetenschappelijke veld- en laboratoriumonderzoeken betaalbaar gemaakt. Niets let ons. Behalve dat het … filosofenwerk is: wetenschappers hebben hun handen vol met hun eigen detail-discipline: hún pakkie-an is het aandragen van de bouwstenen ervoor. Maar filosofen hebben dat werk nooit geleerd in hun opleiding. Dat kwam doordat de kerken altijd hebben mogen uitmaken hoe mensen wezenlijk zijn: daar hadden filosofen af te blijven. Die hebben zich altijd met maatschappelijk irrelevante diepzinnigheden onledig mogen houden. En ook: pas vanaf de zeventiger jaren begonnen de bouwstenen vanuit de echte menswetenschappen zich pas echt op te stapelen.

In prachtige rijen staan de bouwstenen maar, in weer en wind, en geen academische filosoof die er mee aan de gang gaat. Dan krijg je dat een amateur er mee gaat spelen. En je ziet hoe makkelijk het is: je hoeft maar het woordje ‘taligheidshypothese’ in te tikken en je kunt mijn ontstaansverhaal al tot je nemen.
Maar de bedoeling is natuurlijk dat dit werk door echte filosofen ter hand genomen wordt. En dat het een zo breed mogelijk project wordt: je kunt vandaag de mensen niet meer bereiken met een boek, en met een Boek al helemaal niet. Wel met een project, kijk maar naar Wilders’ Fitna: een projectje van lik-me-vestje, maar een stof dat het deed opwaaien!

 

Van dit traditionele paradigma van de menselijke evolutie klopt maar weinig, weten we nu.

Hoe mensen mensen geworden zijn.

Wat maakte de mens tot mens? Waarom is de mens vuur en gereedschap gaan gebruiken, terwijl de meeste dieren een instinctieve angst voor vuur hebben? Dit zijn allemaal vragen waar de paleoantropologie geen bevredigend antwoord op heeft. Wordt het tijd voor een nieuwe overkoepelende wetenschap die het Big Bang moment van het ontstaan van de mens kan opsporen?

Van dit traditionele plaatje van de menselijke evolutie klopt maar weinig, weten we nu.
Van dit traditionele plaatje van de menselijke evolutie klopt maar weinig, weten we nu.

Tot nu toe geven alle boeken over het ontstaan der mensheid een overzicht over de vroegste fossielen en de vroegste stenen werktuigen die aan mensachtigen moeten worden toegeschreven. Nergens vinden we een theorie over hoe die vroegste mensachtigen tot dit (in het dierenrijk) uitzonderlijke gedrag van het maken van stenen werktuigen en het gaan gebruiken van het vuur (in plaats van er, zoals een normaal dier doet, in paniek voor op de vlucht te blijven slaan) gekomen is.

Het valt toch alleen te verklaren doordat onze vroegste voorouders over een effectievere manier van communiceren zijn komen te beschikken? Alleen daardoor konden ze met elkaar van gedachten wisselen en  ‘brainstormen’. Maar hoe kwamen ze daar aan?

Astronomen hebben hun oerknal-speculatie, waar ze alle bekende fenomenen bevredigend op kunnen terugvoeren. Waarom bedenken menskundigen niet zo’n ‘oerknal’-moment waarop vervolgens alle menselijke ontwikkelingen kunnen worden terug gevoerd? Trouwens, wie zijn dat, menskundigen? Paleoantropologen? Nee, die beginnen daar niet aan, die zijn al druk genoeg met die botten en stenen thuis te brengen. Antropologen? Die bestuderen het biologische en culturele verleden van volkeren en vergelijken dat met de huidige samenlevingen. Een verhaal maken over het begin van de mens als aparte soort is niet hun pakkie-an. Dat horen eigenlijk filosofen te doen. Maar die leren dat ook niet in hun opleiding.
Nou, dan doe ik dat toch? Misschien dat iemand roept: hé, daar was ik ook net mee doende. Nou, kunnen we mooi samen doen.

Google het woordje ’taligheidshypothese’, en je kunt lezen hoe mijn ‘oerknal’-moment er uit ziet.
Of kijk op de website: http://mens2000.nl/taligheidshypothese om meer te lezen.