Filosofie

Flower power: vrede is in de vijandige ruimte letterlijk van levensbelang.

Leven in ruimtekolonie beste opvoedcursus mens

In de ruimte krijg je niets cadeau. Niemand ruimt je afval of rommel op. Letterlijk voor elke gram zuurstof, water, voedsel en energie moet hard gewerkt worden. Samenwerken is letterlijk van levensbelang, want door de ingewikkelde technische systemen en de dodelijke omgeving kan je alleen niet overleven. En betekent een conflict al gauw de dood voor iedereen. Cradle to cradle is geen morele keuze, maar bittere noodzaak.

De dodelijke ruimte
Er is in het zonnestelsel buiten de aarde geen plaats te vinden waar de mens het zonder ruimtepak langer dan een paar minuten volhoudt. De plek die misschien nog het meest in de buurt komt van een comfortabele leefomgeving is vijftig kilometer boven het oppervlak van Venus. Aardse temperaturen, zwaartekracht en luchtdruk en een dikke beschermende atmosferische deken bieden veel comfort. Helaas is er op die hoogte geen vast oppervlak en bestaat de atmosfeer uit de onadembare kooldioxide en zwavelzuur.

Alle afval die je in het gesloten systeem van een ruimtestation weggooit kom je eerder vroeg dan laat weer tegen.
Alle afval die je in het gesloten systeem van een ruimtestation weggooit kom je eerder vroeg dan laat weer tegen.

Mars, een goede nummer twee, kent weliswaar een vaste bodem en een voor kosmische begrippen gastvrij Antarctisch klimaat, maar met tien millibar nauwelijks atmosfeer (die overigens ook onadembaar is) en een slechte bescherming tegen dodelijke straling. En deze twee plaatsen zijn nog de vakantieparadijzen van het zonnestelsel: op het oppervlak van Venus smelt lood, op Jupitermaan Io overlijd je binnen een uur aan stralingsziekte en op Neptunusmaan Triton komen fonteinen van vloeibaar stikstof voor.

De ruimtebasis: gedwongen extreem ecofascisme
Kortom: de enige manier om buiten de aarde te overleven is dus in een beschermde, afgesloten structuur met een aarde-achtige atmosfeer.
Zwevend boven Venus is een vrij dunne wand genoeg, maar op Mars en onaangenamere plaatsen is een drukkoepel absoluut essentieel. Er groeit niets, water is schaars en elke gram zuurstof moet kunstmatig geproduceerd worden. Grondstoffen kunnen alleen tegen extreem hoge kosten van de aarde ingevlogen worden (denk aan tienduizenden euro’s per kilo) en de lokaal beschikbare grondstoffen (Venus: kooldioxide en zwavelzuur, Mars kent zeer zout water, kooldioxide, heel veel ijzer en wat andere metalen) zijn niet makkelijk te verwerken. Kortom: recyclen, consuminderen en cradle-to-cradle op een manier waar zelfs de meest fanatieke eco-activist voor terug zou schrikken, zijn geen principiële keuze, maar domweg bittere noodzaak.

Sociaal gevoel en broederschap in de ruimte

Flower power: vrede is in de vijandige ruimte letterlijk van levensbelang.
Flower power: vrede is in de vijandige ruimte letterlijk van levensbelang.
Op aarde kan je als je jezelf onmogelijk hebt gemaakt in de groep verhuizen naar een andere stad of zelfs land.
In een kleine ruimtekolonie kan je dat vergeten. De dichtstbijzijnde mensen bevinden zich op miljoenen kilometers afstand verwijderd. Wachten op een antwoord van de aarde kost vanaf Venus, Mars of verder enkele minuten tot vele uren. Het eerstkomende bezoek is over vijf jaar als je geluk hebt.
Kortom: je kan maar beter leren heel goede vrienden te worden en te blijven met de mensen in je omgeving, want als je iemand beledigt of op zijn of haar ziel trapt, zit je morgen en waarschijnlijk de rest van je leven met de gevolgen als je het niet goedmaakt.

Vrede of de dood
Het is ook een heel slecht idee ruzie te zoeken met andere ruimtekolonies. Ten eerste zijn ze de enige hulp in de buurt als er een systeem uitvalt. Hulp vanuit de aarde is maanden of zelfs jaren onderweg. Eén welgemikt brokstuk dat met kilometers per seconde inslaat in je ruimtekolonie, een sabotageactie in het leefsysteem of in omloop brengen van een dodelijke microbe heeft akelige gevolgen. Kortom: vrede zal de norm zijn en agressieve of gewelddadige groepen zullen snel uitgeschakeld worden door andere ruimtekolonies omdat het risico van hun voortbestaan veel te groot is.

Kortom: er is geen betere manier om zelfs de ergste ruziezoekende slons in een sociale, milieubewuste wereldburger te veranderen dan een paar jaar in de onherbergzame ruimte te wonen.

Liegende advocaat Jm Carrey komt in de film Liar Liar zwaar in de problemen als hij een dag verplicht de waarheid moet spreken. Wij zouden in de toekomst allemaal dat "probleem" wel eens kunnen hebben.

Nooit meer liegen

Stel je voor: leugens om bestwil kunnen niet meer. Nooit meer met een smoesje een afspraak afzeggen omdat je geen zin hebt. Je partner bedriegen met een ander of of een klant belazeren is onmogelijk, want beeldverwerkende computers merken meteen aan je gezicht dat je liegt. Elk moment van je leven wordt opgenomen door snorrende harde schijven. Volgens sommige denkers worden computers in de toekomst zo goed en zijn er overal zoveel camera’s, dat privacy niet meer bestaat en we bij elke leugen onmiddellijk worden betrapt. Hoe zou een wereld er uit zien waarin je niet meer kan liegen?

Liegende advocaat Jm Carrey komt in de film Liar Liar zwaar in de problemen als hij een dag verplicht de waarheid moet spreken. Wij zouden in de toekomst allemaal dat "probleem" wel eens kunnen hebben.
Liegende advocaat Jim Carrey komt in de film Liar Liar zwaar in de problemen als hij een dag verplicht de waarheid moet spreken. Wij zouden in de toekomst allemaal dat "probleem" wel eens kunnen hebben.

Er is een verhaal in de talmoed, een verzameling van joodse legenden en verhalen, over een vrome rabbijn die in een land terecht kwam waar mensen alleen maar de waarheid spraken en nooit stierven. Dat sprak hem wel aan. Hij besloot zich in het land te vestigen. Hij ontmoette er een leuke vrouw en trouwde met haar. Op een gegeven moment was ze zich aan het baden en kwam er bezoek. De rabbijn loog tegen de bezoeker dat ze niet thuis was, waarop zijn vrouw dood neerviel. Het verhaal eindigde er mee dat de rabbijn door de woedende inwoners van het land werd verjaagd.

Onze toekomst zou er wel eens als dit mythische land uit kunnen zien. Apparatuur die gezichtsuitdrukkingen en hersengolven kan lezen, zal eerst voor politieverhoren worden gebruikt. Daarna zal de software steeds goedkoper worden en binnen bereik van bijna iedereen komen. Niemand zal de verleiding kunnen weerstaan. Is ze nou verliefd op me of niet? Houdt hij van me of speelt hij alleen toneel?

Van leuke mensen die je tegenkomt kan je in een fractie van een seconde hun complete doopceel lichten. Joran zou direct betrapt worden als hij een meisje probeert mee te lokken. Oplichters worden een met uitsterven bedreigde groep. Liegende politici ontwikkelen acute cameravrees. We worden misschien vergevensgezinder. Er is namelijk altijd wel een vlekje aan iemand dat we niet meer kunnen verbergen. Beroepsgroepen waarbij liegen belangrijk is, zoals de advocatuur, politiek, verkoop en pr zullen het zwaar krijgen.

Alleen psychopaten zullen nog kunnen liegen zonder dat een camera het merkt. Dat zal ze waarschijnlijk erg gewild maken als verkoper of topmanager. Voor korte tijd, want een tweede ontwikkeling nekt zelfs de meest geraffineerde valsspelers definitief. Bij elke leugen moeten er namelijk aanvullende leugens worden verteld om de leugen consistent te houden. Heb je bijvoorbeeld je baas wijsgemaakt dat je schoonmoeder op sterven ligt terwijl je in werkelijkheid met vrienden aan het vissen bent, dan kan je baas er achter komen dat je schoonmoeder niet in bed op apegapen ligt maar aan het klaverjastoernooi meedoet. Geautomatiseerde kunstmatige intelligente bots of  internet-privedetectives uit lagelonenlanden kunnen dit soort informatie snel boven water halen.

Eerlijk duurt het langst? Wie weet, maar eerlijk zijn  heeft in ieder geval wel de toekomst…

Technische achtergronden

Lifelogging en life caching

Harde schijven zijn tegenwoordig zo groot in capaciteit, 1 TB staat gelijk aan zesduizend uur film (ongeveer een jaar, met slapen meegerekend), dat op een moderne harde schijf een videoregistratie van de belangrijke gebeurtenissen van iemands hele leven kan worden opgenomen. In de lifelogging beweging gebeurt dit ook. Lifeloggers (op dit moment zo’n twintigduizend) slaan elke minuut van hun leven op op de harde schijf (life caching). De capaciteit van harde schijven en andere geheugenopslagmedia neemt nog steeds heel snel toe. Over niet al te lange tijd (rond 2030) zullen we een draagbaar videoarchief van elke seconde van ons hele leven bij ons kunnen dragen. Wat zei u op 21 juni 2012 om tien over drie ’s middags? Even opzoeken…

Paranoia heeft de toekomst

Heeft u het gevoel dat die huisvlieg wel erg verdacht om u heen zoemt? Nu een teken van paranoia, straks een gevoel dat mogelijk overeenkomt met de realiteit. De kleinste commerciële camera’s anno nu zijn zo groot als een suikerklontje maar dalen snel in afmetingen. Rond 2030 zullen ze zo groot zijn als een suikerkorrel. Een cluster van samenwerkende camera’s, door een nieuwsgierige bezoeker rondgestrooid, kan dan een hele ruimte in de gaten houden. Op dit moment werkt het Amerikaanse leger al aan op afstand bestuurbare levende vliegen en kunstvliegen.

Computers lezen gedachten

December 2010 zijn onderzoekers van Cambridge University er in geslaagd een computer eenvoudige lichaamstaal te laten lezen. Het principe van de polygraaf of leugendetector – liegende mensen staan onder hoge emotionele spanning en dat uit zich in lichamelijke veranderingen als zweten en haartjes die rechtop gaan staan – kan in principe met zeer gevoelige (infrarood) camera’s in praktijk gebracht  worden. Ook hier verraadt lichaamstaal of iemand liegt. Als computers in de toekomst nog veel beter worden dan nu, zullen de mogelijkheden nog veel uitgebreider worden.

Een stap richting de Sluier der Onwetendheid

Laatst zat ik in de trein, met in de stoelen naast mij een jongen en meisje van rond de 18. Half volgde ik hun gesprekken, die over de politiek bleken te gaan.  Hun vader (het waren kennelijk broer en zus) was politiek actief,  maar de dame en heer waren het niet eens met een beslissing die hij had genomen. In hun ogen had hij in een bepaalde situatie beter anders kunnen handelen. Toen niet veel later het gesprek van onderwerp was veranderd, zei het meisje dat ze graag een OV-jaarkaart voor eersteklas zou willen hebben. Door deze opmerking begon ik mij af te vragen waarom zij dat in godsnaam zou willen.

Natuurlijk snap ik dat mensen graag zo comfortabel mogelijk door het leven gaan en dat uiteraard het liefst voor noppes. Maar zeker voor mensen die actief zijn of willen zijn in de politiek lijkt het mij belangrijk zich zoveel mogelijk tussen het ‘normale volk’ te begeven. Want laten we wel wezen: politiek is toch van origine een sociale bezigheid? (1) Naar mijn mening zijn politici er om in (conflict-) situaties beslissingen te nemen die de diversiteit aan belangen zoveel mogelijk behartigd. En vanuit een ivoren toren lijkt mij dit moeilijk te bewerkstelligen.

Vrouwe Justitia is blind; ook zij neemt haar beslissingen vanachter een Sluier der Onwetendheid.

Politiek filosoof John Rawls (1921 – 2002) hield zich tijdens zijn leven bezig met het opstellen van een theorie over rechtvaardigheid, onder andere in zijn boek Theory of Justice. In dit boek beschrijft Rawls het gedachte-experiment van de Original Position. In het kort komt dit gedachte-experiment er op neer dat mensen bij het inrichten van een samenleving (of bij het verdelen van goederen in een samenleving) beslissingen zouden moeten nemen vanachter een sluier der onwetendheid (‘Veil of Ignorance‘), waarbij deze mensen niet weten in welke sociaal- of economische toestand zij zelf verkeren. Zodoende moet er dus met iedere sociale en economische klasse evenveel rekening worden gehouden; er bestaat namelijk een kans dat je zelf tot een van de minder bedeelde klassen behoort. Je zou het kunnen zien als het verdelen van een taart, waarbij je zelf de laatste bent die mag kiezen. De meest gunstige verdeling voor jezelf is dan de gelijke verdeling.

Uiteraard is Rawls’ gedachte-experiment behoorlijk hypothetisch: geen mens kan werkelijk oordelen vanachter een veil of ignorance. Rawls werd dan ook verweten een voornamelijk utopische theorie op te hebben gesteld. Desalniettemin is de Original Position een nastrevenswaardig ideaal, met name natuurlijk voor de mensen die een land besturen; de politici. Okay, de veil of ignorance bestaat niet. Zelfs als we ons best zouden doen, zullen we toch altijd een beetje bevooroordeeld blijven voor het milieu van waaruit wij zelf onze oorsprong hebben. Dit komt doordat we simpelweg minder affectie hebben met situaties, omstandigheden of bepaalde sociaal economische klassen naarmate we het op ons levenspad minder tegen (zullen) komen. Toch zijn mensen met een groot inlevingsvermogen (empathie) beter in staat zich te verplaatsen in voor hen minder bekende omstandigheden.

Hoe kan iemand er dan voor zorgen dat hij of zij meer affectie krijgt met de situatie waarin mede landgenoten zich kunnen bevinden? Juist! Door zich te omgeven met zo heterogeen mogelijke personen, zorgen dat zij bijvoorbeeld de minder bedeelde landgenoten wél op hun levenspad treffen. Met andere woorden: weg uit die ivoren toren! Een kaart om gratis met 1e klas te reizen zou zulke mensen juist de kans ontnemen te ervaren wat er leeft in de maatschappij. Iedere invloedrijke politicus zou eigenlijk vrienden moet hebben in alle lagen van de maatschappij zodat zij zich kunnen inleven in de personen die betrokken zijn bij (potentiële) conflict situaties, en zo beter de gevolgen van een te nemen beslissing kunnen overzien. Ik denk dat hoe meer vrienden een politicus heeft in zoveel mogelijk diverse ‘groepen’ die voorkomen in de maatschappij, die politicus eerder zijn beslissingen vanachter een ‘veil of ignorance’ zal nemen, zoals filosoof John Rawls zou hebben gewild.

(1)    Ik meen mij te herinneren dat een hoogleraar tijdens een gastcollege een keer zei dat er onderzoek was gedaan naar de motivatie van alumni die de politiek in wilden. Er bleek dat de meest genoemde redenen het financiële aspect en de status waren.  Het sociale aspect, waar het eigenlijk allemaal om te doen zou moeten zijn, werd nauwelijks genoemd. Helaas kan ik de bron niet meer achterhalen.

Welkom op de lieflijke Madeliefjeswereld, waar het evenwicht tussen witte en zwarte madeliefjes de temperatuur binnen de perken houdt.

Gaia of Medea?

Volgens de Gaia-hypothese van James Lovelock vormt de aardse biosfeer een superorganisme, Gaia, dat de leefomstandigheden op aarde optimaal probeert te houden. Niet iedereen is het eens met dit weldadige beeld. Volgens paleontoloog Peter Ward is Moeder Natuur een suïcidale sadiste die om de honderd miljoen jaar een poging doet om alles wat uit meer dan één cel bestaat te vergiftigen: de Medea-hypothese, genoemd naar de mythologische Griekse tovenares Medea die haar eigen kinderen vermoordde. Wie heeft er gelijk? Of is er een betere hypothese?

De Gaia-hypothese in het kort
Volgens de theorie van atmosferisch chemicus en uitvinder James Lovelock (de ontdekker van de verwoesting van de ozonlaag door CFK’s) is ons ecosysteem een stabiel systeem dat, net als een levend organisme, er altijd naar streeft een optimale evenwichtstoestand te bereiken. Stijgt bijvoorbeeld het kooldioxidegehalte in de lucht teveel, dan zullen planten en algen harder groeien en hierdoor de kooldioxide opnemen.

Welkom op de lieflijke planeet Madeliefjeswereld, waar het evenwicht tussen witte en zwarte madeliefjes de temperatuur binnen de perken houdt.
Welkom op de lieflijke planeet Madeliefjeswereld, waar het evenwicht tussen witte en zwarte madeliefjes de temperatuur binnen de perken houdt.

Hij bedacht een simpel model, Madeliefjeswereld (Daisy World), waarmee hij aantoonde dat op zich volkomen normale ecologische processen toch een inwendige thermostaat in een ecosysteem konden inbouwen.
Op Madeliefjeswereld komen maar twee soorten planten voor: witte en zwarte madeliefjes. Zwarte madeliefjes maken efficiënt gebruik van zonlicht en doen het daarom goed bij lage temperaturen. Witte madeliefjes beschermen zichzelf tegen teveel zonlicht door dit te reflecteren en doen het daarom goed bij hoge temperaturen.

Als de zon van Madeliefjeswereld heter wordt, krijgen witte madeliefjes een ecologisch voordeel. Er komen daarom dan veel meer witte madeliefjes, waardoor Madeliefjeswereld meer licht gaat weerkaatsen en de temperatuur weer daalt. Andersom: daalt de hoeveelheid zonneschijn, dan krijgen de zwarte madeliefjes de overhand – en wordt meer licht geabsorbeerd, wat Madeliefjeswereld warmer maakt.

Kortom: de concurrentie tussen witte en zwarte madeliefjes houdt Madeliefjeswereld leefbaar. Uiteraard kent ook dit systeem zijn grenzen: is de hele planeet bedekt met witte of zwarte madeliefjes, dan zal een verdere stijging of daling van de temperatuur leiden tot het uitsterven van alle madeliefjes. Lovelock waarschuwt hier ook voor.

Op aarde komen er volgens Lovelock vergelijkbare processen voor. De oceaanstromen en waterhuishouding vormen volgens Lovelock de bloedsomloop van de aarde. De organismen van de aarde houden de planeet in evenwicht en als mensen een andere planeet terraformeren, is dat slechts een methode van Gaia om zichzelf te vermenigvuldigen.

Volgens Lovelock en andere aanhangers van de Gaia-hypothese is het leven de reden dat hier op aarde nog vloeibaar water voorkomt en leefbare omstandigheden heersen, terwijl onze zusterplaneet Venus een kokende hel is en Mars een bevroren woestijn. Hij denkt dat als wij mensen doorgaan met het verwoesten van de biosfeer, Gaia terug zal slaan en vernietigende ziekten of natuurrampen op ons af zal sturen om af te rekenen met deze gevaarlijke plaag.

De Medeahypothese: Moeder Aarde als gestoorde kindermoordenaar
Niet iedereen is het eens met Lovelocks spirituele visie op de aardse biosfeer. Volgens paleontoloog Peter Ward zijn er in de lange geschiedenis van de aarde meerdere catastrofes aan te wijzen die direct werden veroorzaakt door het leven zelf: de Medea Hypothese.

Medea vermoordde haar twee zoontjes om wraak te nemen op haar overspelige echtgenoot Iason.
Medea vermoordde haar twee zoontjes om wraak te nemen op haar overspelige echtgenoot Iason.

In het Precambrium, het tijdvak vanaf het ontstaan van de aarde (4600 miljoen jaar geleden) tot zeshonderd miljoen jaar geleden, bestond de atmosfeer van de aarde voornamelijk uit het broeikasgas kooldioxide. Dit hield de planeet warm in de tijd dat de zon nog niet zoveel kracht had. Na het ontstaan van leven dat leefde van kooldioxide en zonlicht daalde het CO2 gehalte drastisch. Het resultaat: een vernietigende ijstijd waarin de hele planeet werd bedekt met honderden meters dik ijs. Dit gebeurde minstens twee keer: tijdens het Huronian, 2,7 miljard jaar geleden en later, tijdens het Cryogeen (790–630 miljoen jaar geleden). 

Ook enkele latere uitsterfgolven waren volgens Ward het resultaat van biologische processen. Zo waren er vijf gevallen waarin het leven vergiftigd werd door zwavelwaterstof (o.a. de grootste uitsterfgolf ooit van 251 miljoen jaar geleden).

Gevecht tussen Gaia en Medusa
Misschien is een iets ingewikkelder model beter. Er bestaan op aarde eigenlijk twee ecosystemen: een anaeroob, zuurstofarm milieu zoals op de vroegste aarde waarin het leven is ontstaan en ons huidige, zuurstofrijke milieu dat het grootste deel van de aarde, enkele zuurstofloze poelen en spleten uitgezonderd, beheerst.

We zouden onze zuurstofwereld Gaia kunnen noemen en de voor ons onleefbare wereld van methaan, zwavelsulfide en kooldioxide Medusa. Waarschijnlijk denkt een anaerobe levensvorm heel anders over die naamgeving en de grote uitsterfgolf die de overgang naar een zuurstofwereld inluidde, maar had hij dan zelf maar moeten evolueren tot intelligent wezen.
Ook zou hij Medusa, een slangachtig monster, waarschijnlijk aardiger hebben gevonden dan de mensachtige godheid Gaia: de meeste meercellige anaerobe dieren zien er uit als wormen of kwalletjes.

Gewoonlijk wint Gaia, het jongere zusje van Medusa. Fotosynthese produceert grote hoeveelheden voedsel en energie voor het ecosysteem. Medusa moet het doen met vulkanisme, chemosynthese en spontaan ontstane voor bacteriën eetbare moleculen. Deze energiebronnen leveren maar een miezerig bestaan op: 98% van alle energie op aarde wordt geleverd door de zon. Geen wonder dat Medusa zich moet verstoppen in de diepzee en diepe, onherbergzame spleten, waar het ecosysteem het overigens goed doet. In feite zit er onder de aarde waarschijnlijk zelfs meer biomassa dan daarboven: rotsbewonende, anaerobe eencelligen zoals archaeae en andere extremofielen.

Medusa, een monster met een slangenhoofd, geschilderd door Carvaggio.
Medusa, een monster met een slangenhoofd, geschilderd door Carvaggio.

Het succes van Gaia betekent ook haar ondergang. Wordt Medusa gevoerd met grote hoeveelheden voedsel (dode planten en dieren), dan schuift de grens tussen Medusa en Gaia naar boven tot bij de zeeoppervlakte. Er komen bij de anaerobe afbraak in de diepzee grote hoeveelheden kooldioxide, methaan en  giftige zwavelwaterstof vrij. Dat laatste gas verstikt het grootste deel van het Gaiaanse leven in zee en op het land, wat ook weer anaeroob wordt afgebroken en zo Medusa verder laten groeien.

Echter: Gaia slaat terug. Groene planten hebben geen zuurstof nodig maar zijn dol op kooldioxide. Ze stoten grote hoeveelheden zuurstof uit die korte metten maken met de giftige gassen in het zeewater (er zit zoveel zuurstof in de lucht dat zelfs de afbraak van alle biomassa die nog niet kan vernietigen). Medusa trekt zich weer mokkend terug diep onder de zeespiegel. De weinige overlevenden van Gaia koloniseren het opengevallen land.

Elke grote uitsterfgolf betekent gewoonlijk weer een spurt voor de evolutie. Zo was de voorouder van de dinosauriërs één van de weinige overlevenden van de Grote Uitsterfgolf. Pas toen de dino’s het loodje legden kregen zoogdieren en vogels de kans zich te ontwikkelen tot een groot aantal soorten.

Diverse onderzoeksgroepen werken aan het kweken van levers in een lab.

‘Onsterfelijkheid bereikt in 2045’

Vergeet de weesgegroetjes, bedevaarten en goed karma. Volgens visionair denker Ray Kurzweil zal de wetenschap er rond 2045 in slagen om de mens onsterfelijk te maken. Dus zorg dat je voor die tijd niet doodgaat, is het devies volgens hem. Volgens Kurzweil leven we op dit moment in een tijdperk van steeds snellere technische vooruitgang. Er zijn nu meer wetenschappers dan ooit die met steeds betere apparatuur werken en ook steeds slimmer worden in gericht onderzoek doen. Een komende monstergolf van technologische ontdekkingen dus die de wereld zoals we die kennen totaal op zijn kop zal zetten, zoals een achttiende-eeuwer verdwaasd rond had gekeken op een vroeg eenentwintigste eeuws verkeersklaverblad tijdens de ochtendspits.

De Wet van Kurzweil en de Singulariteit

Onze geest in een robot plaatsen is volgens Kurzweil de definitieve oplossing voor het ultieme probleem: de dood.
Onze geest in een robot plaatsen is volgens Kurzweil de definitieve oplossing voor het ultieme probleem: de dood.

Volgens de Wet van Kurzweil, een uitgebreidere versie van de Wet van Moore die voorspelt dat computerchips elke 18 maanden verdubbelen in capaciteit, werken al deze vormen van vooruitgang exponentieel op elkaar in. Snellere computers maken bijvoorbeeld betere biochemische simulaties en dus betere medicijnen mogelijk, waardoor de arbeidsproductiviteit en innovatiesnelheid voor onder meer nieuwe energiebronnen omhoog raast. Kunstmatige intelligentie zal het tempo van ontdekkingen nog veel hoger opvoeren: op dit moment is er al software die de wetenschappelijke methode in praktijk kan brengen.

Kurtzweil weet waar hij het over heeft: hij is een veteraan op het gebied van kunstmatige intelligentie en patroonherkenning door computers.

Op een gegeven moment bereiken we stelt hij een punt, door hem en andere toekomstvoorspellers de Singulariteit genoemd, waarna onze bestaande theorieën en inzichten niet meer opgaan. De vooruitgang gaat op dat punt zo snel dat de uitkomst niet te voorspellen is. Rond 2050 zal volgens hem kunstmatige intelligentie het menselijk brein ver in kracht overtreffen. De rekencapaciteit wordt, zo voorspelt hij, miljoenen malen groter dan nu. Al is deze theorie niet onomstreden, er is geen logische reden waarom de technische vooruitgang in de toekomst niet nog veel sneller zou  gaan dan nu.

De eerste Brug van Kurzweil: gezonder leven
Om onsterfelijkheid te bereiken stelt Kurzweil drie fases, of ‘bruggen’ voor. De eerste Brug, gezonder leven binnen de mogelijkheden van de bestaande techniek, brengt hij nu al in praktijk.

Groenten als paprika's, tomaten en sla bevatten weinig koolhydraten. Dit voorkomt mede suikerziekte, stelt Kurzweil.
Groenten als paprika's, tomaten en sla bevatten weinig koolhydraten. Dit voorkomt mede suikerziekte, stelt Kurzweil.

 Toen bij hem in de jaren ’80 ouderdomsdiabetes werd vastgesteld, veronderstelde hij dat de oorzaak bij hem insulineresistentie is. In plaats van te spuiten ging hij op een vezelrijk en extreem koolhydraatarm dieet, sliep langer en bewoog meer. Het gevolg: zijn bloedsuikergehalte is in vijfentwintig jaar gehalveerd tot normaal: onmogelijk, volgens de gevestigde medische wetenschap. Niet iedereen zal het er voor over hebben nog maar 1500 calorieën per dag te nemen en net als Kurzweil honderdvijftig voedingssupplementen per dag te slikken (met wekelijkse injecties met diverse farmaceutische preparaten) en het drinken van tien glazen alkalisch mineraalwater per dag.

De Tweede Brug: stamcellen en klonen
De technologie voor de Tweede Brug, stamcellen en klonen,  is nu volop in ontwikkeling. Ons lichaam heeft een levensduur van enkele tientallen jaren. Als ook maar één essentieel onderdeel, bijvoorbeeld een nier, het opgeeft betekende dat voor kort een doodvonnis.

Diverse onderzoeksgroepen werken aan het kweken van levers in een lab.
Diverse onderzoeksgroepen werken aan het kweken van levers in een lab.

God levert geen reserveonderdelen mee (al hebben we bijvoorbeeld twee nieren en longen). Nu er transplantatietechnieken beschikbaar zijn waar Mary Shelley’s Dr. Frankenstein stikjaloers op zou zijn, is de medische wetenschap ongeveer op het niveau van een autosloper. Uit een gezond lichaam kunnen donororganen worden gehaald en ingebouwd in een levende patiënt. In feite is dit een inferieure techniek. Omdat het DNA van een donororgaan anders is dan dat van de patiënt krijg je afstotingsverschijnselen en moeten patiënten zware, gevaarlijke medicijnen slikken (die vaak ook niet helpen).

Een structurele oplossing is het kweken van nieuwe organen uit stamcellen van de patiënt. Afstoting is dan geen probleem meer, wachttijden op een geschikte donor of overdracht van ziekten zijn dan ook verdwenen. Met huidcellen lukt dit al vrij aardig. Op dit moment is onderzoek naar ‘eenvoudige’ organen als spieren of levers al in volle gang. Het einddoel: zenuwweefsel en een compleet hart. Zodra deze uitdagingen overwonnen zijn, kunnen we elk onderdeel van ons lichaam laten vervangen. Kurzweil kijkt verder: hij wil de cellulaire klok (telomeren, de beschermkapjes van chromosomen, de dragers van ons DNA worden bij elke celdeling korter) terug kunnen zetten en op celniveau vervangingen door kunnen voeren. Ook op deze terreinen vindt heel veel onderzoekplaats. Geen wonder. De farmaciegigant die een levensverlengende behandeling ontwikkelt, loopt binnen. 

De Derde Brug: de geest van de mens in een computer
Kurzweils derde stap is het meest omstreden. Volgens veel geloven leeft onze geest, de ziel, na de dood voort. Afhankelijk van het geloof wordt je ziel beloond met een toestand van algemene gelukzaligheid bij God (christendom), wijn, gedweeë maagden en schone knapen (islam) of een reïncarnatie in een beter lichaam ( hindoeïsme). Het bewijsmateriaal voor een leven na de dood (bijna dood ervaringen) is niet erg overtuigend; als het al bestaat dan lijkt het weinig uit te maken welk geloof de man of vrouw in kwestie aanhangt.

Kurzweil heeft een methode voor het bereiken van onsterfelijkheid bedacht die volgens modern-wetenschappelijke inzichten wel werkt. Door middel van nanorobotjes (robotjes zo groot als een cel) wordt ons brein synaps voor synaps afgetapt en worden onze herinneringen en manier van denken getransporteerd naar een computer. Dit ligt minder ver buiten bereik dan veel mensen denken: de totale informatieinhoud van ons brein ligt volgens schattingen tussen een moderne harde schijf van een terabyte en duizend terabyte (een exabyte). Kortom: over een paar decennia zijn er waarschijnlijk computers die slimmer zijn dan wij en dus met gemak onze geest kunnen nabootsen. Zullen Kurzweils voorspellingen uitkomen? Zal onze generatie nooit meer sterven? Kurtweils argumenten zijn behoorlijk overtuigend…

Leven we in een wiskundig stelsel?

Stel dat we allemaal in een enorme wiskundige theorie leven, bijvoorbeeld de natuurlijke getallentheorie. De gedachte is minder gek dan het lijkt. Zo wordt namelijk een netelig filosofisch probleem opgelost. En is wat een Big Bang lijkt is iets heel anders. De gedachte dat we in een wiskundige theorie leven, is niet nieuw en kent een eerbiedwaardige voorgeschiedenis. De Griekse filosoof en mysticus Pythagoras geloofde met zijn aanhangers, de Pythagoreeërs, dat ons heelal uit getallen bestaat.

De Pythagorasboom, een vroege fractal, bedacht door de Nederlandse wiskundeleraar Albert Bosman lijkt levend, maar is een wiskundige structuur.
De Pythagorasboom, een vroege fractal, bedacht door de Nederlandse wiskundeleraar Albert Bosman lijkt levend, maar is een wiskundige structuur.

Alles is wiskunde
Pythagoras ontleende zijn ideeën waarschijnlijk van eerdere, Indische wijsgeren die als eersten werkelijk verbijsterend grote getallen construeerden. Zo is de grootste tijdeenheid in de hindoeïstische mystiek, de mahamanvantaram, zo’n 311,04 biljoen jaar: meer dan twintigduizend keer zo lang als de ouderdom van het heelal. De hele natuurkunde gaat uit van de veronderstelling dat het heelal op wiskundige wijze is te beschrijven. Met Pythagoras’ sekte liep het niet al te best af – ze bemoeiden zich te veel met politiek en boze ex-sekteleden begonnen een gewapende aanval – maar de ideeën van de Pythagoreeërs leefden voort en werden in de loop der eeuwen verder uitgewerkt in de vorm van wiskunde en natuurwetenschap.

Wat is wiskunde?
Als enige exacte wetenschap is wiskunde zowel reëel als imaginair. Niemand heeft ooit het getal twee of een driehoek gezien; toch gedraagt een twaalftal knikkers zich precies zo als het getal twaalf: het kan slechts worden gedeeld door twee, drie, vier, zes en twaalf (of je moet ze kapotslaan: het dagelijks-leven equivalent van breuken). Deze eigenschap geldt voor alle objecten met een eigen ondeelbare identiteit, of het nu om elektronen, atomen, mieren, mensen, bakstenen, manen, planeten of sterren gaat. Het lijkt dus alsof getallen een metafysische realiteit hebben die ze overal in het heelal laat opduiken.

De grote wiskundige theorieën, denk aan TNT (typographical number theory, de natuurlijke getallentheorie), de meetkunde van Euclides of topologie zijn alle afgeleid van een beperkt aantal beginstellingen: axioma’s. Hierbij worden bepaalde simpele regels gevolgd. Zo is in de natuurlijke-getallentheorie het getal één datgene wat volgt op nul, notatie: S0 (successor van nul). Twee is wat volgt op één: S(S0), dus SS0. Enzovoort.  Op die manier is uit de axioma’s van de getallentheorie elk natuurlijk getal te vormen. Uit een paar axioma’s ontstaat een explosie van stellingen, want door twee stellingen te combineren, ontstaan weer nieuwe stellingen.

Wat wiskunde ook een ijzersterke kandidaat maakt als kraamkamer voor een Theorie van Alles. Immers, er is geen onderliggend systeem nodig om wiskunde te produceren. Het is er al op het moment dat je de axioma’s (beginstellingen) bedenkt. Fysica die voortkomt uit metafysica.

Hoe zou een intelligent, uit wiskundige stellingen bestaand wezen zijn wereld zien?

De oplossingen van sommige chaotische wiskundige systemen lijken om bepaalde punten heen te dansen: de verborgen attractoren.
De oplossingen van sommige chaotische wiskundige systemen lijken om bepaalde punten heen te dansen: de verborgen attractoren.
Stel, er bestaat een wiskundig stelsel dat met wat simpele bewerkingen heel veel complexiteit produceert. Hoe verder je af raakt van het beginaxioma, hoe groter het aantal mogelijke afgeleide stellingen. Dus zou het voor een intelligente waarnemer in dit stelsel het lijken alsof de ‘wereld’ in het ‘verleden’ veel kleiner was en in het verre verleden begonnen is met een ‘oerknal’ (de beginaxioma’s).  Dit zou het heelal van het wezen ook een duidelijke tijdpijl verschaffen.

In veel wiskundige, chaotische systemen kennen we ook iets dat zich een beetje gedraagt als zwaartekracht (al zijn er uiteraard veel elementen die er niet overeenkomen): verborgen attractoren. Als het wezen om een verborgen attractor ‘draait’, zal hij dat ervaren als draaien om een zwaar object. Sommige stellingen leiden samen tot één onontkoombare eindconclusie: een zwart gat met een singulariteit in het centrum. Sneller dan het licht kan niet: elke stelling moet rigide afgeleid worden van eerdere stellingen zonder doorsteekjes. Kortom: het heelal van een dergelijk wezen zou wel eens veel op dat van ons kunnen lijken…

{Edit: n.a.v. de terechte op- en aanmerkingen van Attercopus bijgewerkt}

Singulariteiten, punten waar natuurwetten onzinnige waarden opleveren, worden daarom intens gehaat door natuurkundigen.

Leven na de dood in zwarte gat

Volgens een nieuwe theorie leef je voort als je in een zwart gat valt. Als geest, elders in het heelal.

Toegegeven: je moet er wel voor in de snaartheorie geloven en het experimentele bewijs daarvoor (niets, zelfs het Higgsdeeltje is nog niet gevonden) vinden we niet echt overtuigend. Daartegenover staat dat bijna alle theoretisch natuurkundigen fervente aanhangers van de snaartheorie zijn. En laten we eerlijk zijn, het idee dat we hierna bespreken is erg interessant voor visionair denkenden.

Zwarte gaten slokken alles op, zelfs licht. Niets kan ontsnappen volgens Einstein en Hawking. Informatie misschien wel, volgens twee fysici.
Zwarte gaten slokken alles op, zelfs licht. Niets kan ontsnappen volgens Einstein en Hawking. Informatie misschien wel, volgens twee fysici.

De gevreesde singulariteiten
Het verhaal begint bij zwarte gaten: objecten, meestal uitgeputte zware sterren, zo zwaar dat ruimtetijd eromheen zich opkrult en de ster afsluit van de rest van het heelal. Naar binnen gaan kan wel, naar buiten nooit meer. Na vele miljarden jaren (de precieze tijd hangt af van de massa, hoe groter hoe langzamer) verdampen de zwarte gaten door middel van Hawkingstraling, een soort warmtestraling.
Volgens Einsteins relativiteitstheorie gaat de ineenstorting door tot alle materie is samengeperst in een wiskundig punt, de singulariteit, waar onze natuurwetten niet meer opgaan. Singulariteiten zijn daarom gevreesde ondingen.

Singulariteiten, punten waar natuurwetten onzinnige waarden opleveren, worden daarom intens gehaat door natuurkundigen.
Singulariteiten zijn punten waar natuurwetten onzinnige waarden opleveren. Ze worden intens gehaat door natuurkundigen.

Geen wonder dat theoretisch natuurkundigen er alles aan doen om van singulariteiten af te komen. Een reden dat de snaartheorie zo populair is, is dat singulariteiten niet voorkomen in de snaartheorie: ruimtetijd bestaat volgens die theorie uit elementaire snaren.

Informatie die verdwijnt in het niets?
Een tweede vervelend probleem met zwarte gaten is de informatieparadox. Stel, je kiepert al je reclamedrukwerk (of aanmaningen van de deurwaarder, dat foeilelijke beeldje van je schoonmoeder of slechte rapportcijfers) in een zwart gat. Dan verdwijnen die voorgoed. Er is geen enkele manier waarop deze informatie terug te halen is.

Dat is in strijd met de kwantummechanica. Deze zegt dat in een waarschijnlijkheidsgolffunctie informatie altijd behouden blijft (in wiskundige termen voor de liefhebber: de Schrödingervergelijking is een unitaire operator die altijd ondubbelzinnige uitkomsten geeft). En met kwantummechanica wil je als natuurkundige geen ruzie hebben, tenzij je Albert Einstein heet: QED, kwantumelektrodynamica, is namelijk verreweg de nauwkeurigste natuurkundige theorie die er bestaat. We kunnen soms tot op veertien decimalen, dat is één op honderd biljoen, nauwkeurig voorspellen hoe een door QED beschreven verschijnsel (het grootste deel van de natuurkunde, de complete scheikunde en daarvan afgeleide wetenschappen bijvoorbeeld) zich gedraagt. Ter vergelijking: G, de zwaartekrachtsconstante die zegt hoe sterk twee kilo’s op een meter afstand elkaar aantrekken, kennen we slechts met een miezerige vier decimalen precies.

Geest ontsnapt uit zwart gat
Weliswaar kan de materie waaruit we bestaan niet ontkomen aan het zwarte gat – Einsteins algemene relativiteitstheorie en ook de snaartheorie zijn daar onverbiddelijk over – er blijkt toch een escape te zijn.

Leven na de dood? Als de theorie van Frolov en Mukohyama klopt, kan informatie door een braantunnel ontsnappen uit een zwart gat.
Leven na de dood? Als de theorie van Frolov en Mukohyama klopt, kan informatie door een braantunnel ontsnappen uit een zwart gat.

Volgens de snaartheorie zijn er namelijk meer dimensies dan vier (lengte, breedte, hoogte, tijd) en sloopt een zwart gat ruimtetijd zo grondig dat de anders verborgen zeven dimensies (hemelen voor de mystici onder u) zichtbaar worden. De theoretisch fysici Valeri Frolov van de universiteit van Alberta in Canada en Shinji Mukohyama van de universiteit van Tokyo denken dat ons heelal in een meerdimensionaal multiversum zweeft en dat het goed mogelijk is dat de meetkunde in het multiversum heel anders is dan die van ons. Met andere woorden: punten die in onze wereld niet met elkaar verbonden zijn, zijn dat in het multiversum misschien wel. De informatie, de geest, van de ongelukkige die in een zwart gat valt, duikt zo misschien op in een heel ander deel van het heelal. Als die informatie bij elkaar blijft, tenminste.

Frolov en Mukohyama noemen dit een braangat (braan is een snaartheorieterm voor een n-dimensionaal vlak, een plat vlak is bijvoorbeeld een 2-braan en een lijn een 1-braan).
Braangaten hebben het nadeel (of voordeel) van alle wormgaten. Je kan er namelijk in principe sneller dan het licht of zelfs door de tijd mee reizen. Je zou dus jezelf in het verleden de winnende combinatie van de lotto kunnen toefluisteren. Of kunnen waarschuwen dat je vooral niet in het zwarte gat moet springen…

discriminatie lelijke mensen

Discriminatie lelijke mensen: alledaags racisme

We doen het allemaal onbewust: we trekken mooie mensen voor op lelijkerds. Je reinste racisme. Toch is er nauwelijks iemand die tegen discriminatie lelijke mensen protesteert.

Elke dag vindt een stille vorm van discriminatie plaats waar geen enkele groep tegen protesteert. Lelijke mensen verdienen, blijkt uit onderzoek, zo’n 20% minder dan mooie mensen, ze komen moeilijk aan een partner en worden door hun medemensen vaak minachtend of met afkeer behandeld.  

Discriminatie lelijke mensen schering en inslag

discriminatie lelijke mensen
Knappe mensen verdienen meer, worden vriendelijker behandeld en krijgen meer aandacht van het andere geslacht. – Pixnio.com, CC0

Opstellen met een fotootje van een knap kind krijgen een hoger cijfer dan exact hetzelfde opstel met de foto van een lelijk kind.  Als acteur of fotomodel, maar ook als politicus, verkoper of manager wordt een carrière veel moeilijker (alhoewel niet onmogelijk).

Kortom: discriminatiecijfers die als ze van toepassing waren op een erkende minderheid in Nederland, hadden geleid tot een spoeddebat of erger.

Niemand zal van zichzelf makkelijk toegeven dat hij of zij lelijk is. Toch zijn wij mensen het, blijkt uit antropologische onderzoeken, over het algemeen redelijk eens over wat mooie of lelijke mensen zijn. Toen vrouwen van een indianenvolk uit de Amazone foto’s van Griekse mannen te zien kregen en werd gevraagd wat de knapste mannen waren, wezen ze dezelfde foto’s aan als westerse vrouwen.

Wat maakt iemand knap of lelijk?

Over het algemeen is het de combinatie van lichaams- en gezichtsdelen wat iemand mooi of lelijk maakt. Mooie mensen hebben een symmetrisch gezicht, een gladde, jonge huid en een atletisch lichaam. Bij vrouwen moet de taille-heup verhouding laag genoeg zijn.

Mooie vrouwen hebben meestal een eivormig gezicht en vochtige lippen, voor vrouwen seksueel aantrekkelijke mannen een hoekig gezicht. Al deze kenmerken komen vooral voor bij gezonde mensen. Volgens evolutiebiologen is de reden dat we zo de partner met het geschiktste genenpakket kunnen selecteren.

Discriminatie lelijke mensen in feite dus racisme

Slachtoffer van een zuuraanval in het Iraanse parlement. – Wikimedia Commons

Hoe we er uitzien is zeer sterk afhankelijk van ons genetisch materiaal. Dingen als haarkleur, huidskleur, bouw van het lichaam, het gezicht en de vorm van de neus, bijvoorbeeld, zijn alle overerfbaar. Iemand kan lelijk zijn door erfelijkheid, door ziekte of door een ongeluk. In feite is discrimineren van lelijke mensen dus racisme.

Het beste zou natuurlijk zijn dat wij mensen niet op iemands uiterlijk letten. Helaas zijn wij genetisch zo geprogrammeerd dat wij dat wel doen. De hersens van mannen reageren bijvoorbeeld onbewust opgetogen op mooie vrouwen, de reden dat er mooie pitspoezen worden ingehuurd om dure auto’s en dergelijke te promoten.

Misschien dat in de toekomst plastische operaties voor iedereen die onder een kritieke schoonheidsindex scoort, in het basispakket kunnen komen. Nog een stap verder, en ethisch zeer twijfelachtig, is genetische manipulatie om het uiterlijk van een kind knapper te maken.

Misschien lost het probleem zich wel vanzelf op. De virtuele wereld wordt namelijk steeds belangrijker. Lelijke mensen kunnen een oogverblindend mooie avatar gebruiken of misschien worden er kunstprotheses ontwikkeld, geavanceerdere versies van toupetjes.

Bioluminescentie komt veel voor bij diepzeedieren. Een extreme vorm van een natuurlijk proces?

Brein werkt mogelijk deels op licht

Biofotonica, een ooit fel omstreden theorie kostte menig wetenschapper de kop. Ten onrechte, blijkt steeds meer.  

Het veronderstellen dat fotonen, lichtdeeltjes, een cruciale rol speelden in levende organismen, kostte onderzoekers als de omstreden Rus Alexander Gurwitsch en de Duitser Fritz-Albert Popp bijna hun carrière. Nu duikt steeds meer bewijs op dat licht wel degelijk een essentiële rol speelt in levende organismen, mogelijk zelfs in ons bewustzijn.

Bioluminescentie komt veel voor bij diepzeedieren. Een extreme vorm van een natuurlijk proces?
Bioluminescentie komt veel voor bij diepzeedieren. Een extreme vorm van een natuurlijk proces?

Na zijn dood is gebleken dat Gurwitsch’ waarnemingen juist waren (al is het morfogenetisch veld, waar hij fervent in geloofde, onzin volgens vrijwel alle wetenschappers). Hij wordt nu erkend als de ontdekker van biofotonen. Popps werk, ooit verguisd door ‘respectabele’ wetenschappers, staat nu in het centrum van een zich snel ontwikkelend nieuw wetenschappelijk veld: biofotonica.

Oplichtende bacteriën en ingewikkelder organismen zijn minder uitzonderlijk dan het lijkt. In feite komt er bij biochemische reacties voortdurend licht vrij, zij het met een zeer zwakke intensiteit, denk aan honderd fotonen per vierkante centimeter per seconde. Tot voor kort werd dit gezien als een curieus bijverschijnsel.

Het lijkt er steeds meer op dat dat niet klopt en dat de verguisde biofotonen wel degelijk een belangrijke rol spelen. Uit onderzoek eerder in 2010 bleek dat de ruggemergzenuwen van ratten licht kunnen geleiden. Het brein van ratten in werking blijkt op te lichten. Biofysicus Majid Rahnama aan de Shahid Bahonar University te Kerman, Iran en een groep collega’s van over de hele wereld denken nu te weten waarom.

Verschillende celonderdelen van hersencellen blijken namelijk fotoactief te zijn, op licht te reageren. Ze bevatten bijvoorbeeld porphyrine-ringen, flaviniden, pyridine-ringen, lipide (vettige) chromoforen and aromatische (betekent: voorzien van een ring van zes koolstofatomen) aminozuren. Mitochondriën, de energiecentrales van de cel, bevatten verschillende chromoforen, stukken molecuul die de rest van het molecuul een kleur geven.

Het brein in werking baadt in zeer zwak licht. Toeval? Integendeel volgens een aantal onderzoekers.
Het brein in werking baadt in zeer zwak licht. Toeval? Integendeel volgens een aantal onderzoekers.

Volgens de theorie van de onderzoekers dienen microtubuli, een netwerk binnen cellen, naast transportnetwerk voor biomoleculen, ook als ‘wave guides’, lichtgolfgeleiders. Zeg maar een biologische glasvezelkabel. De onderzoekers toonden een significant verband aan tussen de frequentie van hersengolven, zoals alfa- bèta- en thetagolven en de activiteit van optisch actieve moleculen.

Dit kan verklaren hoe alfa-, bèta- en thetagolven het brein kunnen synchroniseren. Elektrische ontladingen door het ompolen van het celmembraan, het bekende proces waarmee zenuwcellen onderling communiceren, zijn daar te traag voor. Vijftien jaar eerder suggereerde de visionaire wiskundige Roger Penrose  al dat het netwerk van neuronale microtubuli een soort kwantumcomputers vormen, de Orch-OR theorie.

Alhoewel vervolgonderzoek niet veel heel liet van zijn theorie, zo zou de kwantumverstrengeling in microtubuli waar zijn theorie op berustte maar miljardsten van seconden overleven, heeft Penrose misschien toch wel een beetje gelijk. Penrose, blijkt uit zijn werk aan twistors, het ontdekken van ringvormige structuren in de achtergrondstraling en nu dus het kwantumbrein, heeft in ieder geval een zeldzaam talent om anderen op het juiste spoor te zetten.

De velociraptor, een snelle roofdino en een nauwe verwant van de eerste vogels, kon niet vliegen, maar beschikte al wel over een lichte bouw en veren. Die eigenschappen komen namelijk ook van pas om snelle prooidieren te vangen. Bron: Wikipedia

Evolutie veel sneller dan gedacht

In een baanbrekend onderzoek is nu aangetoond dat evolutie veel sneller kan verlopen dan tot nu toe wiskundig voor mogelijk werd gehouden.

De velociraptor, een snelle roofdino en een nauwe verwant van de eerste vogels, kon niet vliegen, maar beschikte al wel over een lichte bouw en veren. Die eigenschappen komen namelijk ook van pas om snelle prooidieren te vangen. Bron: Wikipedia
De velociraptor, een snelle roofdino en een nauwe verwant van de eerste vogels, kon niet vliegen, maar beschikte al wel over een lichte bouw en veren. Die eigenschappen komen namelijk ook van pas om snelle prooidieren te vangen. Bron: Wikipedia

Voor creationisten is de vermeende wiskundige onmogelijkheid van snelle evolutie een geliefd argument om de evolutietheorie mee naar het rijk der fabelen te wijzen.

De kans dat bijvoorbeeld de voorouder van de vogels of de vleermuizen door spontane mutaties ineens ging vliegen is vrijwel uitgesloten.

Wiskundige Herbert Wilf en twee gepensioneerde hoogleraren nemen in hun model aan dat iedere tussenliggende stap een klein evolutionair voordeel opleveren. Ze laten hiermee zien dat zich op deze manier een nieuwe eigenschap relatief snel kan ontwikkelen.

Uit eerdere computersimulaties is al bekend dat zich in slechts enkele honderden generaties uit een oogvlek een oog kan ontwikkelen.  Nu is voor het eerst een rigide wiskundig model opgesteld.

Kortom: de creationisten kunnen weer op zoek naar een nieuw argument.

Bron Physorg.com