Zoekresultaten voor: virtual reality

Meer compacte tools, zoals deze robotarm, kunnen fabrieksarbeiders helpen te improviseren en zo onze industrie weer laten bloeien.

Geef fabrieksarbeiders slimmer gereedschap

Ook een hogelonenland als Nederland kan concurreren met China. Het geheim: geef fabriekarbeiders slim gereedschap, zodat hun productiviteit en innovatievermogen verveelvoudigt.

 

Meer compacte tools, zoals deze robotarm, kunnen fabrieksarbeiders helpen te improviseren en zo onze industrie weer laten bloeien.
Meer compacte tools, zoals deze robotarm, kunnen fabrieksarbeiders helpen te improviseren en zo onze industrie weer laten bloeien.

 

Opmars van lagelonenland China
De bruto lonen voor laag- en gemiddeld geschoold werk in de VS zijn vergeleken met die in Nederland niet erg hoog. Toch maken de Amerrikanen zich net als hier zorgen over de aanzuigende werking van de lage Chinese lonen. Het Chinese minimumloon is met 130 euro per maand ongeveer een tiende van dat van een Nederlander. Heel veel bedrijven hebben daarom hun fabrieken al naar China verplaatst. Leuk voor de winstcijfers, minder leuk voor het innovatievermogen. Als fabrieken verdwijnen, verdwijnt namelijk ook productkennis, essentieel voor een goed, fabrieksklaar ontwerp. Het industriële netwerk verdwijnt in hoog tempo en ook in China zitten getalenteerde ontwerpers en technici.

Outsourcing rampzalig idee
Sommige Amerikanen zijn er voorstander van alle eenvoudige fabricageprocessen richting China te verplaatsen en alleen de topproductie, gespecialiseerde high-tech producten die alleen door zeer grote bedrijven worden gekocht, in stand te houden. Een domme gedachte, aldus emeritus hoogleraar robotica van de technische universiteit MIT, Rodney Brooks. Juist simpele dingen, zoals sportschoenen en mobiele telefoons vereisen een intensief contact tussen fabrikant en ontwerper. Geografische nabijheid is dan essentieel, bijvoorbeeld om machines in de fabriek te bekijken, zodat mogelijkheden en beperkingen duidelijk worden. De Chinese onderaannemer leert van de fabricage en gaat vervolgens onder eigen vlag de producten ontwikkelen en verkopen. De vele getalenteerde Chinese ontwerpers en creatieve Chinese technici in de buurt maken dat ook gemakkelijk. Dit gebeurde al eerder met Japan en Korea.

Voordelen van produceren in eigen land
Ook eenvoudige producten in eigen land of regio maken houdt de transportkosten laag en geeft de fabrikant een goede feeling van de lokale markt. Nog belangrijker: er ontstaan zo mogelijkheden om fabrieksarbeiders kennisintensiever te laten werken. Kantoorwerkers zijn veel productiever geworden door computers en andere kantoortoepassingen. Ze zijn nu in staat de informatiestroom te beheren en eenvoudige taken te automatiseren.

Fabrieksequivalenten van kantoorsoftware en printers
Ditzelfde effect kan ook in fabrieken bereikt worden, aldus Brooks. Vroeger werkten kantoren met mainframes op kantoor. Je moest dan achter een toetsenbord en beeldscherm zitten, de computer stond dan op een centrale plaats. Nu heeft iedereen zijn eigen pc of laptop.

Op dit moment vormen fabrieken nog compleet gecentraliseerde structuren, te vergelijken met kantoren vroeger. Als een fabriekswerker iets aan een ontwerp wil veranderen, betekent dat een ingewikkeld bureaucratisch proces. Daarom ziet Brooks een toekomst voor zich waarin zaken als 3D-scanner, 3D-printers, virtual reality en visualisatiesoftware, ja zelfs een soort internet voor machines, in fabrieken even standaard worden als printers en pc’s in kantoren nu. Op deze manier kunnen we de slag met China winnen en onze industrie en werkgelegenheid behouden.

Bron
Making Revolution, MIT Technology Review (2012)

Poststempel ter ere van de ontdekking van het 23e Mersenne priemgetal in 1963

De toekomstige jacht op getallen

Wat staat mensen (of andere intelligente wezens) te doen wanneer alles ontdekt is? Het is bepaald niet zeker of dit nooit zal lukken, maar dat weerhoudt ons er niet van erover te speculeren.

Mensen ontdekken graag dingen, bijvoorbeeld nieuwe planten, continenten, wiskundige stellingen, natuurwetten, fossielen of leefbare planeten. De afgelopen tienduizenden jaren heeft de mensheid vanuit Oost Afrika een flink deel van het landoppervlak van de aarde gekoloniseerd, en is ondertussen begonnen aan de ruimte. De laatste eeuwen heeft de wetenschap een hoge vlucht genomen. Waar ontdekkingsreizigers en wetenschappers vaak gedreven worden door nieuwsgierigheid, hebben hun resultaten enorme, vooral positieve, gevolgen voor onze maatschappij en ons wereldbeeld. Stel nu dat er ooit een tijd komt dat we overal geweest zijn en alle natuurwetten bekend zijn[1], en we dus niks meer te ontdekken hebben[2].

Poststempel ter ere van de ontdekking van het 23e Mersenne priemgetal in 1963
Poststempel ter ere van de ontdekking van het 23e Mersenne priemgetal in 1963

Wat dan?

Een voor de hand liggende mogelijkheid is dat we ons hier niet druk om maken en al onze tijd in virtual reality werelden doorbrengen, waarin we het enorm naar ons zin hebben met virtuele avonturen en ontdekkingen. Veel mensen zien dit vast wel zitten. Echter, sommigen zullen behoefte blijven hebben aan échte ontdekkingen. Gelukkig is er een onuitputtelijk reservoir van onontgonnen informatie, beter bekend als getallen.

De ontdekking van een nieuw bijzonder getal zou een sensatie betekenen waar verveelde mensen met smart op hebben zitten wachten; eindelijk weer een stukje echt nieuwe informatie, weer iets om toe te voegen aan Wikipedia! Veel energie en rekenkracht zou hierin geïnvesteerd worden.

Welke getallen zijn interessant?
Populaire getallen waar nu al fanatiek op gejaagd wordt zijn Mersenne priemgetallen. Deze hebben de vorm 2n – 1, met n een natuurlijk getal, bijvoorbeeld 3 (met n=2), 7 (n=3), 31 (n=5) en 127 (n=7). Inmiddels zijn er 47 bekend, de laatste 13 met het gedistribueerde project GIMPS, maar is er nu al 2,5 jaar geen nieuwe meer gevonden. De grootste heeft een exponent n van ruim 43 miljoen en is ook het grootst bekende priemgetal.

Niet altijd was men enthousiast over het zoeken naar Mersenne priemgetallen. In 1811 schreef de Engelse wis- en natuurkundige Peter Barlow: “231 -1 is op dit moment het grootst bekende [Mersenne priemgetal], en waarschijnlijk het grootste dat ooit ontdekt zal worden; want omdat ze slechts curiositeiten zijn, zonder nut, is het onwaarschijnlijk dat iemand zal proberen een grotere te vinden.”[3]

We zullen het de heer Barlow vergeven dat hij de opmars van de computer later in zijn millennium niet voorzag (Babbage bedacht zijn mechanische computer pas een jaar later, om over electronica maar niet te spreken). Niettemin, ruim voor het wonderjaar 1952 had men al veel grotere Mersenne priemgetallen ontdekt dankzij een puur wiskundige doorbraak, die later zou uitgroeien tot de Lucas-Lehmer test. Deze wordt vandaag de dag nog steeds succesvol gebruikt om nieuwe Mersenne priemgetallen te vinden.

In de Pieterskerk in Leiden is deze (gerestaureerde) grafsteen van Van Ceulen gewijd aan zijn indrukwekkende werk aan pi
In de Pieterskerk in Leiden is deze (gerestaureerde) grafsteen van Van Ceulen gewijd aan zijn indrukwekkende werk aan pi

Een ander getal dat regelmatig in het nieuws komt, is pi. De Duits-Nederlandse wiskundige Ludolph van Ceulen gebruikte een oude techniek met veelhoeken om dit getal tot op 35 decimalen te berekenen, waarmee hij officieus de geometrische periode van de wiskunde afsloot. Latere records werden gevestigd met behulp van moderne analytische methodes, en ook hier schoot computerkracht te hulp. Recentelijk berekenden twee Japanners pi tot op 10 biljoen (1013) decimalen[4].

Wat is het nut?
Maar, waarom zoeken we nu al naar nieuwe recordgetallen, aangezien er nog genoeg praktisch relevantere dingen te ontdekken vallen. Heeft dit nut?

Een klein beetje, maar de belangrijkste reden is toch nieuwsgierigheid: de wens om iets nieuws en moois te ontdekken. Praktische redenen zijn: het ontdekken van efficiëntere rekenmethodes, publiciteit voor wiskunde, het interesseren van kinderen in wiskunde, de eer of geldelijk gewin, en het controleren van hardware (denk aan de Pentium bug).

Het huidige enthousiasme voor het ontdekken van nieuwe getallen, of meer decimalen van speciale getallen, bij een relatief kleine groep bewijst dat we hier nooit mee zullen ophouden, zeker niet wanneer andere terreinen van ontdekking een voor een wegvallen.

Bronnen en noten
[1] Dit is de situatie die Philipp von Jolly in 1878 al wat voorbarig voorzag toen hij Max Planck adviseerde om geen natuurkunde te gaan studeren.
[2] Als het heelal oneindig groot is (daar lijkt het nu op) zal de eindige reissnelheid ervoor zorgen dat er altijd nieuwe locaties te bezoeken zijn. Maar relatief (ten opzichte van het dan bekende universum) gaat dit op den duur zeer langzaam.
[3] Peter Barlow – An elementary investigation of the theory of numbers
[4] Pi 10 trillion
The Prime Pages

Het holodeck is nu nog science fiction, maar niet voor lang meer.

De toekomst van: de bioscoop

Je zit in je stoel en dan wordt het donker. De wereld om je heen verdwijnt. Je wordt opgezogen door de immense filmbeelden op het witte doek en voor de komende anderhalf uur ben je in een andere wereld. Het is alsof je buiten je lichaam treedt.Een ding is zeker: dit is nog maar het begin…

Ultieme doel: zo realistisch mogelijke beleving
Al eeuwen proberen mensen om een voorstelling zo levensecht mogelijk te maken. In de achttiende eeuw waren er windmachines op het theater en ook andere mechanische hulpmiddelen rukten steeds verder op. Vandaar de bekende uitdrukking ‘deus ex machina’, ‘god uit de machine’ voor een onverwachte ontwikkeling, waar in die tijd vaak een apparaat voor werd gebruikt. Met de komst van de filmprojector en geluidselektronica bereikte de bioscoop het voorlopige hoogtepunt. De verbeteringen de afgelopen negentig jaar waren slechts marginaal. 3D-effecten dan uitgezonderd.

Het holodeck is nu nog science fiction, maar niet voor lang meer.
Het holodeck is nu nog science fiction, maar niet voor lang meer.

Uiteraard willen we meer. We willen ook fysiek aanwezig zijn in het oerwoud, het Californische strandfeest of in het romantische (of griezelige) kasteel. We willen een holodeck zoals in de Star Trek franchise voorkomt. Tot de millenniumwisseling leek dit science fiction, maar de laatste jaren zijn er een aantal interessante technische ontwikkelingen die ons steeds meer van passieve toeschouwer, actieve deelnemer maken. Kortom: de grenzen tussen spel en voorstelling zijn aan het vervagen. Kijkers worden deelnemers. De videokwaliteit van veel spellen begint al die van films te benaderen.

De filmindustrie zoals we die kennen verdwijnt steeds meer. De omzet van videogames is hoger dan die van bioscoopfilms en dat is niet voor niets. Wie wil anderhalf uur met een stijve nek verschaalde popcorn eten als je als alternatief met je vrienden levensechte draken kan bevechten, een fantasierijk bezoeken waarin magie net zo normaal is als elektriciteit hier of een maffiaoorlog uitvechten in een achterbuurt?

Virtual reality overlay
De echte wereld wordt steeds meer in een Matrix-achtige fantasiewereld veranderd door middel van augmented reality of zelfs een complete overlay. De stad waar je woont verandert zo in een apocalyptisch oord vol zombies of bevat aanwijzingen die je moeten helpen een spionagezaak op te lossen. Voorbeelden: Parallel Kingdom of Flying Fairy. Op dit moment is de interface niet echt indrukwekkend, maar dat verandert als je eenmaal een virtual reality bril op hebt. Deze zullen in de toekomst veel compacter en algemener zijn dan nu.

Je leven doorbrengen in een virtuele wereld
Ook zullen steeds meer delen van de reële wereld in een spelachtige omgeving worden gepresenteerd. Game junkies hoeven zo niet meer zonder hun permanente fix. Vrienden in de reële en virtuele wereld kunnen straks via sociale netwerken precies zien waar je bent en waar je je mee bezig houdt. Wat de filosofische vraag met zich meebrengt: kunnen mensen zich nog losmaken uit de virtuele wereld, en wordt de virtuele wereld niet zo aantrekkelijk dat alle drang om de reële wereld te verbeteren (of een gevaarlijke reis naar andere planeten te maken) verdwijnt?

Creëren van virtuele werelden wordt biljoenenindustrie
Om een aantrekkelijke virtuele wereld te scheppen zal er nog veel meer ontwikkelontspanning moeten worden verricht dan nu. Miljoenen van de slimste mensen zullen hier een dagtaak aan hebben – totdat kunstmatige intelligenties dit proces over kunnen nemen.

Ook adverteerders zullen proberen in deze wereld binnen te dringen. Dat is logisch. Reclame draait om aandacht en als je klanten zich het grootste deel van de tijd bezig houden met een game, is het uiteraard slim om ze daar proberen te bereiken. Verschillende games bieden al in-game advertising. Bedrijven ontwikkelen nu ook al steeds meer simpele games om klanten te lokken.

Vragen waarvan we vroeger dachten dat ze tot het domein van de esoterie of science fiction hoorden: wat is echt en wat is virtueel, worden nu snel actueel.

Lees ook:
De toekomst van vakantie

Bron (onder meer):
Sensory Futures, Experiential Entertainment

Is dit je toekomstige sollicitatiegesprek?

Spel als mindreader

Speelt u graag spelletjes online? In principe is daar een schat aan informatie uit te halen over hoe u denkt. Onderzoekers zijn steeds verder op weg met het bedenken van methoden om uit spelgedrag intelligentie en andere psychologische kenmerken af te leiden. Worden spelletjesuitbaters straks online zielenknijpers?

Is dit je toekomstige sollicitatiegesprek?
Is dit je toekomstige sollicitatiegesprek?

Een spel als psychisch experiment
Een spel is een simulatie van de werkelijkheid. Een schaakspel is een gestileerd slagveld, waarin twee legers tegen elkaar oprukken. Veel spelletjes zijn meer abstract. Alle spelletjes van een bepaalde minimale complexiteit hebben echter als gemeenschappelijk kenmerk dat ze uitnodigen, een bepaalde speelstijl te hanteren.

Zo was er een schaakgrootmeester, niet eens zo spectaculair goed, waarvan de speelstijl hopeloos het spel van de regerend wereldkampioen in die tijd ontregelde. Bij computerspelletjes zijn er zelfs meer dingen vast te stellen, bijvoorbeeld de muisbewegingen die iemand maakt, patronen in de beslissingen die iemand maakt en  de strategie die achter de zetten van iemand schuil gaat.

Zo zal een impulsief persoon korter nadenken en vaak kiezen voor spelletjes waarbij hij ogenblikkelijk resultaat ziet van zijn zet. Ook zal een intelligent persoon meer succes hebben bij zijn spel.

Schaakcomputers: de eerste AI’s
Het beperkte, abstracte domein van spelletjes maakt ze een ideale speeltuin voor kunstmatige intelligentie. Inderdaad concentreerde veel AI-onderzoek zich hierop. Dit begon al in de jaren vijftig. Sindsdien zijn schaakcomputers sterk verbeterd, met als voorlopige hoogtepunt IBM-computer Deep Blue die in 2006 regerend wereldkampioen Kramnik inmaakte.

Op dit moment haalt een schaakprogramma op een moderne pc al ELO-ratings boven de 2600.
Minderwaardigheidsgevoelens? Schakel dan over op go, het boeiende eeuwenoude Japanse bordspel. Go-meesters verslaan nog steeds de beste goprogramma’s met stukken.

IQ testen met spel
Inderdaad zijn al enkele onderzoekers bezig hier onderzoek naar te doen. Tom Schaul en Jürgen Schmidthuber van het IDSIA-instituut van de Zwitserse  universiteit van Lugano en hun collega Julian Togelius van de universiteit van Kopenhagen hebben methodes gezocht om intelligentie te meten aan de hand van een spel[1]. De uitgaven aan (en het niveau van) research and development aan computerspellen zijn namelijk zo hoog, de wereldwijde omzet in computerspellen ligt rond de dertig miljard euro, dat dit het AI-onderzoeksbudget verre overtreft.

Steeds meer onderzoekers liften dan ook dankbaar mee op de superieure real-time hardware en de algoritmes van computerspellen. Zij stellen voor om het IQ van AI’s vast te stellen door ze ‘los te laten’ op voor de makers van de AI onbekende spellen.  Uiteraard kan deze techniek ook voor het meten van menselijke intelligentie worden gebruikt.

Persoonlijkheid en sociale vaardigheden testen met een spel
Steeds meer onderzoekers duiken ook in virtual reality spelwerelden om daar sociologisch onderzoek te doen. Dit onderzoek kan natuurlijk ook naar een toekomstige werknemer worden gedaan. Is deze in staat als een echte team player af te rekenen met een gevaarlijke draak in World of Warcraft, of is het een brokkenpiloot? Wordt personeelsassessment in de toekomst een bezoekje aan een game console?

Bron:
1. Tom Schaul, Julian Togelius, Jürgen Schmidhuber, Measuring Intelligence through Games, Arxiv.org (2011)

 

Kunnen we straks van voorbijgangers zien of ze een strafblad hebben?

Wereld wordt meer dan werkelijk

Onze steden kunnen snel worden voorzien van geheimen die we niet met het blote oog kunnen zien. De straten, gebouwen en soms zelfs de burgers zelf kunnen wemelen van virtuele informatie. Met behulp van augmented reality (AR) kan je zien hoeveel hotelkamers in een hotel bezet zijn en de beoordeling van een restaurant raadplegen als je er langs loopt. De mensen die je ontmoet kunnen zelfs hun naam of beroep vrijgeven voor je een woord zegt.

AR staat op een punt een nieuwe laag over het stadslandschap te leggen door grafische informatie van apps en het internet in objecten in je gezichtsveld te projecteren als je rondkijkt. De cameras en verbeterde brillenglazen die nodig zijn voor AR worden steeds kleiner, slimmer en beter ontworpen en kunnen spoedig de ruimte en objecten om ons heen transformeren. “Informatie zou naadloos worden geïntegreerd om op die manier ons te helpen beslissingen te maken”, zegt James Alliban, een Londense ontwerper en AR-kunstenaar.

Kunnen we straks van voorbijgangers zien of ze een strafblad hebben?
Kunnen we straks van voorbijgangers zien of ze een strafblad hebben?

De ‘augmented’ stad zal van een grote variëteit aan bronnen worden opgebouwd, variërend van adverteerders tot onze sociale netwerken. Denk aan winkelen. Zwevende advertenties in de supermarkt kunnen zich gedragen als een school vissen en je naar de beste deals van die dag leiden. Producten in de schappen kunnen virtueel worden gemerkt met prijs, waardering op sociale media en informatie over hun oorsprong en de productieketen, van land tot schap. De informatie wordt in feite onderdeel van het product zelf, zegt Mistry.

Dit betekent onvermijjdelijk dt een groot deel van onze beslissingen zal worden uitbeteed aan onze apparaten en het internet. Hierdoor zullen we nog meer afhankelijk worden van technologie dan nu het geval is. Eén stroomstoring of EMP-puls en we zijn letterlijk ontredderd, verdwaalden in een compleet onbekende wereld. “Zodra de AR-bril wordt weggenomen, voelt de gebruiker zich gehandicapt, is als het ware een deel van zijn of haar hersenen kwijtgeraakt.” aldus Alliban.

De mogelijkheden voor reclame zijn zo groot dat reclamemakers waarschijnlijk gratis augmented reality setjes ter beschikking stellen – waarbij reclames van de deelnemende bedrijven plus routebeschrijving worden getoond.

AR kan meer beïnvloeden dan alleen onze ontmoetingen met levenloze objecten, zegt Keiicho Matsuda, een Londense architect die zich met AR bezig houdt. Informatie over mensen die uit sociale netwerkprofielen en andere internetbronnen wordt samengesteld kan worden vertoond als je ze ontmoet. Er is weinig behoefte meer aan praatjes over het weer, je kan meteen doordringen tot de kern van de zaak. “Informatie die je altijd bij de hand hebt, zal een behoorlijk groot effect hebben op onze sociale interacties”, aldus Matsuda.

Dit soort persoonlijke informatie doet het ergste vermoeden voor privacy. Als je AR-bril iedere persoon op straat kan koppelen aan hun Facebook-profiel, wordt het moeilijk anoniem te blijven. Toch zal AR onze wereld levendiger en interessanter maken. Het wordt zo ook mogelijk om in eigen stad of buurt op vakantie te gaan. Met virtual reality kunnen er zo een aantal palmbomen aan toegevoegd worden…

De paus voelt zich bedreigd door techniek. Terecht.

‘Technologie kan God niet vervangen’

Paus Benedictus XVI, zoals de heer Ratzinger zich tegenwoordig noemt, heeft in zijn palmzondagsmis stevig uitgehaald naar het geloof in de technologie. De mens moet volgens het opperhoofd van de roomse kerk niet denken dat hij goddelijke krachten kan krijgen door technologie. Heeft de man gelijk en leiden we collectief aan hoogmoedswaanzin? Of staan we nog maar aan het begin van een totale transformatie van de mens?

De denkwereld van de gelovige

De paus voelt zich bedreigd door techniek. Terecht.
De paus voelt zich bedreigd door techniek. Terecht.

Gelovigen, zoals Benedictus XVI naar eigen zeggen is, denken dat de natuurwetten zoals we die kennen niet absoluut zijn, maar onderhevig aan de almacht van een opperwezen, aangeduid als God, Jahweh of Ahura Mazda. Kortom: het heeft meer zin om Ahura Mazda te vriend te houden dan om een bliksemafleider te installeren, geloven zij.
Er zijn ook gelovigen, zoals hindoes, die in meerdere manifestaties van deze goden geloven (die allen samen dan weer één god vormen). Het geloven in meer goden maakt gelovigen aanmerkelijk verdraagzamer, als je in driehonderd miljoen goden gelooft, kan er nog wel een godje of godeliefje bij.
Sommige monotheïstische gelovigen, denk aan veel islamieten, worden daarentegen erg agressief als hun godheid of (vooral) de uitvinder van hun geloof wordt beledigd. Vraag Salman Rushdie of de nabestaanden van Theo van Gogh maar.

Ook de omstreden club van Ratzinger heeft wat dat betreft een door de zwarte rook van brandstapels voor ketters, inktzwart gekleurd verleden. Kortom: erg veel vertrouwen in de almacht van hun god blijken deze gelovigen niet te hebben. Geen wonder. Het is niet door de wil van god, maar vooral omdat ze zonder gewetensbezwaren kunnen moorden, hun onverbiddelijke gelijk opdringen aan anderen en meer kinderen kunnen maken dan ongelovigen, dat de meest onverdraagzame geloven het meeste succes hebben. Zonder de bloedige heilige oorlogen van de islamieten, het Spaanse en Portugese kolonialisme, het uitmoorden van de lokale indianen en aboriginals door de Europeanen en de wrede onderdrukking van niet- en andersgelovigen door islamieten en de inquisitie, waren hun geloven beperkt gebleven tot een zonderling randverschijnsel.

Veel gelovigen moorden liever zelf, in plaats van God de wrake te laten.
Veel gelovigen moorden liever zelf, in plaats van God de wrake te laten.

Techniek grote bedreiging voor geloof
In de late middeleeuwen werd al een stevige bijl aan de wortel van de religieuze terreur gezet. De eerste watermolens verspreidden zich snel. Voor het eerst werd echt duidelijk dat de mens zich kon ontworstelen aan de willekeur van de natuur. Een slimme uitvinder of behendig ambachtsman kon rijk worden door hard te werken en zijn hersens te gebruiken. Daarna ontstond de moderne wetenschap en kwam dit proces in een stroomversnelling. Ziekten als de pest en hongersnoden werden ooit als “plagen van God” gezien. Dankzij begaafde wetenschappers en uitvinders hebben we nu een grote controle over epidemieën en hebben we grote hongersnoden af kunnen wenden. Dat niet dankzij, maar ondanks gelovigen als de paus en islamitische godsdienstijveraars.

Als een boer een goede oogst wil, gaat hij niet een kaarsje branden in de kerk, maar koopt hij een zak kunstmest en bestrijdingsmiddelen. Wie ziek is, gaat niet naar een marabout of gebedsgenezer, maar naar de dokter. Een antibioticakuur werkt beter dan wel tien pelgrimstochten naar Mekka of Santiago de Compostela. Als de paus of een islamitische fundamentalist ziek is, laat hij zich behandelen door wetenschappelijk opgeleide  artsen met door middel van wetenschappelijk onderzoek ontwikkelde geneeswijzen. De reden is eenvoudig. Deze werken (op enkele dubieuze middelen als statines na) in verreweg het grootste deel van de gevallen. Dat is met de almachtige Allah of Onze Lieve Heer maar afwachten. Die houden er zo hun eigen willetje op na.

Onsterfelijkheid zal het geloof een harde klap toebrengen.
Onsterfelijkheid zal het geloof een harde klap toebrengen.


Nog meer slecht nieuws voor hunne heiligheden de paus, imams en ayatollahs: onsterfelijkheid, gratis seks en een einde aan de armoede

Geen wonder dat Ratzinger zich zorgen maakt. Het leven wordt ondanks hun gechanteer en gedreig, steeds beroerder voor gelovigen. Zelfs de laatste domeinen van het geloof, zoals leven na de dood en het beloven van eeuwige zaligheid (christendom) of rijkdom en overvloedige seks (islam) worden nu in hoog tempo ingehaald door de realiteit. De levensverwachting is aanmerkelijk groter geworden: waar een pasgeboren kind in de negentiende eeuw amper de veertig haalde, is dat nu tachtig of meer geworden. Mensen zijn nu gezonder en welvarender dan ooit eerder in de geschiedenis. Ray Kurzweil schat dat rond 2045 klinische onsterfelijkheid wordt bereikt of in ieder geval de mogelijkheid de menselijke geest te downloaden in een computer (wat zou betekenen dat de mens de facto onsterfelijk is geworden).

Een belangrijk middel waarmee islamitische ijveraars zieltjes winnen, is het beloven van overvloedige seks aan door strenge islamitische zedenregels gefrustreerde jongemannen. Naar verluidt lieten de moordzuchtige Hashishin van Alamoet rekruten enkele dagen doorbrengen in een verborgen vallei met Wein, Weib und Gesang. Ook in de koran zijn veel beeldende beschrijvingen te vinden van de talrijke vleselijke geneugten van het paradijs. Naar verwachting zal de onverbiddelijke opmars van virtual reality porno en seksrobots hier een einde aan maken,wat weer een belangrijk chantagemiddel minder betekent.

De ontwikkeling van diverse technieken om energie op te kunnen wekken gaat razendsnel. Met voldoende energie is in principe iedere grondstof overvloedig te winnen, zo niet op aarde, dan wel elders in het zonnestelsel. We verwachten daarom een snelle uitbreiding van de menselijke welvaart. Zelfs gelovigen kunnen hier niet tegenop met kinderen maken. Het leven op aarde zal steeds meer lijken op het paradijs. Zoals het leven in westerse landen dat voor veel immigranten uit de derde wereld op het eerste gezicht ook is. Naarmate we steeds hoger de piramide van Maslov opstormen, zullen existentiële vragen belangrijker worden. Wat is de zin van ons leven en welke ethiek moeten we hanteren, als er geen straffende God meer is die ons na onze dood laat boeten?

Helaas (of gelukkig) worden juist deze het minst goed beantwoord door agressieve religies…

De werking van Li-Fi. Bron/copyright: Pure-LiFi.com

Li-Fi, razendsnel netwerken met ledlampje

De Schotse professor Harold Haas ontwikkelde een communicatiesysteem dat bijna te mooi is om waar te zijn en nog oersimpel bovendien. Li-Fi verslaat wifi op bijna alle terreinen met stukken.

Wat is Li-Fi?

Stel je voor, je kan een complete film downloaden in enkele seconden. Hiervoor hoef je geen netwerkkabel in je geplaagde laptopje te prikken. Of alle Wi-Fi kanalen van je router met obscure technische trucjes aan elkaar te knopen. Nee, het enige wat je hoeft te doen is het ding in het bereik van je lamp in het plafond te leggen. Die is namelijk door een kleine uitbreiding in de fitting omgetoverd tot een Li-Fi zender. De flikkeringen gaan honderden miljoenen malen sneller dan de mens waar kan nemen. De bandbreedte van Li-Fi is enorm: tienduizend keer zo groot als die van alle radiofrequenties samen. Technici van het Mexicaanse bedrijf Sisoft bereikten tot 10 Gb per seconde. Dat betekent: snel genoeg om een complete blu-ray film over te zenden binnen de vijf seconden. Sneller dan harde schijven zelfs.

De werking van Li-Fi. Bron: purelifi.com (fair use)
De werking van Li-Fi. Bron: purelifi.com (fair use)

Hoe werkt Li-Fi?

Centraal in Li-Fi staan twee welbekende elektronische componenten, de transistor en de LED,  en een minder bekende, de fotocel. Een datasignaal bestaat uit korte spanningspulsjes (de enen), waartussen spanningsloze periodes (de nullen) liggen. Kortom stroom. Een transistor (elektrofanaten kennen het ding met drie pootjes) laat alleen stroom door, als de stuurstroom met het datasignaal aan staat (het signaal 1 doorgeeft). De transistor laat dan stroom door naar de LED. Die gaat precies op de maat van het datasignaal knipperen. Dit is de complete zender. Deze bestaat dus uit welgeteld twee onderdelen. Dat is bij een wifi-modem wel anders.

Uiteraard moet het signaal ook ontvangen worden. Omdat ruis een probleem is, moet dit weggevangen worden. Dit vereist een ingewikkelder schakeling. Overigens nog steeds simpeler dan een wifi-ontvanger. Uiteraard moeten er ook communicatieprotocollen en dergelijke mee worden gestuurd, maar in feite is dit de gehele techniek.

Wat kan je met Li-Fi?

Li-Fi is te vergelijken met een onzichtbare glasvezelkabel. Gegevensuitwisseling tussen twee mensen wordt veel sneller. Door de eenvoud en de snelheid kunnen ook kleine gadgets, die het Internet of Things uit gaan maken, hiervan gebruik maken. Kabels leggen is nu in feite niet meer nodig, behalve wellicht van de modem naar de lamp. Want zelfs door de muur teruggekaatst licht blijkt nog 70 Mbit per seconde toe te laten. Dat is meer dan de meeste breedbandabonnementen nu. Je zou bij wijze van spreken de inhoud van een complete draagbare harddisk met duizend films in een paar uur via een ledlamp laten streamen en al je vrienden of collega’s zo kunnen voorzien van een jaar fulltime filmkijkplezier. Realistische virtual en augmented reality wordt hiermee een peulenschil. De bandbreedte is er nu gewoon.
Ook aantrekkelijk aan Li-Fi is de lage prijs, bij massaproductie tien keer zo goedkoop als wi-fi. Kortom: het lijkt erop dat Li-Fi het leven een stuk leuker gaat maken.

Hoe kan je zelf aan de slag met LiFi?

Helaas zijn de Pure-LiFi evaluatiekits voor deze veelbelovende technologie alleen beschikbaar voor grote bedrijven, en met 2500 euro nogal prijzig voor individuen en kleine ondernemers. Toch hebben we na enige speurwerk deze aanbieder in India gevonden. Het LiFi-knutselsetje van Research Design Lab is voor Nederlandse en Belgische begrippen betaalbaar – rond de 170 euro. Wel is de datasnelheid met max. 115 kb vrij mager. Waarschijnlijk kunnen handige hobbyisten dit systeem upgraden.

Deze toekomstige technologie maakt beeldschermen en toetsenborden overbodig. Bron: saddahaq.com

Tien toekomstige technieken die de wereld gaan veranderen

In deze video vind je een tiental toekomstige technieken, die volgens waarnemers de wereld zoals we die kennen drastisch op haar kop zullen gaan zetten. Denk aan in de lucht zwevende beelden zonder beeldscherm of bril, nu door een recente Japanse uitvinding mogelijk. En nog veel meer.

Denk bijvoorbeeld aan treinen sneller dan het geluid, draadloze elektriciteit door het hele huis (als je elektrosmog onzin vindt), holografische televisie (voorzover je nog televisie nodig hebt als virtual en augmented reality echt door gaan breken), onzichtbaarheidsmantels en telepathie. Met de verontrustende mogelijkheid van mind hacking. Overigens heb je daar geen high tech voor nodig, zoals het groeien en bloeien van vele sektes en naargeestige religies zoals het salafisme bewijzen.

Of vliegende auto’s. Ja, nu eindelijk, althans voor de rijken dan. Maar daar zijn er in de toekomst veel meer van dan nu. 3D printing en autonome robots gaan ook doorbreken. Het lijstje met belangrijke toekomstige technieken is verre van volledig, denk bijvoorbeeld aan human-level en bovenmenselijke AI, maar na het bekijken van dit filmpje heeft u een aantal goede uitgangspunten voor verder onderzoek.

Deze toekomstige technologie maakt beeldschermen en toetsenborden overbodig. Bron: saddahaq.com
Deze toekomstige technologie maakt beeldschermen en toetsenborden overbodig. Bron: saddahaq.com

Infographic: bestaat mijn baantje over een paar jaar nog?

Machines worden steeds ‘slimmer’. Al eerder verdwenen ooit onmisbare banen als stoker, seinwisselaar en vuurtorenwachter. Er zal echter nu een veel grotere slachting plaatsvinden op de arbeidsmarkt, aldus een rapport. Vooral makkelijk automatiseerbare beroepen als telemarketeer, administratief medewerker en koffiejuffrouw zullen een ware decimering ondergaan. Daarentegen zullen ‘sociale’ en artistieke beroepen, alsmede managementsfuncties nog behouden blijven.

werkloos

Vanaf pagina 57 van de bron is een lijst met beroepen opgenomen, met hierbij de kans dat de baan weg wordt geautomatiseerd.
Aan de andere kant: de onderzoekers bekeken niet, welke banen er in de toekomst bij gaan komen.
Dit zijn denk ik persoonlijk vooral banen, die te maken hebben met het gladstrijken van de sociale problemen die de technische explosie met zich meebrengt en het creatief vullen van de vele niches, denk aan virtual en augmented reality, die nu vrij komen.

Bron
Carl Benedikt Frey en Michael A. Osborne, THE FUTURE OF EMPLOYMENT: HOW SUSCEPTIBLE ARE JOBS TO COMPUTERISATION? (2013)