Kortzichtige bezuinigingen leidden tot de grootste olieramp in de geschiedenis en het bijna-faillisement van BP.

Kunstmatige levensvorm vernietigt aarde

Vergeet Craig Venter en zijn geknutsel aan de minibacterie Mycoplasma. Het eerste kunstmatige leven ontstond al in de negentiende eeuw. En sinds die tijd gaat het van kwaad naar erger met NV’s en BV’s, want door een foute juridische beslissing hebben ze een psychopate persoonlijkheid gekregen. Wordt het niet tijd deze onbeheersbare molochs stevig te kortwieken?

Al eeuwenlang bestonden er trusts, kerkelijke stichtingen en kloosterordes. In de achttiende eeuw ontstonden organisaties als de Verenigde Oostindische Companie. Deze organisaties, die vergeleken worden met grote BV’s en NV’s anno nu, hadden maar beperkte bevoegdheden. Elke bevoegdheid moest expliciet door de overheid aan deze organisatie toegekend worden. In de negentiende eeuw komt daar verandering in. In wat wel de grootste juridische misser van de moderne tijd kan worden genoemd, wordt een vennootschap dezelfde rechten toegekend als een natuurlijk persoon.

De geboorte van een kunstmatige levensvorm
We schrijven 1819. Het bestuur van een private school in de Amerikaanse staat New Hampshire, Dartmoor College, een stichting in het bezit van land, is afgezet door de raad van trustees (te vergelijken met de raad van toezicht hier in Nederland). De gouverneur van New Hampshire wil de school nationaliseren en het afgezette bestuur weer opnieuw installeren. Het nieuwe bestuur gaat hiertegen in beroep.

In een achteraf gezien historische uitspraak wordt het nieuwe bestuur (en dus de raad van toezicht) in het gelijk gesteld. De motivatie voor het vonnis: Dartmoor College wordt gezien als het gevolg van een geldig contract tussen de toenmalige Engelse koning James II en de toenmalige trustees. Het nationaliseren van Dartmoor College zou hiermee contractbreuk inhouden. Hiermee kwam er de facto erkenning van de raad van trustees als een rechtspersoon. De geboorte van een kunstmatige levensvorm.

Burgerrechten voor een bedrijf
In de negentiende eeuw waren vennootschappen nog steeds streng aan banden gelegd. Ze mochten slechts opgericht worden door een besluit van het parlement en moesten zich exact aan hun functieomschrijving houden. In een eeuw waarin zwarten en vrouwen als minderwaardige burgers werden gezien, is de volgende stap dan ook verbijsterend te noemen: de corporatie kreeg dezelfde rechten als een Amerikaanse burger.

Bancroft Davis drukte de rechtspersoon er door: bedrijven kregen dezelfde rechten als mensen.
Bancroft Davis drukte de rechtspersoon er door: bedrijven kregen dezelfde rechten als mensen.

In een belastingconflict tussen de staat Californië de Southern Railway (individuen mochten schulden aftrekken van bezittingen, bedrijven niet), belandde de zaak bij het Amerikaans hooggerechtshof. Bancroft Davis, ‘reporter’ van het Amerikaanse Hooggerechtshof en als ex-spoorwegmanager bepaald niet onpartijdig, kreeg van het hooggerechtshof de vrije hand en slaagde er in om corporaties dezelfde rechten toe te laten kennen als natuurlijke personen: “The court does not wish to hear argument on the question whether the provision in the Fourteenth Amendment to the Constitution, which forbids a State to deny to any person within its jurisdiction the equal protection of the laws, applies to these corporations. We are all of the opinion that it does.”

Kortom: in een voetnoot van het hof werden vrijwel alle Amerikaanse grondwettelijke burgerrechten, zoals het recht op privacy, toegekend aan bedrijven. Een uiterst controversieel besluit dat, als het in de Senaat of het Huis van afgevaardigden in stemming was gekomen, vrijwel zeker met grote meerderheid  was verworpen.

License to kill
De gevolgen bleken al snel rampzalig. Grote industriële magnaten als de Rockefellers en J.P. Morgan grepen hun kans. Burgerrechten beschermden hun corporaties tegen lastige inspecteurs en ambtenaren en gaven hen hiermee een license to kill om over concurrenten heen te walsen. Niet zij persoonlijk, maar de corporatie was aansprakelijk en corporaties kan je alleen beboeten, niet op de elektrische stoel zetten. Ook voor flessentrekkers waren limiteds (BV’s) en incorporated companies (NV’s) ideaal: ze konden heel veel schulden in de rechtspersoon stoppen en zelf met de noorderzon vertrekken, vergelijkbaar met de epidemie van plof-BV’s in de jaren zeventig.

Enorme kartels, trusts, kregen een wurggreep op de Amerikaanse economie en alleen door strenge anti-trustwetten, uiteraard op alle mogelijke manieren tegengewerkt door de industriële magnaten, kon hun invloed een beetje worden teruggedrongen.

Bedrijf krijgt bij wet psychopate persoonlijkheid
Een nieuwe rechtszaak  tegen automagnaat Henry Ford maakte de zaak nog veel erger. Ford, een hartstochtelijk autoliefhebber, dacht lange termijn en wilde tegen een lagere winstmarge werken om de marktpositie te verbeteren. Zijn compagnon voelde hier niets voor.

Henry Ford, visionair autobouwer en uitvinder van de lopende-bandproductie.
Henry Ford, visionair autobouwer en uitvinder van de lopende-bandproductie.

Helaas voor de compagnon had Ford de meerderheid van de aandelen en drukte zijn wil door. Zijn compagnon liep naar de rechter.

In een opmerkelijke uitspraak van de rechter kregen bestuurders van een incorporated voortaan als enige plicht te streven naar maximale winst voor de aandeelhouders. Alles wordt ondergeschikt aan de winst. Kan een bedrijf een miljoen dollar extra winst maken door een milieuregel te overtreden die een boete van duizend dollar met zich meebrengt, dan is de manager dus in gebreke als hij deze milieuregel niet overtreedt. Veel van deze Amerikaanse wetgeving is in de jaren tachtig en negentig ook in Europese landen zoals Nederland ingevoerd.

Het gevolg: zo ontstaat de ideale omgeving voor psychopaten, mensen die alleen aan korte-termijn winst  denken ten koste van alles. Inderdaad zijn psychopaten (die ongeveer een procent van de bevolking vormen) oververtegenwoordigd in de top van het bedrijfsleven.

Roofbouw op consument en milieu
De gevolgen merken we elke dag. Managers worden afgerekend op het halen van korte-termijn targets en  gedwongen tot het maken van zoveel mogelijk winst, ook als dit ernstige schade voor de omgeving oplevert of het voortbestaan van  het bedrijf in gevaar brengt.

Kortzichtige bezuinigingen leidden tot de grootste olieramp in de geschiedenis en het bijna-faillisement van BP.
Kortzichtige bezuinigingen leidden tot de grootste olieramp in de geschiedenis en het bijna-faillisement van BP.

Onder de vele voorbeelden:  de BP-ramp in de Golf van Mexico (een kortzichtige bezuiniging op een onderdeel van een boorplatform leidde tot de grootste olieramp in de geschiedenis).

Ook de doofpotaffaire bij sigarettengigant Philip Morris en andere Amerikaanse tabaksfabrikanten is hier een rechtstreeks gevolg van. De schadelijke gevolgen van tabaksrook waren al in de jaren vijftig bekend, maar toch ging Philip Morris door met het aanprijzen van roken als gezonde gewoonte: dat leverde het meeste  winst op.

Bestuurders persoonlijk aansprakelijk stellen kan nauwelijks. De corporatie zelf ontbinden is door de grondwettelijke bescherming ook zeer lastig. Kortom: alleen door hoge boetes zijn deze organisaties te temmen.  De reden dat er in de VS  zo absurd hoge schadevergoedingen bij rechtszaken tegen bedrijven worden toegekend.

De oplossing: stel bestuurders persoonlijk aansprakelijk, maak een ethische richtlijn verplicht
Door een drietal zeer twijfelachtige juridische beslissingen is er een monster geschapen: een kunstmatig wezen met een ingeprogrammeerde roofzuchtige, psychopate natuur. Dat alles om de bezitters van aandelen aan zoveel mogelijk inkomen te helpen.

Gezien de enorme risico’s die aan modern zakendoen kleven – een enkel cruiseschip, kerncentrale of chipsbakker kost al gauw meer dan een miljard – is het ondoenlijk een enkele eigenaar alle risico te laten dragen. Helemaal afkomen van de corporatie wordt dus lastig, maar misschien dat iemand een goede manier weet om de risico’s niet te hoog te laten worden voor de eigenaars.

De rechten die op dit moment aan corporaties worden toegekend, zullen moeten worden beperkt tot het hoogstnoodzakelijke, afgeleid van individuele rechten van betrokkenen: aandeelhouders, personeel en klanten. De situatie in de negentiende eeuw.  Welke rechten dan zouden overblijven? Moet je aandeelhouders van een bedrijf aansprakelijk stellen als hun bedrijf misdaden pleegt? 

Bestuurders moeten aansprakelijk worden gesteld als zij wettelijk over de schreef gaan. Boetes die aan corporaties worden opgelegd zouden eigenlijk ook aan de verantwoordelijke bestuurders worden uitgedeeld. Maar ook moeten besturuders niet worden gedwongen om misdaden te plegen om maar zoveel mogelijk winst te kunnen maken. Hoe zou je dat in een wet kunnen formuleren?

Iedere corporatie moet een publiek bekende ‘grondwet’ krijgen waarop bestuurders op de vergadering van aandeelhouders worden afgerekend. Bedrijven moeten meer het karakter krijgen van verenigingen. Bedrijven zijn niet alleen winstmachines. Het zijn belangrijke onderdelen van de maatschappij met een enorme impact op de planeet. Met macht komt verantwoordelijkheid, toch?

De Khoisan leven nog steeds zoals de eerste jager-verzamelaars.

Moderne mens ontstond mogelijk in Israël

Onderzoekers van de universiteit van Tel Aviv hebben naar eigen zeggen resten van moderne mensen aangetroffen met een ouderdom van vierhonderdduizend jaar. De vondst, als deze inderdaad juist is geïnterpreteerd en niet de zoveelste misser is in de menselijke paleontologie, zet de geschiedenis van de menselijke soort danig op zijn kop. De oudste overblijfselen van de moderne mens, gevonden in Oost-Afrika, dateren van 200.000 jaar geleden. Tot nu toe dachten paleontologen dat de moderne mens zich ontwikkeld heeft in Afrika ten zuiden van de Sahara.

De Khoisan leven nog steeds zoals de eerste jager-verzamelaars.
De Khoisan leven nog steeds zoals de eerste jager-verzamelaars.

In 2006 vonden paleontoloog Ari Gopher en zijn team menselijke tanden in de grot Qesem in de buurt van Rosh Haayin in Centraal-Israël. De druipsteengrot was meer dan tweehonderdvijftigduizend jaar in gebruik: van ongeveer  vierhonderdduizend jaar tot tweehonderdduizend jaar geleden. Het team kwam naar eigen zeggen pas met de resultaten naar buiten toen meerdere monsters waren verzameld en door middel van diverse dateringsmethodes de ouderdom van de tanden betrouwbaar was vastgesteld.

Inderdaad is het merkwaardig dat het zo lang geduurd heeft voordat de moderne mens uit Afrika wegtrok. Van eerdere, minder intelligente en vindingrijke mensachtigen zoals Homo erectus en verschillende diersoorten weten we dat ze er behoorlijk indrukwekkende zwerftochten op hebben zitten (er zijn skeletten van Homo erectus gevonden tot op Java toe). De Sahara is verschillende malen in de laatste honderdduizenden jaren vruchtbaar en groen geweest. Dit zou mensachtigen een ideale leefomgeving hebben geboden. In feite weten we uit rotstekeningen dat er tienduizend tot zesduizend jaar geleden mensen in de toen weelderige Sahara geleefd hebben. De tocht door de Sinaï naar Eurazië minder dan een half miljoen jaar geleden tijdens een eerdere vochtige periode zou dan voor de hand liggen.

De ondergang van Homo erectus, vierhonderdduizend jaar geleden, valt samen met deze vroegste datering van de moderne mens en de Neanderthalers. Gezien de niet al te vriendelijke manier waarop mensen met elkaar omgaan en omgingen – denk aan wat er met de Armeniërs, Tasmaniërs en de Inca’s is gebeurd – verklaart dit misschien ook dit tot op heden nog onopgeloste paleontologische raadsel.

Een stap richting de Sluier der Onwetendheid

Laatst zat ik in de trein, met in de stoelen naast mij een jongen en meisje van rond de 18. Half volgde ik hun gesprekken, die over de politiek bleken te gaan.  Hun vader (het waren kennelijk broer en zus) was politiek actief,  maar de dame en heer waren het niet eens met een beslissing die hij had genomen. In hun ogen had hij in een bepaalde situatie beter anders kunnen handelen. Toen niet veel later het gesprek van onderwerp was veranderd, zei het meisje dat ze graag een OV-jaarkaart voor eersteklas zou willen hebben. Door deze opmerking begon ik mij af te vragen waarom zij dat in godsnaam zou willen.

Natuurlijk snap ik dat mensen graag zo comfortabel mogelijk door het leven gaan en dat uiteraard het liefst voor noppes. Maar zeker voor mensen die actief zijn of willen zijn in de politiek lijkt het mij belangrijk zich zoveel mogelijk tussen het ‘normale volk’ te begeven. Want laten we wel wezen: politiek is toch van origine een sociale bezigheid? (1) Naar mijn mening zijn politici er om in (conflict-) situaties beslissingen te nemen die de diversiteit aan belangen zoveel mogelijk behartigd. En vanuit een ivoren toren lijkt mij dit moeilijk te bewerkstelligen.

Vrouwe Justitia is blind; ook zij neemt haar beslissingen vanachter een Sluier der Onwetendheid.

Politiek filosoof John Rawls (1921 – 2002) hield zich tijdens zijn leven bezig met het opstellen van een theorie over rechtvaardigheid, onder andere in zijn boek Theory of Justice. In dit boek beschrijft Rawls het gedachte-experiment van de Original Position. In het kort komt dit gedachte-experiment er op neer dat mensen bij het inrichten van een samenleving (of bij het verdelen van goederen in een samenleving) beslissingen zouden moeten nemen vanachter een sluier der onwetendheid (‘Veil of Ignorance‘), waarbij deze mensen niet weten in welke sociaal- of economische toestand zij zelf verkeren. Zodoende moet er dus met iedere sociale en economische klasse evenveel rekening worden gehouden; er bestaat namelijk een kans dat je zelf tot een van de minder bedeelde klassen behoort. Je zou het kunnen zien als het verdelen van een taart, waarbij je zelf de laatste bent die mag kiezen. De meest gunstige verdeling voor jezelf is dan de gelijke verdeling.

Uiteraard is Rawls’ gedachte-experiment behoorlijk hypothetisch: geen mens kan werkelijk oordelen vanachter een veil of ignorance. Rawls werd dan ook verweten een voornamelijk utopische theorie op te hebben gesteld. Desalniettemin is de Original Position een nastrevenswaardig ideaal, met name natuurlijk voor de mensen die een land besturen; de politici. Okay, de veil of ignorance bestaat niet. Zelfs als we ons best zouden doen, zullen we toch altijd een beetje bevooroordeeld blijven voor het milieu van waaruit wij zelf onze oorsprong hebben. Dit komt doordat we simpelweg minder affectie hebben met situaties, omstandigheden of bepaalde sociaal economische klassen naarmate we het op ons levenspad minder tegen (zullen) komen. Toch zijn mensen met een groot inlevingsvermogen (empathie) beter in staat zich te verplaatsen in voor hen minder bekende omstandigheden.

Hoe kan iemand er dan voor zorgen dat hij of zij meer affectie krijgt met de situatie waarin mede landgenoten zich kunnen bevinden? Juist! Door zich te omgeven met zo heterogeen mogelijke personen, zorgen dat zij bijvoorbeeld de minder bedeelde landgenoten wél op hun levenspad treffen. Met andere woorden: weg uit die ivoren toren! Een kaart om gratis met 1e klas te reizen zou zulke mensen juist de kans ontnemen te ervaren wat er leeft in de maatschappij. Iedere invloedrijke politicus zou eigenlijk vrienden moet hebben in alle lagen van de maatschappij zodat zij zich kunnen inleven in de personen die betrokken zijn bij (potentiële) conflict situaties, en zo beter de gevolgen van een te nemen beslissing kunnen overzien. Ik denk dat hoe meer vrienden een politicus heeft in zoveel mogelijk diverse ‘groepen’ die voorkomen in de maatschappij, die politicus eerder zijn beslissingen vanachter een ‘veil of ignorance’ zal nemen, zoals filosoof John Rawls zou hebben gewild.

(1)    Ik meen mij te herinneren dat een hoogleraar tijdens een gastcollege een keer zei dat er onderzoek was gedaan naar de motivatie van alumni die de politiek in wilden. Er bleek dat de meest genoemde redenen het financiële aspect en de status waren.  Het sociale aspect, waar het eigenlijk allemaal om te doen zou moeten zijn, werd nauwelijks genoemd. Helaas kan ik de bron niet meer achterhalen.

Welkom op de lieflijke Madeliefjeswereld, waar het evenwicht tussen witte en zwarte madeliefjes de temperatuur binnen de perken houdt.

Gaia of Medea?

Volgens de Gaia-hypothese van James Lovelock vormt de aardse biosfeer een superorganisme, Gaia, dat de leefomstandigheden op aarde optimaal probeert te houden. Niet iedereen is het eens met dit weldadige beeld. Volgens paleontoloog Peter Ward is Moeder Natuur een suïcidale sadiste die om de honderd miljoen jaar een poging doet om alles wat uit meer dan één cel bestaat te vergiftigen: de Medea-hypothese, genoemd naar de mythologische Griekse tovenares Medea die haar eigen kinderen vermoordde. Wie heeft er gelijk? Of is er een betere hypothese?

De Gaia-hypothese in het kort
Volgens de theorie van atmosferisch chemicus en uitvinder James Lovelock (de ontdekker van de verwoesting van de ozonlaag door CFK’s) is ons ecosysteem een stabiel systeem dat, net als een levend organisme, er altijd naar streeft een optimale evenwichtstoestand te bereiken. Stijgt bijvoorbeeld het kooldioxidegehalte in de lucht teveel, dan zullen planten en algen harder groeien en hierdoor de kooldioxide opnemen.

Welkom op de lieflijke planeet Madeliefjeswereld, waar het evenwicht tussen witte en zwarte madeliefjes de temperatuur binnen de perken houdt.
Welkom op de lieflijke planeet Madeliefjeswereld, waar het evenwicht tussen witte en zwarte madeliefjes de temperatuur binnen de perken houdt.

Hij bedacht een simpel model, Madeliefjeswereld (Daisy World), waarmee hij aantoonde dat op zich volkomen normale ecologische processen toch een inwendige thermostaat in een ecosysteem konden inbouwen.
Op Madeliefjeswereld komen maar twee soorten planten voor: witte en zwarte madeliefjes. Zwarte madeliefjes maken efficiënt gebruik van zonlicht en doen het daarom goed bij lage temperaturen. Witte madeliefjes beschermen zichzelf tegen teveel zonlicht door dit te reflecteren en doen het daarom goed bij hoge temperaturen.

Als de zon van Madeliefjeswereld heter wordt, krijgen witte madeliefjes een ecologisch voordeel. Er komen daarom dan veel meer witte madeliefjes, waardoor Madeliefjeswereld meer licht gaat weerkaatsen en de temperatuur weer daalt. Andersom: daalt de hoeveelheid zonneschijn, dan krijgen de zwarte madeliefjes de overhand – en wordt meer licht geabsorbeerd, wat Madeliefjeswereld warmer maakt.

Kortom: de concurrentie tussen witte en zwarte madeliefjes houdt Madeliefjeswereld leefbaar. Uiteraard kent ook dit systeem zijn grenzen: is de hele planeet bedekt met witte of zwarte madeliefjes, dan zal een verdere stijging of daling van de temperatuur leiden tot het uitsterven van alle madeliefjes. Lovelock waarschuwt hier ook voor.

Op aarde komen er volgens Lovelock vergelijkbare processen voor. De oceaanstromen en waterhuishouding vormen volgens Lovelock de bloedsomloop van de aarde. De organismen van de aarde houden de planeet in evenwicht en als mensen een andere planeet terraformeren, is dat slechts een methode van Gaia om zichzelf te vermenigvuldigen.

Volgens Lovelock en andere aanhangers van de Gaia-hypothese is het leven de reden dat hier op aarde nog vloeibaar water voorkomt en leefbare omstandigheden heersen, terwijl onze zusterplaneet Venus een kokende hel is en Mars een bevroren woestijn. Hij denkt dat als wij mensen doorgaan met het verwoesten van de biosfeer, Gaia terug zal slaan en vernietigende ziekten of natuurrampen op ons af zal sturen om af te rekenen met deze gevaarlijke plaag.

De Medeahypothese: Moeder Aarde als gestoorde kindermoordenaar
Niet iedereen is het eens met Lovelocks spirituele visie op de aardse biosfeer. Volgens paleontoloog Peter Ward zijn er in de lange geschiedenis van de aarde meerdere catastrofes aan te wijzen die direct werden veroorzaakt door het leven zelf: de Medea Hypothese.

Medea vermoordde haar twee zoontjes om wraak te nemen op haar overspelige echtgenoot Iason.
Medea vermoordde haar twee zoontjes om wraak te nemen op haar overspelige echtgenoot Iason.

In het Precambrium, het tijdvak vanaf het ontstaan van de aarde (4600 miljoen jaar geleden) tot zeshonderd miljoen jaar geleden, bestond de atmosfeer van de aarde voornamelijk uit het broeikasgas kooldioxide. Dit hield de planeet warm in de tijd dat de zon nog niet zoveel kracht had. Na het ontstaan van leven dat leefde van kooldioxide en zonlicht daalde het CO2 gehalte drastisch. Het resultaat: een vernietigende ijstijd waarin de hele planeet werd bedekt met honderden meters dik ijs. Dit gebeurde minstens twee keer: tijdens het Huronian, 2,7 miljard jaar geleden en later, tijdens het Cryogeen (790–630 miljoen jaar geleden). 

Ook enkele latere uitsterfgolven waren volgens Ward het resultaat van biologische processen. Zo waren er vijf gevallen waarin het leven vergiftigd werd door zwavelwaterstof (o.a. de grootste uitsterfgolf ooit van 251 miljoen jaar geleden).

Gevecht tussen Gaia en Medusa
Misschien is een iets ingewikkelder model beter. Er bestaan op aarde eigenlijk twee ecosystemen: een anaeroob, zuurstofarm milieu zoals op de vroegste aarde waarin het leven is ontstaan en ons huidige, zuurstofrijke milieu dat het grootste deel van de aarde, enkele zuurstofloze poelen en spleten uitgezonderd, beheerst.

We zouden onze zuurstofwereld Gaia kunnen noemen en de voor ons onleefbare wereld van methaan, zwavelsulfide en kooldioxide Medusa. Waarschijnlijk denkt een anaerobe levensvorm heel anders over die naamgeving en de grote uitsterfgolf die de overgang naar een zuurstofwereld inluidde, maar had hij dan zelf maar moeten evolueren tot intelligent wezen.
Ook zou hij Medusa, een slangachtig monster, waarschijnlijk aardiger hebben gevonden dan de mensachtige godheid Gaia: de meeste meercellige anaerobe dieren zien er uit als wormen of kwalletjes.

Gewoonlijk wint Gaia, het jongere zusje van Medusa. Fotosynthese produceert grote hoeveelheden voedsel en energie voor het ecosysteem. Medusa moet het doen met vulkanisme, chemosynthese en spontaan ontstane voor bacteriën eetbare moleculen. Deze energiebronnen leveren maar een miezerig bestaan op: 98% van alle energie op aarde wordt geleverd door de zon. Geen wonder dat Medusa zich moet verstoppen in de diepzee en diepe, onherbergzame spleten, waar het ecosysteem het overigens goed doet. In feite zit er onder de aarde waarschijnlijk zelfs meer biomassa dan daarboven: rotsbewonende, anaerobe eencelligen zoals archaeae en andere extremofielen.

Medusa, een monster met een slangenhoofd, geschilderd door Carvaggio.
Medusa, een monster met een slangenhoofd, geschilderd door Carvaggio.

Het succes van Gaia betekent ook haar ondergang. Wordt Medusa gevoerd met grote hoeveelheden voedsel (dode planten en dieren), dan schuift de grens tussen Medusa en Gaia naar boven tot bij de zeeoppervlakte. Er komen bij de anaerobe afbraak in de diepzee grote hoeveelheden kooldioxide, methaan en  giftige zwavelwaterstof vrij. Dat laatste gas verstikt het grootste deel van het Gaiaanse leven in zee en op het land, wat ook weer anaeroob wordt afgebroken en zo Medusa verder laten groeien.

Echter: Gaia slaat terug. Groene planten hebben geen zuurstof nodig maar zijn dol op kooldioxide. Ze stoten grote hoeveelheden zuurstof uit die korte metten maken met de giftige gassen in het zeewater (er zit zoveel zuurstof in de lucht dat zelfs de afbraak van alle biomassa die nog niet kan vernietigen). Medusa trekt zich weer mokkend terug diep onder de zeespiegel. De weinige overlevenden van Gaia koloniseren het opengevallen land.

Elke grote uitsterfgolf betekent gewoonlijk weer een spurt voor de evolutie. Zo was de voorouder van de dinosauriërs één van de weinige overlevenden van de Grote Uitsterfgolf. Pas toen de dino’s het loodje legden kregen zoogdieren en vogels de kans zich te ontwikkelen tot een groot aantal soorten.

De onzichtbare Jan Franssen, een van de machtigste mensen in Nederland.

Heil komt niet uit politiek

Zowel de Nederlandse politieke partijen als grote bedrijven zijn zo georganiseerd dat de middelmaat regeert. Visionaire ideeën zullen van de bevolking zelf moeten komen.

De gemiddelde succesvolle Nederlandse politicus

Mensen die besluiten actief te worden in de Nederlandse politiek of hogere managementsfuncties in grote bedrijven delen bepaalde kenmerkende persoonlijkheidstrekken. Geen wonder, de sociale organisatie van politiek en bedrijven in Nederland is zodanig dat bepaalde karaktertrekken absoluut essentieel zijn om het ver te schoppen in de politiek.

Heeft u bij voorbeeld weleens gehoord van Jan Franssen (VVD)? Waarschijnlijk niet.

De onzichtbare Jan Franssen, een van de machtigste mensen in Nederland.
De onzichtbare Jan Franssen, een van de machtigste mensen in Nederland.

Toch is Franssen een van de machtigste mensen in Nederland. De man, gewezen geschiedenisleraar, begon zijn carrière in de politiek als JOVD-voorzitter en adviseur van VVD-caudillo Hans Wiegel. Hij klom zonder voorkeursstemmen op via lidmaatschap van de provinciale staten van Noord-Holland en Tweede Kamerlid voor de VVD tot burgemeester in Zwolle en zijn huidige, lucratieve baantje als commissaris van de koningin in Zuid-Holland. Ondanks het feit dat hij praktiserend homoseksueel is, iets waarmee de roomse kerk doorgaans nogal wat moeite heeft, leverde zijn bekering tot het rooms-katholieke geloof hem een roomskatholieke ridderorde op.

Wilders, Halsema en Roemer zijn luidruchtige schlemielen
Franssen kan als redelijk representatief worden beschouwd voor echt succesvolle Nederlandse politici. Ze zijn de onbetwiste heersers van de achterkamertjes, van het polderen en van, zoals dat zo mooi heet, het maatschappelijk middenveld. Feilloos voelen ze aan waar de politieke wind waait, welke coalities het nuttigste zijn om v0oruit te komen en beheersen het politieke ambacht van beentje lichten en gekonkelfoes tot in de puntjes.

Ze genieten wel de lusten van het politicus zijn, zoals veel onzichtbare macht en kansen op allerlei lucratieve, vaak wat minder koosjere bijverdiensten, maar niet de lasten, zoals onder vuur  liggen in de media, doodsbedreigingen van gestoorde gekken (de reden dat Halsema opstapte) en een hoge werkdruk.

Onzichtbare mannetjes als Franssen runnen dit land. Halsema, Wilders en Roemer zijn luidruchtige schlemielen, bedoeld om het volk mee rustig te houden, waarmee het op termijn net zo af zal lopen als met Rita Verdonk.

Denkt de Nederlandse oligarchie lange-termijn?
Voorstanders van de Nederlandse oligarchie vinden dat het ondoorzichtige netwerk van vele niet-democratisch gecontroleerde organisaties leidt tot continuïteit en lange-termijn denken. Als bestuurders van een zelfstandig bestuursorgaan niet worden afgerekend door de kiezer maar op hun prestaties, zal dat leiden tot echt lange termijn denken, stellen ze.

Op zich klopt deze redenatie. Politici denken doorgaans niet veel verder vooruit dan de volgende verkiezing. Voor benoemde bestuurders geldt dat in principe niet. Wat er alleen niet deugt aan de theorie, is de aanname dat bestuurders op hun verdiensten worden beoordeeld.

Wat drijft politici?
Politici en bestuurders zijn over het algemeen geen altruïsten. Anders dan veel topmanagers staat ze geen bonus te wachten als ze hun werk goed doen. Politici worden beloond met een beter betaald ambt. Lid worden van het Europees parlement (meer dan € 80 000 per jaar netto, meer dan de minister-president netto verdient), een baantje bij de VN, burgemeester worden of Commissaris der Koningin worden is het walhalla voor politici. Degenen die hier over beslissen zijn niet de kiezers, maar andere politici. De meeste politici willen hetzelfde: een risicoloos topambt dat een hoog inkomen verschaft of veel gelegenheid biedt een hoog inkomen bij elkaar te stelen. Iedereen die hen hierbij helpt, is hun vriendje.

SP-tweedekamerlid Ali Lazrak verveelvoudigde zijn inkomen door uit de SP-fractie te stappen.
SP-tweedekamerlid Ali Lazrak verveelvoudigde zijn inkomen door uit de SP-fractie te stappen.

De SP is hierop een uitzondering.  Omdat SP-politici hun salaris in de partijkas storten – achteraf gezien een meesterzet van Marijnissen – is de partij minder aantrekkelijk voor zakkenvullers – tenzij ze uit de fractie stappen, zoals het SP-kamerlid Ali Lazrak deed die hiermee zijn inkomen verveelvoudigde.

De jacht op vriendjes
Zoveel mogelijk vriendjes hebben is erg belangrijk voor een politicus. Die krijg je door collega’s voortdurend de bal toe te spelen en zo effectief mogelijk met de politieke winden mee te waaien. Draagvlak zoeken, heet dat in politiek jargon. Dat is ook de reden waarom de impopulaire PvdA-politicus Ad Melkert door CDA en VVD aan een gewild baantje bij de Wereldbank is geholpen en mede-PvdA-er Bert Koenders partijgenote Herfkens, speciaal door de VN aangesteld om Nederlands hulpgeld binnen te harken, aan een riante bijdrage uit de ontwikkelingshulppot heeft geholpen.

Grijze, incompetente  muizen overleven het langst
Er al te vooruitstrevende ideeën op na houden en die uiten is gevaarlijk. Daarmee verminder je je eigen manoeuvreerruimte, waardoor je niet meer mee kan draaien als dat goed is voor je carrière. Andere politici worden  zenuwachtig van visionaire ideeën. Ze kunnen je niet meer begrijpen en voorspellen.  Dat vermindert je nut als politiek instrument en bondgenoot. Kortom: visionaire politici houden het in Nederland niet lang vol. Ze worden op een zijspoor gemanoeuvreerd, weggepromoveerd, gecompromitteerd of, als ze echt gevaarlijk worden, opgeruimd.

Ook capabele bestuurders zijn gevaarlijk en worden dus gewantrouwd. Ze lossen namelijk problemen op. Problemen zijn het bestaansrecht van politici. Om problemen op te lossen, moeten er namelijk lucratieve commissies worden benoemd en dure externe adviseurs (doorgaans ex-politici die, geloof dat maar, zeker niet onder de Balkenende norm zitten) worden ingehuurd. Uiteraard wil je niet iemand aan een baantje helpen die jouw toekomstige bestaansbronnen bedreigt.

Ieder nadeel heb zijn voordeel
Niettemin zit er ook een prettige kant aan het uitgesproken schofterige karakter van de gemiddelde politicus. Ze zijn buitengewoon flexibel. Als je maar betaalt met gunsten of carrièremogelijkheden (of wat belastende informatie klaar hebt liggen) gaat elk principe opzij. Het feit dat ze geen enkel risico willen lopen, betekent dat al te stompzinnige beleidsmaatregelen uitblijven (hoewel de persvrijheid in Nederland helaas ver te zoeken is waardoor dit zelfreinigende mechanisme slecht werkt).

Een goed georganiseerde groep burgers kan dus veel meer bereiken buiten dan binnen de politiek. Erg veel ruggengraat hebben de meeste politici niet, waardoor een goed georkestreerde lobby van burgerlijke ongehoorzaamheid waar de meeste kiezers achter staan opmerkelijk veel effect kan hebben.

Hoag's Object: een ring van jonge sterren rond een bolvormig melkwegstelsel is nog steeds niet verklaard.

Geheimzinnige ring op 600 miljoen lichtjaar afstand

Hoag’s Object, een ring zo groot als een melkwegstelsel, is al meer dan een halve eeuw geleden ontdekt door de Amerikaanse astronoom Art Hoag.
Hoags Object staat zeshonderd miljoen lichtjaar ver weg. Dat wil zeggen dat het licht dat we nu zien is uitgezonden toen hier op aarde de eerste fossielen van meercellige dieren ontstonden. Waar komt deze raadselachtige ring vandaan?

Hoag's Object: een ring van jonge sterren rond een bolvormig melkwegstelsel is nog steeds niet verklaard.
Hoag's Object: een ring van jonge sterren rond een bolvormig melkwegstelsel is nog steeds niet verklaard.

Hoag’s Object bestaat uit een ring met een doorsnede van 120.000 lichtjaar (ons melkwegstelsel is honderdduizend lichtjaar in doorsnede).  Merkwaardig aan de ring is dat hij stabiel is en uit jonge, blauwe reuzensterren bestaat. De kern bestaat uit veel oudere, kleinere rode sterren. Ook is de ruimte tussen het elliptische E0 melkwegstelsel in het centrum en de ring vrijwel leeg.

Er zijn meer ringvormige melkwegstelsels bekend. Deze zijn meestal het gevolg van de botsingen van twee andere melkwegstelsels. Opvallend aan dit stelsel is dat de roodverschuiving van de ring exact gelijk is aan de roodverschuiving van de bolvormige sterrenhoop in het centrum. Dat wil zeggen dat ring en bolvormige sterrenhoop bij elkaar horen en in een stabiele configuratie verbonden zijn. Blauwe sterren leven over het algemeen naar astron0mische begrippen kort: enkele tientallen tot honderden miljoenen jaren. Ze moeten dus vrij kort geleden ontstaan zijn.

Volgens een moderne theorie zijn de sterren het gevolg van een botsing tussen een grotere en een kleinere melkweg. De zwaartekrachtseffecten verdichtten het interstellaire stof op de plek waar zich de ring bevindt zo sterk, dat de kritische massa hoog genoeg werd voor de vorming van sterren. De ring moet zich volgens deze theorie snel naar buiten verplaatsen.

Een meer omstreden theorie stelt dat de ring het resultaat is van elektrische stromen op kosmische schaal. Elektrische stromen hebben de neiging samen te trekken. Inderdaad is recent ontdekt dat de helft van alle baryonische materie (d.w.z. materie die, zoals op aarde, uit protonen, neutronen en elektronen bestaat) in het heelal bestaat uit plasmawolken tussen melkwegstelsels. Plasma is een extreem heet mengsel van losgeslagen elektronen en atoomkernen dat (afhankelijk van de dichtheid uiteraard) goed stroom geleidt. Misschien dat er voortdurende verjonging van melkwegstelsels plaatsvindt via deze plasmawolken.

Diverse onderzoeksgroepen werken aan het kweken van levers in een lab.

‘Onsterfelijkheid bereikt in 2045’

Vergeet de weesgegroetjes, bedevaarten en goed karma. Volgens visionair denker Ray Kurzweil zal de wetenschap er rond 2045 in slagen om de mens onsterfelijk te maken. Dus zorg dat je voor die tijd niet doodgaat, is het devies volgens hem. Volgens Kurzweil leven we op dit moment in een tijdperk van steeds snellere technische vooruitgang. Er zijn nu meer wetenschappers dan ooit die met steeds betere apparatuur werken en ook steeds slimmer worden in gericht onderzoek doen. Een komende monstergolf van technologische ontdekkingen dus die de wereld zoals we die kennen totaal op zijn kop zal zetten, zoals een achttiende-eeuwer verdwaasd rond had gekeken op een vroeg eenentwintigste eeuws verkeersklaverblad tijdens de ochtendspits.

De Wet van Kurzweil en de Singulariteit

Onze geest in een robot plaatsen is volgens Kurzweil de definitieve oplossing voor het ultieme probleem: de dood.
Onze geest in een robot plaatsen is volgens Kurzweil de definitieve oplossing voor het ultieme probleem: de dood.

Volgens de Wet van Kurzweil, een uitgebreidere versie van de Wet van Moore die voorspelt dat computerchips elke 18 maanden verdubbelen in capaciteit, werken al deze vormen van vooruitgang exponentieel op elkaar in. Snellere computers maken bijvoorbeeld betere biochemische simulaties en dus betere medicijnen mogelijk, waardoor de arbeidsproductiviteit en innovatiesnelheid voor onder meer nieuwe energiebronnen omhoog raast. Kunstmatige intelligentie zal het tempo van ontdekkingen nog veel hoger opvoeren: op dit moment is er al software die de wetenschappelijke methode in praktijk kan brengen.

Kurtzweil weet waar hij het over heeft: hij is een veteraan op het gebied van kunstmatige intelligentie en patroonherkenning door computers.

Op een gegeven moment bereiken we stelt hij een punt, door hem en andere toekomstvoorspellers de Singulariteit genoemd, waarna onze bestaande theorieën en inzichten niet meer opgaan. De vooruitgang gaat op dat punt zo snel dat de uitkomst niet te voorspellen is. Rond 2050 zal volgens hem kunstmatige intelligentie het menselijk brein ver in kracht overtreffen. De rekencapaciteit wordt, zo voorspelt hij, miljoenen malen groter dan nu. Al is deze theorie niet onomstreden, er is geen logische reden waarom de technische vooruitgang in de toekomst niet nog veel sneller zou  gaan dan nu.

De eerste Brug van Kurzweil: gezonder leven
Om onsterfelijkheid te bereiken stelt Kurzweil drie fases, of ‘bruggen’ voor. De eerste Brug, gezonder leven binnen de mogelijkheden van de bestaande techniek, brengt hij nu al in praktijk.

Groenten als paprika's, tomaten en sla bevatten weinig koolhydraten. Dit voorkomt mede suikerziekte, stelt Kurzweil.
Groenten als paprika's, tomaten en sla bevatten weinig koolhydraten. Dit voorkomt mede suikerziekte, stelt Kurzweil.

 Toen bij hem in de jaren ’80 ouderdomsdiabetes werd vastgesteld, veronderstelde hij dat de oorzaak bij hem insulineresistentie is. In plaats van te spuiten ging hij op een vezelrijk en extreem koolhydraatarm dieet, sliep langer en bewoog meer. Het gevolg: zijn bloedsuikergehalte is in vijfentwintig jaar gehalveerd tot normaal: onmogelijk, volgens de gevestigde medische wetenschap. Niet iedereen zal het er voor over hebben nog maar 1500 calorieën per dag te nemen en net als Kurzweil honderdvijftig voedingssupplementen per dag te slikken (met wekelijkse injecties met diverse farmaceutische preparaten) en het drinken van tien glazen alkalisch mineraalwater per dag.

De Tweede Brug: stamcellen en klonen
De technologie voor de Tweede Brug, stamcellen en klonen,  is nu volop in ontwikkeling. Ons lichaam heeft een levensduur van enkele tientallen jaren. Als ook maar één essentieel onderdeel, bijvoorbeeld een nier, het opgeeft betekende dat voor kort een doodvonnis.

Diverse onderzoeksgroepen werken aan het kweken van levers in een lab.
Diverse onderzoeksgroepen werken aan het kweken van levers in een lab.

God levert geen reserveonderdelen mee (al hebben we bijvoorbeeld twee nieren en longen). Nu er transplantatietechnieken beschikbaar zijn waar Mary Shelley’s Dr. Frankenstein stikjaloers op zou zijn, is de medische wetenschap ongeveer op het niveau van een autosloper. Uit een gezond lichaam kunnen donororganen worden gehaald en ingebouwd in een levende patiënt. In feite is dit een inferieure techniek. Omdat het DNA van een donororgaan anders is dan dat van de patiënt krijg je afstotingsverschijnselen en moeten patiënten zware, gevaarlijke medicijnen slikken (die vaak ook niet helpen).

Een structurele oplossing is het kweken van nieuwe organen uit stamcellen van de patiënt. Afstoting is dan geen probleem meer, wachttijden op een geschikte donor of overdracht van ziekten zijn dan ook verdwenen. Met huidcellen lukt dit al vrij aardig. Op dit moment is onderzoek naar ‘eenvoudige’ organen als spieren of levers al in volle gang. Het einddoel: zenuwweefsel en een compleet hart. Zodra deze uitdagingen overwonnen zijn, kunnen we elk onderdeel van ons lichaam laten vervangen. Kurzweil kijkt verder: hij wil de cellulaire klok (telomeren, de beschermkapjes van chromosomen, de dragers van ons DNA worden bij elke celdeling korter) terug kunnen zetten en op celniveau vervangingen door kunnen voeren. Ook op deze terreinen vindt heel veel onderzoekplaats. Geen wonder. De farmaciegigant die een levensverlengende behandeling ontwikkelt, loopt binnen. 

De Derde Brug: de geest van de mens in een computer
Kurzweils derde stap is het meest omstreden. Volgens veel geloven leeft onze geest, de ziel, na de dood voort. Afhankelijk van het geloof wordt je ziel beloond met een toestand van algemene gelukzaligheid bij God (christendom), wijn, gedweeë maagden en schone knapen (islam) of een reïncarnatie in een beter lichaam ( hindoeïsme). Het bewijsmateriaal voor een leven na de dood (bijna dood ervaringen) is niet erg overtuigend; als het al bestaat dan lijkt het weinig uit te maken welk geloof de man of vrouw in kwestie aanhangt.

Kurzweil heeft een methode voor het bereiken van onsterfelijkheid bedacht die volgens modern-wetenschappelijke inzichten wel werkt. Door middel van nanorobotjes (robotjes zo groot als een cel) wordt ons brein synaps voor synaps afgetapt en worden onze herinneringen en manier van denken getransporteerd naar een computer. Dit ligt minder ver buiten bereik dan veel mensen denken: de totale informatieinhoud van ons brein ligt volgens schattingen tussen een moderne harde schijf van een terabyte en duizend terabyte (een exabyte). Kortom: over een paar decennia zijn er waarschijnlijk computers die slimmer zijn dan wij en dus met gemak onze geest kunnen nabootsen. Zullen Kurzweils voorspellingen uitkomen? Zal onze generatie nooit meer sterven? Kurtweils argumenten zijn behoorlijk overtuigend…

Leven we in een wiskundig stelsel?

Stel dat we allemaal in een enorme wiskundige theorie leven, bijvoorbeeld de natuurlijke getallentheorie. De gedachte is minder gek dan het lijkt. Zo wordt namelijk een netelig filosofisch probleem opgelost. En is wat een Big Bang lijkt is iets heel anders. De gedachte dat we in een wiskundige theorie leven, is niet nieuw en kent een eerbiedwaardige voorgeschiedenis. De Griekse filosoof en mysticus Pythagoras geloofde met zijn aanhangers, de Pythagoreeërs, dat ons heelal uit getallen bestaat.

De Pythagorasboom, een vroege fractal, bedacht door de Nederlandse wiskundeleraar Albert Bosman lijkt levend, maar is een wiskundige structuur.
De Pythagorasboom, een vroege fractal, bedacht door de Nederlandse wiskundeleraar Albert Bosman lijkt levend, maar is een wiskundige structuur.

Alles is wiskunde
Pythagoras ontleende zijn ideeën waarschijnlijk van eerdere, Indische wijsgeren die als eersten werkelijk verbijsterend grote getallen construeerden. Zo is de grootste tijdeenheid in de hindoeïstische mystiek, de mahamanvantaram, zo’n 311,04 biljoen jaar: meer dan twintigduizend keer zo lang als de ouderdom van het heelal. De hele natuurkunde gaat uit van de veronderstelling dat het heelal op wiskundige wijze is te beschrijven. Met Pythagoras’ sekte liep het niet al te best af – ze bemoeiden zich te veel met politiek en boze ex-sekteleden begonnen een gewapende aanval – maar de ideeën van de Pythagoreeërs leefden voort en werden in de loop der eeuwen verder uitgewerkt in de vorm van wiskunde en natuurwetenschap.

Wat is wiskunde?
Als enige exacte wetenschap is wiskunde zowel reëel als imaginair. Niemand heeft ooit het getal twee of een driehoek gezien; toch gedraagt een twaalftal knikkers zich precies zo als het getal twaalf: het kan slechts worden gedeeld door twee, drie, vier, zes en twaalf (of je moet ze kapotslaan: het dagelijks-leven equivalent van breuken). Deze eigenschap geldt voor alle objecten met een eigen ondeelbare identiteit, of het nu om elektronen, atomen, mieren, mensen, bakstenen, manen, planeten of sterren gaat. Het lijkt dus alsof getallen een metafysische realiteit hebben die ze overal in het heelal laat opduiken.

De grote wiskundige theorieën, denk aan TNT (typographical number theory, de natuurlijke getallentheorie), de meetkunde van Euclides of topologie zijn alle afgeleid van een beperkt aantal beginstellingen: axioma’s. Hierbij worden bepaalde simpele regels gevolgd. Zo is in de natuurlijke-getallentheorie het getal één datgene wat volgt op nul, notatie: S0 (successor van nul). Twee is wat volgt op één: S(S0), dus SS0. Enzovoort.  Op die manier is uit de axioma’s van de getallentheorie elk natuurlijk getal te vormen. Uit een paar axioma’s ontstaat een explosie van stellingen, want door twee stellingen te combineren, ontstaan weer nieuwe stellingen.

Wat wiskunde ook een ijzersterke kandidaat maakt als kraamkamer voor een Theorie van Alles. Immers, er is geen onderliggend systeem nodig om wiskunde te produceren. Het is er al op het moment dat je de axioma’s (beginstellingen) bedenkt. Fysica die voortkomt uit metafysica.

Hoe zou een intelligent, uit wiskundige stellingen bestaand wezen zijn wereld zien?

De oplossingen van sommige chaotische wiskundige systemen lijken om bepaalde punten heen te dansen: de verborgen attractoren.
De oplossingen van sommige chaotische wiskundige systemen lijken om bepaalde punten heen te dansen: de verborgen attractoren.
Stel, er bestaat een wiskundig stelsel dat met wat simpele bewerkingen heel veel complexiteit produceert. Hoe verder je af raakt van het beginaxioma, hoe groter het aantal mogelijke afgeleide stellingen. Dus zou het voor een intelligente waarnemer in dit stelsel het lijken alsof de ‘wereld’ in het ‘verleden’ veel kleiner was en in het verre verleden begonnen is met een ‘oerknal’ (de beginaxioma’s).  Dit zou het heelal van het wezen ook een duidelijke tijdpijl verschaffen.

In veel wiskundige, chaotische systemen kennen we ook iets dat zich een beetje gedraagt als zwaartekracht (al zijn er uiteraard veel elementen die er niet overeenkomen): verborgen attractoren. Als het wezen om een verborgen attractor ‘draait’, zal hij dat ervaren als draaien om een zwaar object. Sommige stellingen leiden samen tot één onontkoombare eindconclusie: een zwart gat met een singulariteit in het centrum. Sneller dan het licht kan niet: elke stelling moet rigide afgeleid worden van eerdere stellingen zonder doorsteekjes. Kortom: het heelal van een dergelijk wezen zou wel eens veel op dat van ons kunnen lijken…

{Edit: n.a.v. de terechte op- en aanmerkingen van Attercopus bijgewerkt}

In de Pruikentijd bepaalde een kleine, gegoede kliek wat het beste was voor de Republiek. In de praktijk betekende dat: hun eigen belang.

Burgerschapsexamen: een afstraffing, geen oplossing

Een burgerschapsexamen: volgens sommigen dé oplossing voor onverantwoord gedrag. Een dergelijk examen zou namelijk enkel het burgerschap geven aan mensen die in staat zijn op een bepaald niveau te functioneren. Mensen die, zeg maar, niet te simpel zijn om belangrijke beslissingen te kunnen nemen en daartoe bepaalde rechten te verkrijgen.

Het klinkt als de ideale oplossing: geef mensen die onverantwoord gedrag zouden kunnen vertonen minder rechten. Helaas, dat is het niet. We zullen onszelf, als land, er enkel mee in de vingers snijden.

Elite

Voorstanders van een burgerschapsexamen denken dat, wanneer diegenen die het vereiste niveau niet hebben om goed mee te doen in de samenleving het burgerschap ontzegt wordt, er een elite ontstaat die wel verantwoord gedrag vertoont. Die elite zou weten wat het beste is voor de samenleving en deze naar een hoger niveau tillen.

In de Pruikentijd bepaalde een kleine, gegoede kliek wat het beste was voor de Republiek. In de praktijk betekende dat: hun eigen belang.
In de Pruikentijd bepaalde een kleine, gegoede kliek wat het beste was voor de Republiek. In de praktijk betekende dat: hun eigen belang.

Deze zijde van het verhaal is uiteraard in bepaalde opzichten verdedigbaar. Immers, wat is ertegen om de meest competente burgers de meeste rechten te geven?

De keerzijde is echter dat het grootste deel van de samenleving ermee buitenspel wordt geplaatst. Deze mensen zullen minder zelfbeschikkingsrecht krijgen. Zij zullen als gevolg daarvan minder geneigd zijn zich in te zetten voor de samenleving, waardoor we als land beduidend minder burgers zullen hebben die wat opleveren. Zestien miljoen mensen is op wereldschaal al niet veel; een reden om die zestien miljoen mensen zo optimaal mogelijk in te zetten en hen niet aan de zijlijn toe laten kijken.

Stop van de vooruigang

Maar wat misschien nog wel veel erger is op de lange termijn, is dat de vorming van een nieuwe elite de vooruitgang stopt. Immers, wat voor belang heeft de elite daarbij?

Er zal een situatie ontstaan waar ook sprake van was in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. In de Republiek werden, om oorlogen te financieren, staatsobligaties uitgegeven. De kopers ervan, voornamelijk regenten, werden rijk van de interest die ze erover kregen. Zij hadden dan ook geen reden de financiële positie van het land, of de Statenbond, te verbeteren, want ze werden er zelf beter van.

Geen oplossing
De overeenkomst met een samenleving die een burgerschapsexamen kent, is dat de elite die onvermijdelijk ontstaat, geen reden zal hebben de positie van het volk als geheel te verbeteren. Een burgerschapsexamen is dan ook geen oplossing voor het veronderstelde probleem van gebrekkig verantwoord gedrag; het is het weglopen van de elite voor de problemen. Problemen worden niet opgelost, zij worden genegeerd.

Bovendien; met het toenemende gebruik van verslavende middelen, is haast iedereen wel aan te merken als ‘klootjesvolk’, dat deel van het volk wat dus weinig toevoegt en vooral overlast geeft. Zelfs onze voormalige minister van Binnenlandse Zaken kan dan als incompetent bestempeld worden, puur vanwege het feit dat zij een moment had waarin ze zichzelf niet in de hand had.

En onze voormalige minister staat niet alleen. Er is in Nederland nauwelijks nog een elite, een enkel individu daargelaten. Onder invloed van vooral linkse politiek die de gelijkheid van mensen benadrukt, is de elite zich steeds meer gaan gedragen als het gemiddelde volk. Als je bedenkt dat politiechefs, hoogleraren, parlementsleden en zelfs regeringsleiders zich steeds vaker gedragen op een manier waar je je voor schaamt als burger, dan vraag ik mij af hoeveel mensen eigenlijk nog zouden slagen voor een burgerschapsexamen.

Een echte oplossing
Een burgerschapsexamen zorgt, als het al zou werken, voor een tweedeling in de samenleving. Daar zal vroeg of laat de elite ook de gevolgen van gaan merken.
In plaats van weg te lopen voor de problemen door vervelende mensen buiten de samenleving te plaatsen, zou er naar een echte oplossing gezocht moeten worden. Dat zal deels vanuit de politiek moeten gebeuren: meer geld naar onderwijs, en ook meer kennis in het onderwijs. In plaats van mensen naar beneden, van de sociale ladder af te stoten, zou je ze moeten helpen naar boven te klimmen.

Pas eind negentiende eeuw kwam er meer aandacht voor de allerarmsten en ontstond de burgerrechtenbeweging.
Pas eind negentiende eeuw kwam er meer aandacht voor de allerarmsten en ontstond de burgerrechtenbeweging.

Daar mogen best eisen aan gesteld worden. Je mag ook best wat verlangen van de mensen zelf. Zo zal het gebruik van afstompende middelen verminderd moeten worden. Elitair gedrag moet niet langer veroordeeld worden: iedereen moet het recht krijgen zich zo te gedragen dat zij een voorbeeld zijn voor anderen. We moeten bovendien af van de gedachte dat iedereen voor elkaar moet zorgen. Uiteraard; mensen die niet in staat zijn voor zichzelf te zorgen moet geholpen worden. Maar mensen die domweg niet willen moet ook niet de hand boven het hoofd gehouden worden.

Oftewel…
De echte oplossing is dus niet mensen buitensluiten, maar hen meer kansen geven om mee te doen. En daar een geschikt klimaat voor scheppen waarin zij niet veroordeeld worden wegens elitaire trekjes.

Een burgerschapsexamen is uiteindelijk ook maar een momentopname, één die bovendien mensen eerder kansen ontneemt dan hen kansen schenkt.

Mensen moeten bovendien genoodzaakt worden die kansen te benutten. Grijp je de kans om bijvoorbeeld langer door te leren niet aan, dan moet je ook geen hoog loon verwachten.

Uiteindelijk is de echte oplossing mensen te stimuleren om initiatief te nemen en zo hogerop te komen. Daarvoor moet de overheid middelen als onderwijs beschikbaar stellen, maar ook de mensen zelf moeten min of meer gedwongen worden. Maar we moeten zeker geen mensen af gaan straffen met een burgerschapsexamen.

Zie ook: Burgerschapsexamen invoeren?

Met de lift naar de ruimte. Als het aan Japan ligt, komt het ooit zover.

Space elevator: lift van 38.000 km hoog

Je staat vlakbij het grondstation van de tienduizenden kilometers hoge space elevator. De vochtige tropische lucht op het paradijselijke Hawaiiaanse eiland Oahu voert zware bloemengeuren met zich mee. Recht naar boven zie je de absurd dunne liftkabel recht naar boven gaan en verdwijnen in de nevelige avondlucht. Flonkeringen zetten de onzichtbare rechte lijn voort. De kabel is zo lang dat er altijd wel een stukje zonlicht richting jou weerkaatst.  Je haast je naar binnen. De veiligheidsmaatregelen zijn streng en je vertrek is over een uur of twee. Dan is het eindelijk zover. Voor het eerst in je leven verlaat je de aarde. Het grondstation verdwijnt in de schaduw van de nacht. Dan, op honderden kilometers hoogte, wordt de zon weer zichtbaar: een adembenemend gezicht. De aarde heeft een duidelijke bolvorm gekregen.

Wat is een ruimtelift?

Het principe van een ruimtelift is simpel. Bouw een kabel, zo hoog dat deze reikt tot een geostationaire omloopbaan: 36.000 kilometer boven het aardoppervlak. Nog langer is nog beter: zo trekt het extra stuk kabel de rest omhoog.

Met de lift naar de ruimte. Als het aan Japan ligt, komt het ooit zover.
Met de lift naar de ruimte. Als het aan Japan ligt, komt het ooit zover.

Bij iedere hoogte hoort een bepaalde baansnelheid: de baansnelheid waarop de middelpuntvliegende kracht precies de zwaartekracht opheft.
De geostationaire omloopbaan is de hoogte waarop bijvoorbeeld satellieten in precies 24 uur rond de aarde draaien. Het gevolg hiervan is dat ze boven het aardoppervlak stil lijken te staan. De reden dat communicatiesatellieten doorgaans in een geostationaire omloopbaan worden geparkeerd. Voor een ruimtelift is een stilstaande kabel uiteraard een absolute noodzaak. De centrifugale pseudokracht trekt de kabel omhoog en houdt op die manier de kabel in evenwicht.
Het idee voor een ruimtelift is niet nieuw: de visionaire ruimtevaartpionier Konstantin Tsiolkovski stelde begin twintigste eeuw al voor een 36.000 kilometer hoge toren te bouwen.
Het grootste technische probleem is het vinden van een materiaal dat sterk genoeg is om tienduizenden kilometers van zijn eigen gewicht overeind te houden. Tot nu toe werd dit materiaal spottend ‘unobtainium’ genoemd, maar met de ontdekking van koolstof nanobuisjes is er nu een reële kandidaat.

Wat is het voordeel van een ruimtelift?

Een ruimtelift kan ruimtevaart honderden malen goedkoper maken. Het probleem met raketten is dat elke kilo brandstof omhoog moet worden gesleept. Het resultaat is dat maar een paar procent van een raket uit nuttige lading bestaat. Elke kilogram nuttige lading in een raket naar, zeg, de maan, kost zelfs bij de efficiëntste raketten tientallen kilo’s brandstof. Praktijkvoorbeeld: tijdens de Apollo-missies naar de maan moest een enorme Saturnus V raket 3 miljoen kg brandstof verstoken om 45.000 kg lading naar de maan te transporteren (1,5% nuttige lading dus). Bij een ruimtelift komt elke joule energie (in de vorm van elektriciteit, bijvoorbeeld) terecht in de voortstuwing.
Een ruimtelift is ook veiliger. Een raket kan je het beste vergelijken met een enorme chemische bom. Eén lek en er ontstaat een enorme explosie. Als een raket eenmaal is begonnen met branden is er niets meer dat de ontbranding kan stoppen tot de raket uitgebrand is.

Waarom is er dan nog geen ruimtelift?

Er is nu inderdaad een materiaal dat in staat is de vereiste trekkracht te leveren. De investeringskosten zijn hoog, maar naar ruimtevaartbegrippen redelijk: vijf tot tien miljard euro. De kosten van een enkele ruimtetelescoop. Geen onoverkomelijk bedrag om de ruimte definitief mee open te leggen, een schijntje vergeleken met wat het kost om een bank te ‘redden’ of een oorlog.

Hoog boven de aarde hangt dit station, de eindbestemming van de lift
Hoog boven de aarde hangt dit station, de eindbestemming van de lift

Het voornaamste technische probleem is op dit moment het spinnen van een 38.000 km lange liftkabel. De allerlangste koolstofnanovezels ooit gefabriceerd halen 18 cm. In principe kunnen deze in elkaar gevlochten worden tot een liftkabel, maar door de korte lengte betekent dat een aanzienlijk verlies aan trekkracht. Eerst zal dus een procédé moeten worden ontwikkeld om nanovezels van honderden meters lang of meer te ontwikkelen.
Een tweede probleem is bescherming tegen de dodelijke straling in de Van Allen-gordels, de gebieden waar het aardse magneetveld botst met dat van de zon. In de Van Allen gordels worden geladen deeltjes sterk versneld. Onbeschermd loopt een persoon al in een paar dagen acute stralingsziekte op. Dit is in principe op te lossen met een elektromagnetisch schild.

Japanse plannen

In Japan vallen visionaire ideeën meer in de smaak dan in meer kortzichtige landen zoals die in Europa of de VS. Toen het door de Amerikanen dr. Brad  Edwards en Philip Ragan geschreven boek “Leaving the Planet by Space Elevator” in het Japans werd vertaald, kwam het dan ook direct in de Japanse bestsellerlijst terecht. Er is nu een vereniging actief die zich bezig houdt met het voorbereiden van de bouw van een ruimtelift. De Japanse overheid heeft al een intentieverklaring voor de bouw opgesteld.