Zoekresultaten voor: dood

Alleen het uiterste noorden is welvarend. Het zuiden blijft economisch sterk achter. Dit wekt daar veel woede.

Achtergronden bij de rellen in Tunesië

Waarom is Tunesië, het welvarendste Noord-Afrikaanse land, nu een kruitvat geworden? Tunesië, dat op de plaats ligt waar zich meer dan tweeduizend jaar geleden  het Fenicische handelsrijk Carthago bevond, kent een vrij feminiene cultuur met een sterke pragmatische inslag. Dit geldt voor het vruchtbare noordelijke deel. Over het algemeen genomen steeg de welvaart flink, maar dan alleen in de ontwikkelde kustgebieden. Het traditionele binnenland bleef arm. Dit zette kwaad bloed in het binnenland, de reden dat de rellen hier begonnen.

Waarom de rellen in Tunesië?
De half januari 2011 naar Saoedi-Arabië gevluchte president Ben Ali was een geslepen tacticus. Kort nadat hij in 1987 de vorige president en vader des vaderlands Habib Bourguiba afzette ging hij op pelgrimstocht naar Mekka. In islamitische ogen werd hij hierdoor witgewassen van alle zonden (bijvoorbeeld het afzetten van Bourguiba) waardoor zijn steun in het land -voor meer dan twee decennia- verzekerd was.

Alleen het uiterste noorden is welvarend. Het zuiden blijft economisch sterk achter. Dit wekt daar veel woede.
Alleen het uiterste noorden is welvarend. Het zuiden blijft economisch sterk achter. Dit wekt daar veel woede.

Ondertussen versterkte hij zijn greep op het land tot een wurggreep en maakte gebruik van de politieke vrijheid die hij nu had om vrouwen meer rechten toe te kennen – Tunesië is nu het meest vrouwvriendelijke islamitische land.  Dit kan een unieke prestatie genoemd worden. Het afschrikwekkend voorbeeld van buurland Algerije waar meer dan honderdduizend mensen tijdens de burgeroorlog werden gedood en de overal aanwezige geheime dienst hielden het land al die jaren rustig. Ben Ali identificeerde islamitische extremisten als de gevaarlijkste oppositiegroep en pakte deze dan ook keihard aan. Ook doet Tunesië het economisch gezien vrij goed: nauwelijks staatsschuld (rond de vijftig procent van het BNP, onder de EU-eis)  en een groeisnelheid per jaar waar Nederlandse politici erg jaloers op zouden zijn. Ondertussen groeide de onvrede echter.

Tegenstellingen in Tunesië
Naast de tegenstellingen tussen het welvarende noorden en het arme zuiden, speelt er meer.

Gebrek aan huwelijkspartners en banen
Zoals in alle Arabische samenlevingen speelt de familie een centrale rol in Tunesië. Nepotisme is de norm. Jongens uit armere families, vooral die uit het woestijnachtige zuiden, hebben daardoor nauwelijks kans op werk. Dit is een gevaarlijke ontwikkeling, want in Tunesië moeten zoals in andere islamitische landen hoge bedragen aan bruidsprijzen en bruiloften worden uitgegeven om te kunnen trouwen. Een grote hoeveelheid ongehuwde jongens is overal een reden tot sociale onrust. In islamitische landen (en het Iran van Khomeini) werd dit traditioneel opgelost door voortdurende oorlogen met ongelovige buurlanden, waardoor het overschot aan mannen werd weggewerkt en de overlevenden in het veroverde gebied bleven of met rijke oorlogsbuit terugkwamen – voldoende voor het betalen van bruidsprijzen. In de moderne tijd is dit emigratie, maar met de steeds strengere asiel- en immigratieprocedures in het rijke westen komt deze mogelijkheid steeds meer buiten bereik.

Levensonderhoud wordt duurder
Ook in het ontwikkelde kustgebied steeg de onvrede. De censuur werd iedere dag gevoeld door de hoogopgeleide beroepsbevolking. De oplopende werkloosheid en het terugschroeven van subsidies zetten de maatschappij onder druk. Kortom: het regime werd alleen gesteund door de selecte, zeer rijke groep die baat had bij de opmerkelijke economische groei in Tunesië. Een stabiele middenklasse ontbreekt. Geen wonder dat de grote zelfverrijking door deze groep steeds meer woede opwekt.

Oprukkende islamisering van de bevolking
Het regime heeft met harde hand uitingen van islamisme, zoals de oprukkende hoofddoek, onderdrukt. In de meeste Arabische landen wordt het regime gesteund door de seculiere elite die bang is voor de islamitische extremisten.  In Tunesië wordt door het effectieve overheidsoptreden tegen deze groep de druk van de islamisten nauwelijks gevoeld, waardoor paradoxaal de effectiviteit van het Tunesische bestuur leidde tot grotere steun voor islamisering. Veel Tunesiërs hebben religieuze bezwaren tegen het huidige overheidsbeleid waarbij vrouwen naar hun mening teveel rechten krijgen en ook andere godsdiensten te weinig worden gediscrimineerd. Ze willen meer sharia. Extremistische groepen als AQIM proberen deze wrevels aan te moedigen om zo een islamistische staatsgreep in Tunesië te kunnen plegen.

Censuur wordt steeds minder effectief
De belangrijkste tegenstelling is misschien nog wel die tussen Tunesië en Europa. Door de opkomst van internet en sociale netwerken als Facebook wordt de censuur steeds minder effectief waardoor Tunesiërs kennis kunnen maken met het leven in vrijere, welvarende landen. Sociale media stelden de Tunesiërs nu ook in staat om hun protesten te coördineren. Dictaturen kunnen zich alleen handhaven door een effectieve controle van de informatiestroom. Die verdwijnt steeds meer. Tunesiërs krijgen steeds meer door hoe ze al die jaren door de media zijn gemanipuleerd en reageren daar, logischerwijs, woedend op.

Verwachte ontwikkelingen
Veel Arabische landen zijn kruitvaten waarin een jonge, verarmde bevolking met bruut politiegeweld onder de duim wordt gehouden. De werkelijke oorzaken van de economische stagnatie – corruptie, voortrekken van familieleden en veel te veel bureaucratie en ambtelijke willekeur – zijn de bevolking onbekend, waardoor wordt teruggegrepen op wat bekend is. Dat is het islamitische geloof dat, het moge bekend worden verondersteld, zowel een politiek als religieus systeem claimt te zijn. Het voorbeeld in Tunesië – het succesvolste en sociaal gezien meest progressieve land van de Arabische wereld – kan ook de bevolking in andere Arabische landen aanzetten tot een opstand.

Dictator Gadaffi in buurland Libië maakt zich zorgen. De grassroots van zijn regime zijn weliswaar beter georganiseerd dan in Tunesië en hij heeft de Derde Weg, een unieke mengeling van socialisme en islamisme bedacht, maar ook zijn bewind kan weinig genade vinden in veel islamitische ogen. In Egypte en Syrië is de kans op opstand nog een stuk groter. De Marokkaanse koning kent als politiek en religieus leider meer legitimiteit waardoor hij zich minder zorgen hoeft te maken. In Algerije is de brand al uitgewoed – de bloedige burgeroorlog heeft de behoefte aan nog meer geweld effectief doen bekoelen.

Vermoedelijk zullen nu in Tunesië de progressieve hervormingen op het gebied van vrouwenrechten en vrijheid van levensovertuiging voor een groot deel terug worden gedraaid. Dit is een veilige en goedkope manier om de steun uit islamistische hoek voor het nieuwe regime te vergroten.

Israël wordt aan bijna alle kanten omringd door lege woestijn.

Israel en Palestina – tijdbom of overschat probleem?

Er ligt een klein landje in het Midden Oosten met half zoveel inwoners en oppervlakte als Nederland. Toch slaagt dit landje met de bezette gebieden er in om de headlines al meer dan zestig jaar in haar greep te houden. Is dat wel terecht?

Geopolitiek
Israël ligt zeer strategisch. Op korte afstand van het Suezkanaal heeft het land de optie om dit te bezetten – dit gebeurde al enkele keren in het verleden.  Ook de voor islamieten heilige steden Mekka en Medina en de belangrijke steden Damascus en Caïro liggen binnen bereik van Israëlische straaljagers. Het land splitst de islamitische wereld in feite in tweeën: alleen door over Israëlisch grondgebied te rijden kan een reiziger over land van Afrika naar Azië reizen. Om deze reden zien de Arabieren Israël als een doorn in hun vlees. Vandaar de vaak opgeklopte solidariteit met de Palestijnen en de heisa over Jeruzalem, voor islamieten veel minder belangrijk dan bijvoorbeeld Mekka, Medina en Karbala). Israël wordt aan bijna alle kanten – de uitzondering is Libanon met de Golan – omringd door lege woestijn. Dit betekent dat de aanvoerlijnen voor een aanvallend leger lang en kwetsbaar zijn.

Israël wordt aan bijna alle kanten omringd door lege woestijn.
Israël wordt aan bijna alle kanten omringd door lege woestijn.

Het voornaamste probleem voor Israël is demografie en gebrek aan strategische diepte. De bevolking en bevolkingsgroei in de Gazastrook en de Westelijke Jordaanoever – en de buurlanden – is veel groter dan die in Israël zelf.  Ook heeft het land nauwelijks strategische diepte: als Syrische of Jordaanse tanks vijftig kilometer naar het westen rijden wordt het land in tweeën geknipt.

De Palestijnen in de bezette gebieden en de Hezbollah-militie in Zuid-Libanon voeren een voortdurende slijtageslag. Het land kan zich alleen de vijanden van het lijf houden door zeer hoge uitgaven aan het moderne, tot de tanden bewapende leger (tientallen procenten van het BNP) en een meedogenloos effectieve geheime dienst, de Mossad. De afgelopen tientallen jaren behield de economie in Israël haar voorsprong op de buurlanden Egypte, Jordanië en Syrië, maar deze landen zijn nu met een inhaalslag bezig. Gelukkig voor Israël gaat het om dictaturen, wat betekent dat corruptie de ontwikkeling tegenwerkt. Het is echter niet uit te sluiten dat er democratische revoluties komen waardoor het machtsevenwicht zou verschuiven. Het verder weg gelegen Iran beschikt nu al over behoorlijk goede technische knowhow. Dit betekent dat ze in de verdere toekomst in principe in staat zijn het Israëlische luchtoverwicht te breken, bijvoorbeeld wanneer voor de VS de strategische waarde van Israël verdwenen is.

Voor een land als Israël zijn atoomwapens dan ook een noodzakelijkheid om in de huidige vorm te overleven. We voorzien in de toekomst ook investeringen in robottechniek (naast de oorspronkelijk in Israël uitgevonden onbemande drones, ook rijdende robots in het leger) om op die manier de militaire druk op de kleine beroepsbevolking te verlichten. Ook zal Israël moeten proberen te voorkomen dat de Arabische buurlanden gaan samenwerken. Op dit moment lijkt het daar niet op: de haat tussen het Jordaanse koningshuis en dat van Saoedi-Arabië is vanwege het verleden bijvoorbeeld intens.  Zo ook de haat tussen soennieten en sji’ieten (Syrië wordt geregeerd door een sji’ietische sekte maar bestaat grotendeels uit soennieten). Naarmate Israël strategisch verzwakt wordt het minder interessant om samen te werken tegen Israël.

Alleen regionale dreiging

Israël heeft er als kleine, open economie alle belang bij publicitair in een goed blaadje te blijven. De steun voor Israël is in Europa al verdwenen en is in de VS langzaam aan het afbrokkelen. Van Israël zijn dus niet al te dolle avonturen te verwachten.

Het snel islamiserende Turkije ontpopt zich steeds meer als tegenstander van het land, maar in de huidige status-quo is er voor geen van de bestaande regimes een goede reden om Israël aan te vallen. Deze status-quo is echter aan het veranderen. De hoge bevolkingsgroei, gebrekkige economie en terugvallende olieinkomsten betekenen dat als de olie rond 2020 echt opraakt, het volk niet meer tevreden gehouden kan worden.

Islamieten hebben, wijst de geschiedenis uit, net als Europeanen in de middeleeuwen, dan vaak de neiging hun heil te gaan zoeken in hun geloof. Als grote hongersnoden uitbreken en het leger niet meer betaald kan worden zullen de bestaande regimes omver geworpen worden. De verschillende incarnaties van de Moslimbroederschap en de verwante organisatie HUT zullen dan proberen een kalief, een opperleider van de islamieten, aan te wijzen. Dit zal vermoedelijk de meest succesvolle militaire leider zijn die de rest onderwerpt. In dit geval helpt nucleaire afschrikking niet meer.  Verhongerende mensenmassa’s laten zich hierdoor niet meer afschrikken. Waarschijnlijk zal in dit geval Israël dus onder de voet gelopen worden.

Drie veroveringsscenario’s
Er zijn drie scenario’s denkbaar. De eerste is het herleven van het Turkse kalifaat. Turkije is een redelijk vruchtbaar, etnisch redelijk homogeen en weinig corrupt land met voldoende eigen energiebronnen. De kans is klein dat hier hongersnoden gaan uitbreken. De Turken hebben veel te verliezen en weinig te winnen met oorlog. Een islamistische staatsgreep en veroveringsoorlog richting zuiden is hiermee minder waarschijnlijk.

De Israëlische gevechtsrobot Viper is voorzien van een machinegeweer om sluipschutters uit te schakelen.
De Israëlische gevechtsrobot Viper is voorzien van een machinegeweer om sluipschutters uit te schakelen.

Het tweede scenario is Iran. Zou het Iraanse regime er in slagen Irak onder de voet te lopen of een revolutie uit te laten breken, dan zou dit veel prestige met zich meebrengen. In tegenstelling tot Turkije ontleent het regime in Iran haar legitimiteit aan het geloof, het binnenlandse verzet is groot en de Iraanse olie is snel aan het opraken. Essentieel in dit scenario is dat een Iraanse politieke of geestelijke figuur door veel islamieten wordt gezien als de mahdi, een religieus en politiek leider die de reïncarnatie is van Mohammed. Beheerst Iran eenmaal Mesopotamië, dan is het volgende logische doel Israël, via bondgenoot Syrië. De vernietiging van de joodse aartsvijand zou een mahdi groot prestige bezorgen en rond 2020-2030 zijn mensenlevens goedkoop. Zelfs een ultramodern leger als het Israëlische zal vermoedelijk niet opgewassen zijn tegen miljoenen fanatieke soldaten die niet bang zijn voor de dood, alhoewel Israël door luchtaanvallen  de logistiek door de woestijn totaal lam kan leggen.

Een variant op dit scenario is een aanval vanuit Egypte op Israël. In Egypte wonen rond 2030 rond de honderd miljoen mensen op een bewoonbaar oppervlak van minder dan twee keer Nederland. Kortom: een Bangladesh aan de Nijl. Tot overmaat van ramp willen de zuiderburen meer Nijlwater voor zichzelf.
Strategisch gezien zijn de zuiderburen Soedan en Ethiopië voor Egypte dus van veel groter belang. De bottleneck ook hier is de tocht door de woestijnachtige kustvlakte van de Sinaï naar Gaza. Voor Egypte met haar kleine, dichtbevolkte Nijlvallei (denk aan de gevolgen van het bombarderen van de Aswandam) zal een oorlog uiteraard rampzalig uitpakken, de reden dat seculiere regimes er weinig voor voelen. Alleen een machtsovername door de Moslimbroederschap verandert dit. Zelfs dan is een ‘war of attrition’ aannemelijker dan een grootschalige aanval.

Het derde, minst waarschijnlijke scenario is een herhaling van de Arabische veroveringstochten. Alhoewel de bevolkingsexplosie in het Arabisch schiereiland (denk aan tachtig miljoen mensen in een onherbergzame woestijn met een volkomen leeggepompte grondwaterlaag) rond 2020-2030 tot een humanitaire ramp zal leiden, zijn ook hier aanvoerlijnen de bottleneck. In de tijd van Mohammed konden na een eeuw van verwoestende oorlogen tussen de Perzen en de Byzantijnen, Syrië en Palestina gemakkelijk veroverd worden door groepen nomaden op kamelen. Israël is nu in tegenstelling tot de Byzantijnen en Perzen goed bewapend. Ook hier verandert het luchtoverwicht de strategische uitkomst definitief.

Alle drie scenario’s betekenen een enorme humanitaire ramp. Alleen door de invloed van religie terug te dringen, de heilige oorlog te verklaren tegen corruptie in het Midden Oosten en door te voorkomen dat er over tien tot twintig jaar hongersnoden uitbreken, kunnen deze nachtmerriescenario’s worden voorkomen.

Een overzicht: Israël en de Palestijnse gebieden
Israël, de plaats waar het joodse geloof duizenden jaren geleden is ontstaan, is het resultaat van het streven van de zionistische (joods-nationalistische) beweging om voor joden een eigen staat op te richten. Al sinds einde negentiende eeuw bestond er joodse migratie naar Palestina,  in die tijd deel uitmakend van het Ottomaanse Rijk. Met de Balfourdeclaratie beloofden de Britten aan de zionisten een “Joods nationaal tehuis”. Na de Eerste Wereldoorlog verloor Turkije alle gebieden buiten Anatolië en Thracië, waaronder Palestina, aan de geallieerden. Door de Volkenbond (de voorganger van de VN) werden de gebieden als mandaatgebied toegewezen aan de Britten en de Fransen.

Het Britse mandaatgebied Palestina omvatte in de tijd dat het werd gevormd het grondgebied van Israël, de bezette gebieden exclusief de Golanhoogte en Jordanië. Om de door de extreem-fundamentalistische Saoeds vanwege zijn steun aan de Britten verjaagde sjerief, of burgemeester, van Mekka en Medina een thuis te bieden werd het deel ten oosten van de Jordaan in 1923 afgescheiden en in 1946 tot zelfstandig land uitgeroepen: Jordanië. De reden dat pro-zionistische mensen stellen dat de Palestijnen al Jordanië als thuisland hebben. Het westelijk deel werd nogmaals opgedeeld, ditmaal tussen de Arabische en de joodse bevolking. De Arabische buurlanden gingen niet akkoord met deze verdeling en verklaarden in 1948 de oorlog. Dit liep voor hen rampzalig af: de Israëli’s vergrootten hun grondgebied tot de huidige staat Israël. Uit wraak werd de joodse bevolking voor een groot deel uit Arabische landen weggepest.

Palestijnen als eeuwige vluchtelingen
Grote aantallen Arabieren, in 1948 een half miljoen tot achthonderdduizend, ontvluchtten het joodse gebied. Omdat zij en hun nakomelingen niet de nationaliteit krijgen van het land waar ze wonen, in tegenstelling tot alle andere landen buiten het Midden Oosten, blijft het Palestijnse vluchtelingenvraagstuk bestaan. Ze vallen ook onder een aparte vluchtelingenorganisatie, niet de UNHCR maar de UNWRA. Omdat de Palestijnen veel kinderen kregen, zijn er nu rond de elf miljoen, waarvan vier miljoen als VN-vluchteling worden erkend. In de landen van het Midden Oosten m.u.v. Jordanië leiden de Palestijnen nog steeds een uitzichtloos bestaan als tweederangs burger, ook al zijn ze in het land waar ze nu wonen geboren. Hun gastlanden zien ze als een bedreiging voor de interne stabiliteit.

Contant geld heeft veel vijanden en maar één vriend: u, de consument.

Einde contant geld is begin dictatuur

Stel je voor: de overheid is niet blij met je subversieve weblog met samenzweringstheorieën en besluit je bankrekening te blokkeren. Dan word je op een morgen wakker en wilt naar de winkel om inkopen te doen. Je pinpas weigert. Je kunt in geen enkele winkel meer wat kopen. Geen kleding, geen voedsel, zelfs geen gebakken vis of Vietnamese loempia.

De stand van zaken
Dit is geen paranoïde fantasie, maar werkelijkheid over een paar jaar. De eerste supermarkt die geen contant geld meer accepteert is al een feit; de brancheorganisatie van supermarkten wil dat in 2014 nergens meer contant geld wordt geaccepteerd.

Cui bono?
Giraal geld wordt er nu in hoog tempo doorheen gedrukt omdat er een aantal machtige groepen zijn die daar veel belang bij hebben.

Contant geld heeft veel vijanden en maar één vriend: u, de consument.
Contant geld heeft veel vijanden en maar één vriend: u, de consument.

Uiteraard is vooral de banksector erg blij met deze ontwikkeling: hiermee krijgen banken volledige greep op alle geldstromen. De oude sok is definitief exit. Banken krijgen de beschikking over een tweede product naast geld: de volledige betalingsdata van klanten. Een goudmijn die alleen al in Nederland tientallen miljarden waard is. Contant geld vinden banken maar lastig, daar moeten ze dure geldtransporten voor laten rijden en ze krijgen er niets voor terug.

Datzelfde geldt voor de overheid. Zwart geld verdienen is straks domweg technisch onmogelijk, tenzij je een brievenbusfirma in een Caraïbische eilandstaat hebt gevestigd wat buiten bereik ligt voor mensen met minder dan een halve ton per jaar inkomen. Contant geld is nergens meer te besteden, van iedere burger is precies bekend hoeveel deze verdient, waar hij of zij het geld aan uitgeeft en wanneer. Kortom: alleen door te emigreren is te ontsnappen aan de hoge belastingdruk en overige overheidsbemoeienis.
Rookt of drink je teveel? Of eet je teveel vet vlees? Op een avond verschijnt er een begripvolle dame aan de deur die graag een indringend gesprek wil hebben met de boosdoeners.
Door slimme data mining kunnen rechercheurs snel allerlei belastende informatie boven water krijgen om verdachten mee te kunnen pakken (wat deed jij in dat motel in Valkenswaard op drie december met die fles champagne?) of te chanteren. Kortom: een zegen voor belastingdienst, politie en wat er in Nederland doorgaat voor justitie.
Ook krijgt de overheid nu een absoluut wondermiddel in handen om een vervelende klokkenluider of dissident (denk aan de affaire-Oltmans) aan te pakken. Slot op de bankrekening en hij of zij kan geen stap meer zetten.

Ook voor winkeliers is giraal of chartaal geld ideaal: dit geld is namelijk niet te roven, stelen of achterover te drukken door oneerlijk personeel. Uit onderzoeken blijkt dat consumenten veel meer geld uitgeven als ze niet contant betalen maar pinnen. Het koopgedrag van klanten levert onschatbaar waardevolle klantinformatie.

Klanten die veel energiedrankjes als Red Bull drinken zijn bijvoorbeeld over het algemeen testosteronrijke adrenalinejunks (de extreem zoete smaak is voor mensen met verfijnder smaakpupillen ondraaglijk). Je vriendje van de zakenclub met een kartbaan is dus zeker heel geïnteresseerd in een uitdraai met adresgegevens van Red Bull-adepten. En nu we toch bezig zijn: de autoverzekering ook, om ze met een plotselinge premieverhoging uit hun bestand te kunnen gooien want tot deze groep horen veel beruchte brokkenpiloten.  Kortom: zowel banken, winkeliers als overheid hebben er daarom belang bij dat de consument zo snel mogelijk overstapt op digitaal geld.

Wie is slachtoffer van giraal geld?
Giraal geld klinkt, kortom, te mooi om waar te zijn en dat is het dan ook. Er is namelijk een belanghebbende die voornamelijk met nadelen wordt opgescheept: de consument.

Veel politiewerk wordt overbodig als letterlijk alle geldstromen via de computers van de bank lopen.
Veel politiewerk wordt overbodig als letterlijk alle geldstromen via de computers van de bank lopen.

Die schiet uiteraard weinig op met tientallen procenten hogere uitgaven, een reclamebombardement en de nog grotere wurggreep die de overheid en bancaire sector straks op zijn inkomen hebben.

Er zijn maar twee, betrekkelijk kleine, voordelen die er uiteraard door de digitaal-betalen lobby keer op keer door middel van spotjes op de televisie in worden geramd. Beroven van mensen heeft geen zin meer en wisselgeld is ook geen probleem meer.

Daartegenover staan enorme nadelen.

Kom je om welke reden dan ook in conflict met een onderdeel van de overheid of de banken, dan kan je digitaal dood worden verklaard. Je bent dan een illegaal in eigen land geworden. Je zult in leven moeten blijven wat andere mensen je – met gevaar voor eigen have en vrijheid – toestoppen. Want uiteraard kan de overheid straks precies in de gaten houden hoeveel levensmiddelen en water iemand gebruikt…

Wat kan ik als consument doen?
Weersta de lobby. Betaal zoveel mogelijk contant. Boycot supermarkten en andere winkels waar alleen maar gepind kan worden.

Ook online ben je niet veilig: online banktransacties worden even goed in de gaten gehouden als pintransacties.

Doe mee aan lokale gelduitwisselsystemen. Die besparen je overigens ook veel geld, je leven wordt er vaak eens stuk leuker door en je leert veel mensen kennen.

Middeleeuwers waren vaak bang dat ze van de platte aarde af zouden vallen. Nu weten we, een enkele Nigeriaanse islamiet daargelaten, beter.

Protowetenschap of pseudowetenschap?

Wetenschappers zijn, voorzichtig uitgedrukt, niet altijd even lief voor elkaar. Vooral als wetenschappelijke theorieën indruisen tegen wat gebruikelijk is in een bepaalde wetenschappelijke discipline leidt dat vaak tot vervelende gevolgen voor de “ketter”, denk aan ontslag, doodzwijgen of ruïnering van zijn of haar wetenschappelijke carrière.

Middeleeuwers waren vaak bang dat ze van de platte aarde af zouden vallen. Nu weten we, een enkele Nigeriaanse islamiet daargelaten, beter.
Middeleeuwers waren vaak bang dat ze van de platte aarde af zouden vallen. Nu weten we, een enkele Nigeriaanse islamiet daargelaten, beter.

Soms bleek achteraf gezien het afkraken van een grenswetenschapper terecht, denk aan de beruchte charlatan Lysenko.

In veel gevallen bleek de grenswetenschapper achteraf gelijk te hebben: een bekend voorbeeld is Alfred Wegener die vanwege zijn theorie van bewegende continenten werd verketterd door andere geologen, maar nu wordt gezien als de visionaire grondlegger van het moderne continentmodel.

Helaas beschikken we, een enkel medium wellicht daargelaten,  niet over bovennatuurlijke kennis of een tijdmachine.

Hoe maken we onderscheid tussen een fraudeur, een kwakzalver en een onbegrepen grenswetenschapper?

Protowetenschap of pseudowetenschap
Een protowetenschap is een voorloper van wat later een werkelijke wetenschap kan worden. Het kan zijn dat de fenomenen die een protowetenschap bestudeert, achteraf gezien een verklaring hebben die binnen een andere bestaande wetenschap past. In dat geval houdt de protowetenschap op te bestaan.

Het onderscheid tussen een protowetenschap en een echte wetenschap is voornamelijk sociologisch. Een echte wetenschap wordt algemeen erkend door collega’s uit andere wetenschappelijke disciplines. Een protowetenschap is nog volop in ontwikkeling, worstelt voor erkenning (en heel belangrijk voor wetenschappers: onderzoeksbudget en jonge onderzoekers) en kent nog geen formele structuur. Denk hierbij aan een eigen vakvereniging, vaktijdschriften, congressen, vakgroepen, hoogleraarschappen en dergelijke.

Uiteraard vindt iedere grenswetenschapper zich een protowetenschapper en zolang een grenswetenschapper zich aan de wetenschappelijke methode houdt, is hij dat ook. Wat hij ook bestudeert. Helaas zijn er ook veel charlatans die hun onderzoeksresultaten vervalsen of zelfs nauwelijks onderzoek doen dat aan wetenschappelijke principes voldoet. Dit soort mensen – Lysenko kwam al even voorbij en er waren/zijn er meer – zijn pseudowetenschappers.

De wetenschappelijke methode
Serieuze wetenschappers gaan volgens de wetenschappelijke methode te werk. Deze volgt altijd vier stappen.

  1. Waarnemen. Neem waar en probeer voor wat je waarneemt een met de bestaande wetenschappelijke kennis overeenkomende verklaring te vinden.
  2. Hypothese opstellen. Lukt dit niet, ontwikkel dan een testbare (falsificeerbare) hypothese.  Pseudowetenschappers ontwikkelen niet-testbare hypotheses.
  3. Testbare voorspelling doen aan de hand van je hypothese. Doe een via een experiment toetsbare voorspelling aan de hand van je nieuwe hypothese. Pseudowetenschappers doen doorgaans voorspellingen die altijd uitkomen.
  4. Probeer je voorspelling uit. Probeer in een experiment uit of de voorspelling uitkomt.Zo nee, dan kan je hypothese in deze vorm in de prullenbak. Even uithuilen en dan een betere testbare hypothese verzinnen: je bent weer een stapje dichter bij de waarheid gekomen. Pseudowetenschappers gaan nu door met knoeien met de meetopstelling tot ze de uitkomst hebben die hun theorie bevestigt.
  5. Zo ja, uiteraard de droom van iedere wetenschapper: verzin nieuwe voorspellingen om de hypothese nog beter te toetsen en te onderbouwen.

Hoe vaker voorspellingen uitkomen, hoe groter de kans dat je hypothese ook klopt. Eén foute voorspelling daarentegen die niet berust op een meetfout, experimentele fout of logische fout, betekent dat de hypothese in de huidige vorm alsnog de prullenbak in kan.

De hypothese kan misschien bijgeschaafd of moet zelfs radicaal vervangen. Tot die tijd kan je je als wetenschapper koesteren in de warme gloed van je eigen gelijk. Geniet er van, want zo vaak komt dat niet voor. Het komt vaker voor dat Moeder Natuur je af laat gaan, tenminste als je echt grenswetenschappelijk bezig bent in plaats van met het wetenschappelijke equivalent van postzegelverzamelen.

Enkele van Tesla's woestere ideeën inspireren nog steeds grenswetenschappers.
Enkele van Tesla's woestere ideeën inspireren nog steeds grenswetenschappers.

Nog meer kenmerken van protowetenschap versus pseudowetenschap
Uiteraard wil je als buitenstaander ook kunnen beoordelen of een grenswetenschap een proto- of pseudowetenschap is.

Hier een lijstje van kenmerken van pseudowetenschappen.

  1. Heeft het grenswetenschapsveld vooruitgang getoond? (in het geval van pseudowetenschappen: vaak niet)
  2. Gebruikt het grenswetenschapsveld technische woorden als “vibratie” of “energie” zonder de exacte betekenis hiervan te geven?
  3. Betekent het aanvaarden van een grenswetenschappelijke claim dat een experimenteel grondig onderbouwde natuurwet aan de kant moet worden geschoven?
  4. Geven populaire artikelen in het grenswetenschapsveld nauwelijks referenties?
  5. Is er alleen anekdotisch (en geen experimenteel) bewijs?
  6. Beweren de grenswetenschappers dat er dichtgetimmerde experimenten zijn uitgevoerd die de waarheid van de claim bewijzen en dat bedrog uitgesloten is? (dat kan een serieuze wetenschapper per definitie niet doen: experimenten kunnen alleen falsificeren)
  7. Zijn de uitkomsten van experimenten met succes herhaald door andere wetenschappers?
  8. Beweert de grenswetenschapper die de claim doet dat hij overmatig of oneerlijk wordt bekritiseerd?
  9. Wordt de grenswetenschap alleen gedoceerd aan niet- erkende instituten? (dit beslisargument is twijfelachtig)
  10. Zijn de beste teksten in het grenswetenschapsveld tientallen jaren oud?
  11. Noemt de grenswetenschapper criticasters onwetend of bekrompen?
  12. Gebruikt de grenswetenschapper vermeende expertise in andere vakgebieden om zijn claim te ondersteunen?
Mensenoffers zijn bij sommige gelovigen erg populair. Wat bezielt gelovigen tot dit soort absurd en wreed gedrag? Memetica geeft antwoord.

Het DNA van godsdienst

Waarom hebben de agressiefste, onverdraagzaamste godsdiensten met de bespottelijkste ideeën de meeste aanhangers en groeien deze het snelst?

Mensenoffers zijn bij sommige gelovigen erg populair. Wat bezielt gelovigen tot dit soort absurd en wreed gedrag? Memetica geeft antwoord.
Mensenoffers zijn bij sommige gelovigen erg populair. Wat bezielt gelovigen tot dit soort absurd en wreed gedrag? Memetica geeft antwoord.

Waarom zetten Jehova’s hun voet tussen je deur en worden islamieten vaak agressief als je iets onvriendelijks over hun geloof zegt?

Een vraagstuk waaraan de wetenschap tot nu toe zijn vingers niet durfde te branden. De protowetenschap van de memetica maakt daar een einde aan.

Radicale gelovigen zijn gewoonlijk toch al niet erg dol op de evolutietheorie, maar als ze dit lezen zullen ze waarschijnlijk helemaal door het lint gaan.

Genen
Memetica als protowetenschap werd geboren in het laatste hoofdstuk van het boek Het Zelfzuchtige Gen van de visionaire Engelse evolutionair bioloog Richard Dawkins.

Darwin legde zoals bekend de grondslag voor de evolutietheorie over de oorsprong der soorten, maar hij leverde geen mechanische verklaring voor het mechanisme waarop erfelijkheid berustte.

Volgens de erfelijkheidstheorie van Georg Mendel worden alle overerfbare eigenschappen door middel van genen overgedragen.

Chromosomen zijn bundels DNA, de dragers van genen. Ze komen altijd in tweetallen voor.
Chromosomen zijn bundels DNA, de dragers van genen. Ze komen altijd in tweetallen voor.

Genen komen in tweetallen voor. Nu weten we dat Mendels genen in werkelijkheid bestaan uit reeksen DNA die op hun beurt weer liggen op chromosomen. Chromosomen komen in paren voor: elk chromosoom draagt één kopie van een gen.

Memen: de genen van ideeën
Dawkins keek met een biologische bril naar de cultuur en ontdekte dingen die zich precies gedragen als virussen: ideeën.

Ideeën vermenigvuldigen zich (zoals dat irritante liedje van de radio dat in je hoofd blijft hangen), verdringen elkaar in ideeëndragers zoals boeken, websites of de breinen van mensen, muteren (als je oma’s overheerlijke, maar veel te vette pannenkoekenrecept aanpast aan je goede voornemen dit jaar af te vallen, bijvoorbeeld)  en kunnen uitsterven.

Hij noemde de elementaire bestanddelen van ideeën memen (enkelvoud: meme). Een voorbeeld van een meme: de manier waarop je de hoofdletter A schrijft of het bekende gebod uit de bijbel “Heb je medemens lief als jezelf en God boven alles”.

Memen kunnen ook in samenwerkende groepen voorkomen. Alle memen in dit artikel vormen bijvoorbeeld een groep, een memeplex. Bekende memeplexen zijn talen, godsdiensten, culturen en technieken. Zelfs onze geest tot op zekere hoogte. Dus wil je voortleven na de dood, schrijf dan een dagboek met al je ideeën en verplicht je erfgenamen ze uit het hoofd te leren.Wedden dat ze niet meer gaan ruziën over de erfenis?

Dawkins hanteert een vrij losse omschrijving van memen en memeplexen. Het is waarschijnlijk verstandig om alleen ideeën die niet in nog kleinere subideeën zijn onder te verdelen, memen te noemen (bijvoorbeeld een woord of begrip)  en de rest memeplexen.

Strijd op leven en dood van memen
Net als bij genen wordt het succes van memen en memeplexen bepaald door hun verspreiding. Zo is het Engels, dat door miljarden mensen als eerste of tweede taal wordt gesproken, een succesvoller memeplex dan het Sorbisch, een Slavische taal dat maar door een handjevol Duitsers in de voormalige DDR wordt gesproken. Memen kunnen zich verstoppen in mensenbreinen, maar ook overspringen naar een ander mens (daar zijn leraren voor), website (zoals terwijl ik schrijf gebeurt) en andersom, je brein infecteren (ik heb vrees ik slecht nieuws. Snel, kijk de andere kant op! Oeps… te laat…) PHP (de scripttaal waaronder deze website draait) succesvoller dan ASP en Java Server Pages.

Juche is de Noord-Koreaanse staatsgodsdienst, waarin de overleden dictator Kim Il Sung de oppergodheid is.
Juche is de Noord-Koreaanse staatsgodsdienst, waarin de overleden dictator Kim Il Sung de oppergodheid is.

Memeplexen concurreren met elkaar om plaats en vooral aandacht: als je bijvoorbeeld een bamboe eettafel met glazen dekplaat in je woonkamer zet, kan je er geen  klassiek eikenhouten tafel meer neerzetten. Een kind dat is geofferd aan Baäl kan niet meer als jihadstrijder opgevoed worden. De succesvolste memeplexen zijn in staat de geest van hun slachtoffer voortdurend in hun greep te houden en al hun aandacht op te slokken.
Echter: niemand heeft het eeuwige leven. Wil een meme voort blijven bestaan, dan moet het er naar streven zich op tijd naar andere mensenbreinen over te kopiëren. Hiervoor zijn in de loop van duizenden jaren allerlei zeer vernuftige strategieën  ontstaan.

Waarom bestaat godsdienst?
Een groot deel van de geschiedenis van de mensheid wordt bepaald door godsdienst. Op het eerste gezicht lijkt dit vreemd. Er is, pogingen van de Templeton Foundation en steenrijke oliesjeiks ten spijt, geen empirisch bewijs voor de metafysische claims van godsdiensten (al zijn veel psychologische inzichten van Jezus en Boeddha bevestigd door de wetenschap). Sommige beweringen van godsdiensten zijn aantoonbaar wetenschappelijk onjuist.

Godsdienst is op het eerste gezicht nergens nuttig voor, het betekent een grote verspilling van tijd en geld.  Je kan door godsdienst niet beter eten, je wordt er doorgaans armer van (tenzij je godsdienst hard werken of het beroven van anderen aanmoedigt) en je leert allerlei ideeën die wetenschappelijk gezien niet kloppen. Kortom: vanuit rationeel oogpunt is er geen reden te geloven.

Toch is het zijn gelovigen bereid om hun leven op het spel te zetten, grote ontberingen te verdragen en bloed te vergieten ten bate van hun geloof. Waar ook ter wereld je komt, de uitingen van godsdienst steken letterlijk overal boven uit in de vorm van kerktorens, minaretten, tempels of pagodes. Zelfs in het atheïstische Noord-Korea wordt het portret van de Grote Leider vereerd.

Godsdienst: een memetische levensvorm
Kortom: godsdienst bestaat net als een virus slechts omwille van zichzelf.  Godsdienst is het beste voorbeeld dat we kennen, een computervirus wellicht uitgezonderd, van een memetisch virus. Zoals de biologische evenknieën deinzen godsdiensten doorgaans voor geen enkele tactiek terug om zichzelf voort te planten.

De Amerikaan Joseph Smith noemde zichzelf profeet en hield er een harem van vele vrouwen op na. Waar kennen we dat toch eerder van...
De Amerikaan Joseph Smith noemde zichzelf profeet en hield er harem van vele vrouwen op na. Waar kennen we dat toch eerder van...

Of het nu medelijden, sociaal gevoel, schuldgevoel, dreigen met de eeuwige verdoemenis of platvloerse geneugten als plundering en seks is: alleen de godsdienst die de effectiefste, meest doortrapte psychologische technieken beheerst om mensen te manipuleren en in haar greep te houden, overleeft de bikkelharde Darwiniaanse strijd om het mensenbrein.

Logisch ook: minder agressieve godsdiensten, zoals het inheemse heidendom (Asatru), zoroastrisme, animisme en dergelijke legden in de moorddadige Darwiniaanse strijd al lang geleden het loodje. In de volgende artikelen in deze reeks zal in worden gegaan op de strategieën die de grote (dus succesvolste) wereldgodsdiensten hanteren om zich te verspreiden en in stand te houden.

Jonge boeddhistische monniken mediteren en leren zo met de metafysische boeddhistische wereld om te gaan.

Zijn alle culturen gelijkwaardig?

Volgens voorstanders van de multiculturele maatschappij is de ene cultuur niet beter of slechter dan de andere. Volgens chauvinisten is de eigen cultuur per definitie beter dan de andere, volgens bekeerlingen is de andere cultuur juist beter dan de eigen cultuur. Kan je culturen überhaupt onderling vergelijken en zo ja, hoe? Want bestaat er wel een cultuuronafhankelijke maatstaf?

Wat is een cultuur?
Er zijn  zeer veel definities van ‘cultuur’ in omloop wat deze vraag daarom een berucht mijnenveld maakt. De verschillende definities lijken alle te slaan op verschillende niveaus waarop een cultuur zich manifesteert. In de praktijk is cultuur is meeromvattend dan de meeste definities toestaan.
De kern van iedere cultuur wordt gevormd door bepaalde metafysische overtuigingen over het diepste wezen van de wereld en de mens. In de Indiase cultuur is dat bijvoorbeeld onder meer de opvatting dat alles uiteindelijk geest en hiermee zinsbegoocheling is en dat het leven de manier is waarop de ziel evolueert naar een hogere zijnsvorm.

Jonge boeddhistische monniken mediteren en leren zo met de metafysische boeddhistische wereld om te gaan.
Jonge boeddhistische monniken mediteren en leren zo met de metafysische boeddhistische wereld om te gaan.

Deze metafysische opvattingen worden in de breinen van de mensen die in een cultuur leven voortdurend gebruikt om gebeurtenissen in hun leven te duiden, kennis op te bouwen en problemen van diverse complexiteit op te lossen.

Om de metafysische kern vormt zich dus een culturele schil van kennis en rituelen die de metafysische kern verzoenen met de menselijke conditie (lichamelijke en psychologische behoeften van de mens), andere culturen en de natuurlijke omgeving waarin de mensen die tot de cultuur behoren, leven.

De natuurlijke omgeving straft culturen die hier niet goed mee in overeenstemming leven uiteindelijk af: de reden dat bijvoorbeeld de Maori’s in Nieuw-Zeeland het tapu-systeem invoerden om diersoorten te beschermen. De reden dat de Noormannen op Groenland uitstierven is dat ze weigerden de cultureel in laag aanzien staande vis te eten in plaats van het wegkwijnende vee.

Wat zijn de basale vraagstukken die iedere cultuur moet oplossen?
Elke cultuur heeft gemeenschappelijk dat ze wordt gedragen door een groep mensen. Ook moet iedere cultuur zichzelf in stand houden en reproduceren, bijvoorbeeld in de breinen van andere mensen of kinderen, om niet te verdwijnen. Hieruit volgen een aantal elementaire vraagstukken die iedere cultuur moet oplossen. De lijst is nog verre van compleet, suggesties zeer welkom. Elke vraag is ondergebracht in een domein.

Natuurlijke omgeving
Wat is de diepste aard van het universum?
Wat is het doel van het universum?
Wat gebeurt er uiteindelijk met het universum?

Mens als individu
Wat is de rol van de mens in dit universum (beter bekend als: wat is de zin van het leven)?
Wat is de levensopdracht van de mens?
Hoe is de mens ontstaan?
Waarom is de mens ontstaan?
Wat gebeurt er met de mens na de dood?

Mens en universum
Wat is de rol van het universum voor de mens?
Hoe staan niet-menselijke soorten, zoals dieren en planten, ten opzichte van de mens?
Waarop heeft de mens recht en waar moet hij vanaf blijven?
Hoe komt de mens aan voedsel en water?
Hoe komt de mens aan kleding?
Hoe komt de mens aan onderdak?
Hoe worden ziekten behandeld?
Hoe wordt omgegaan met geboorte en dood?
Hoe wordt de natuurlijke omgeving in goede conditie gehouden?

Traditionele rijstteelt kan voor duizenden jaren doorgaan op dezelfde plaats zonder dat de bodem uitgeput raakt.
Traditionele rijstteelt kan voor duizenden jaren doorgaan op dezelfde plaats zonder dat de bodem uitgeput raakt.

Mensen onderling: mens-mens en mens-groep
Wat is goed en kwaad?
Wat bepaalt of iemand een hoge status heeft?
Wanneer is iemand een volwaardig lid van de groep?
Hoe moeten vrouwen onderling, mannen onderling en mannen/vrouwen met elkaar omgaan?
In welke situaties en tussen welke personen mag seks?
Welke vormen van eigendom bestaan er?
Hoe moeten kinderen opgevoed worden?
Wat gaat voor: het individu of de groep?
Hoe moet iemand die zich niet aan de (ongeschreven) regels houdt, gestraft worden?

Andere culturen
Wat is de aard van mensen uit andere groepen?
Hoe moet met mensen uit andere groepen omgegaan worden? (opgegeten/ritueel geofferd/uitgemoord/tot slaaf gemaakt/bekeerd/uitgebuit/geholpen)
Wat is de aard van andere culturen?
Hoe kan het dat niet iedereen dezelfde cultuur heeft?
Is de eigen cultuur superieur aan andere culturen (uiteraard) en waarom?
Hoe moet met andere culturen omgegaan worden (vernietigd, onderworpen, bestudeerd, bewonderd…)
Hoe moet om worden gegaan met iemand die de eigen groep/cultuur verlaat? (brandstapel/onthoofding/uitstoting/belachelijk maken/proberen te bekeren)

1. De mens is de maat der dingen
De presocratische filosoof Protagoras bedoelde hiermee dat de waarheid subjectief is en per persoon verschilt. Je kan het ook interpreteren als: la condition humaine (de menselijke toestand) is de maat der dingen. We weten dat hierdoor bepaalde dingen onveranderlijk zijn. Ten eerste: de mens als biologisch wezen is overal ter wereld in grote lijnen hetzelfde. Weliswaar zijn de meeste Dinka uit Zuid-Sudan bijvoorbeeld stukken beter bestand tegen felle zonnestraling dan de meeste Samen (Lappen) uit Noord-Zweden, maar zowel Dinka als Samen hebben behoefte aan voedsel, water, bescherming tegen ziekte en klimaat en moeten voldoende kinderen krijgen (of andere mensen recruteren) om als groep te blijven bestaan.
Ten tweede: de sociale behoeften van mensen zijn overal ter wereld in grote lijnen hetzelfde. Zowel een Dinka als een Same heeft de behoefte aan gezelschap, aanzien, aantrekkelijke partner(s) en vriendschap.

We kunnen dus een cultuur objectief beoordelen aan de hand van haar vermogen om voor een menswaardig bestaan te zorgen. Als mens mogen -en moeten- we op dit punt bevooroordeeld zijn. Culturen waarin grote aantallen mensen worden mishandeld, gedood of onderdrukt zijn dus inferieure culturen.
Ook het niet in staat zijn mensen te voorzien van voldoende voedsel en andere bestaansbronnen en veiligheid waar de natuurlijke omstandigheden dit in principe mogelijk maken, is een kenmerk van een inferieure cultuur.
Een hoge levenskwaliteit bereiken met relatief weinig hulpbronnen, zoals de Japanse, Cubaanse en Zwitserse cultuur lukt, is juist een superieur kenmerk van een cultuur.

2. Duurzaamheid

Mijnbouw kan doorgaans beter roofbouw genoemd worden.
Mijnbouw kan doorgaans beter roofbouw genoemd worden.

De cultuur moet in staat zijn zichzelf in principe voor tienduizenden jaren in stand te houden in haar natuurlijke omgeving. Het vervuilen en leegroven van alle natuurlijke hulpbronnen, zoals de westerse en Chinese beschavingen nu in praktijk brengen, is een kenmerk van een inferieure cultuur. De al duizenden jaren bestaande rijstteelt in Zuid-China is juist een superieur kenmerk van de Chinese cultuur.

3. De Gulden Regel
Een derde belangrijk criterium is de Gulden Regel: wat gij niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet. Een cultuur die voor haar voortbestaan afhankelijk is van parasitaire relaties met andere culturen of deze aanmoedigt, zoals de islamitische en het roofkapitalisme, toont zich hiermee een inferieure cultuur. Een cultuur met een niet-agressief karakter, zoals de Indiase en Tibetaanse cultuur, is op dit punt een superieure cultuur.

4. Effectieve benutting van hulpbronnen
Een cultuur heeft zowel natuurlijke als menselijke hulpbronnen nodig. Hoe effectiever een cultuur deze duurzaam benut en omzet in waarde, hoe meer superieur deze is. Op dit punt is onze cultuur superieur aan onze cultuur honderd jaar geleden: onze welvaart is nu veel groter dan die van honderd jaar geleden,  ook als wordt gekeken naar ons hogere verbruik aan natuurlijke hulpbronnen. Een vaak vergeten factor zijn menselijke hulpbronnen. Een cultuur kan hierop roofbouw plegen (bekendste voorbeeld: kanonnenvlees). Ook de voortdurende verdomming in Nederland door derderangs onderwijs (een mening hebben is belangrijker dan kunnen lezen, waarnemen en rekenen om deze mening te kunnen onderbouwen), platvloerse TV-shows en wanstaltige muziekclips op MTV waarin door criminele, drugsgebruikende leeghoofden het gangsterleven wordt verheerlijkt, is in feite roofbouw op ons menselijke kapitaal. Culturen zoals die van India en in Zuid-Oost Azië, waar kennis en fijnzinniger kunstvormen hoog in aanzien staan, scoren hier veel beter.

5. Groei en ontwikkeling
Culturen moeten in staat zijn te leren: effectiever te worden in het beter benutten van natuurlijke mensen menselijk hulpbronnen om hiermee de eerste vier doelen steeds beter te bereiken. Een superieur kenmerk van de Chinese cultuur was bijvoorbeeld de introductie van examens, waardoor iedere intelligente jongeman (helaas werd het niet opengesteld voor vrouwen) ambtenaar kon worden (de reden dat de Chinezen in staat waren een enorm rijk te regeren).
De wetenschappelijke methode, de systematische manier waarop kennis kan worden getoetst is misschien wel het meest bewonderenswaardige kenmerk van de westerse beschaving. De relatief open westerse samenleving geeft mensen -in principe- de mogelijkheid om ook bij een lage afkomst bij gebleken talent een hoge positie te bereiken, al bestaat er in de praktijk wel degelijk enige kastevorming. Deze twee succesvolle westerse elementen worden overigens met steeds meer succes gekopieerd door de Chinese, Latijnse en Indiase culturen die ook om deze reden de vlag van de westerse cultuur aan het overnemen zijn.

Communiceren in een gelaagde maatschappij

N.b. Dit artikel is geschreven voor de zomer van 2010.

Later neem ik twee katten.
De ene noem ik Albert, de andere Bert.
Als mensen dan vragen: “Waarom heet die ene Albert?”
Dan zeg ik: “die andere heette al Bert”.

Taal is ambigu. In de schrijftaal en in grotere mate ook in de spreektaal, kunnen hierdoor foutjes ontstaan. Soms leidt dat, zoals in bovenstaand voorbeeld, tot grappige situaties. Maar er kan ook  misbruik van gemaakt worden. Dat kan niet alleen, dat gebeurt ook.

Bij het communiceren wordt er een bericht met een bepaalde bedoeling van een zender naar een ontvanger verzonden. Deze bedoeling is niet altijd expliciet in het bericht terug te vinden, maar bevindt zich vaak in een ‘diepere laag’. Van de ontvanger wordt verwacht dat hij slim genoeg is om in deze diepere laag te zoeken, zodat zijn perceptie van het bericht overeenkomt met de bedoeling van de zender. Dat perceptie en bedoeling lang niet altijd overeen komt, blijkt wel uit het feit dat de in dictione drogredeneringen hier met name op zijn gebaseerd. Toen in 1985 een verslaggever aan Willem Holleeder vroeg: “Heb je er spijt van?” greep advocaat Max Moszkowicz in: “Deze vraag beantwoordt de cliënt niet, daarmee zou hij impliciet schuld erkennen.” [i]
Niet alleen bij directe communicatie komt deze gelaagdheid voor, maar overal in de maatschappij bestaan er ‘diepere lagen’ (denk bijvoorbeeld aan advertenties). Communicatie is nou eenmaal onlosmakelijk verbonden met manipulatie; er bestaat geen communicatie zonder manipulatie en vice versa. In zekere zin gaan deze twee woorden over hetzelfde fenomeen, maar vanuit een andere invalshoek bekeken. Door met deze verbondenheid rekening te houden in je communicatie, is het mogelijk om hier handig gebruik van te maken als je wilt aanzetten tot handelen.

Voormalig president Bush was erg goed in communiceren.
Voormalig president Bush was erg goed in communiceren.

Doordat manipulatie inherent is aan communicatie, heeft communiceren invloed op de emoties van een ander. Reclamebureaus maken hier dankbaar gebruik van. In de farmaceutische wereld komt het meer dan eens voor dat er medicijnen worden ontwikkeld voor nonsens kwaaltjes, maar die toch goed verkopen omdat de omschrijving van symptomen in de reclames voor vrijwel iedereen opgaan. [ii]
Angst is misschien wel de makkelijkste emotie om te beïnvloeden. Een duidelijk voorbeeld deed zich enkele jaren geleden voor in de Verenigde Staten. De zogenaamde ‘estate tax’, een belasting op grote erfenissen, werd daar de nek om gedraaid als gevolg van een geweldige manipulatietruc. Want hoewel slechts twee procent van de bevolking baat had bij de afschaffing, hebben de politici die voor de afschaffing waren, het volk toch zo ver weten te krijgen dat men tegen de belasting – en feitelijk in eigen nadeel – stemden. Dit lukte de politici grotendeels door simpelweg de terminologie aan te passen. In plaats van ‘estate tax’ zijn zij het consequent ‘death tax’ gaan noemen; iets wat ons herinnert aan de dood. En we worden niet graag geassocieerd met onze angsten, dus daar kúnnen we toch niet voor zijn? [iii]
De Nederlandse overheid zou er goed aan doen om een voorbeeld te nemen aan deze Amerikaanse politici. De moraliteit van het Nederlandse volk aanpassen door oppervlakkig te communiceren wat wel en niet gewenst is, werkt niet [iv]. Veel beter zou men door middel van het rekening houden met de communicatie/manipulatie-dualiteit emoties als angst kunnen gebruiken voor het aanzetten tot handelen. Zodoende zal bijvoorbeeld het probleem rondom de lage aantal donorregistraties allicht opgelost kunnen worden.

Hij die bedreven is in het juist toepassen van communicatie, zal veel doelen kunnen verwezenlijken. Hopelijk blijkt aankomende zomer dat onze bondscoach daar ook bedreven in is. Ik zou hem graag aan de hand van een voorbeeld het belang van goede communicatie willen illustreren, want dat kán haast niet fout gaan. Hij heet immers al Bert…

/edit: Inmiddels weten we allemaal hoe dit is afgelopen. Van Marwijk is in ieder geval ver gekomen, en misschien wel mede door zijn kunde goed te communiceren in het openbaar. 26 Januari a.s. krijgt hij dan ook de Machiavelliprijs overhandigd voor zijn ‘uitzonderlijke communicatieve kwaliteiten’ [v].

[i] http://nl.wikipedia.org/wiki/Drogreden#Meervoudige_vraag
[ii] Lezing ‘Encyclopedie van de angst – over regulering van angst’ – Prof. Dr. Huub Schellekens
[iii] Boek ‘Ik krijg altijd gelijk’ – Lars Duursma e.a.
[iv] Lezing ‘Filosofie van de 20ste eeuw – Jürgen Habermas en Paul Ricoeur’ – Prof. Harry Kunneman
[v] http://sport.nieuws.nl/624593/van_marwijk_wint_prijs_voor_goede_communicatie

Democratie afschaffen om wereld te redden?

Bij sommige dames en heren in invloedrijke burelen heerst behoorlijk wat paniek over de steeds stijgende hoeveelheid kooldioxide in de atmosfeer. Het publiek hecht niet bijster veel geloof meer aan allerlei alarmistische berichten, nadat uit gelekte e-mails bleek dat het IPCC geregeld overdreef in haar berichtgeving. Overal krijgen populistische, klimaatsceptische politici en partijen met, volgens veel weldenkenden, walgelijk platvloerse ideologieën, meer en meer aanhang. Dan de democratie maar afschaffen, vinden sommige mensen.

IPCC-goeroe Shearman en co-auteur Gary Sauer-Thompson, stellen in hun boek ‘Green or Gone‘ (Groen of Verloren) een ‘leiderschap van elitestrijders’ voor om de mensen te dwingen hun levensstijl te veranderen, wat verontrustend veel lijkt op de ‘dictatuur van de voorhoede van het proletariaat’.  Kortom: het vertrouwen in het zelfreinigende vermogen van de democratie is bij sommige klimaatactivisten klaarblijkelijk helemaal zoek.

Wat is democratie?
Democratie is een regeringsvorm waarbij de bevolking op representatieve wijze invloed heeft op de regering. Volgens Van Dale is democratie de; v -tieën staat(svorm) die aan het hele volk invloed op de regering toekent.

In theorie heeft iedere burger dus evenveel te zeggen in een democratie.
In feite is de invloed van het volk op het regeringsbeleid in de praktijk vrij beperkt. Zo zijn er gewoonlijk specialisten die de partijprogramma’s schrijven. Nadat de kiezers hun stem op de meest veelbelovende kandidaat of partij hebben uitgebracht (doorgaans de partij waarmee ze het dus het minst mee oneens  zijn), volgt de volgende fase van intern handjeklap: het regeerakkoord.

De reden dat omstreden, uiterst impopulaire maatregelen als de aanschaf van de JSF-straaljager, internetcensuur en miljardensteun aan incompetente bankiers er door komen. Veel maatregelen stranden door sabotage van ambtenaren (denk aan de weigering van de Amsterdamse hoofdcommissaris Welten om boerkadraagsters te arresteren), door oneerlijke bewindslieden die hun verkiezingsbeloften breken (denk aan het spreekwoordelijke CDA-gedraai), het buitenland (EU, diplomatieke druk, verdragen), binnenlands verzet door fanatieke actievoerders en machtige lobbygroepen.

Is de oplossing minder democratie?
Zoals we zagen is de stelling dat het volk de oorzaak is van de matige manier waarop we worden bestuurd, twijfelachtig. Het volk heeft maar één keer per vier jaar een beperkte invloed, de rest van de tijd regeren ambtenaren, politici en bestuurders. Klaarblijkelijk vinden bestuurders zelfs deze beperkte invloed hinderlijk en willen ze ook deze afschaffen. Laten we de gevolgen bekijken van de invoer van een oligarchie van verheven denkers.

In iedere regeringsvorm waarbij het volk niets in de melk te brokkelen heeft en zich niet door regeerders vertegenwoordigd voelt, ontstaat wantrouwen en wrevel ten opzichte van het gezag. Terecht: uit het afschaffen van de democratie blijkt een minachtende houding ten opzichte van de rest van het volk. Op zijn best ziet de elite het volk als dom en niet in staat voor zichzelf te zorgen. Op zijn slechtst vindt de elite de bevolking een nuttig instrument dat opgeofferd kan worden indien nodig voor een hoger doel.

Er zal verzet ontstaan. Iemand die zich niet aan de regels van de overheid houdt, hoe zinnig deze misschien ook zijn vanaf objectief standpunt, zal een heldenstatus bereiken. Actiegroepen zullen walvissen harpoeneren, redwoods omhakken  of hun batterijen in de groenbak gooien, domweg om de dictatoriale overheid dwars te zitten. De elite grijpt, in het algemeen belang, de toevlucht tot nog dictatorialer middelen. Macht wordt een doen in zichzelf.

Historisch gezien ontstonden de ergste milieuproblemen in dictaturen als de Sovjetunie en China. Misschien wordt dat in een eco-dictatuur zelfs nog erger, want milieuproblemen legitimeren het regime.

Extreme vervuiling komt vaak voor in dictaturen, omdat er niemand is die tegen de vervuiling durft te protesteren. – Library of Congress, 1942, public domain

Zijn populisten volksmenners?
Mensen zijn minder achterlijk dan sommige bestuurders denken. We zijn allen producten van een vier miljard jaar durende meedogenloze strijd om het bestaan waarin elke stommiteit dodelijk was. Als er keiharde, natuurwetenschappelijk juiste bewijzen zijn dat een bepaald beleid nodig is en deze bewijzen worden op een eerlijke en heldere manier  gepresenteerd, dan zal dit mensen overtuigen. Niet alle mensen, helaas zuchten nog velen van onze soort onder kwaadaardige religieuze of ideologische dwang die hun kritisch denkvermogen vernietigt. Wel de mensen die het geluk hebben opgegroeid te zijn in vrije en democratische landen.

Politici als Wilders, Palin en eerder Thatcher,  Fortuijn, Marijnissen en Troelstra worden verketterd als populisten. Dit betekent slechts dat ze de taal spreken die de meeste mensen begrijpen en aanspreekt. Ze zijn in staat een maatschappelijk probleem helder, duidelijk en in weinig woorden samen te vatten.

Mensen stemmen niet voor niets op dit soort leiders. Mensen die de essentie van een probleem duidelijk kunnen formuleren, zijn ook de mensen die het probleem begrijpen en de meeste kans hebben het te kunnen oplossen. Niet voor niets hebben bedrijven missies, visies en doelstellingen. Dat was tienduizenden jaren geleden zo, toen het nemen van de juiste beslissing een kwestie was van leven en dood. Nu is het nog steeds zo.

Niet iedere populist is ook een goede leider. Adolf Hitler, bijvoorbeeld, leidde de Duitsers en heel Europa de afgrond in omdat hij de verkeerde oorzaak aanwees voor de problemen in Duitsland. Niet de joden, maar haat en wantrouwen tussen de Europese grootmachten en hun bevolking zorgde voor het protectionisme en dus voor de economische problemen.

Meer democratie als oplossing?
Alleen als het volk leert om kritisch na te denken – goed wiskunde- en filosofieonderwijs en gedegen onderwijs in de wetenschappelijke methode zijn hiervoor essentieel – zal het een regering kiezen die een verstandig beleid voert.

We hebben gezien dat in de praktijk de regering onder druk van belangengroepen beslissingen neemt die niet in het lange-termijn belang zijn van de bevolking. Het volk meer invloed geven, betekent dat belangen- en lobbygroepen veel meer mensen moeten manipuleren. Het betekent ook dat politici zich eerder aan hun verkiezingsbeloften zullen houden. Nadeel is dat politiek niet maar een keer per vier jaar, maar elke dag een grote rol krijgt. Hebben we daar wel tijd voor?

Flower power: vrede is in de vijandige ruimte letterlijk van levensbelang.

Leven in ruimtekolonie beste opvoedcursus mens

In de ruimte krijg je niets cadeau. Niemand ruimt je afval of rommel op. Letterlijk voor elke gram zuurstof, water, voedsel en energie moet hard gewerkt worden. Samenwerken is letterlijk van levensbelang, want door de ingewikkelde technische systemen en de dodelijke omgeving kan je alleen niet overleven. En betekent een conflict al gauw de dood voor iedereen. Cradle to cradle is geen morele keuze, maar bittere noodzaak.

De dodelijke ruimte
Er is in het zonnestelsel buiten de aarde geen plaats te vinden waar de mens het zonder ruimtepak langer dan een paar minuten volhoudt. De plek die misschien nog het meest in de buurt komt van een comfortabele leefomgeving is vijftig kilometer boven het oppervlak van Venus. Aardse temperaturen, zwaartekracht en luchtdruk en een dikke beschermende atmosferische deken bieden veel comfort. Helaas is er op die hoogte geen vast oppervlak en bestaat de atmosfeer uit de onadembare kooldioxide en zwavelzuur.

Alle afval die je in het gesloten systeem van een ruimtestation weggooit kom je eerder vroeg dan laat weer tegen.
Alle afval die je in het gesloten systeem van een ruimtestation weggooit kom je eerder vroeg dan laat weer tegen.

Mars, een goede nummer twee, kent weliswaar een vaste bodem en een voor kosmische begrippen gastvrij Antarctisch klimaat, maar met tien millibar nauwelijks atmosfeer (die overigens ook onadembaar is) en een slechte bescherming tegen dodelijke straling. En deze twee plaatsen zijn nog de vakantieparadijzen van het zonnestelsel: op het oppervlak van Venus smelt lood, op Jupitermaan Io overlijd je binnen een uur aan stralingsziekte en op Neptunusmaan Triton komen fonteinen van vloeibaar stikstof voor.

De ruimtebasis: gedwongen extreem ecofascisme
Kortom: de enige manier om buiten de aarde te overleven is dus in een beschermde, afgesloten structuur met een aarde-achtige atmosfeer.
Zwevend boven Venus is een vrij dunne wand genoeg, maar op Mars en onaangenamere plaatsen is een drukkoepel absoluut essentieel. Er groeit niets, water is schaars en elke gram zuurstof moet kunstmatig geproduceerd worden. Grondstoffen kunnen alleen tegen extreem hoge kosten van de aarde ingevlogen worden (denk aan tienduizenden euro’s per kilo) en de lokaal beschikbare grondstoffen (Venus: kooldioxide en zwavelzuur, Mars kent zeer zout water, kooldioxide, heel veel ijzer en wat andere metalen) zijn niet makkelijk te verwerken. Kortom: recyclen, consuminderen en cradle-to-cradle op een manier waar zelfs de meest fanatieke eco-activist voor terug zou schrikken, zijn geen principiële keuze, maar domweg bittere noodzaak.

Sociaal gevoel en broederschap in de ruimte

Flower power: vrede is in de vijandige ruimte letterlijk van levensbelang.
Flower power: vrede is in de vijandige ruimte letterlijk van levensbelang.
Op aarde kan je als je jezelf onmogelijk hebt gemaakt in de groep verhuizen naar een andere stad of zelfs land.
In een kleine ruimtekolonie kan je dat vergeten. De dichtstbijzijnde mensen bevinden zich op miljoenen kilometers afstand verwijderd. Wachten op een antwoord van de aarde kost vanaf Venus, Mars of verder enkele minuten tot vele uren. Het eerstkomende bezoek is over vijf jaar als je geluk hebt.
Kortom: je kan maar beter leren heel goede vrienden te worden en te blijven met de mensen in je omgeving, want als je iemand beledigt of op zijn of haar ziel trapt, zit je morgen en waarschijnlijk de rest van je leven met de gevolgen als je het niet goedmaakt.

Vrede of de dood
Het is ook een heel slecht idee ruzie te zoeken met andere ruimtekolonies. Ten eerste zijn ze de enige hulp in de buurt als er een systeem uitvalt. Hulp vanuit de aarde is maanden of zelfs jaren onderweg. Eén welgemikt brokstuk dat met kilometers per seconde inslaat in je ruimtekolonie, een sabotageactie in het leefsysteem of in omloop brengen van een dodelijke microbe heeft akelige gevolgen. Kortom: vrede zal de norm zijn en agressieve of gewelddadige groepen zullen snel uitgeschakeld worden door andere ruimtekolonies omdat het risico van hun voortbestaan veel te groot is.

Kortom: er is geen betere manier om zelfs de ergste ruziezoekende slons in een sociale, milieubewuste wereldburger te veranderen dan een paar jaar in de onherbergzame ruimte te wonen.

Gentherapie. M.b.v. een adenovirus wordt gezond DNA in zieke cellen ingebouwd.

De opvolger van de mens

Ons lichaam is nogal onderhoudsgevoelig, takelt af en toe overmaat van ramp is het nauwelijks te repareren. Helemaal vervelend: ook al leven we nog zo gezond, na zeventig, negentig of voor een enkele geluksvogel 120 jaar houdt ons lichaam er mee op. Geen wonder dat visionairen nadenken over oplossingen. Deze bevinden zich in drie hoofdgroepen: organen vervangen, genetica en cybernetische organismen. Hoe ziet de opvolger van homo sapiens er uit?

Betere transplantatieorganen
In de voorbije eeuw zijn wetenschappers er met veel moeite in geslaagd om transplantaties uit te voren van een overleden of ‘samaritaanse’ donor naar een acceptor.  Alhoewel donororganen, bijvoorbeeld een donornier bij lijders aan een ernstige nierziekte, de levensverwachting met tientallen jaren kunnen verlengen, is orgaandonatie letterlijk slechts een lapmiddel. Er is een schreeuwend tekort aan orgaandonoren en omdat het om lichaamsvreemd weefsel gaat, moeten patiënten met donororganen vaak zware en gevaarlijke medicijnen slikken om hun immuunsysteem te onderdrukken.

In feite zijn patiënten met donororganen moderne Monsters van Frankenstein.
In feite zijn patiënten met donororganen moderne Monsters van Frankenstein.

Een eerste stap is dus donororganen kweken in een lab uit lichaamcellen van een patiënt. Hiermee voorkom je immuunreacties en ben je ook af van de mensonterende wachtlijsten. Bij steeds meer organen lukt dat. Een volgende stap is het vervangen van donororganen door betere, kunstmatige organen.

Veel van onze organen zijn hapsnap geëvolueerd. Zo loopt de zenuw die het netvlies verbindt met de hersenen, voor het netvlies langs: de reden dat we een blinde vlek hebben (bij octopussen is dat beter geregeld).

Onze lever en nieren hebben maar een beperkte filtercapaciteit. En zou het niet handig zijn als we een ingebouwd systeem zouden hebben om ons bloedvatenstelsel aderverkalkingsvrij te houden? UV en infraroodstraling zien? Zo goed kunnen horen als een vleermuis of ruiken als een haai? Onthouden en rekenen als een computer? Een vreemde taal leren in een half uur? En vervelende herinneringen op commando wissen? Nu we toch bezig zijn: een paar kieuwen. Of een ontbijtje overslaan en je door de zon laten voeden. Zo sterk worden als een superheld. Deze kunstmatige organen kunnen zowel biologisch als mechanisch zijn.

Het menselijk DNA verbeteren
Elke reparatie aan het lichaam is lapwerk, als we het ontwerp zelf niet verbeteren. De eigenschappen van ons lichaam (het fenotype) worden voor een heel groot deel bepaald door het DNA, ons erfelijk materiaal. Willen we ‘de menselijke conditie’ structureel verbeteren, dan ontkomen we er niet aan, ingrepen te plegen in ons erfelijk materiaal.

Gentherapie. M.b.v. een adenovirus wordt gezond DNA in zieke cellen ingebouwd.
Gentherapie. M.b.v. een adenovirus wordt gezond DNA in zieke cellen ingebouwd.

Het begrip eugenetica is besmet sinds de nazi’s Europa in het verderf stortten met hun rampzalige rassenfilosofie. In de vroeg-twintigste eeuw waren er invloedrijke eugenetische verenigingen die de theorieën van Mendel wilden toepassen om het menselijk ras te verbeteren. In het beruchte Lebensbornprogramma lieten overtuigde vrouwelijke nazi’s zich bezwangeren door SS-ers om een arisch superras ter wereld te brengen.

Zwakzinnigen, etnische minderheden en als ‘randfiguren’ betitelde mensen werden vaak in het geniep gesteriliseerd. In landen als Zweden ging dit tot in de jaren tachtig door.

De techniek is nu verder en we hoeven niet meer onze toevlucht te zoeken tot dit soort onethische en enge methoden. Met DNA-recombinant gentherapie kunnen we erfelijke ziekten als de Ziekte van Huntington permanent genezen. Als de gentherapie wordt toegepast in het hele lichaam van de patiënt, betekent dat ook zijn of haar nakomelingen de ziekte niet meer erven. Ook kunnen we mensen bijvoorbeeld slimmer, gezonder of gelukkiger maken dan nu en er voor zorgen dat hun levensduur langer wordt. Sommige mensen gaan al op hun zestigste dood, hoe gezond ze ook leven. Jeanne-Louise Calment, die in haar jeugd nog Van Gogh heeft gezien haalde de 122 in goede gezondheid. Waarschijnlijk kunnen we door aan genen te knutselen de levensduur flink opkrikken.Er zijn op dit punt enorm veel ethische dilemma’s.

Nog verder gaat het om het hele menselijke lichaam te herontwerpen. We zijn  in feite een soort voor het landleven omgebouwde vis. De vraag is of dit nu echt de slimste manier is om een mens te laten ontstaan. Waarom hebben we bijvoorbeeld geen twee harten? Een backup van ons brein? Dat staartbeen en die suffe blindedarm kunnen er ook wel uit.

Mens wordt robot
Uiteindelijk blijf je zelfs met het “beste” genetische materiaal met biologische beperkingen zitten. Ons lichaam wordt gevormd aan de hand van een soort lang recept. Hoewel op veel punten planten en dieren opmerkelijk goed presteren – denk aan de supersterke spinnendraden, de effectieve zweepstaarten van eencelligen of de indrukwekkende capaciteiten van het menselijk brein – we zitten nog steeds vast aan de beperkingen van eiwitten, vetten en koolhydraten. Door evolutie kan bijvoorbeeld geen biologische kernreactor ontstaan omdat er geen biologische materialen zijn die bestand zijn tegen zoveel radioactiviteit.

Robots hebben geen last van verkoudheid. In principe gaan ze bijna eeuwig mee.
Robots hebben geen last van verkoudheid. In principe gaan ze bijna eeuwig mee.

Kortom: willen we echt tienduizenden jaren kunnen leven, dan zullen we over moeten stappen op techniek. Ons belangrijkste deel, ons brein, kan als hardware of software worden overgenomen door een voldoend snelle computer die Turingcompleet is. De architectuur zal dan wel heel anders moeten zijn van die van de huidige generatie computers, niet één rekenchip dus maar miljarden. We leven dan niet meer op voedsel, maar op bijvoorbeeld elektriciteit uit een minireactor in ons lichaam. Asteroïdesurfen, een frisse duik in de methaanmeren van Titan en dan een douche onder de stikstofgeisers van Triton is dan een fluitje van een cent.

Misschien dat we daarom zo weinig sporen van aliens zien. Wie weet hebben ze zich wel zo goed aangepast aan het bestaan als ruimtebewoners, dat ze geen ruimtestations meer hoeven te bouwen en planeten hoeven te terraformeren.