bank

Bankiers dreigen zichzelf in de voet te schieten met een loos dreigement.

Banken dreigen met welkom cadeautje aan overheden in de schulden

Charles Dallara, de voorzitter van een internationaal bankensyndicaat, het Institute of International Finance (IIF), wil geen grotere verliezen op hun beleggingen in Griekse staatsleningen accepteren. Als ze dat wel moeten, zullen veel van de beleggers mogelijk ook staatsobligaties van andere landen van de hand doen. Hopelijk voeren deze bluffende filantropen hun dreigement snel uit. Lees hier waarom.

Bankiers dreigen zichzelf in de voet te schieten met een loos dreigement.
Bankiers dreigen zichzelf in de voet te schieten met een loos dreigement.

Bankenkartel dreigt met boycot van staatsobligaties
Het IIF is een bankenkartel dat meer dan 375 banken vertegenwoordigt. Dallara wil dat regeringsleiders zich houden aan eerdere afspraken over een Europese reddingsplan. In juli was overeengekomen dat banken een verlies krijgen te verwerken van 21 procent op hun Griekse bezittingen. Europese ambtenaren willen aan deze afspraken morrelen. Daarbij zouden banken en andere investeerders bereid moeten zijn om 30 tot 50 procent op hun Griekse bezittingen af te schrijven[1].

De volgende feiten liggen voor. Het syndicaat dat de heer Dallara vertegenwoordigt, heeft goed verdiend aan het innen van de extra premie die op Griekse staatsobligaties staat (nu bijna twintig procent extra op eenjarige staatsleningen, vergeleken met de één procent die Nederland en Duitsland betalen). Die premie is er niet voor niets. Financiers die hun vak beheersen,wisten al ruim een jaar of twee (of zelfs nog langer) dat Griekenland op omvallen staat en alleen door fraude in staat was aan de toetredingsvereisten voor de euro te voldoen. Het is met andere woorden een risicopremie. Bankiers en andere beleggers die Griekse aandelen kochten, wisten dat ze hiermee een groot risico namen. Ze gokten er op dat de Franse en Duitse overheden wel de kastanjes voor ze uit het Griekse vuur zouden halen. Geen wonder dat bijvoorbeeld Nederlandse pensioenfondsen als het ABP massaal op tijd hun Griekse staatsobligaties hebben gedumpt.

Het bankenkartel de lusten, de belastingbetaler de lasten
Wat meneer Dallara nu wil, is zijn verliezen externaliseren en de vette winsten die het bankenkartel maakte, internaliseren. Dit op kosten van de belastingbetaler.
Zijn juridische positie is uiterst zwak. Vergeet niet dat er geen juridische verplichting bestaat voor de andere eurolanden om de Grieken te steunen. Er is slechts sprake van een gemeenschappelijke centrale bank die euro’s uitgeeft. Zoals de leider van een afpersersbende betaamt, zoekt Dallara nu zijn toevlucht tot dreigementen: de weigering om staatsschulden van andere eurolanden op te kopen. Laten we kijken wat er zou gebeuren als hij zijn dreigementen uit zou voeren en bijvoorbeeld geen Europese obligaties meer op zou kopen.

Wat gebeurt er als de banken staatsobligaties dumpen?
Als je iets massaal op de markt dumpt, daalt de prijs enorm. Het wordt dan mogelijk om voor een prikje staatsschulden op te kopen. Hiermee snijden de banken zichzelf dus nog veel meer in de vingers. De Europese Centrale Bank zou deze schulden bijvoorbeeld via een proxy kunnen opkopen voor weinig geld, want niemand wil ze verder hebben. Als de ECB zich garant stelt voor landen die wel stevige bezuinigingsmaatregelen nemen en deze vervolgens financieel onder curatele stellen van een EU-Kommissar, denk aan Spanje, Portugal, Ierland en Italië, dalen de rentelasten voor die landen enorm.  De ECB kan vervolgens staatsleningen tegen hoge rente inruilen voor gegarandeerde staatsleningen tegen lage rente. Huiliehuilie voor de banken, een concrete schuldvermindering voor deze landen. De kredietverlening van de ECB aan alle bij de IIF aangesloten banken kan vervolgens gestopt worden. Omdat de overheid ook de beroerdste niet is, kunnen daarna voor een zacht prijsje alle omvallende banken worden opgekocht en een paar jaar later eventueel voor een vette winst weer worden verkocht, hoewel ook een staatsbank van lening niet gek is. Deze keer uiteraard met een wat minder zwakbegaafd management.
Dit scenario vereist echter wel politici met backbone, van het kaliber-Wilders of Marijnissen. Die zijn helaas dungezaaid.

Conclusie: bankenkartel bluft
In feite staat het bankenkartel met de rug tegen de muur. Steeds meer particulieren en bedrijven komen er achter, dat ze banken eigenlijk helemaal niet nodig hebben. Aandelenbeurzen en peer to peer lending vormen een goed alternatief voor banken. In de VS ingeburgerd is betalen met aandelen. Dat zou hier ook meer moeten gebeuren. Zo zou er een Europese staatsspaarbank moeten komen, die alleen elektronisch betaalverkeer verzorgt en de Europese ECB-rente uitkeert op spaarrekeningen. En wettelijk ook niet meer mag dan dat.

Zo simpel dus dat zelfs ambtenaren het niet kunnen verzieken. Zo kan het “mensenrecht”  (volgens de EU[2]) van een bankrekening ook praktisch gestalte krijgen. De overige functies, zoals financiering van startende en uitbreidende bedrijven, kunnen uitstekend door lokale aandelenbeurzen worden vervuld.

Bron
1. Telegraaf/nu.nl, ANP
2. EU: iedereen heeft recht op een bankrekening: ANP via Quotenet

Geldcreatie, de kip met gouden eieren voor de bankensector

Een van de meest centrale actoren in het huidige financiële systeem zijn de banken. Banken hebben het unieke recht in onze economie om geld te mogen creëren. Bakkers bakken brood, bouwvakkers bouwen huizen en banken creëren geld, ieder zijn bedrijfsmodel. Hoe werkt dit systeem van geldcreatie precies?

Hoe maken bankiers geld uit het niets?
Het is wellicht het handigst om dit te illustreren met een voorbeeld.
Als er een hypotheek van 200.000 euro wordt afgesloten voor een  huis, dan is het niet nodig dat de bank al dit geld heeft. De bank hoeft slechts 3% tot 10% van dit bedrag in reserve te houden om 200.000 euro te mogen uitlenen. De rest creëert de bank er zelf bij.
Als er wordt uitgegaan van de strengste norm, dan dient de bank 20.000 te houden in eigen reserves om er 180.000 euro bij te mogen creëren uit het niets. (Tegen 6000 euro eigen reserves om er 194.000 euro bij te mogen creëren in het meest soepele geval.)
In de pratktijk heeft een bank 200.000 Euro en leent hier 180.000 op uit. Dit geld komt vervolgens via een ander privepersoon of via een lening van een andere bank terug naar de bank, de bank mag hier dan weer 90% van uitlenen,  162,000 euro dus, dit geld wordt weer bij de bank gestald en de bank mag hier weer 90% van uitlenen, 145,800 etc. Zo kan een bank dus met een beginbedrag van 200.000 uiteindelijk dus een enorm veel groter bedrag op uitlenen omdat het maar een heel klein gedeelte aan reserves hoeft aan te houden en zo dus dezelfde euro 10 tot 33 maal uit mag lenen.  Via deze methode schept de bank dus geld via het mechansime van het verlenen van leningen in de vorm van schulden aan mensen. Als we dit begrijpen is het ook niet zo raar dat een bank vrij snel failliet gaat als meerdere mensen hun geld komen claimen, simpelweg omdat ze je Euro aan heel veel mensen verschillende keren hebben uitgeleend. Het wordt pas echt duidelijk hoe interessant dit unieke bedrijfsmodel is, als men beseft dat de bank wel rente mag heffen over alle uitgeleende bedragen.

In een rekenvoorbeeld kunnen we stellen dat de bank een hypotheek uitgeeft van 200.000 euro tegen een rentepercentage van 5%. De hypotheek wordt over 30 jaar afbetaald door elke maand 1.075 euro af te lossen. Na deze 30 jaar heeft de bank ruim 185.000 euro aan rente binnengekregen over het uitgeleende bedrag. De persoon die de hypotheek afsloot heeft in totaal 200.000 plus 185.000 euro aan rentelasten betaald en heeft in totaal 385.000 euro voor de woning moeten betalen. De persoon heeft bijna twee keer zoveel voor het huis betaald dan de daadwerkelijke prijs. Raar maar waar, de bank heeft over 30 jaar tijd 185.000 euro kunnen verdienen door slechts 6.000 tot 20.000 euro in reserve te houden. Grote kans dat de bank meer aan het huis heeft verdient dan alle bouwmaterialen en arbeid bij elkaar die het heeft gekost om het te bouwen. En de bank kan bij een nieuwe eigenaar van het huis dit spel weer van voren af aan beginnen te spelen. Dit allemaal dankzij het zeer gunstige recht om geld te mogen creëren. Wellicht verklaart dit waarom mensen in het bankwezen over het algemeen prima verdienen en veel banken prachtige hoofdkantoren hebben in de duurste steden.

De banken de lusten, de belastingbetaler de lasten
Wat dit allemaal nog bijzonderder maakt is dat als een bank  onverhoopt toch mocht dreigen failliet te gaan, de kosten hiervan linksom of rechtsom bij de klanten en de belastingbetaler komen te liggen. Als de bank gered wordt door de overheid met belastinggeld dan draaien de belastingbetalers op voor de rekening. Mocht de overheid de bank zoals elk ander bedrijf wel daadwerkelijk failliet laten gaan dan worden de spaarders die geld bij deze bank hebben staan er de dupe van. Mocht de overheid echter garant staan voor het spaargeld dan komt het grootste deel van de rekening alsnog wederom bij de belastingbetaler terecht.

Geldcreatie en rente hierover vragen levert geld op zonder dat er daadwerkelijk iets van waarde in de maatschappij wordt gecreëerd. Geld verdienen is voor sommige sectoren zo wel heel gemakkelijk.

Voor verschillende landen is dit reden genoeg geweest om de banken, zeker wat betreft hypotheken, in handen van de overheid te houden (of weer terug te brengen) zodat de winsten naar de hele gemeenschap gaan. Dit lijkt gemakkelijk te rechtvaardigen aangezien de risico`s uiteindelijk ook altijd bij de gehele gemeenschap komen te liggen als het misgaat. Als je private banken het recht op geldcreatie geeft dan gaan de winsten naar enkele individuele personen terwijl eventuele schulden altijd gesocialiseerd zullen worden. Mensen die meer willen weten over geldcreatie en verschillende mogelijke economische systemen, kunnen terecht bij de eerdere artikelen die op deze site verschenen over de toekomst van onze economie. (deel 1 & deel 2)


Pubs namen de rol van banken over in het Ierland van 1970. Bron: Wikimedia Commons

Beurs als opvolger bank

Banken zijn onmisbaar, roepen bankiers om het hardst en denken veel mensen. Maar is dat wel zo?

De afgelopen maanden hebben Europeanen en Amerikanen zwaar moeten boeten voor het wanbestuur door bankiers. Letterlijk duizenden miljarden euro’s zijn er verdampt terwijl de bankbestuurders zichzelf uitgebreid in de watten legden.

Banken maakten zichzelf onmisbaar
Banken, is de volkswijsheid, zijn een noodzakelijk kwaad. Ze verstrekken leningen, het zijn “makelaars in geld” die de bezitters van kapitaal, in de vorm van spaargeld, in staat stellen op een relatief veilige manier rendement te laten krijgen op hun bezit: spaarrente. De bankiers lenen zelf dit geld weer uit aan afnemers die veel meer rente betalen: mensen die rood staan, bedrijven, hypotheeknemers. Nog schokkender: bankiers lenen extra geld van de centrale bank voor een zeer laag tarief: een procent in 2010, om het vervolgens tegen woekertarieven, vijf procent of meer,  weer uit te lenen: het zogenaamde fractional banking systeem.

Omdat banken de totale geldstroom beheersen, hebben ze zichzelf onmisbaar gemaakt. Eigenaren van kapitaal moeten naar een bank om hun kapitaal veilig op te bergen. Salarissen worden niet meer contant uitbetaald aan het einde van de maand, zoals vroeger gebeurde, maar overgemaakt op een bankrekening. Het bezit van een bankrekening is daarom verplicht voor iedereen die in loondienst werkt of een uitkering krijgt.

Pubs namen de rol van banken over in het Ierland van 1970. Bron: Wikimedia Commons
Pubs namen de rol van banken over in het Ierland van 1970. Bron: Wikimedia Commons

Banken persen de bevolking tientallen miljarden af
Door deze ‘systeemfunctie’, zoals dat in Den Haag heet, hebben de bankiers een machtig chantagemiddel in handen. Door alleen al te dreigen dat hun bank om gaat vallen, moet de overheid, dat is dus de Nederlandse bevolking, voor tientallen miljarden bijspringen. We hebben dat moeten doen in 2009.

De IJslanders hebben waarschijnlijk de zwaarste prijs moeten betalen. De bevolking van dit kleine land moet tientallen jaren zwoegen om de schulden, gemaakt door falende bankiers, af te betalen. Door de hoge uitgaven om veel te grote banken te redden, is ook Ierland aan de bedelstaf geraakt.

Ook de Nederlandse schatkist heeft zware averij opgelopen. Onze staatsschuld is in één klap met tientallen miljarden  gestegen. Als het enorme concern ING (balanstotaal 1300 miljard, dat is vijf keer zoveel als de Nederlandse staat per jaar binnen krijgt) omvalt, verdubbelt zelfs in één klap de Nederlandse staatsschuld, omdat Nederland voor 200 miljard euro garant staat voor buitenlandse spaartegoeden bij ING. Kortom: we zitten enorm in de problemen dankzij de banken. 

Hoe werkt een effectenbeurs?
Op een effectenbeurs worden (naast natuurlijk dingen als opties, obligaties en dergelijke) aandelen, stukjes bedrijf, verkocht.  De gemiddelde belegger heeft geen tientallen miljoenen op zak om een compleet bedrijf op te kopen. Daarom zijn bedrijven met de rechtsvormen NV of BV in stukjes, aandelen, opgedeeld die elk een minuscuul deel van het bedrijf vertegenwoordigen. 

Hoe meer vertrouwen mensen in een bedrijf, bijvoorbeeld Philips, hebben, hoe meer de aandelen Philips waard worden. Stort het vertrouwen ineen, dan worden de aandelen veel minder waard. Naast aandelen kan je ook stukjes schuld kopen: obligaties. Denk aan staatsobligaties: stukjes staatsschuld en bedrijfsobligaties, schulden die bedrijven als Philips aangaan.

Op dit moment worden alleen grote bedrijven en schulden van grote bedrijven op de effectenbeurs verhandeld. Naar de beurs gaan is duur. In de VS is de IPO, de beursgang, een manier om ook met een klein bedrijf snel aan startkapitaal te komen. Daardoor wordt het kapitaal van spaarders en beleggers naar de banken en naar de effectenbeurs AEX op het Beursplein (eigendom van Euronext) gezogen. Als belegger kan je alleen in grote bedrijven beleggen. Kleine bedrijven moeten naar de bank om geld te lenen en aandelen verkopen is helemaal lastig. Daar moet weer een dure bedrijfsmakelaar voor ingeschakeld worden.

De beurs als vervanger voor de bank
Zou je geen aandelen willen kopen van de bakker om de hoek, de maker van je meubels of het reisbureau dat je goed kent, in plaats van een laag rendement op je spaargeld? Of zou je niet liever je hypotheek door duizenden spaarders willen laten betalen? Zou jij op je spaargeld niet het rendement willen hebben dat de bank maakt op rood staan?

Peer lending: rechtstreeks lenen aan anderen
Het zou kunnen, als de functie van een bank werd overgenomen door lokale effectenbeurzen. In Nederland was er tot voor kort een ‘peer lending’ systeem actief: Boober. De Engelse en Amerikaanse versies, Zopa.co.uk en Prosper.com, bestaan nog steeds. De banken waren en zijn daar uiteraard niet blij mee.

Micro-effectenbeurzen
Het was even zoeken, maar in Australië blijkt er een echte micro-effectenbeurs te bestaan. Wat vermoedelijk scheelt is dat de banken in Australië niet zoveel in de melk te brokkelen hebbenn als hier in Nederland. Hopelijk komt er ook hier snel een dergelijk initiatief. Uit de charitatieve hoek komt er in ieder geval al een microkrediet-systeem waardoor je als particulier zelf geld uit kan lenen aan ondernemers uit de derde wereld.