internet

Er blijkt een duidelijke correlatie te zijn tussen toekomstgerichtheid en rijkdom.

‘Rijke mensen denken meer aan de toekomst’

Mensen in rijkere landen zoeken veel vaker naar informatie over de toekomst dan inwoners van armere staten, zo blijkt uit een analyse van 45 miljard Google zoekacties. Een team van University College London onthult een “treffende correlatie” tussen het BNP per inwoner van een land en “de neiging van de inwoners over de toekomst na te denken.” Volgens het team zouden hun resultaten wijzen op de intrigerende mogelijkheid dat er een relatie is tussen het economische succes van een land en het zoekgedrag van zijn internettende inwoners.

Future Orientation Index
De methodologie die het team gebruikte was opmerkelijk eenvoudig. UCL wiskundige Steven Bishop en collega’s Tobias Pries, Helen Moat en  Eugene Stanley gebruikten Google Trends om zoekacties uit 45 landen in 2010 te analyseren op het gebruik van de term “2009” en de term “2011”. Om vast te stellen hoe toekomstgeoriënteerd een land was, deelde het team het aantal zoekacties op “2011” door het aantal zoekacties op “2009”. Voor deze verhouding bedachten ze de term FOI, Future Orientation Index. Toen ze de FOI vergeleken met de relatieve rijkdom per inwoner, zoals genoemd in het CIA World Factbook over 2010, ontdekten ze een sterke statistische correlatie. Wijselijk verrichtten ze dit onderzoek niet in 2011. Er is namelijk niet bepaald een correlatie tussen ontwikkeling en geloof in de doemprofetieën over 2012.

Hoe toekomstgeoriënteerd zijn verschillende landen?
Enkele voorbeelden volgen in de tabel hieronder.

Land FOI Inkomen
Rusland 0,6 $ 15 900
Italië 1,0 $ 30 100
VS 1,0 $ 47 600
Canada 1,03 $ 46 600
Frankrijk 1,2 $ 35 000
Gr.-Britt. 1,2 $ 35 900
Japan 1,2 $ 42 800
Duitsland 1,2 $ 37 900

Helaas zijn er geen resultaten over Nederland (BNP in 2010: $40 500) uit de samenvatting van het artikel te halen.

Er blijkt een duidelijke correlatie te zijn tussen toekomstgerichtheid en rijkdom.
Er blijkt een duidelijke correlatie te zijn tussen toekomstgerichtheid en rijkdom.

Dezelfde correlatie tussen rijkdom en FOI werd ook gevonden in 2009 en 2008 (waarbij de verhouding “2010”/”2008″ resp. “2009”/”2007″ gemeten werd). Teamlid Preis van Boston University denkt dat de verklaring is, dat toekomstgerichtheid leidt tot economisch succes. Een andere mogelijkheid volgens Preis is dat de resultaten internationale verschillen weerspiegelen, mogelijk veroorzaakt door verschillen in beschikbare internet infrastructuur. Deze verklaring is m.i. onaannemelijk: in landen als Rusland is internet vooral populair bij stedelingen, hoogopgeleiden en rijken, die doorgaans meer over de toekomst nadenken dan armen.

Het is de vraag of zoekacties op het komende jaar echt een goede methode zijn om toekomstgerichtheid te meten. Een andere statistische “fout” is dat landjes met minder dan vijf miljoen inwoners weg zijn gelaten. Over het algemeen zouden deze armer zijn en zou de correlatie hier ontbreken. Econoom Greg Taylor van het Britse Oxford Internet Institute, vindt de studie interesssant, omdat nu voor het eerst economische data zijn gebruikt om de “feel good factor” van een land te checken. Hij heeft ook een andere verklaring voor de correlatie.  Volgens hem zijn er in ontwikkelde landen meer culturele activiteiten  die in de toekomst worden gepland, zoals komende filmpremières.

Lange-termijn oriëntatie
Al eerder is door de Nederlander Gert Jan Hofstede onderzoek gedaan naar bedrijfsculturen bij diverse IBM vestigingen. Hierbij vond hij inderdaad dat in landen waar de economie een sterke groei doormaakt, de bevolking zeer sterk toekomstgeoriënteerd is.
Het land dat in zijn onderzoek het laagste scoorde op de culturele dimensie “lange termijn denken” was, weinig verrassend, Pakistan. Pakistan staat vooral bekend van de bloedige sektarische twisten en de verschrikkelijke manier waarop religieuze minderheden en vrouwen door de soennitische meerderheid worden behandeld. Beide komen voort uit een grotere rol van de islam in de afgelopen twintig jaar, waardoor er minder aandacht is voor lange-termijn planning. Dit vertaalt zich ook in een vrijwel afwezige economische groei.

Bron
Tobias Preis,Helen Susannah Moat,H. Eugene Stanley en Steven R. Bishop, Quantifying the Advantage of Looking Forward, Scientific Reports (2012), DOI:10.1038/srep00350

Tor biedt privacy en anonimiteit aan onderdrukte mensen in dictatoriale landen. Helaas is het netwerk ook een vrijplaats voor pedofielen en huurmoordenaars.

Pedovrij anoniem internet: is het mogelijk?

Voor wie een kijkje neemt op bijvoorbeeld het Tor darknet, wordt al snel duidelijk dat hier de meest weerzinwekkende forums en websites op te vinden zijn. Toch zijn de voordelen van anoniem internet in een wereld waar overheden en machtige bedrijven steeds meer de vrijheid van denken en handelen van mensen inperken, zeer groot. Hoe kunnen we de vrijheid van internet behouden terwijl toch huurmoordenaars en pedofielen worden geweerd?

Bezoekje aan de onderwereld van internet
Het gebeurt niet vaak dat papieren media mij wat nieuws leren, maar na het lezen van een recent nummer van Natuur en Techniek maakte ik toch kennis met het ondergrondse Tor netwerk. Tor werkt door IP-pakketjes via verschillende “onion routers” in te laten pakken. Terugkerend dataverkeer wordt weer schil voor schil uitgepakt.

Tor kende ik al langer als een bruikbare methode om langs de IP blokkade van banzieke websites te komen. Naar nu blijkt, is Tor ondertussen veel uitgebreider geworden. Je kan op je eigen pc via het Tor netwerk een anonieme website hosten die automatisch een uniek .onion adres krijgt. In principe is dit .onion adres alleen via de Tor client toegankelijk (hoewel er proxies zoals .onion.to bestaan; zet .to achter een  .onion adres, wat uiteraard de Tor-bescherming voor jou als bezoeker opheft). Tor is niet erg snel, vandaar dat het netwerk vermoedelijk nooit populair zal worden om films of muziek op te plaatsen. Een centraal punt waar Tor sites te vinden zijn biedt de dark wiki (alleen te bezoeken met Tor geïnstalleerd of via een Tor proxy, dus .to achter de .onion typen).

Wie de Tor-software wil downloaden kan dat hier doen.

Tor biedt privacy en anonimiteit aan onderdrukte mensen in dictatoriale landen. Helaas is het netwerk ook een vrijplaats voor pedofielen en huurmoordenaars.
Tor biedt privacy en anonimiteit aan onderdrukte mensen in dictatoriale landen. Helaas is het netwerk ook een vrijplaats voor pedofielen en huurmoordenaars.

Kinderporno
Wel bevat Tor een uitgebreide collectie kinderpornofoto’s. Ook zijn er forums waarop plegers van incest, pedofielen etcetera tips uitwisselen. Zo raadt een zekere ‘pedomama’ een pedofiel aan om uit te kijken met het misbruiken van een vijfjarig buurmeisje, omdat haar moeder nogal waakzaam is. Elders is ze vol bewondering voor een collectie foto’s, waarop een pedofiel echtpaar hun dertienjarige dochtertje misbruikt. Hopelijk worden deze ellendelingen snel opgepakt en verdwijnen ze de rest van hun leven in een TBS long-stay afdeling. Anonymous probeerde al Torgebruikers ertoe aan te zetten pedo’s te weren. Helaas tevergeefs.
Een waarschuwing: alleen al het bekijken, downloaden of verspreiden van kinderporno is volgens de Nederlandse wet strafbaar met een maximum gevangenisstraf van vier jaar.
Bespottelijk uiteraard, ik kreeg al bij een Google zoekactie naar .onion sites onbedoeld een pedo-thumbnail te zien, maar wie twijfelt er nog aan dat de politiek en “justitie” de grootste grap van het land zijn?

Huurmoordenaars
Heb je een vervelende schoonmoeder, baas of buurman en ben je zelf te laf om een halsmisdrijf te plegen? Geen nood, het Tor netwerk biedt de oplossing. Verschillende huurmoordenaars, onder schuilnamen als Cthulhu, bieden hun diensten aan. De tarieven van de huurmoordenaar “Fritz” bijvoorbeeld variëren van twintigduizend dollar (in Bitcoins) voor het vermoorden van een ongewapende burger tot ongeveer een ton voor het omleggen van een minister of topzakenman. Waarschijnlijk zullen hier de nodige fakers en Amerikaanse FBI-agenten achter zitten. Althans: laten we dat hopen.

Drugshandel
Een onschuldiger voorbeeld is drugshandel via Tor. Verschillende .onion websites bieden de mogelijkheid voor druggebruikers om hun dosis heroïne of cocaïne via internet te bestellen. Het voordeel is dat hiermee heel wat criminaliteit geëlimineerd wordt. Het risico voor de dealer is kleiner, waardoor de prijzen zakken en de gewelddadige straatcriminaliteit vermindert. Uiteraard denken de hondsdolle ‘war on drugs’ advocaten daar anders over. Zij richten liever een compleet land als Mexico ten gronde met hun heilloze kruistocht tegen drugs.

Tor in huidige vorm werkt niet
Zolang pedofielen en andere criminelen Tor kunnen misbruiken om hun weerzinwekkende activiteiten te faciliteren, zullen voorstanders van internetcensuur een uitstekende stok hebben om de hond mee te slaan. Ook moreel acceptabele activiteiten, zoals politiek activisme of het aan de laars lappen van copyright, kunnen dan aangepakt worden met de steeds strengere internetcensuur. Er moet mijns inziens door een toekomstige vervanger van Tor onderscheid worden gemaakt tussen misdaden met duidelijke slachtoffers, zoals moorden en kindermisbruik, en ‘misdaden’ waarbij er geen slachtoffers vallen, zoals overkopiëren, drugshandel, kritiek op godsdiensten en dergelijke. Niet duidelijk is alleen hoe je dit op moet zetten, zonder daarbij mogelijkheden te creëren voor totalitaire overheden zoals de Nederlandse en Europese, om censuur op te leggen. Opper jullie ideeën in de comments.

Een MANET gebruikt draadloze apparaten als knooppunten voor een decentraal internet.

Nieuw type internet zelfs voor dictator niet af te sluiten

Hackers werken nu aan een internet dat geen centrale servers kent. Een pc, een tablet, ja zelfs een mobieltje wordt met nieuwe software veranderd in een internetknooppunt.

Echt anarchistisch internet
Internet is een anarchistisch medium en daarmee een nagel aan de doodskist van menig dictator. In 2011 sloot de nu afgezette Hosni Mubarak het Egyptische internet en mobiele telefonie af tussen 28 januari en 2 februari. Dit gebeurde ook voor korte tijd in Libië en Syrië. Deze almacht van overheden is rechtgeaarde hackers uiteraard een doorn in het oog. Ze werken daarom aan een visionair plan: een robuust internet, waarbij de internetgebruikers tegelijkertijd de internetrouters zijn. Deze zogeheten mobiele adhoc netwerken (MANETs) omzeilen gecentraliseerde communicatieknooppunten en stellen gebruikers in staat te communiceren als de overheid het internet plat gooit.

Een MANET gebruikt draadloze apparaten als knooppunten voor een decentraal internet.
Een MANET gebruikt draadloze apparaten als knooppunten voor een decentraal internet.

Einde 2012 gereed
Het Open Technology Initiative – onderdeel van de denktank New America Foundation—ontving 2 miljoen dollar van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken om de ontwikkeling van een MANET te helpen coördineren. Het doel van de organisatie is MANET technologie gebruiksklaar te maken voor gebruik in gebieden met onderdrukkende regimes. Het project moet einde 2012 afgerond zijn, aldus projectdirecteur Sascha Meinrath. Commotion Wireless, de naam van de werkgroep, heeft alleen vier betaalde krachten in dienst. De rest van het aanzienlijke programmeerwerk komt voor rekening van (soms betaalde) vrijwilligers uit de open-source gemeenschap.

Software verandert mobiele apparaten in internet
Commotion wil software ontwikkelen  voor mobiele telefoons, laptops en draadloze routers die in staat zijn om zowel onmiddellijk wifi-verbindingen als GSM-netwerken op te starten. Zodra een netwerk aanwezig is, kunnen zelfs mensen die de software niet hebben geïnstalleerd verbinding maken. Als ook een router met een directionele antenne deel uit maakt van het netwerk – dergelijke routers hebben een bereik van tientallen kilometers, tot over de landsgrens – heb je in principe de internetblokkade van de overheid doorbroken. De software kan via cd’s, USB sticks en dergelijke worden verspreid. Of, als er eenmaal een wifi netwerk is, worden gedownload. Kortom: dit tegenhouden is fysiek vrijwel onmogelijk. De ontwikkelaars willen daarom ook dat de software zeer gebruiksvriendelijk wordt om te installeren.

Voortdurend veranderend netwerk
Een MANET opzetten is niet eenvoudig. Zo moet de software voor datapakketjes de beste routes vinden vanaf bijvoorbeeld Chop Chop Square in Riaad naar de ommuurde compound van de westerlingen, zodat laatstgenoemden live verslag kunnen doen van de “hoogtepunten” van het islamitische strafrecht, Saoedische stijl. Veel apparatuur, denk aan mobiele telefoons, verandert voortdurend van plaats, waardoor dit een dynamisch netwerk moet worden.

FunkFeuer als prototype voor OLSR
Het Optimized Link State Routing (OLSR) protocol, wat Commotion weil gebruiken, wordt nu al gebruikt in het Weense FunkFeuer, een bestaand grassroots MANET. FunkFeuer is een netwerk van 500 apparaten – de meeste zijn draadloze routers op daken en werden specifiek  gebouwd door hobbytechneuten als testnetwerk voor OLSR. OSLR is nu zeer schaalbaar en zou dus in principe een grote stad voor zijn rekening kunnen nemen.

De aan OLSR deelnemende apparaten sturen elke twee seconden een “hello” signaal aan alle andere apparaten binnen bereik. Op die manier wordt een bepaald apparaat geïntroduceerd bij alle buren. Elk apparaat krijgt zo een lijst van  de eigen buren. Deze lijsten worden gedeeld waardoor er elke twee seconden een “verse” netwerkkaart beschikbaar is.

Anonimiteit: Tor
Betrapt worden op “staatsvijandige activiteiten” is al erg slecht voor de gezondheid in Nederland, laat staan in een nog ergere politiestaat. Vraag klokkenluider Fred Spijkers maar. Een extra toevoeging wordt dus Tor, de bekende anonimiseringssoftware die een redelijk goede bescherming biedt tegen afluisteren. Commotion zal de software uittesten in Amerikaanse grote steden als Detroit, Washington DC en Philadelphia. Mogelijk omdat deze het meeste weg hebben van een derde-wereld context. Dit om te voorkomen dat er mensenlevens verloren gaan door onvoldoende beveiliging.

Bellen via een lokaal netwerk
Minder handige gebruikers kunnen nog steeds bellen zonder de software te installeren. OpenBTS verandert een draadloos station in een telefooncentrale. Wel zijn er dan veel sterkere LAN-routers nodig dan nu, want met een simpel huisroutertje kan je niet verder dan een paar meter bellen.

Kortom: laten we er voor zorgen dat dit soort netwerken massaal worden uitgerold. Want gratis kunnen bellen en kunnen downloaden zonder lastig gevallen te worden door de copyright-gestapo is heel wat waard.

Lees ook:
Hackerspace: open communicatie en informatie zijn mensenrechten
Alternatieven voor internet
Tijd voor piraten.net
Egypte, dictaturen en internet

Projectpagina:
Commotion Wireless

Algoritme voor menselijke pikorde ontdekt

Wie is de baas op Visionair, Wikipedia of Ekudos? De manier waarop mensen elkaars taalgebruik overnemen, onthult de pikorde en kan zo helpen de onderlinge rang van mensen in online discussies in kaart te brengen.

De pikorde op het web
Zoekmachines en sociale mediabedrijven willen graag weten wie het invloedrijkst is op het web. Dat zijn namelijk de mensen die het gemakkelijkste anderen kunnen beïnvloeden, dus die commercieel het interessantst zijn om übernuttige gadgets aan te slijten. Ook willen zoekbedrijven als Google weten welke artikelen het invloedrijkst zijn op internet, zodat ze deze het hoogste kunnen ranken. Een veelgebruikte methode is het door Marc Kleinberg bedachte algoritme Hyper Induced Topic Search, HITS,  dat uitgaat van twee categorieën: knooppunten en autoriteiten. Pagina’s waarnaar veel autoriteiten verwijzen scoren daarom goed in Google.

Napraten van autoriteiten
Mensen met veel levenservaring weten al dat ondergeschikten de neiging hebben het taalgebruik (en andere gewoonten) van sociale leiders over te nemen. Kleinberg en zijn mede-auteurs hebben op basis hiervan een totaal andere methode bedacht om macht en invloed te meten: het taalgebruik. Als in een online conversatie de ene persoon het taalgebruik van de andere persoon overneemt, is dat een signaal dat die andere persoon een leider is.

Leidend taalgebruik
Iedereen heeft een kenmerkende manier van gebruik van bijwoorden: woorden die op zichzelf niets betekenen maar een grammaticaal kader vormen voor andere woorden. Kleinberg en zijn collega’s onderzochten hoe groot de kans was dat degene die antwoordt, dat ook gebruikt. Hiervoor bestudeerden ze het taalgebruik in het Amerikaanse hooggerechtshof en discussies tussen Wikipedia-schrijvers op de commentaarpagina van Wikipedia-artikelen (vooral bij meer controversiële onderwerpen zijn deze lang). Naast ‘gewone’ Wikipedianen zijn er administrators (die artikelen kunnen vergrendelen en gebruikers kunnen straffen). Kleinberg en zijn collega’s stelden vast dat gebruikers die tot admin werden bevorderd, minder de neiging hadden om het taalgebruik van hun gesprekspartner over te nemen. Tegelijkertijd hebben ‘normale’ gebruikers de neiging juist meer hun taalgebruik over te nemen. Dit proces is overigens onbewust.

Een vergelijkbaar effect werd aangetroffen bij het hooggerechtshof.

Pikorde op Wikipedia en gmail vaststellen
In elk scenario waarin er veel discussie plaatsvindt, kan dit algoritme plaatsvinden. Zo kunnen Wikipedianen onderling worden gerangschikt wat betreft hun invloed. Mogelijk is dit overigens de verklaring voor de eindeloze discussies op Wikipedia tussen overwegend mannen – digitaal haantjesgedrag).

Gevolgen voor privacy
Google zou dit ook kunnen doen in Google gmail. Google (en ook bedrijven als Microsoft met Hotmail) slaan enorme hoeveelheden e-mailverkeer en chatverkeer op. Op deze manier zou Google kunnen bepalen wie de invloedrijkste gebruikers zijn. Of: wie de botste,minst empatische gebruikers zijn. Ook bloggers, tweeters en Facebook pagina’s kunnen een rijke bron van persoonlijke data vormen.

Voor verkopers kan real-time analyse erg nuttig zijn – als een klant zijn taalgebruik overneemt, overtuigt hij de klant. Ook bij onderhandelingen vormt dit een zeer waardevolle feedback. Denk ook aan marketeers. Zij kunnen zo een testgroep zoeken en daar hun  product bij pluggen.

Bronnen
Kleinberg et al., Echoes Of Power: Language Effects And Power Differences In Social Interactionorg, Arxiv.org (2011)

Freedom! De PirateBox in actie.

Tijd voor piraten.net

Internet wordt steeds meer aan regels gebonden. Bruut politieoptreden, claims van honderdduizenden euro’s of zelfs executies in dictatoriaal geregeerde landen zijn het gevolg van de steeds sterkere greep van overheden op het internet. Het wordt dus tijd om een nieuw internet op te zetten waar nog wel vrijheid heerst. Als we allen samenwerken, komt dat er ook. Lees hier hoe.

Freedom! De PirateBox in actie.
Freedom! De PirateBox in actie.

Alternatief internet
Sommige mensen streven naar anoniem internet, bijvoorbeeld via Tor onions. Dit heeft als nadeel dat de verbinding tussen de Tor onion en de eindgebruiker nog steeds af te luisteren is: een ketting is zo sterk als de zwakste schakel. We ontkomen dus niet aan een fysiek alternatief, een manier van communiceren die niet via internet loopt.
Er zijn verschillende alternatieven bedacht voor internet. Deze variëren van de vrij simpele internet dead drop, een ingemetselde USB stick, tot het (helaas niet operationele, de bedenker is gelijmd door de telecomindustrie) netwerk Netsukuku. Meer informatie in ons artikel. Een softwaregenie of Steve Jobs ben ik niet en denk de meeste andere mensen ook niet. We moeten daarom een simpel systeem bedenken dat met gemakkelijk verkrijgbare, goedkope technologie te implementeren is.

Machtsmisbruik door overheden en grote mediabedrijven
Tot de meest stuitende voorbeelden van internetbreidel en kapotprocederen van internetgebruikers behoren de volgende.
– De 66 jaar oude grootmoeder Lola Scruse werd in 2006 door de Amerikaanse tak van de copyrightmaffia RIAA aansprakelijk gesteld voor het downloaden van liedjes door haar kleinkinderen. Ze moest zesduizend dollar ophoesten, dit terwijl ze van een klein pensioentje leefde en dure nierdialysebehandelingen onderging.
– Ook een andere grootmoeder, Sarah Ward, werd het slachtoffer van het totaal op hol geslagen Amerikaanse rechtssysteem. Ze werd aangeklaagd voor het downloaden van miljoenen dollars aan muziek, waaronder de rapsongs van zanger Snoop Doggy Dogg. Sarah Ward had, naar bleek, slechts een eenvoudige verouderde Apple computer. De op Windows gebaseerde KaZaa-filesharing software die ze gebruikt zou hebben, werkte hier niet eens op. In totaal zijn in de VS alleen al 35 000 mensen aangeklaagd door de RIAA en soortgelijke afpersers.
– De Afghaanse student journalistiek Sayed Pervez Kambaksh werd door het “democratische” regime-Karzai, u weet wel, dat waar Jaap de Hoop Scheffer en zijn trawanten meer dan twintig jonge Nederlandse jongens en meisjes de dood voor in hebben gejaagd, veroordeeld tot de doodstraf, omdat hij informatie over vrouwenrechten in de islam had geüpload. Het parlement steunde deze doodstraf. Door een hogere rechter werd deze straf verminderd tot twintig jaar. De man is nu in zekere zin veilig, buiten Afghanistan.
– Wat dichter bij huis: de Nederlandse cartoontekenaar met het pseudoniem Gregorius Nekschot werd in het holst van de nacht door een arrestatieteam van de Amsterdamse politie van zijn bed gelicht en moest een nacht in de cel doorbrengen.  Zijn ‘misdaad’: verondersteld beledigende cartoons over de islam. Volgens de bekeerde haatbaard Johannes van der Ven, althans. Uiteindelijk volgde seponering.

 

Pirate Box Plus
De meest veelbelovende kandidaat is, vind ik persoonlijk, de Pirate Box van kunstenaar David Darts uit New York. Dit kastje bestaat uit een wifi router met een Linux servertje, gekoppeld aan een flinke harde schijf. De Pirate Box kan overal neergezet worden en biedt een draadloos communicatiepunt voor iedereen met een laptop met Wifi. Als hieraan een fikse externe harde schijf wordt gekoppeld van bijvoorbeeld een terabyte of twee, kunnen er duizenden programma’s, films en muziekbestanden op worden geplaatst terwijl de copyrightmaffia het nakijken heeft. Aan de Pirate Box ontbreekt helaas nog één onderdeel, en dat is een manier waarop de verschillende Pirate Boxes ook met elkaar kunnen communiceren. Zo kan je ook een eenvoudig berichtensysteem opzetten. Dit moet echter vrij eenvoudig te implementeren zijn. Ook moet de unit worden uitgebreid met een energievoorziening, bijvoorbeeld een zonnepaneel.
Van belang is dat de units niet zijn terug te voeren op een persoon. De units moeten daarom autonoom, op energiebronnen uit de omgeving, kunnen werken.

Door een internetverbinding kunnen kinderen en leraren communiceren.

Internetschool midden in het oerwoud

Kinderen uit afgelegen dorpjes midden in het Amazone-regenwoud moeten jarenlang in een kostschool in de stad ondergebracht worden. Maar weinig docenten willen in het dunbevolkte, door ongedierte geplaagde regenwoud lesgeven. Nu is er een visionaire oplossing. Dankzij internet. Vanzelfsprekend is dit in het conservatieve Nederlandse onderwijswereldje onbespreekbaar.

Manaus is met bijna twee miljoen inwoners de grootste stad in de Braziliaanse deelstaat Amazonas en voor mondaine Brazilianen een populaire woonplek. Leraren in Manaus geven nu les via een streaming videoverbinding over internet aan studenten in het Amazonedorpje Tumbira. Uiteraard is er zo diep in het regenwoud geen stroom, dus wordt deze opgewekt met een generator. Zonder deze vorm van leren op afstand zouden kinderen van afgelegen dorpen aan de oevers van de Amazone en zijrivieren school overslaan of lange boottochten naar traditionele scholen moeten maken.

Door een internetverbinding kunnen kinderen en leraren communiceren.
Door een internetverbinding kunnen kinderen en leraren communiceren.

“Er bestond in het begin de nodige scepsis of dit systeem zou werken,” aldus directrice Izolena Garrido van het schooltje in Tumbira tegen persbureau AFP. “Er werd van diverse kanten geprobeerd de school te belemmeren.”

Geen wonder. Traditionele scholen in de steden zien internetonderwijs als grote bedreiging. Hiermee krijgen ze immers minder leerlingen en dus minder geld. Dus zorgde Garrido voor een alternatieve geldbron, zodat de school er hoe dan ook zou komen, zelfs zonder officieel geregistreerde studenten. De FAS (stichting voor een duurzame Amazonas) bouwde klaslokalen, een bibliotheek en zelfs slaapzalen met traditionele hangmatten.

Garrido huurde lokale leraren in en nodigde ouders uit om de school te bezoeken, waardoor een intieme setting ontstaat. Kinderen van Tumbira en zes andere dorpen deden mee aan het programma dat in de eerste maanden van 2010 is gestart.

De lessen in Tumbira vinden plaats in de middagen en avonden, als de elektriciteitsgenerator draait en er elektrisch vermogen is voor internet. Kinderen kijken naar leraren op beeldschermen, voorzien van webcams zodat de leraren de kinderen kunnen zien, oefeningen doen en huiswerk kunnen overhoren.

Volgens Ednaldo, één van de 76 kinderen, is het alsof de leraar in het klaslokaal is. De lessen gaan over dingen als wiskunde en natuurwetenschappen tot eerste hulp, gezondheid en gymnastiek. Lokale leraren zonder lesbevoegdheid zitten bij de studenten, beantwoorden vragen en helpen ze met opgaven. Een bijkomend voordeel is dat lessen plannen niet meer nodig is en dat leraren zich toe kunnen leggen op het lesgeven. Een chatroom neemt de functie van het vragenuurtje over. Huiswerk wordt op school gedaan, waar een bibliotheek, internet en assistentleraren aanwezig zijn. De studenten werken ook in groententuinen en leren duurzame landbouw, waaronder het duurzaam oogsten van bomen uit het regenwoud en het werken met hout.

Universiteit met twee klaslokalen

Er is een aparte, van grotestadscomfort voorziene gastenkamer ingericht voor bezoekers. Ook herintredende studenten, bijvoorbeeld mensen van middelbare leeftijd, kunnen terecht voor her- en bijscholing. Afstandsleren maakt de school ook aantrekkelijk voor mensen die anders niet op school zouden komen. Het voordeel van dit afstandsonderwijs is dat in principe elke vorm van onderwijs, practica mogelijk uitgezonderd, via internet plaats kan vinden. De drijvende kracht achter het alleen per boot bereikbare schooltje, Viana, droomt van een duurzame universiteit die gewijd is aan het in harmonie leven met het regenwoud. Volgens hem zijn er al studenten die de middelbare school af hebben gerond en verder willen leren.

Onderwijs is in Nederland een enorme slokop. Zouden we niet van deze techniek kunnen leren?

Bron:
Internet takes ‘distance-learning’ into the Amazon, Physorg, 2011
FAS Amazonas
Homepage school

Het World Wide Web legde internet open voor technische leken. Maar hoe lang blijft internet nog open?

Komt er een einde aan open internet?

Openheid is de grote kracht van internet, maar hoe lang zal die openheid nog voortduren, nu machtige bedrijven als Facebook en Apple internet steeds meer in kleine stukjes onderverdelen? En wat kunnen wij als internetgebruikers daar tegen doen?

Het World Wide Web legde internet open voor technische leken. Maar hoe lang blijft internet nog open?
Het World Wide Web legde internet open voor technische leken. Maar hoe lang blijft internet nog open?

Het doorslaande succes van Tim Berners-Lee’s geesteskind
In augustus 1991 postte Tim Berners-Lee, een onderzoeker aan het deeltjesversneller-instituut CERN bij Genève in Zwitserland, een bericht op een discussieforum waarin hij een nieuwe methode beschreef voor het delen van informatie tussen computers op een netwerk. Het world wide web werd geboren (ik kan me nog herinneren dat ik Gopher gebruikte en met de hand TCP/IP moest installeren op de computer). Nu, twintig jaar later, is het World Wide Web niet meer weg te denken. Zo’n twee miljard mensen zijn verbonden met Tim Berners-Lee’s geesteskind en juli 2011 verklaarde de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties internettoegang tot een fundamenteel mensenrecht.

Uniek aan het WWW is dat voor het eerst in de geschiedenis, in principe iedereen toegang heeft tot alle informatie, als je maar weer op wat voor webadres die opgeslagen is. Eén van de eerste websites was de Virtual Tourist, waarmee je als internetgebruiker computers in exotische landen als Australië, Taiwan of Japan (of zelfs de onderzoeksstations op Antarctica) kon bezoeken. Nu zo vanzelfsprekend dat we er niet meer bij stil staan. maar hoe lang blijft internet nog zo open? Genieten we nu nog van de tijdelijke gouden tijd van het internet?

Amerikaanse leger wilde bomvrij communicatiesysteem
Hoewel het World Wide Web met zijn gebruiksvriendelijkheid internet openlegde voor de wereld, dateert de onderliggende structuur van veel eerder. Deze architectuur werd in de zestiger jaren ontwikkeld op verzoek van de Amerikaanse luchtmacht.  Een centrale communicatiestructuur is een zwak punt in een oorlog. De eerste aanvallen worden gewoon,lijk uitgevoerd op communicatiecentra. Wat de luchtmacht zocht was een systeem dat desnoods een kernoorlog kon overleven. Paul Baran van de denktank RAND wist dus dat hij een niet-hiërarchisch communicatiesysteem moest ontwikkelen. Een netwerk dus in plaats van een spinnenweb.

Internet: de grote gelijkmaker
Elk bericht werd opgesplitst in kleine pakketjes die elk van de ene router naar de andere worden verplaatst. Alleen op het moment dat de pakketjes werden overgezet, waren de lijnen in gebruik. Een enorme verbetering in efficiëntie: de bandbreedte werd zo optimaal benut. Nog een voordeel: het netwerk wordt ook robuust. Er is geen zendmast die af kan branden en het hele netwerk plat kan leggen.  Het natuurlijke gevolg is dat zo een niet-hiërarchische internet cultuur ontstond. Er is technisch geen verschil tussen een homepage van een enthousiaste schelpenverzamelaar op Hawaii en de nieuwswebsite van een reusachtig mediacomglomeraat. Beiden kunnen eenvoudig worden opgeroepen door hun adres in te typen in je browser.

Deze openheid en het hoge vertrouwensniveau dat dit met zich meebracht, leidde tot een vrije stroom van informatie en de ongeëvenaarde technische groei in de afgelopen decennia.

Overheidscensuur lastig, maar neemt steeds meer toe
De open structuur van internet maakt censuur ook lastig. China en Noord-Korea lossen dit op door alle internetverkeer van en naar China en Noord-Korea via enkele enorme supercomputers te leiden die alle pakketjes filteren op subversieve teksten. Minder restrictieve landen als Zuid-Korea blokkeren ook “sociaal schadelijke”websites. Geen wonder. Autocratische regimes worden steeds meer in het nauw gedreven door internet. Zo werden de sociale revoluties in Egypte en Tunesië mogelijk gemaakt door internetactivisten en sociale media. Uiteraard vinden de meeste overheden deze subversieve invloeden niet leuk. Geen wonder dat er naar steeds meer methoden wordt gezocht om internet aan banden te leggen.

Apple, Google, Facebook en Amazon monopoliseren stukken internet
Juist bedrijven die groot zijn geworden dankzij internet, proberen nu steeds grotere stukken af te schermen en internet op te splitsen met hun eigen technologieën en standaarden.
Zo willen ze meer marktaandeel veroveren en hun winsten beschermen. Google wordt nu onderzocht door de Amerikaanse antitrust-waakhond, die de zoekgigant verdenkt van het manipuleren van zoekresultaten om zo ‘eigen’ bedrijven te bevoordelen concurrenten te weren. De miljoenen mensen die een iPad of iPhone kopen, kopen tegelijkertijd Apple’s afgeschermde app-systeem. Apple controleert streng welke techniek gebruikers op hun apparaatjes kunnen plaatsen. Zo blokkeert Apple Adobe’s Flash-technologie (en daarmee een belangrijk deel van internet – de sufferds onder de webmasters die hun website als Flash-site bouwen). Ook Google’s Android operating system voor mobiele telefoons, Amazon’s Kindle e-reader die alleen Amazon-boeken kan lezen en niet te vergeten Facebook, waarvan het netwerk geheel is afgeschermd van de rest van internet.

Een bedreigende ontwikkeling. Door het blokkeren van concurrentie krijgen deze softwarereuzen een oneerlijk concurrentievoordeel. Er is minder variëteit en de technische vernieuwing komt zo tot stilstand. Ook wordt het internet zo zeer gevoelig voor storingen. Ligt bijvoorbeeld de cloud van Amazon er uit, zoals april 2011 gebeurde, dan gaan duizenden kleinere websites – die vaak de gehele administratie van een bedrijf inhouden –  mee.

Lees ook: Alternatieven voor internet

Internet blijkt beter de toekomst te kunnen voorspellen dan deskundigen.

Toekomst voorspellen met internet

Mainstream media deskundigen blijken het er nogal beroerd van af te brengen als het op toekomstige ontwikkelingen gaat. Zo zagen ze de opkomst van Gorbatsjov als hervormer niet aankomen. Over de kredietcrisis zaten ze er ook faliekant naast (hoewel economen van de Oostenrijkse School die al zagen aankomen). Wat wel werkt? Internet, zo blijkt keer op keer uit onderzoek.

Gedurende ongeveer twintig jaar, vanaf de jaren tachtig, bestudeerde politicoloog Philip Tetlock voorspellingen van mensen die op hun vakgebied als experts werden beschouwd(1). De 280 specialisten deden in hun werk als regeringsadviseur of op TV uitgenodigde deskundige voorspellingen over zaken als de opkomst van China of de veiligheidssituatie in het Midden Oosten. Na vele jaren controleerde hij hun voorspellingen. De resultaten waren bedroevend: volgens een commentator zouden apen die met een dartpijltje gooien zelfs nog betere voorspellingen formuleren.

Internet blijkt beter de toekomst te kunnen voorspellen dan deskundigen.
Internet blijkt beter de toekomst te kunnen voorspellen dan deskundigen.

Met text mining, een krachtige nieuwe methode om trends te analyseren en zo voorspellingen te doen, worden aanmerkelijk betere resultaten geboekt. Text mining analyseert de sentimenten die worden uitgedrukt in blog posts,  tweets en Facebook updates. Op deze manier kan je tot dusver onovertroffen inzichten krijgen in de heersende sentimenten in de wereld en het gebruiken om te voorspellen wat ons te wachten staat.

Onderzoekers hebben al een methode om Amerikaanse nervositeitsniveaus te indexeren ontwikkeld (2) om zo voorspellingen over de aandelenkoersen te verbeteren. Beleggers worden namelijk geleid door hebzucht en angst; hoe groter de angst, hoe lager de aandelenkoersen. Anderen hebben zoekopdrachten op Google gebruikt als middel om te voorspellen. Veel zoekacties op bepaalde termen die met het zoeken naar werk te maken hebben, laten zien dat de werkloosheid stijgt. Dit is nog maar het begin. Verschillende bedrijven slaan complete delen van het internet op om krachtiger voorspellingen te kunnen doen. Het bedrijf WiseWindow in het Californische Irvine bestudeert meningen  die door 77 miljoen Facebook-gebruikers en andere sociale media websites worden geventileerd. De firma doet aan datamining om zo consumentensentimenten en opkomende trends in de gaten te houden. Deze zijn uiteraard erg belangrijk voor multinationals die zo concurrenten te vlug af zijn.

Sommigen denken zelfs dat je door sociale media-websites in de gaten te houden, recessies zo snel aan zou kunnen zien komen. Voorlopige resultaten onderschrijven deze trend. Deze mensen vergeten echter dat de oorzaak van de financiële  crisis in 2009/2010 weinig te maken heeft met consumentensentiment, maar alles met het veel te veel geld in de economie pompen, financieel wanbeheer en regelrechte boekhoudfraude en stropdoorschuiving bij banken. Mensen een euforisch gevoel aanpraten terwijl het economische fundament op instorten staat, is ethisch verwerpelijk en bovendien nogal dom, tenzij je jezelf hiermee schaamteloos wilt verrijken op kosten van anderen. De klap komt dan nog veel harder aan.

Dus wen er al vast maar aan. Je hartekreten op Facebook, Hyves of Twitter dienen allemaal om de winsten van grote multinationals op te krikken. Geen wonder bijvoorbeeld dat de louche zakenbank Goldman Sachs begin 2011 een stevig aandeel in Facebook verworven heeft.

Bronnen
1. Tetlock, P.E.,Expert political judgment: how good is it? How can we know?
2. Johan Bollen, Huina Mao en Alberto Pepe, Determining the public mood state by analysis of microblogging posts

Tijdens de Deep Impact missie werd er een gat in een komeet geschoten. En interplanetair internet uitgetest.

Interplanetair internet op Mars en de maan

Internet heeft zich sinds de komst van het world wide web als een olievlek verspreid. Zelfs zuidpoolonderzoekers kunnen nu de hele dag (en die duurt daar erg lang) de meest  zinloze Youtube filmpjes downloaden. Maar… the world is not enough…

Internet vormt de grootste bibliotheek ter wereld, ooit, vierentwintig uur per dag toegankelijk. Met internettoegang heb je overal ter wereld toegang tot deze bibliotheek. De weg zoeken in die bibliotheek is een ander verhaal, maar weet je eenmaal waar de informatie te vinden is dan kan je in principe zelfs de lastigste technische problemen oplossen. Kortom: precies waarover je in de ruimte wilt kunnen beschikken.

Lichtsnelheid
Geen wonder dus dat visionairen over de hele wereld hebben nagedacht over manieren om internet uit te breiden over het zonnestelsel. Het voornaamste technische probleem is de lichtsnelheid.  De maan ligt op ‘maar’ 1,3 lichtseconde afstand van de aarde, maar communicatietijden lopen op tot langer dan een uur voor Jupiter en verder.

Tijdens de Deep Impact missie werd er een gat in een komeet geschoten. En interplanetair internet uitgetest.
Tijdens de Deep Impact missie werd er een gat in een komeet geschoten. En interplanetair internet uitgetest.

Het internetmodel waarin informatie vaak meerdere keren heen en weer wordt gestuurd werkt daarom niet in de ruimte.  Interplanetair internet is daarom in kleinere subnets verdeeld (bijvoorbeeld alle maanrovers, satellieten en maanbases). Aanvragen binnen deze subnets worden real-time afgehandeld. Een werkgroep van NASA, ESA en andere ruimtevaartorganisaties, de Consultative Committee for Space Data Systems (CCSDS) heeft voor deze kortere afstanden Space Communications Protocol Specifications (SCPS) ontwikkeld dat veel lijkt op het op internet gebruikte IPv4.

Vertragingstolerante netwerken
Voor de enorme afstanden in het zonnestelsel werkt dit niet: zodra het verzoek van de zender is ontvangen moet de ontvanger in één keer de gevraagde informatie sturen in plaats van, zoals op internet, eerst contact te zoeken met een DNS server. Op, zeg, Jupitermaan Ganymedes ben je op die manier al gauw een week bezig om een enkele webpagina met plaatjes te downloaden.  Om die reden is een heel ander netwerkmodel nodig dan het zeven-lagen OSI model dat aan de basis ligt van internet.  De bovenste lagen zijn vervangen door “bundle service layering”. Hierbij wor4dt gebruik gemaakt voor een door NASA en defensieoonderzoeksbureau DARPA ontwikkelde uiterst fouttolerante communicatiemethode, delay-tolerant networking (DTN). DTN gooit bij zeer lange communicatie-onderbrekingen pakketjes niet weg, zoals TCP/IP van internet, maar bewaart ze en verstuurt ze opnieuw als de satelliet weer binnen bereik is. DTN is al succesvol uitgetest op aarde, waarbij communicatie met Mars is gesimuleerd. DTN is ook getest tijdens de Deep Impact missie naar een komeet op vele miljoenen kilometers afstand. Verbindingen hoeven niet meer met de hand te worden gelegd. Houston kan lekker gaan slapen.

DTN kent een nog interessantere optie. Grote hoeveelheden data kunnen naar een knooppunt worden gestuurd. Als een ruimteschip in de buurt van het knooppunt arriveert, kan het de ‘postbus’ legen en nieuwe data ter verzending klaarzetten. Dus al zijn ruimtereizen lang en eenzaam, af en toe is er een plezierige verrassing…

Simpel maar geniaal: een USB-stick inmetselen in de muur en klaar is uw anonieme data-wissel.

Alternatieven voor internet

Internet is in veel opzichten een geweldig systeem. Het maakt het in principe mogelijk dat mensen overal ter wereld met elkaar kunnen communiceren en heeft het monopolie van de mainstream massamedia effectief doorbroken. Voor de komst van internet waren er alleen een handvol piratenzenders en -schepen waar de overheid fanatiek op joeg. Nu kan iedereen op zolder kritisch en grensverleggend nieuws publiceren.

De Pirate Box. Wissel hiermee anoniem plannen uit om de absolute wereldheerschappij te veroveren.
De Pirate Box. Wissel hiermee anoniem plannen uit om de absolute wereldheerschappij te veroveren.

Internet kent echter ook een aantal ernstige nadelen, reden waarom we ons zorgen maken. Zijn er geen alternatieven?
Letterlijk alles wat je op internet doet is namelijk na te trekken door autoriteiten die vanzelfsprekend altijd het beste met de bevolking voor hebben (al begrijpt de bevolking dat niet altijd, dus is het voor hun bestwil nodig dat ze af en toe aan worden gepakt, in het algemeen belang).
Verder zorgt internet voor een lagere redundantie. Internet op zich is zeer redundant – het systeem is immers door het Amerikaanse leger ontworpen om de vernietiging van centrale servers te overleven – maar vrijwel alle communicatie loopt nu via internet – zelfs in toenemende mate het telefoonverkeer. Lukt het op de een of andere manier de centrale infrastructuur van internet plat te leggen – er zijn maar dertien centrale DNS-servers, bijvoorbeeld – dan betekent dit een totale informatie-blackout. De meeste mensen zullen zelfs geen televisie meer kunnen ontvangen omdat tv-signalen in toenemende mate via internet worden verspreid. Alleen ouderwetse AM- en FM-radio’s en satelliet-TV zal nog werken. Mogelijk.
Ook proberen overheden, waaronder de Europese UnieBritse en de Amerikaanse, steeds meer greep op de inhoud van internet te krijgen, m.a.w. censuur.

Simpel maar geniaal: een USB-stick inmetselen in de muur en klaar is uw anonieme data-wissel.
Simpel maar geniaal: een USB-stick inmetselen in de muur en klaar is uw anonieme data-wissel.

Gelukkig blijken diverse visionairen zich deze vraag al te hebben gesteld en simpele tot ingewikkelder oplossingen te hebben bedacht voor de dag waarvan niemand hoopt dat deze ooit zal aanbreken: het einde van open internet of de komst van de politiestaat. Een kort overzicht van de ideeën. Gebruik deze of bedenk andere. Kennen jullie nog meer manieren? Post ze hieronder, we zuillen ze in dit artikel verwerken.

Dead drops
De dead drop of anonieme brievenbus staat toe boodschappen en voorwerpen uit te wisselen zonder dat twee mensen elkaar hoeven te ontmoeten. Deze klassieker uit de Koude Oorlog, heeft van New Yorker Aram Bartholl een nieuw jasje gekregen.  Een USB-stick wordt ingemetseld in een muur of andere stabiele publiek bereikbare plaats. Hierop kunnen gegevens worden geplaatst die anoniem gedeeld kunnen worden. Gebruik bij voorkeur tekstbestanden (.txt). In bijvoorbeeld Microsoft Word-bestanden wordt allerlei informatie over de gebruiker meegestuurd.

Pirate Box
Kunstenaar David Darts, ook uit de Big Apple, bedacht de Pirate Box, een WiFi router zonder internet. Het apparaatje bestaat uit een Linux servertje met een webhost. Het gebruik is simpel. Zodra je binnen bereik bent van het draadloze netwerk, kan je verbinding leggen en bestanden uploaden of downloaden. Het apparaat is voor onder de honderd euro zelf te bouwen en werkt onder de open-source FLOSS software.

Netsukuku
De Italiaanse wiskundige Andrea Lo Pumo bedacht Netsukuku, een alternatief voor internet dat ontstaat door wifi-routers aan elkaar te knopen. De gebruiker hoeft alleen de software te installeren op zijn laptop of pc. Netsukuku is op dit moment nog volop in ontwikkeling, nog geen enkele stad is uitgerust met een werkend systeem. Netsukuku is een geheel plat netwerk: er zijn geen centrale servers en er is geen internetprovider nodig. Dit kan door een fractale opbouw van netwerken: een eindnode kan uitgroeien tot een centrale hub indien nodig. De maximale werkgeheugenbelasting is in het ergste geval 350 kilobyte (een duizendste van het gemiddelde computergeheugen). Nog beter nieuws is dat datapakketjes niet op een bepaalde computer zijn te traceren. Kortom: sommige Italiaanse politici en een bepaalde zeer sympathieke mevrouw zullen hier niet blij mee zijn. Helaas is er nog steeds geen werkende versie die uitgerold kan worden, maar Lo Pumo is druk aan het werk.