politiek

De onzichtbare Jan Franssen, een van de machtigste mensen in Nederland.

Heil komt niet uit politiek

Zowel de Nederlandse politieke partijen als grote bedrijven zijn zo georganiseerd dat de middelmaat regeert. Visionaire ideeën zullen van de bevolking zelf moeten komen.

De gemiddelde succesvolle Nederlandse politicus

Mensen die besluiten actief te worden in de Nederlandse politiek of hogere managementsfuncties in grote bedrijven delen bepaalde kenmerkende persoonlijkheidstrekken. Geen wonder, de sociale organisatie van politiek en bedrijven in Nederland is zodanig dat bepaalde karaktertrekken absoluut essentieel zijn om het ver te schoppen in de politiek.

Heeft u bij voorbeeld weleens gehoord van Jan Franssen (VVD)? Waarschijnlijk niet.

De onzichtbare Jan Franssen, een van de machtigste mensen in Nederland.
De onzichtbare Jan Franssen, een van de machtigste mensen in Nederland.

Toch is Franssen een van de machtigste mensen in Nederland. De man, gewezen geschiedenisleraar, begon zijn carrière in de politiek als JOVD-voorzitter en adviseur van VVD-caudillo Hans Wiegel. Hij klom zonder voorkeursstemmen op via lidmaatschap van de provinciale staten van Noord-Holland en Tweede Kamerlid voor de VVD tot burgemeester in Zwolle en zijn huidige, lucratieve baantje als commissaris van de koningin in Zuid-Holland. Ondanks het feit dat hij praktiserend homoseksueel is, iets waarmee de roomse kerk doorgaans nogal wat moeite heeft, leverde zijn bekering tot het rooms-katholieke geloof hem een roomskatholieke ridderorde op.

Wilders, Halsema en Roemer zijn luidruchtige schlemielen
Franssen kan als redelijk representatief worden beschouwd voor echt succesvolle Nederlandse politici. Ze zijn de onbetwiste heersers van de achterkamertjes, van het polderen en van, zoals dat zo mooi heet, het maatschappelijk middenveld. Feilloos voelen ze aan waar de politieke wind waait, welke coalities het nuttigste zijn om v0oruit te komen en beheersen het politieke ambacht van beentje lichten en gekonkelfoes tot in de puntjes.

Ze genieten wel de lusten van het politicus zijn, zoals veel onzichtbare macht en kansen op allerlei lucratieve, vaak wat minder koosjere bijverdiensten, maar niet de lasten, zoals onder vuur  liggen in de media, doodsbedreigingen van gestoorde gekken (de reden dat Halsema opstapte) en een hoge werkdruk.

Onzichtbare mannetjes als Franssen runnen dit land. Halsema, Wilders en Roemer zijn luidruchtige schlemielen, bedoeld om het volk mee rustig te houden, waarmee het op termijn net zo af zal lopen als met Rita Verdonk.

Denkt de Nederlandse oligarchie lange-termijn?
Voorstanders van de Nederlandse oligarchie vinden dat het ondoorzichtige netwerk van vele niet-democratisch gecontroleerde organisaties leidt tot continuïteit en lange-termijn denken. Als bestuurders van een zelfstandig bestuursorgaan niet worden afgerekend door de kiezer maar op hun prestaties, zal dat leiden tot echt lange termijn denken, stellen ze.

Op zich klopt deze redenatie. Politici denken doorgaans niet veel verder vooruit dan de volgende verkiezing. Voor benoemde bestuurders geldt dat in principe niet. Wat er alleen niet deugt aan de theorie, is de aanname dat bestuurders op hun verdiensten worden beoordeeld.

Wat drijft politici?
Politici en bestuurders zijn over het algemeen geen altruïsten. Anders dan veel topmanagers staat ze geen bonus te wachten als ze hun werk goed doen. Politici worden beloond met een beter betaald ambt. Lid worden van het Europees parlement (meer dan € 80 000 per jaar netto, meer dan de minister-president netto verdient), een baantje bij de VN, burgemeester worden of Commissaris der Koningin worden is het walhalla voor politici. Degenen die hier over beslissen zijn niet de kiezers, maar andere politici. De meeste politici willen hetzelfde: een risicoloos topambt dat een hoog inkomen verschaft of veel gelegenheid biedt een hoog inkomen bij elkaar te stelen. Iedereen die hen hierbij helpt, is hun vriendje.

SP-tweedekamerlid Ali Lazrak verveelvoudigde zijn inkomen door uit de SP-fractie te stappen.
SP-tweedekamerlid Ali Lazrak verveelvoudigde zijn inkomen door uit de SP-fractie te stappen.

De SP is hierop een uitzondering.  Omdat SP-politici hun salaris in de partijkas storten – achteraf gezien een meesterzet van Marijnissen – is de partij minder aantrekkelijk voor zakkenvullers – tenzij ze uit de fractie stappen, zoals het SP-kamerlid Ali Lazrak deed die hiermee zijn inkomen verveelvoudigde.

De jacht op vriendjes
Zoveel mogelijk vriendjes hebben is erg belangrijk voor een politicus. Die krijg je door collega’s voortdurend de bal toe te spelen en zo effectief mogelijk met de politieke winden mee te waaien. Draagvlak zoeken, heet dat in politiek jargon. Dat is ook de reden waarom de impopulaire PvdA-politicus Ad Melkert door CDA en VVD aan een gewild baantje bij de Wereldbank is geholpen en mede-PvdA-er Bert Koenders partijgenote Herfkens, speciaal door de VN aangesteld om Nederlands hulpgeld binnen te harken, aan een riante bijdrage uit de ontwikkelingshulppot heeft geholpen.

Grijze, incompetente  muizen overleven het langst
Er al te vooruitstrevende ideeën op na houden en die uiten is gevaarlijk. Daarmee verminder je je eigen manoeuvreerruimte, waardoor je niet meer mee kan draaien als dat goed is voor je carrière. Andere politici worden  zenuwachtig van visionaire ideeën. Ze kunnen je niet meer begrijpen en voorspellen.  Dat vermindert je nut als politiek instrument en bondgenoot. Kortom: visionaire politici houden het in Nederland niet lang vol. Ze worden op een zijspoor gemanoeuvreerd, weggepromoveerd, gecompromitteerd of, als ze echt gevaarlijk worden, opgeruimd.

Ook capabele bestuurders zijn gevaarlijk en worden dus gewantrouwd. Ze lossen namelijk problemen op. Problemen zijn het bestaansrecht van politici. Om problemen op te lossen, moeten er namelijk lucratieve commissies worden benoemd en dure externe adviseurs (doorgaans ex-politici die, geloof dat maar, zeker niet onder de Balkenende norm zitten) worden ingehuurd. Uiteraard wil je niet iemand aan een baantje helpen die jouw toekomstige bestaansbronnen bedreigt.

Ieder nadeel heb zijn voordeel
Niettemin zit er ook een prettige kant aan het uitgesproken schofterige karakter van de gemiddelde politicus. Ze zijn buitengewoon flexibel. Als je maar betaalt met gunsten of carrièremogelijkheden (of wat belastende informatie klaar hebt liggen) gaat elk principe opzij. Het feit dat ze geen enkel risico willen lopen, betekent dat al te stompzinnige beleidsmaatregelen uitblijven (hoewel de persvrijheid in Nederland helaas ver te zoeken is waardoor dit zelfreinigende mechanisme slecht werkt).

Een goed georganiseerde groep burgers kan dus veel meer bereiken buiten dan binnen de politiek. Erg veel ruggengraat hebben de meeste politici niet, waardoor een goed georkestreerde lobby van burgerlijke ongehoorzaamheid waar de meeste kiezers achter staan opmerkelijk veel effect kan hebben.

Heil komt niet uit politiek Meer lezen »

Laura Dekker is volgens Jeugdzorg nog niet in staat een reis rond de wereld te maken.

Burgerschapsexamen invoeren in plaats van leeftijdsgrens

Op dit moment krijgt iedereen met het bereiken van het achttiende levensjaar automatisch bijna alle burgerschapsrechten die horen bij een volwassene. Zonder burgerschapsexamen.
Sommige dingen waar je alleen jezelf mee schaadt, denk aan het kopen van medicijnen op recept, mogen alleen artsen. Terecht?

Achttien jaar: arbitraire grens

Wilsbekwaamheid, het recht voor jezelf te beslissen, krijgen mensen in Nederland automatisch op hun achttiende. In de praktijk varieert de leeftijd dat mensen zelfstandig kunnen leven en beslissen uiteraard enorm.

Laura Dekker is volgens Jeugdzorg nog niet in staat een reis rond de wereld te maken. Lost een burgerschapsexamen dit dilemma op?
Laura Dekker is volgens Jeugdzorg nog niet in staat een reis rond de wereld te maken. Lost een burgerschapsexamen dit dilemma op? Bron: Wikimedia Commons

Sommigen zijn op hun twaalfde of jonger al geestelijk volwassen en worden jarenlang beknot in hun mogelijkheden.

Denk aan het ‘zeilmeisje’ Laura Dekker, volgens veel vrienden en familie rijp genoeg om de solotocht rond de wereld te volbrengen, dat nu eindelijk, na jarenlang trammelant met Bureau Jeugdzorg, op reis kan.

Anderen worden nooit volwassen.

Vaak nemen ze dan rampzalige beslissingen waar ze vaak de rest van hun leven (of dat van anderen) mee verwoesten, denk aan de problemen door zwangerschappen, comadrinken of pooierboys.

Voordelen van een burgerschapsexamen

Met een burgerschapsexamen kan je dat voorkomen. We vragen een rijbewijs voor iemand die de weg op gaat, maar iedereen van achttien jaar of ouder kan bijvoorbeeld een veel te dure lening afsluiten, zonder te begrijpen dat hij of zij jarenlang tegen een faillisement aan gaat hangen.

Zelfs de meest gestoorde man of vrouw kan kinderen krijgen of een wurgcontract ondertekenen. Het is dan logisch een soort burgerschapsexamen in te voeren, waardoor dit soort ingrijpende beslissingen vereisen dat iemand weet waar het om gaat.

Je kan dan ook de burgerrechten flink uitbreiden.  Zo kunnen er meer referenda komen.

Nu moet je voor de meeste medicijnen naar de huisarts. Laat mensen de keus de medicijnen ook online te bestellen m.u.v. zwaar giftige medicijnen en test hun kennis van de werking en bijwerkingen grondig.  Ze kunnen zo hooguit zichzelf kwaad doen.

Hetzelfde geldt voor drugs. Als iemand bijvoorbeeld cocaïne wil gebruiken doet hij alleen zichzelf daar kwaad mee. Wel moet je dan zeker weten dat iemand de werking en consequenties van de drug kent.

Het voordeel: een grote bron van illegale en criminele inkomsten verdwijnt.

Hoe zou een burgerschapsexamen er uit moeten zien?
Kunnen lezen en schrijven is essentieel.

Om verstandige beslissingen te kunnen nemen moeten mensen over een bepaalde minimumhoeveelheid kennis beschikken, niet te emotioneel reageren en  in staat zijn de gevolgen van een bepaalde handeling te overzien.

Kennis kan je toetsen met kennisvragen. Emotionele rijpheid is lastiger te toetsen, mogelijk door een opstel te laten schrijven over wat er in een bepaald persoon in een situatie omgaat.

Deze techniek kan je ook toepassen om te kijken hoe goed iemand kan overzien wat de gevolgen kunnen zijn van, zeg, je een avond bedrinken en met een aantrekkelijk persoon van het andere geslacht naar huis gaan.

Deelexamens of meer examens?

De burgerrechten die op ons achttiende in één keer worden toegekend, vereisen verschillende kennis en vaardigheden (of zoals dat tegenwoordig zo mooi heet: competenties). Een gekozen politicus moet bijvoorbeeld weten hoe de overheid waar hij mede de scepter over gaat zwaaien functioneert en, belangrijker, iets van het onderwerp waar hij over gaat beslissen afweten.
Ook moet er een  systeem bedacht worden om psychopaten, corrupte schurken en meedogenloze carrièreratten te weren uit de politiek.

Ouders in spe moeten weten wat kinderen nodig hebben om gezond en gelukkig op te groeien en hier ook de rijpheid en empathie voor hebben: heel andere  eisen dan aan een politicus. Je zou burgerrechten dus stukje bij beetje toe kunnen kennen. Een van de voorstanders van een burgerschapsexamen is de Vlaamse politicus Bart de Wever.

Zie o0k: Burgerschapsexamen: een afstraffing, geen oplossing

Achtergrondinformatie:

Geschiedenis van rangen  en standen
In de middeleeuwen bestond er in West-Europa een complexe rangen- en standenmaatschappij. Er waren meerdere ‘standen’, een soort erfelijke kasten: de adel, geestelijken (de hoge geestelijke functies waren gereserveerd voor de adel) en de derde stand, het gewone volk dat weinig te vertellen had. In de vroege middeleeuwen, afgeschaft onder druk van de rooms-katholieke kerk, bestond er nog lijfeigenschap, een vorm van slavernij. Horigheid was een beperkte vorm van slavernij waarbij het boeren verboden was hun land te verlaten en hield het veel langer vol.
Mannen hadden veel meer wettelijke rechten dan vrouwen. Niet-christenen werden ook gediscrimineerd. Vogelvrijen mochten door iedereen straffeloos dood worden geslagen en vormden dan ook vaak rondzwervende gewelddadige bendes om zichzelf in leven te houden.

Later kwamen de steden op. De ingezetenen van steden, ‘burgers’, kregen gegarandeerde rechten. Begin twintigste eeuw, met de invoering van het algemeen kiesrecht kwam er pas een einde aan de discriminatie van vrouwen, alhoewel de allerlaatste discriminerende regels nog maar kort geleden afgeschaft zijn.

Nu, begin van het derde millennium is er, althans wettelijk gezien, niet veel meer over van deze standenmaatschappij. In de praktijk speelt vriendjespolitiek in Nederland een nog bijna even grote rol speelt als in de pruikentijd.  Denk bijvoorbeeld aan de manier waarop gewilde, lucratieve baantjes als burgemeester, topmanager of commissaris der koningin worden toebedeeld en de privileges die kinderen met rijke ouders genieten.

Burgerrechten nu, in Nederland
In Nederland lopen vijf soorten mensen rond: Nederlandse staatsburgers, mensen met een verblijfsvergunning, EU-onderdanen, toeristen met een visum en illegalen. De eerste drie groepen mogen stemmen en gekozen worden als ze ingeschreven staan (en hebben recht op een uitkering), toeristen en illegalen niet.

De Nederlandse adel bestaat nog, maar heeft in theorie geen bijzondere rechten meer (al zijn ze sterk oververtegenwoordigd op hoge posten).  De toestand van illegalen lijkt in veel opzichten op die van vogelvrijen, al mogen ze dan niet worden vermoord of gemolesteerd. De status van mensen die een verblijfsvergunning hebben aangevraagd (zoals asielzoekers) is in grote lijnen vergelijkbaar met die van toeristen, al worden ze vaak opgesloten in verkapte gevangenissen.

De tweede belangrijke onderverdeling is op leeftijd. De meeste burgerrechten, zoals stemrecht en het recht om als zelfstandig persoon te handelen, met een mooi woord wilsbekwaamheid, worden rond het achttiende jaar toegekend. Jongeren mogen tot hun 23e minder verdienen dan een oudere. Soms worden mensen (gedeeltelijk) wilsonbekwaam verklaard, bij een faillisement of als ze op worden genomen in een psychiatrische inrichting.

Burgerschapsexamen invoeren in plaats van leeftijdsgrens Meer lezen »

Het populisme ontmaskerd

populisme ontmaskerd
Emeritus Amerika-deskundoloog Maarten van Rossum vindt dat populisme snel moet verdwijnen.

Politieke partijen als de PVV en eerder de SP en LPF krijgen vaak het verwijt te horen dat ze ‘populistisch’ zijn. Verontrustend nieuws: het populisme blijkt veel dieper geworteld in de Nederlandse samenleving dan gedacht…

Volgens de gepensioneerde hoogleraar Amerikaanse geschiedenis Maarten van Rossem, een invloedrijk PvdA-lid en wereldberoemd in de Amsterdamse grachtengordel en omstreken, moet het populisme ‘snel verdwijnen’.

Ook de vooraanstaande Franse krant Le Monde, spreekbuis van de Franse elite, spreekt zijn zorgen uit over het populisme in België en Nederland en noemt het een ‘ziekte‘.  De Nederlandse elite maakt zich grote zorgen over de opkomst van ‘populistische’ partijen, blijkt uit een recent onderzoek van de Volkskrant. Als de groten der aarde zich zo zorgen maken, moet er wel wat aan de hand zijn. Kortom: reden voor visionair.nl om even een kijkje te nemen in de keuken.

Wat is populisme?
Volgens het woordenboek Van Dale is de definitie van populisme “het; o (min) neiging zich te richten naar de massa vd bevolking“. Een eenvoudige en heldere definitie, waarmee een aantal dringende vragen zijn te beantwoorden. Vanuit visionair oogpunt is natuurlijk vooral de vraag interessant: hoe ziet een land er uit dat wordt beheerst door het populisme?

Een aantal verontrustende conclusies zijn alvast te trekken. Het populistische gevaar is veel groter dan zelfs de grootste anti-populisten durven te vermoeden…

Parlementaire democratie is populistisch

populisme ontmaskerd
Ed van Thijn vond populisme maar niets. Daarom draaide hij directe democratie zoals de gekozen burgemeester de nek om. Bron: Wikipedia/Sebastiaan ter Burg, CC BY-SA 2.0

Eén keer per vier jaar zijn er algemene verkiezingen. Hierbij geldt dat iedere stem even zwaar telt. Met andere woorden: de grote massa van het volk, niet een ter zake kundige elite, bepaalt welke partij het grootste wordt.

De stem van Achmed de straatveger uit Alblasserdam telt even zwaar als de stem van Mark de minister-president uit Den Haag. Hierbij zal de partij met, om Van Dale aan te halen, de sterkste neiging zich te richten tot de massa van het volk, normaliter de meeste stemmen halen. Kortom: de beslissing om algemeen kiesrecht in te voeren was een schandelijke knieval voor het populisme. Hiermee is de kiem gelegd voor de huidige opmars van populistische partijen.

Referendum en republiek zijn populistisch
U zou het niet geloven als u ex-veilingmeester Pechtold hoort oreren over het populistische gevaar, maar juist zijn partij D’66 was tot voor kort ernstig aangetast door dit verderfelijke virus.

Zo was D’66 in haar begindagen voorstander van invoering van de republiek. Met andere woorden: de meerderheid van de bevolking bepaalt op populistische wijze wie president wordt in plaats van het elitaire koningschap. Ook heeft D’66 in haar meer idealistische dagen geprobeerd het correctief referendum, waarbij de meerderheid van de bevolking rechtstreeks bepaalt wat voor besluit er wordt genomen, aangenomen te krijgen. Geen wonder dat antipopulist Ed van Thijn er in samenwerking met andere regenten werkelijk alles aan gedaan heeft, het referendum te torpederen.

De ware aard van het populisme ontmaskerd
Sommigen van u, waarde lezers, zullen het al vermoed hebben. Inderdaad, populisme en democratie zijn synoniemen. Populisme en democratie zijn hetzelfde. Met andere woorden: mensen die zich tegen het populisme keren, willen in werkelijkheid minder democratie. Begin negentiende eeuw, denk aan het Congres van Wenen, werden democraten dan ook gezien als groot gevaar door de toenmalige elite. Nu denkt men weinig beter over het populisme.

Personen uit een elite willen zich, net als iedereen, graag beter voelen dan andere mensen en ook meer te zeggen hebben. Alleen, dat al te hardop zeggen is niet zo verstandig als je niet ontmaskerd wilt worden als antidemocratisch. Kortom: de geschiedenis herhaalt zich weliswaar niet, maar rijmt wel.

Het populisme ontmaskerd Meer lezen »

Iraanse herdenkingsprent, waarbij de martelaar Soleimani wordt opgehaald door de islamitische doodsengel Israfil. In werkelijkheid was de man verre van een heilige en verantwoordelijk voor de dood van duizenden mensen. Bron: Islamitische Republiek Iran

Islam wordt overschat

Zowel door links, door islamcritici als door de islamieten zelf wordt de islam zwaar overschat. Laten we ons liever met echt belangrijke dingen bezig houden.

De islam, volgens islamhaters

Volgens islamcritici zoals Geert Wilders en hiervoor Pim Fortuijn, is de islam de grootste geopolitieke bedreiging van Nederland. Het gaat, stellen zij, om een totalitair geloof dat er naar streeft om de wereld te onderwerpen aan de islamitische wetten.

Zij wijzen op het relatief hoge percentage kinderen met een islamitische achtergrond, in 2003 ongeveer 15% van alle pasgeborenen. Een ander argument: de dwangmatige manier waarop de islam wordt opgelegd door en aan veel islamieten. Zij gaan er van uit dat er een vrijwel volmaakte groepsdwang bestaat binnen de islamitische gemeenschap en dat deze voldoende is om islamieten te dwingen zich binnen de groep te handhaven. Mensen die dat niet met hen eens zijn, zien ze als naïeve dwazen of landverraders.

De islam, volgens de ‘progressieven’

Volgens een tweede groep, die ruwweg samenvalt met de stemmers op zichzelf progressief noemende partijen, is er van islamisering geen sprake. Zij zien de islamieten vanwege hun politieke engagement en vaak anti-westerse gerichtheid als waardevolle bondgenoten in de strijd tegen het westerse imperialisme en de bekrompen conservatieven, vaak als ‘fascisten’ aangeduid, in eigen land. Ook zien ze de islamieten als de nieuwe joden, als de kanaries in de kolenmijn waarvan de behandeling laat zien of het fascisme weer opnieuw de kop op steekt.

De islam is in hun ogen in tegenstelling tot het christendom een niet-westerse godsdienst en hiermee een interessant ideologisch alternatief voor de neoconservatieven. De nogal conservatieve ideeën die veel islamieten er over vrouwen en homoseksualiteit op na houden, zien ze daarom doorgaans door de vingers. Zij beschouwen de islamieten als een kwetsbare groep die extra bescherming verdient.

Er bestaan veel gradaties tussen beide standpunten.

jezus steniging
De islamieten hebben de steniging overgenomen van de joden.

De islam, volgens de islamieten zelf

Binnen de islamitische gemeenschap bestaan enkele, vaak overdreven, verschillen van mening over de rol die de islam en theologische bronnen van de islam moeten spelen. Vrijwel alle islamieten achten hun islamitische identiteit belangrijker dan bijvoorbeeld hun afkomst: ze beschouwen zichzelf voor alles als ‘moslim’. Dat komt ook tot uiting in de naamgeving: vrijwel alle kinderen van islamitische ouders krijgen een islamitische naam, vaak afkomstig van een namenlijst uit het land van herkomst.

Dit patroon zien we terug in de meeste islamitische gemeenschappen. In de praktijk blijkt afkomst echter een belangrijke rol te spelen: de reden dat de samenwerking binnen islamitische organisaties uitgesproken lastig is. De mate van het praktiseren van godsdienstige leefregels verschilt enorm, variërend van burqa-dragende vrouwen en mannen met lange baard die geld inzamelen voor de heilige oorlog tot islamieten die alcohol drinken en varkensvlees eten.

Samengevat: ‘de islam’ is vooral belangrijk als identiteitsbepalende factor. De solidariteit en identificatie met de eigen groep is zeer groot. De mening over wat ‘de islam’ is, of wat een goede islamiet is, loopt ook ver uiteen.

De oplossing: schaf  ‘de islam’ af

Er blijkt dus totale begripsverwarring te zijn over wat met ‘de islam’ bedoeld wordt. Soennieten, sji’ieten en meer verlichte islamieten, jihadisten, seculieren en soefi’s zijn het veel punten radicaal met elkaar oneens en laat ik het over de niet-islamieten maar niet eens hebben.

Ook is het pakket waar ‘men’ het meestal wel over eens is dat het bij ‘de islam’ hoort, een samenraapsel van dingen die verreweg de meeste islamieten weerzinwekkend en belachelijk vinden, denk aan het stenigen van overspeligen, het verbod op muziek en het ‘recht’ om krijgsgevangen vrouwen van een vijandelijk volk seksueel te misbruiken, tot dingen waar zelfs de meest fanatieke islam-hater zich in zal kunnen vinden, zoals het gebod in de koran dat iedereen moet wedijveren in goede daden en dat slaven vrijlaten goed is. 

Kortom: door over ‘de islam’ te spreken wordt onnodig verwarring geschapen. Wil een islamiet zichzelf niet vereenzelvigd zien met de bebaarde taliban-terroristen, dan moet hij zich geen islamiet noemen. Wil een islamhater niet dat ‘fatsoenlijke’ islamieten de dupe worden van islamhaat, dan moet hij ook niet over ‘de islam’ spreken.

Schaf ‘de islam’ als identiteitsbepalende constructie af en behandel elkaar als mens. Geloof of godsdienst mag nooit een excuus zijn om dingen te doen die anders niet door de beugel kunnen of mensenrechten te schenden. ‘De islam’ bestaat niet, ‘moslims’ en ‘ongelovigen’ bestaan niet. Er bestaan alleen mensen. Laten we ons met de werkelijke problemen bezig houden.

Islam wordt overschat Meer lezen »