‘Wereldwijde opstanden veroorzaakt door hoge voedselprijzen’
Wat veroorzaakt rellen? Op het eerste gezicht geen vraag met een eenduidig antwoord. Toch is dat laatste, een exact antwoord, precies wat Marco Lagi en zijn collega’s van het New England Complex Systems Institute in Cambridge, Massachusetts, hebben gevonden.
Deze factor is de voedselprijs. Als deze boven een bepaalde drempelwaarde stijgt, breekt een kettingreactie van sociale onrust los. De onderzoekers baseren hun conclusie op twee bronnen. De eerste bron is data afkomstig van de Verenigde Naties, waarin voedselprijzen tegen de tijd worden afgezet, de voedsel-prijs index van de VN-voedsel en landbouworganisatie FAO. De tweede bron is de de exacte datum van rellen over de gehele wereld, ongeacht hun oorzaak. Beide sets data zijn op dezelfde grafiek geplot die hiernaast is weergegeven. Klik voor een vergroting. De resultaten lijken op het eerste gezicht eenduidig. Boven een bepaalde drempelwaarde breekt wereldwijd de onrust uit.
Op zich ligt dit redelijk voor de hand. Er blijft weinig van de beschaving over als er niets meer te eten is. Niet voor niets wordt vaak gezegd dat de maatschappij drie maaltijden van anarchie verwijderd is. Interessant is alleen dat volgens Lagi en zijn collega’s hoge voedselprijzen niet zozeer rellen veroorzaken, maar wel de omstandigheden creëren waarin rellen makkelijk kunnen ontstaan en om zich heen grijpen. Met andere woorden: een maatschappij met hoge voedselprijzen is te vergelijken met een uitgedroogd bos waarin een kleine vonk voldoende is om een enorme uitslaande brand te laten ontstaan.
Dertien december 2010 schreef de groep aan de Amerikaanse regering dat de voedselprijzen de limiet overschreden die ze eerder hadden ontdekt. Vier dagen later sloeg de vlam in Tunesië letterlijk in de pan toen Mohamed Bouazizi zichzelf in brand stak. Hierdoor ontstond een golf van sociale onrust die tot op de dag van vandaag door het Midden Oosten raast.
De conclusie is duidelijk. Als hoge voedselprijzen de omstandigheden scheppen voor sociale onrust, zal het omgekeerde – de voedselprijzen door kunstmatige interventies laag houden – de wereld stabiliseren. Twee omstandigheden werken dat volgens Lagi en zijn collega’s tegen. De eerste is dat handelaren speculeren met voedsel. Dit probleem is de laatste jaren verergerd omdat grondstoffenmarkten gedereguleerd zijn en er geen maxima meer zijn aan de hoeveelheid voedsel die verhandeld kan worden. Het netto effect is dat de prijs stijgt terwijl de producenten minder verdienen; de wig van de speculanten verhoogt de kostprijs voor de afnemers terwijl de producenten minder worden beloond (dus ook minder produceren dan anders). De tweede belangrijke oorzaak is volgens Lagi de massale productie van biobrandstoffen. Dit is ook de enige factor waar de westerse wereld en vooral de VS wat aan kan doen. De belangrijkste oorzaak noemt Lagi niet maar is uiteraard de snel groeiende bevolking, vooral in het Midden Oosten, Pakistan en Afrika.
De gemiddelde voedselprijs is nog steeds onder de drempelwaarde, maar de vraag is hoe lang dat zo blijft. Volgens Lagi en zijn collega’s zal de gemiddelde voedselprijs in augustus 2013 de drempelwaarde overschrijden. Wordt dat punt bereikt en heeft hun model inderdaad de voorspellende kracht die wordt gesuggereerd, dan verandert de wereld, althans het deel op de armoedegrens, dan in een explosieve sociale tijdbom.
Bron
Lagi et al., The Food Crises and Political Instability in North Africa and the Middle East, ArXiV (2011)