Sterke magnetische velden, zoals opgewekt door supergeleidende magneten, kunnen in principe harde kosmische straling afweren.

Reis naar Mars verlaagt risico op kanker

In een onderzoek dat zelfs het prestigieuze Amerikaanse wetenschapsblad Science heeft gehaald, wordt gesteld dat een reis naar Mars de kans op kanker met 3% verhoogt. Klopt dit verhaal wel en zijn de auteurs van het artikel wel op de hoogte van het laatste wetenschappelijke onderzoek op dit gebied? Een analyse.

‘Reis naar Mars verhoogt risico op kanker’
In het artikel in kwestie, Measurements of Energetic Particle Radiation in Transit to Mars on the Mars Science Laboratory [1], en het interview met  Science Podcast [2], worden waarnemingen aan kosmische straling beschreven. Deze zijn uitgevoerd door het instrument Radiation Assessment Detector (RAD), aan boord van de Marsrobot,  Curiosity, tijdens de reis naar Mars. De afscherming rond de RAD[3], bestaande uit de wand van het ruimtevaartuig en de omringende robot, lijkt in grote lijnen op de afscherming die in bemande ruimtevaartuigen wordt gebruikt. Deze metingen geven daarom een goede indruk van de straling die astronauten aan boord van een ruimtevaartuig op weg naar Mars zullen ondergaan, aldus de onderzoekers. Geen speld tussen te krijgen zo lijkt het. Maar is hiermee alles gezegd? Nee, zo bewijst een onverwachte ontdekking van enkele jaren geleden.

Zonnewind
In het vacuüm van de ruimte komen twee bronnen van straling voor die ruimtevaartdeskundigen zorgen baren. Dit zijn de zonnewind en de galactische kosmische straling. De zon strooit grote hoeveelheden snelbewegende ionen, voornamelijk protonen en heliumkernen, uit die een groot radioactief probleem vormen. Op aarde hebben we hier weinig last van omdat het sterke aardse magnetische veld de zonnewind afbuigt en de dikke atmosfeer de overgebleven deeltjes geheel weg vangt. In 2010 is ontdekt dat zelfs een vrij zwakke magneet al in staat is om een snelbewegende plasmastroom, zoals bijvoorbeeld de zonnewind,  af te buigen. De reden is dat  niet alleen magneten, maar ook bewegende deeltjes een magnetisch veld opwekken. De magnetische velden stoten elkaar af, waardoor een sterke afbuigende kracht op de deeltjes ontstaat (derde vergelijking van Maxwell). Alle zorgen die ruimtevaartdeskundigen zich over de zonnewind maakten, bleken hiermee niet nodig[4]. Vermoedelijk kan dus door het aanbrengen van een redelijk zwak magneetveld al een belangrijk deel van de gemeten straling, namelijk de zonnewind, vrij eenvoudig uitgeschakeld worden.

Sterke magnetische velden, zoals opgewekt door supergeleidende magneten, kunnen in principe harde kosmische straling afweren.
Sterke magnetische velden, zoals opgewekt door supergeleidende magneten, kunnen in principe harde kosmische straling afweren. Bron: NASA

Galactische kosmische straling
Een groter zorgenkind is de kosmische straling afkomstig uit de rest van het heelal, voornamelijk uit de Melkweg waar we deel van uitmaken. In tegenstelling tot de zonnewind komen deze deeltjes uit alle richtingen. Hun magnetische velden heffen elkaar dus op waardoor het plasmaeffect zeer zwak of zelfs helemaal niet op zal treden.

1% van de galactische kosmische straling bestaat uit zeer harde röntgenstraling, met energieën per foton die voldoende zijn om kleine atomen te laten ontstaan. Dit zijn vormen van elektromagnetische straling en alleen door metersdikke straling-schilden tegen te houden. 1% is echter niet erg veel. De schade door deze straling blijft relatief beperkt.

De overige 99% bestaat uit elektrisch geladen deeltjes, voornamelijk (90%) protonen en (9%) heliumkernen. De rest bestaat uit zwaardere atoomkernen. Gegeven een bepaalde magnetische veldsterkte en lading, gaan geladen deeltjes in een magnetisch veld cirkels beschrijven met een bepaalde diameter, afhankelijk van de verhouding tussen massa maal snelheid gedeeld door lading maal veldsterkte.
Om precies te zijn: [latex]r_g = \frac{m v_{\perp}}{|q| B}[/latex]
Interessant is dat het aantal omlopen per seconde voor deze cirkels onafhankelijk van de snelheid. Als deze cirkels zich ver genoeg van het ruimteschip af bevinden, zijn de inzittenden veilig.

Relativistische effecten
Helaas gooien relativistische effecten nu roet in het eten. De deeltjes zijn extreem energierijk en bewegen vrijwel met de lichtsnelheid. Dit leidt tot een sterke vergroting van hun massa, om precies te zijn met de Lorentzfactor γ: [latex]\frac{\mathrm{d}t}{\mathrm{d}\tau}[/latex]. Hieraan kan je zien dat als je de lichtsnelheid zeer dicht nadert, een kleine absolute toename van de snelheid een enorme toename van de massa tot gevolg heeft (een deeltje met massa dat met precies de lichtsnelheid beweegt heeft in theorie een oneindig grote relativistische massa). Deze deeltjes hebben een totale massa van gemiddeld meer dan 100 GeV/c2. Tussen haakjes: dit is meer dan tien keer zoveel als de krachtigste deeltjesversneller op aarde, het LHC, kan opwekken. Een proton (rustmassa 0,938 GeV) heeft hierdoor een honderd keer zo hoge relativistische massa, waardoor de cirkel ook honderd keer zo groot wordt.  Hierdoor moet het magneetveld zich minimaal factor 100 verder uitstrekken of honderd maal sterker zijn. Vandaar dat aan supergeleiders wordt gedacht om een zeer sterk beschermend magneetveld rond een ruimteschip te leggen. Supergeleiders hebben nog een zeer aantrekkelijke eigenschap. Magnetische veldlijnen kunnen per definitie niet binnendringen in een supergeleider. Als een geladen deeltje de supergeleider nadert, wordt een zeer sterk tegenwerkenbd magnetisch veld opgewekt dat zelfs een relativistisch deeltje kan afstoten. Wel ontstaat er dan zeer harde röntgenstraling bij het decelereren. De vraag is of je daar als inzittende erg blij van wordt.

Verhoogd risico op kanker?
Volgens berekeningen van [1] zou de kans op kanker met ongeveer 3% toenemen. De grootste stralingsbelasting, plm. 60%, is afkomstig van zonnewind, die m.b.v. een vrij zwak magneetveld geblokkeerd kan worden. Op dit moment is er ongeveer 3% kans dat een astronaut omkomt bij een ruimtevlucht, wat astronaut een gevaarlijker beroep maakt dan bijvoorbeeld soldaat in het Amerikaanse leger. Procentueel gezien zullen hierdoor heel wat minder astronauten door ouderdomsziekten als kanker sterven dan normale mensen.

Bronnen
1. C. Zeitlin et al., Measurements of Energetic Particle Radiation in Transit to Mars on the Mars Science Laboratory, Science, 2013
2. Transcript Science Podcast 31.05.2013
3. C. Zeitlin et al., The Radiation Assessment Detector (RAD) Investigation, Space Scientific Review (2012)
4. R Bamford et al, The interaction of a flowing plasma with a dipole magnetic field: measurements and modelling of a diamagnetic cavity relevant to spacecraft protection, Plasma Phys. Control. Fusion,  2008
5. Siddharth Raval, Superconducting Magnets to Protect Spacecraft from Radiation, Space Safety Magazine, 2013

16 gedachten over “Reis naar Mars verlaagt risico op kanker”

  1. Dus als ik het goed begrijp verlaagt ruimtereizen de kans op kanker omdat de kans groot is dat je doordat je ruimtereist al dood gaat voordat je kanker kunt krijgen? Ik denk dat als je deze denktrend voortzet je een “geneesmiddel” voor ongeveer elke ziekte hebt gevonden. :)

  2. ‘Heb je dat al gehoord, dat je van een reis naar Mars dood gaat door kanker?!’  zegt een collega van me lekker ongenuanceerd. Hij weet hoezeer ik betrokken ben met het Mars One project. Mijn collega wacht mijn nuancering en weerlegging van zijn stelling niet af maar verlaat mijn kantoor om vervolgens de 18e sigaret van die dag op te steken, gevolgd door zijn dagmenu van enkele chocoladerepen en een kleffe gehaktstaaf uit de automaat :-(

  3. “Vermoedelijk kan dus door het aanbrengen van een redelijk zwak magneetveld al een belangrijk deel van de gemeten straling, namelijk de zonnewind, vrij eenvoudig uitgeschakeld worden”

    We doen niet aan ‘vermoedelijk’ in de natuurkunde. “shut up and calculate” is het devies. Dus meesterbrein Germen: hoe sterk moet het magnetisch veld zijn en is dat haalbaar?
    “1% is echter niet erg veel. De schade door deze straling blijft relatief beperkt.”
    een procent is geen hoeveelheid, het is een fractie: hoeveel is 1% van de straling in absolute termen?
    “Als deze cirkels zich ver genoeg van het ruimteschip af bevinden, zijn de inzittenden veilig.”
    Wederom: reken eens uit of zo’n magnetisch schild haalbaar is.
     
    Mijn grootste vraagteken is vooral bij je titel/conclusie: waaruit ontleen je nu helemaal dat de kans op kanker afneemt? Enkel omdat astronauten volgens jouw pure speculatie minder vaak kanker hebben? Hoe is dat in godsnaam gerelateerd aan een reis naar Mars? En hoe is dat tegengesteld aan de bewering dat een reis naar Mars het risico op kanker voor een gegeven individu verhoogt?

    1. “We doen niet aan ‘vermoedelijk’ in de natuurkunde. “shut up and calculate” is het devies. “

      Rekenen, wiskundig goochelen, maar gedachtenexperimenten ho maar. Met als gevolg dat we nu 90 jaar na dato nog steeds met niet-experimenteel falsificeerbare “kwantuminterpretaties” zitten.

      Dus meesterbrein Germen: hoe sterk moet het magnetisch veld zijn en is dat haalbaar?

      Ik weet niet alles. Het beantwoorden van die vraag laat ik dus graag over aan de hoofdauteur Ruth Bamford  die in een presentatie een elektromagneet gevoed met een vermogen van enkele kilowatts (op te wekken met enkele tientallen vierkante meter zonnepaneel) i.p.v. megawatts noemt. In het kort: het beschermende magneetveld wordt door de zonnewind ingedrukt.

      een procent is geen hoeveelheid, het is een fractie: hoeveel is 1% van de straling in absolute termen?

      De stralingsbelasting tijdens de reis is 0,66 plm. 0,12 Sv. 1% hiervan is uiteraard wel degelijk een hoeveelheid die, als we een vergelijkbare weefselschade aannemen, zou leiden tot 0,03% meer kans op kwaadaardige nieuwvormingen. Een dergelijke kleine verhoging is niet waarneembaar.

       
      “Mijn grootste vraagteken is vooral bij je titel/conclusie: waaruit ontleen je nu helemaal dat de kans op kanker afneemt? Enkel omdat astronauten volgens jouw pure speculatie minder vaak kanker hebben? Hoe is dat in godsnaam gerelateerd aan een reis naar Mars? En hoe is dat tegengesteld aan de bewering dat een reis naar Mars het risico op kanker voor een gegeven individu verhoogt?”
      Het sterfterisico van een reis naar Mars is zo hoog dat dit de overige sterfterisico’s relatief verkleint. Van een populatie X die op reis gaat naar Mars zullen daarom -vermoedelijk- minder mensen aan kanker sterven dan van populatie Y die op aarde blijft. Douwe had het meteen door. De boodschap die ik wilde overbrengen was: ja, er gaan mensen ziek worden en sterven door ruimtevaart, zoals er mensen sterven door autorijden, vuurwerk afsteken en kolencentrales exploiteren. Moeten we daarom ruimtevaart vaarwel zeggen?

      1. “Rekenen, wiskundig goochelen, maar gedachtenexperimenten ho maar. Met als gevolg dat we nu 90 jaar na dato nog steeds met niet-experimenteel falsificeerbare “kwantuminterpretaties” zitten.”

        Wat heeft dat er mee te maken? Je maakt een claim over zaken die moeiteloos berekend kunnen worden. Om te voorkomen dat je duimzuigerij incorrect is móet je zulke claims haast wel controleren wil je meer doen dan onzin spuien.
        “In het kort: het beschermende magneetveld wordt door de zonnewind ingedrukt.”
        Je doet nu alsof het geen probleem is om <1MW te besteden aan stralingsbescherming. Dat is natuurlijk kul: energie is kostbaar in een ruimteschip. Als er >10kW naar magneten toe moet dan is dat een gigantisch probleem, laat staan wanneer er >100kW nodig is.
        Je gaat nu uit van een theoretisch optimale situatie, welke alsnog niet heel handig uitkomt. Zelfs Bamford erkent dat zo’n schild niet magisch alle stralingsrisico’s oplost. Daarnaast krijg je vervolgens de problemen met massa (het is geen lichte opstelling) en nog belangrijker: 9 maanden lang onder 5-15 Tesla verblijven is op zichzelf al gevaarlijk voor de gezondheid.
        “Een dergelijke kleine verhoging is niet waarneembaar.”
        Je goochelt met procenten. Op welke manier heb je bepaald dat kosmische straling 1% van het totaal is? Op basis van de aangerichte schade, op basis van de letterlijke hoeveelheid straling (aantal deeltjes) of op andere basis? Wanneer we namelijk naar het artikel kijken zien we dat 95% van de 0.6Sv van kosmische straling komt. Mars One is het daar mee eens: http://mars-one.com/en/faq-en/19-faq-health/185-will-the-astronauts-suffer-from-radiation
         
        “De boodschap die ik wilde overbrengen was: ja, er gaan mensen ziek worden en sterven door ruimtevaart, zoals er mensen sterven door autorijden, vuurwerk afsteken en kolencentrales exploiteren. Moeten we daarom ruimtevaart vaarwel zeggen?”

        Je slaat de plank dus volledig mis. Niet alleen ga je een discussie aan over een punt wat niemand maakt (niemand beweert dat naar mars reizen gevaarlijker is dan vuurwerk afsteken) maar je trekt vervolgens de conclusie dat reizen naar Mars het risico op kanker verkleint. Die conclusie kan je niet verdedigen.

        Laat sensationele titels over aan de telegraaf Germen. Het zou beter zijn als Visionair rekening zou houden met waarheid en de nuances daarvan.

        1. Wat heeft dat er mee te maken?
          Een van de nadelen van de shut up and calculate benadering. Vgl. met de gebruikers van Ptolemaeus’ epicykel benadering die dat tot Copernicus deden.

          Je maakt een claim over zaken die moeiteloos berekend kunnen worden. Om te voorkomen dat je duimzuigerij incorrect is móet je zulke claims haast wel controleren wil je meer doen dan onzin spuien.
          Hoezo onzin? Het is door middel van dit onderzoek empirisch en ook door middel van een numerieke simulatie aangetoond dat een snelbewegend plasma (zoals de zonnewind) door een magneetveld tegengehouden kan worden. Dat is meer dan van bepaalde onder bepaalde natuurkundigen geliefde theorietjes, zoals de snaartheorie, gezegd kan worden.

          Je doet nu alsof het geen probleem is om <1MW te besteden aan stralingsbescherming. Dat is natuurlijk kul: energie is kostbaar in een ruimteschip. Als er >10kW naar magneten toe moet dan is dat een gigantisch probleem, laat staan wanneer er >100kW nodig is.
          Dat is inderdaad geen probleem. We hebben het nu over een vermogen van een automotor of enkele tientallen broodroosters. Een vrij kleine kernreactor,zoals aan boord van een kernonderzeeër, kan het duizendvoudige van dit vermogen (typisch enkele honderden MW) al zonder problemen ophoesten. Een werkelijk visionaire oplossing is dan uiteraard om dat magneetveld dan meteen te gebruiken voor een soort ramjet: geladen deeltjes invangen, samenpersen en met relativistische snelheden uitstoten. Zo kan je de reistijd belangrijk verkorten.

          Je gaat nu uit van een theoretisch optimale situatie, welke alsnog niet heel handig uitkomt. Zelfs Bamford erkent dat zo’n schild niet magisch alle stralingsrisico’s oplost. Daarnaast krijg je vervolgens de problemen met massa (het is geen lichte opstelling) en nog belangrijker: 9 maanden lang onder 5-15 Tesla verblijven is op zichzelf al gevaarlijk voor de gezondheid.
          Dat los je op door (zie even verderop in het artikel) het ruimteschip te voorzien van een supergeleidende wand, die m.u.v. het door de zon beschenen gedeelte (wat je kan oplossen door hier een schil van zonnepanelen overheen te plaatsen) bij enkele kelvin ook niet gekoeld hoeft te worden. Dit houdt alle elektromagnetische velden binnen.
          Zie het Meissner effect.

          “Een dergelijke kleine verhoging is niet waarneembaar.”
          Je goochelt met procenten. Op welke manier heb je bepaald dat kosmische straling 1% van het totaal is?”
          Je bedoelt waarschijnlijk: op welke wijze heb ik bepaald dat de dosis als gevolg van harde röntgenstraling in de vrije ruimte tijdens de reis onder de 6,6 mSv ligt.
          Ik heb hiervoor literatuur geraadpleegd. (tbc)

          Op basis van de aangerichte schade, op basis van de letterlijke hoeveelheid straling (aantal deeltjes) of op andere basis? Wanneer we namelijk naar het artikel kijken zien we dat 95% van de 0.6Sv van kosmische straling komt. Mars One is het daar mee eens: http://mars-one.com/en/faq-en/19-faq-health/185-will-the-astronauts-suffer-from-radiation

          “De boodschap die ik wilde overbrengen was: ja, er gaan mensen ziek worden en sterven door ruimtevaart, zoals er mensen sterven door autorijden, vuurwerk afsteken en kolencentrales exploiteren. Moeten we daarom ruimtevaart vaarwel zeggen?”

          “Je slaat de plank dus volledig mis. Niet alleen ga je een discussie aan over een punt wat niemand maakt (niemand beweert dat naar mars reizen gevaarlijker is dan vuurwerk afsteken) maar je trekt vervolgens de conclusie dat reizen naar Mars het risico op kanker verkleint. Die conclusie kan je niet verdedigen.”
          Dat doe ik wel degelijk in het artikel.

          “Laat sensationele titels over aan de telegraaf Germen. Het zou beter zijn als Visionair rekening zou houden met waarheid en de nuances daarvan.”
          Strikt genomen is het de waarheid. Van een statistisch significante (zeg n=1000) populatie die op weg gaat naar Mars zal een kleiner percentage sterven aan kanker dan van n=1000 mensn die niet op weg gaan naar Mars. Door de grotere gevaren; ook door bijvoorbeeld de gedwongen gezonde leefgewoontes. Even een sigaretje paffen, het human papilloma virus oplopen door onveilig vrijen of opgewarmde frikandellen uit de muur trekken zit er niet in als je door de interplanetaire ruimte suist.

  4. De titel is misschien een beetje misleidend. Zou er niet beter iets kunnen staan als: “”Risico kanker als gevolg van een marsreis kleiner dan gedacht” ? 
    Ok misschien iets te lang :P

  5.  
    Omdat het hier vaak maar afwachten is of mijn reactie geplaatst wordt pik ik er maar 2 fouten uit (er staan jammer genoeg nog veel meer fouten in je artikel).
     
    “De zon strooit grote hoeveelheden snelbewegende ionen, voornamelijk protonen en heliumkernen, uit die een groot radioactief probleem vormen.” 
    Protonen zijn geen ionen, misschien bedoelde je het waterstofion H+, maar die heeft ook nog een kern met een proton en een neutron. Heliumkernen zijn strikt gesproken wel ionen maar dat noemen we in deze context meestal alfa-straling (He4/2). En er komt ook nog gamma- en beta-straling van de zon af. 
     
    “Op aarde hebben we hier weinig last van omdat het sterke aardse magnetische veld de zonnewind afbuigt en de dikke atmosfeer de overgebleven deeltjes geheel weg vangt.”
    Nee, niet alle deeltjes worden weggevangen, we kunnen nog gewoon straling detecteren.
    Hier de detectiecluster rond Eindhoven :
    http://www.hisparc.nl/en/about-hisparc/organisatie/eindhoven
    Het sterke aardse magnetische veld buigt dus niet alle straling van de zonnewind af, dus met een ‘vrij zwakke’ magneet (jouw woorden verderop in je artikel) gaat dat ook niet lukken.

      1. Jullie hebben allebei gelijk. De waterstofisotoop 1H, protium, heeft een proton als kern. De waterstofisotopen 2H en 3H, deuterium resp. tritium, hebben naast het proton één resp. twee neutronen in de kern. Wel is deuterium uitermate schaars: ongeveer 20 op de miljoen waterstofatomen is deuterium. Tritium is radioactief met een halfwaardetijd van plm. 12 jaar.

  6. Sorry Henk, je bent nu in de war met deuteronen. Protium, de meest voorkomende isotoop van waterstof, bestaat uit een proton en een neutronelektron (het was laat; ik had denk ik die deuteriumkernen in mijn hoofd tijdens het typen). Een proton kan dus wel degelijk als een ion worden gezien. De kosmische straling die door de door je genoemde HiSparc detector wordt gemeten is geen zonnewind maar galactische kosmische straling.

  7. “Een proton kan dus wel degelijk als een ion worden gezien.”
    Nee hoor, dat doet niemand behalve jij. Van welk molecuul/atoom is een proton het ion volgens jou ?
    “De kosmische straling die door de door je genoemde HiSparc detector wordt gemeten is geen zonnewind maar galactische kosmische straling.”
    Klopt. uit je artikel ; “1% van de galactische kosmische straling bestaat uit zeer harde röntgenstraling” (…) “De overige 99% bestaat uit elektrisch geladen deeltjes, voornamelijk (90%) protonen en (9%) heliumkernen.”
    en “De zon strooit grote hoeveelheden snelbewegende ionen, voornamelijk protonen en heliumkernen, uit die een groot radioactief probleem vormen.
    Op aarde hebben we hier weinig last van omdat het sterke aardse magnetische veld de zonnewind afbuigt en de dikke atmosfeer de overgebleven deeltjes geheel weg vangt.”
    Je hebt een paar dingen door elkaar gehaald in je artikel.

    1. “Een proton kan dus wel degelijk als een ion worden gezien.”
      Nee hoor, dat doet niemand behalve jij. Van welk molecuul/atoom is een proton het ion volgens jou ?

      Waterstof (H). Het waterstofion wordt ook wel aangeduid als H+. 


      Je hebt een paar dingen door elkaar gehaald in je artikel.
      Nee, je leest niet goed genoeg. 

  8. Ik wil mij niet opdringen in deze discussie, maar het in stand houden van de magnetische velden kan toch d.m.v. supergeleiding, zoals Germen al schreef. De hiervoor benodigde temperaturen heersen al in de ruimte, als je de schaduw van een neutraal (geen energieverbruiker) scherm kunt gebruiken om de lage temperatuur te handhaven. In zo’n geval heb je eenmalig het opstartvermogen nodig om een bestendig veld te creëren. Daar de supergeleidende magneten geen warmte opwekken en de weerstand nul is, hoef je ook geen warmtewisselaars te plaatsen, enkel isolatie. Ook het ramjet principe in dit verband, vind ik in combinatie met een kernreactor iets waar over nagedacht is. Daar ontstaat natuurlijk wel degelijk warmte die afgeschermd moet worden, maar op dat punt kan de reactor daar de benodigde energie weer aanvullen. Verder heb ik het moeilijk met de manier waarop men in de reacties elkaar niet aanvult, maar afkraakt. Dit terwijl men elkaar juist beter kan aanvullen, ego en reputatie is niet belangrijk. Afgelopen zaterdag is alweer een astroïde rakelings langs de aarde gescheurd, nu op 104 000 km afstand. Met het oog op meerdere recentelijke naderingen en ook inslagen in relatief korte tijd, vraag ik mij af of we niet in het buitengebied van een kleine komische ramp terecht zijn gekomen. Als in een dergelijk geval bijvoorbeeld ergens op hoge snelheid een botsing heeft plaats gevonden, tussen twee koude (zwerfplaneten) hemellichamen, dan valt ons dat niet snel op tegen de kosmische achtergrond straling. Als de straal van een dergelijke gebeurtenis maar groot genoeg is, komt de eerste massa weggeslagen materiaal in lage concentraties, (lage dichtheid) maar met hogere snelheid in de buurt van de aarde. De rest volgt dan trager en later, maar zal ook meer massa bevatten (metalen). In ieder geval is het voorspelbaar, dat van een samengestelde massa, (planeet) de lichtere elementen het meest versnellen onder invloed van de kinetische energie bij impact. Steenachtige astroïden komen dan het eerst bij ons aan, metaalvormige later. Lijkt mij in ieder geval een goede reden om te onderzoeken waar ze uit zijn samengesteld, hoe snel ze bewegen en uit welk gebied ze komen. De gordels van koud ruimtepuin, kunnen heel goed een aanstormende regen van puin uit verre buitengebieden verbergen denk ik. De NASA schrijft dat ze een dergelijk onderzoek wil gaan doen, daar mogen ze dan wel mee opschieten….

    1. Ik kwam van de week op deze gedachte; dat met een bepaalde snelheid roterende, supergeleidende koolstofkabels om een ruimteschip, op verschillende afstanden ervan, de meeste problemen kunnen worden opgelost met straling. Deeltjes en straling, afkomstig van uitbarstingen van de zon, veroorzaken nu ook sterke elektrische velden in geleiders. Supergeleidende kabels krijgen zo een alleen maar sterker wordend magnetisch veld, (zelfs op lichtsnelheid geschakeld) en kunnen na afloop van de stralingsgolf, met flinke energiewinst worden afgetapt. De invloed van het magnetisch veld van de kabels op het schip, kan dan beperkt worden door ze op een bepaalde straal (diameter) op afstand van het schip te houden.  

Laat een antwoord achter aan lukas Reactie annuleren