Tijd is een merkwaardig fenomeen. Door maar de tijd te nemen, heel veel tijd, kan iets dat een vaste stof lijkt, zich in werkelijkheid ontpoppen als een vloeistof.
Pek, een belangrijk bestanddeel van asfalt, is in feite een vloeistof, maar zo stroperig dat het een vaste stof lijkt. Het beroemde pekexperiment van de Australische Universiteit van Queensland, ingezet in 1930, blijft tot de verbeelding spreken en biedt een visionair perspectief op tijd.
Tussen twee opeenvolgende druppels zit bijna tien jaar. Dit potje met pek doet er meer dan een eeuw over om leeg te druppelen…
UPDATE: Eindelijk is het nu gelukt een vallende druppel te filmen.
Ongelofelijk maar waar. De Canadese geoloog David Catling heeft fossiele inslagkraters van regendruppels ontdekt van bijna drie miljard jaar oud. Hoe kunnen deze fragiele structuren miljarden jaren van tectonische bewegingen overleefd hebben?
Het was diep in het archeïcum. De hoogste levensvormen op aarde waren bacteriën. Een vulkaan barstte uit en overdekte de omgeving met een dikke laag as. Toen begon het even licht te regenen. Door een perfecte samenloop van omstandigheden fossiliseerde de vulkanische as met daarin de inslagkraters van regendruppels. De onderzoekers namen een latex-afdruk van de gefossiliseerde vulkaanas en bepaalden exact hoe groot de regendruppels moeten zijn geweest.
Uit de grootte van de inslagdruppels is te berekenen hoe dik de atmosfeer was 2,7 miljard jaar geleden. Deze informatie is voor evolutiebiologen en geologen van cruciaal belang om hun modellen van de vroege evolutie van leven en van de aarde te testen en te verfijnen. Hoe dikker de atmosfeer, hoe beter de atmosfeer de aarde isoleerde en dus hoe hoger de temperatuur en hoe minder gevaarlijke straling.
Catling is nog uiterst zwijgzaam over de exacte resultaten van zijn onderzoek, omdat zij artikel nog in het beruchte peer review proces zit.
Ondertussen blijft het een verbijsterende gedachte, dat een lichte indruk in de as duurzamer bleek dan de meeste dingen die we kennen.
UPDATE: ondertussen is uit analyses bekend dat de regendruppels met ongeveer dezelfde snelheid vielen als tegenwoordig. De conclusie hiermee is dat de aarde 2,7 miljard jaar geleden een ongveer even dichte atmosfeer had als nu. Ook blijkt het CO2 gehalte niet extreem hoog geweest te zijn.
Hiermee blijft de “faint sun paradox”, de vraag waarom de vroege zon (die veel zwakker was dan de zon nu) de aarde toch warm en leefbaar kon houden, overeind. Immers: aannemen dat de atmosfeer in die tijd veel dikker was dan nu (en dus een sterker broeikaseffect kende), kan niet meer[2].