resistentie

De bacterie Staphylococcus aureus wordt snel resistent tegen de bekende antibiotica.

Het toenemend gevaar van de restistente bacteriën

Antibiotica zijn geneesmiddelen die de groei van bacteriën remmen of bacteriën doden. Antibiotica zijn van groot belang voor een goede behandeling van bacteriële infecties. Door het veelvuldig en onzorgvuldig gebruik van antibiotica, zijn er steeds meer bacteriën hier resistent voor geworden. Deze bacteriën zijn ongevoelig geworden voor de werkzame stoffen van dit soort geneesmiddelen. Het is een potentieel groot gevaar als niet tijdig de juiste maatregelen worden gevonden om deze trend te keren.

ZEMBLA

Op donderdag 10 januari 2013 zond het programma ZEMBLA een documentaire uit over de toenemende antibiotica-resistentie. Het was het derde deel uit de reeks ‘Antibiotica Alarm’. In 2010 en 2011 heeft het  programma ook aandacht besteed aan dit thema. De betreffende uitzending van 10 januari is hier te vinden. Er geldt een beperkte beschikbaarheid tot en met zaterdag 9 februari 2013.

Superbacterie

De bacterie Staphylococcus aureus wordt snel resistent tegen de bekende antibiotica.
De bacterie Staphylococcus aureus wordt snel resistent tegen de bekende antibiotica.

Door deze toenemende resistentie ontstaan ook zogenaamde ‘superbacteriën’. Dit zijn bacteriën die bestand zijn tegen de sterkste antibiotica. Het bekendste voorbeeld is de ‘New Delhi superbacterie’ die ook in de uitzending wordt genoemd. Ontstaan in India door de slechte hygiënische omstandigheden en het overvloedig verkeerd gebruik van antibiotica, bevat het een gen wat het  NDM-1-enzym produceert die de resistentie veroorzaakt. Het grote gevaar is dat deze gen ook kan worden overgedragen op andere bacteriën die normaal gesproken wel op antibiotica reageren. Echter als ze deze gen gaan dragen zijn ze niet meer meer te genezen met reguliere antibiotica.

Door het vele reizen en de vele wereldwijde contacten, is het mogelijk dat resistente bacteriën zich over de hele wereld verspreiden en andere bacteriën gaan besmetten. Hierdoor veranderen deze anders normale bacteriën in superbacteriën. Daarom is het van groot belang om verdere verspreiding zoveel mogelijk te beperken, voorzichtig te zijn met het gebruik van de huidige antibiotica en op zoek te gaan nieuwe oplossingen om dit probleem aan te pakken. In een eerder artikel op deze site is al gepleit voor een verbod op het gebruik van antibiotica in de veeteelt en spaarzaam gebruik bij mensen.

Toerisme

Toerisme en ook het medisch toerisme vormen een groot risico voor verdere verspreiding. Medisch toerisme betekent dat je in een land als India je laat opereren, omdat het goedkoper is en/of er meer mogelijkheden zijn dan in het land van herkomst. Hierbij valt te denken aan cosmetische chirurgie of orgaantransplantaties. Tijdens een operatie in een land als India loop je een verhoogd risico op een infectie met een resistente bacterie. Ook als gewone toerist is het mogelijk om via drinkwater of voedsel een drager te worden van deze bacterie. Besmetting vindt plaats op het moment dat de bacterie zich in de rest van het lichaam zich weet te verspreiden. Dit is bijvoorbeeld mogelijk als de bacterie in de bloedbaan van het lichaam van de drager terecht komt.

Door het grote besmettingsgevaar van de superbacterie is het van groot belang om ziekenhuizen zo hygiënisch mogelijk te werken om verdere verspreiding te voorkomen. Patiënten die met een resistente bacterie geïnfecteerd zijn, kunnen in quarantaine worden gezet om met steeds zwaardere antibiotica behandeld te worden. De uitzending van ZEMBLA laat zien dat er al superbacteriën zijn met resistentie voor alle bekende antibiotica. De bekende antibiotica waarvan het bekend is dat ze nog werken in bepaalde landen zoals Australië, worden daarom daar ook zo spaarzaam mogelijk ingezet om te voorkomen dat de daar aanwezige superbacteriën alsnog resistent worden.

Op het moment dat het niet meer mogelijk is om met antibiotica een infectie te stoppen, en een patiënt is in levensgevaar, dan is er uiteindelijk maar 1 oplossing mogelijk: amputatie. Hierbij wordt dan het gedeelte van het lichaam verwijderd wat geïnfecteerd is met de superbacterie om verdere verspreiding te voorkomen. Dit is de methode van behandeling die gebruikelijk was voor de doorbraak van de antibiotica in de moderne geneeskunde.

Nieuwe antibiotica en goede hygiëne

Ook maakt deze aflevering van ZEMBLA duidelijk waarom het ontwikkelen van nieuwe antibiotica voor de farmaceutische industrie niet zo interessant is: het levert te weinig geld op. De patenten van de bestaande antibiotica zijn bijna allemaal verlopen en het ontwikkelen van nieuwe antibiotica kost erg veel geld. Verder werken antibiotica ook erg goed. Je bent regelmatig snel genezen en hoeft daardoor maar relatief kort gebruik te maken van deze medicijnen.

Het gevolg is dat universiteiten en laboratoria zelf op zoek moeten gaan nieuwe oplossingen. De overheid kan zelf ook op zoek naar de opvolger van antibiotica. Mogelijke te onderzoeken en te ontwikkelen alternatieven zijn een virustherapie, de vampierbacterie, het gebruik van nanokogels, een calpaïneblokker of de virusresistente kunstmens.

Tot het moment dat er echt een volwaardige oplossing is, zal het beperkt gebruik van antibiotica en vooral ook een goede hygiëne in bijvoorbeeld ziekenhuizen van groot belang zijn om verdere verspreiding te voorkomen. Het gevaar hierbij is dat door de economische crisis er minder geld beschikbaar is voor preventieve maatregelen. Volgens de ZEMBLA-aflevering is dit te zien in landen als Spanje en Griekenland waar de verspreiding aan het toenemen is.

Bronnen

Antibiotica, Nederlandse Wikipedia

Alles over de NDM-1 superbacterie, website GezondheidsNu

Antibiotica, website Red Antibiotica

Dossier Antibiotica, website ZEMBLA

Antibiotica-alarm III, website ZEMBLA

‘WHO waarschuwt voor ‘superbacteriën’, website Nu.nl

De faag T4 'landt' op een bacterie en injecteert het DNA uit de kop. Het lot van de bacterie is dan bezegeld.

Virustherapie als opvolger voor antibiotica

Bacteriën zoals EHEC en MRSA worden steeds resistenter tegen antibiotica. Er zijn nu zelfs bacteriën waartegen geen enkel bekend antibioticum meer helpt. Maar misschien is er redding. Uit zeer onverwachte hoek.

Ook bacteriën kunnen ziek worden

De faag T4 'landt' op een bacterie en injecteert het DNA uit de kop. Het lot van de bacterie is dan bezegeld.
De faag T4 'landt' op een bacterie en injecteert het DNA uit de kop. Het lot van de bacterie is dan bezegeld.

Niet alleen wij, maar ook planten, schimmels en zelfs bacteriën kunnen worden getroffen door virusziekten. De meeste virussen zijn zelfs bacterievirussen. Geen wonder: de hoeveelheid bacteriën overtreft alle andere levensvormen, niet alleen in aantal maar ook in massa. Bacterievirussen: bacteriofagen of in het kort: fagen, hechten zich aan een bacterie en injecteren dan het DNA in de bacterie. Vervolgens neemt het DNA van de faag de bacterie over en slaat de bacterie aan het kopiëren (lytische fase). Uiteindelijk barst de bacterie open en komen er honderden tot duizenden faagdeeltjes vrij. Voor een bacterie is een virusziekte uiteindelijk altijd dodelijk (hoewel er fagen bestaan die zich mee vermenigvuldigen met de bacterie, lysogene fagen). Volgens schattingen van biologen zijn zeventig procent van alle bacteriën in zee geïnfecteerd met een faag.

Fagen zijn zeer klein: 200 nanometer, ongeveer duizend atomen lang.

Faagtherapie in Frankrijk en de Sovjetunie
Voor de ontwikkeling van antibiotica tijdens en na de Tweede Wereldoorlog, waren bacteriën als de tuberkelbacil en tetanus gevreesde killers waartegen geen kruid gewassen leek. Geen wonder dat wanhopige wetenschappers over de hele wereld alle mogelijke ideeën uitprobeerden om af te rekenen met deze eencelligen. Al in 1917 was bekend dat er geheimzinnige deeltjes bestonden die bacteriën konden doen openbarsten. In Frankrijk (waar de ontdekking werd gedaan) maakten ontdekkers Hérault en Eliava kennis met elkaar. Eliava reisde naar Georgië, toen onderdeel van de Sovjetunie, en stichtte de Eliava academie, waar grootschalig onderzoek gedaan naar faagtherapie. Hoewel Eliava door de communisten als ‘vijand van het volk’ in 1937 werd geëxecuteerd, overleefde het faagonderzoek dit. In de oorlogsjaren werd in de Sovjetunie faagtherapie met succes toegepast om zieke soldaten te genezen.

Zo injecteert een faag zijn DNA in een bacterie.
Zo injecteert een faag zijn DNA in een bacterie.

Antibiotica laten faagtherapie vergeten
Met de komst van de succesvolle antibiotica verloren de westerse onderzoekers hun interesse in fagen als therapie. Fagen werken immers veel minder snel en doden bacteriën niet tot de laatste cel. Ook werken fagen maar tegen één soort bacterie; met een breedspectrum antibioticum wordt het hele microbiële spectrum weggevaagd en is een kweekje vaak niet nodig.

In de Sovjetunie ging het onderzoek echter door. In onder meer Georgië wordt faagtherapie nu nog steeds op redelijk grote schaal toegepast bij bacteriële infectieziekten en met succes gebruikt om af te rekenen met multiresistente bacteriestammen. Resistentie tegen fagen ontstaat niet snel. Fagen evolueren immers gewoon mee met de bacterie. Als een bacterie faagresistent wordt, kunnen alleen die fagen die deze resistentie kunnen doorbreken, overleven. Omdat diagnose van de juiste bacteriesoort zo moeilijk is, geneest ongeveer 50% van de patiënten met een terminale antibiotica-resistente bacteriële infectie die met fagen wordt behandeld.

Lambda-faag helpt tegen EHEC
Tegen de EHEC-bacterie zou in principe een lytische faag ingezet kunnen worden. EHEC (Entero Haemorrhagische Escherichia Coli) of E. coli O157:H7,  is een agressieve variant van de darmbacterie Escherichia coli die zware bloedingen in de ingewanden veroorzaakt. Naar E. coli is heel veel onderzoek naar is gedaan omdat deze bacterie zo veel voorkomt. Daarom werd de lambda-faag, die E. coli aantast, ook al snel ontdekt. In feite werden en worden fagen nu al met succes ingezet om E. coli infecties te behandelen (en E. coli om te bouwen tot een biochemisch fabriekje). De lambda-faag is vooral interessant omdat het ook een lysogene faag is (dus laat de cel niet direct openbarsten). Bij EHEC is het probleem dat er dodelijke toxines vrijkomen als de cel openbarst.

Fagen kennen geen bijwerkingen, hoewel ongeveer een op de vijftig patiënten een allergie tegen fagen ontwikkelt. Fagen zijn natuurlijke organismen en kunnen dus niet worden gepatenteerd. Dat is ook de reden dat farmaceutische giganten weinig interesse hebben voor faagtherapie. Jammer, want als natuurlijk agens zijn fagen als geneesmiddel toegelaten. Ook hier geldt dat de overheid in zal moeten springen om onderzoek te bekostigen. Hoewel fagen de magic bullet van antibiotica niet kunnen evenaren, vormen ze een redelijk succesvolle laatste verdediging tegen dodelijke multiresistente bacteriestammen als alle andere middelen falen. Als er modern onderzoek wordt gedaan naar faagtherapie zal het succespercentage waarschijnlijk snel stijgen.