Kinderopvangtoeslag kan slimmer

De regering-Rutte regelde de kinderopvangtoeslag op incompetente manier. Tienduizenden ouders zitten nu in de schulden. Hoe kan dit slimmer?

Waarom een kinderopvangtoeslag?

Met het wegvallen van de oude taakverdeling, man als verdiener en vrouw als moeder, ontstond een probleem. De onderklasse heeft deze luxe van de huisvrouw overigens nooit gehad, ook vrouwen werkten in de fabriek of als dienstmeisje. De steeds beter opgeleide vrouwen wilden werken. De meeste mannen hebben geen zin om hun carrièrekansen te reduceren door op vaak vervelende kinderen te passen. Ook is het nu niet meer doenlijk om met één baan een compleet gezin te voeden.

De oplossing werd het uitbesteden van de verzorging van kinderen. Rijke ouders kunnen een au-pair betalen, de moderne opvolgster van het dienstmeisje. Armere ouders konden hulp vragen van familie, of een creche. Het vergt voor werkende ouders een ingewikkelde planning om werk, school en kinderopvang op elkaar af te stemmen. Bestaande vormen van opvang schoten steeds meer tekort. Daarom is in de loop van de jaren een stelsel voor kinderopvang opgezet.

Hoe werkt de kinderopvangtoeslag nu?

De fiscus vergoedt de kinderopvang in 2021 tot een bedrag vanaf € 8,46 (voor dagopvang) via buitenschoolse opvang (€ 7,27) tot gastouderopvang, € 6,49 per uur per kind[1]. Ouders schieten de kosten van de kinderopvang voor. Zij declareren deze kosten bij de fiscus. De fiscus betaalt deze kosten terug en controleert daarna bij de werkgever of alles klopt. Als de ouders meer uren melden dan hun gewerkte uren, dan eist de fiscus het teveel betaalde bedrag terug. En in één moeite doo,r ook nog de kosten van voorafgaande jaren.

“Kostenbesparingen door eigen verantwoordelijkheid van de burger”, in VVD-taal. In theorie klinkt dit prachtig. In de praktijk ging het totaal mis. En werd er erg veel leed aangericht.

Waarom ging het mis?

De meeste mensen, zoals de schrijver van dit stuk, houden niet erg van administratie. Dat geldt des te sterker voor lager opgeleiden. Veel mensen zijn ook niet echt secuur met het schrijven en doorgeven van uren. De situatie is helemaal dramatisch voor flexwerkers. Elke maand moeten zij een wisselend aantal uren doorgeven. Een fout is dus snel gemaakt.

Dit is precies wat er gebeurde met tienduizenden mensen. Ze declareerden meer uren dan bij de fiscus bekend waren. Met als gevolg dat ze alle toeslagen moesten terugbetalen. Kinderopvang is duur. Bij laagbetaald werk zijn de kosten per uur niet veel lager dan het netto minimum uurloon. Visionair.nl verrichte een proefberekening op de website van de Belastingdienst. Hieruit bleek[2], dat een 40 uur per week werkende alleenstaande ouder per kind recht heeft op 230 uur vergoede dagopvang per maand. Met andere woorden rond de 2700 uur á 8,46 = € 22842 per kind per jaar.

De Kinderopvang Werkplaats Kindergemeenschap. De kinderopvangtoeslag heeft veel ouders financieel de das omgedaan.
De Kinderopvang Werkplaats Kindergemeenschap. De kinderopvangtoeslag heeft veel ouders financieel de das omgedaan. Auteur: gebruiker Onderwijsgek op Wikimedia Commons

Grote financiële problemen

Stel, de fiscus vordert dit bedrag voor meerdere kinderen over enkele jaren terug. Dat betekent, dat schulden van boven de ton kunnen. Stel, je verdient toch al niet veel. En je hebt een gezin met jonge kinderen. Dan is sparen en schulden afbetalen toch al erg moeilijk. Zeker met deze grote schuld. Genoeg dus om iemand met een laag inkomen bankroet te laten gaan. En hun leven te ruïneren. Wat ook met duizenden mensen gebeurd is.

Dankzij een SP-meldpunt, en daarna recherchewerk door de parlementariërs Pieter Omtzigt (CDA) en Renske Leijten (SP), kwam de zaak aan het rollen. [3] Geheel terecht heeft Leijten dan ook opgeroepen tot het aftreden van de harteloze neoliberale brokkenpiloten die deze rommel hebben veroorzaakt. [4]. Daar is, ook vanwege eerdere dossiers, de nodige reden toe. Al eerder leverde deze ploeg broddelwerk af bij de indamming van de covid-19 pandemie.

Hoe had de kinderopvangtoeslag wél geregeld moeten worden?

Het probleem komt in het kort hier op neer. Je wilt de kinderopvang bekostigen voor iedereen die daar recht op heeft. Het recht op toeslag hangt rechtstreeks, en alleen, af van het aantal gewerkte uren. En iemands fiscale inkomen.

De meest betrouwbare bron (‘source of truth’) voor het aantal gewerkte uren is de werkgever. De werkgever geeft zelfs deze uren nu al door aan de fiscus. Namelijk, via de loonadministratie.
De beste bron voor het echte aantal afgenomen uren kinderopvang, is het verblijf dat op het kind past. Ook deze organisatie houdt dit aantal uren nu al bij. Immers, er is een wettelijk maximum aantal kinderen per oppas. Afhankelijk van de leeftijd van de kinderen. [5]

App

Als extra controle kan de fiscus een timer-app (laten) ontwikkelen. Deze app, met geolocatie, houdt dan de tijdstippen bij dat de ouder het kind bij de opvang aflevert, weer ophaalt, aankomt bij de werkgever en daar weer vertrekt. Immers, er is ook een reistijd vanaf de opvang naar de werkplek. Deze app is niet echt nodig, maar kan fraude lastiger maken. Een tweede voordeel van zo’n app is dat er altijd een paper trail is van het kind. Dat voorkomt ontvoering door bijvoorbeeld een ex-partner. Deze app is ook erg handig voor zzp’ers. Zij moeten toch al hun uren schrijven voor de fiscus[6].

Minder papierwerk

Als deze opzet wordt ingevoerd, weet de fiscus direct alle relevante informatie. De fiscus kan dan de vergoeding rechtstreeks naar de opvang overmaken. Het voordeel is dat ouders geen papierwerk meer hoeven bij te houden. En geen zwaard van Damocles meer boven hun hoofd hebben hangen. Nadelen zijn er op het eerste gezicht niet. Behalve dan, minder werk voor deurwaarders.

Bronnen
1. Bedragen kinderopvangtoeslag, Rijksoverheid, 2020
2. Het maximumaantal opvanguren berekenen waarvoor u kinderopvangtoeslag kunt krijgen, Belastingdienst, opgevraagd 2020
3. Renske Leijten over toeslagenaffaire: ‘Het lek is nog niet boven’, Trouw, 2020
4. SP-Kamerlid Leijten: ‘Gehele kabinet moet weg om toeslagenaffaire’, Metro, 2020
5. Kwaliteitseisen kinderopvang, Rijksoverheid, 2020
6. Urencriterium, Belastingdienst, 2020

Laat een reactie achter