Burgers

Twee decennia na de Koude Oorlog is propaganda nog springlevend.

Journalistiek heeft pas kwaliteit als burgers politieke thema’s begrijpen

Dit artikel is geschreven door Chris Aalberts en is met toestemming overgenomen van De Nieuwe Reporter.

Onlangs werd een grensrechter doodgeschopt. Tijdens een persconferentie vroegen journalisten wat de KNVB ging doen om dit drama in het vervolg te voorkomen. Zij bekritiseerden de weinig overtuigende antwoorden van de KNVB-bestuurders.

In een radio-uitzending kreeg stadsdeelvoorzitter Baâdoud van Amsterdam Nieuw-West dezelfde verwijten. Baâdoud had een wethouder langs de ouders van de daders gestuurd en er was een convenant gesloten om geweld tegen te gaan. Dat was volgens de interviewer geen daadkrachtig optreden.

Hoe moeten we de kwaliteit van deze journalistiek beoordelen? Hoe zou Bas Heijne deze items evalueren? Wat zouden de deelnemers aan het recentelijk gevoerde RTL-debat over journalistiek ervan vinden? De kans is groot dat er veel discussie ontstaat: zijn deze items te lang, ligt de focus te veel op emoties, zijn ze te subjectief gebracht of is het onderwerp een mediahype?

Wat leren burgers?
micDit zijn vragen die journalisten elkaar graag stellen en die in dit soort debatten steeds weer terugkomen. Maar de belangrijkste vraag mist: wat leert de burger van deze items? In het RTL-debat werd deze vraag slechts door twee personen uit het publiek geadresseerd. Geen hoofdredacteur had er een antwoord op. De rol van burgers is voor journalisten erg beperkt: burgers kopen kranten, kijken nieuwsuitzendingen en lezen artikelen, maar wat de burger van journalistieke informatie leert doet er klaarblijkelijk niet toe.

Dit is echter het belangrijkste perspectief om de journalistiek te evalueren. Sommigen maken zich druk over de aandacht van serieuze media voor de scheiding van Rafael en Sylvie van der Vaart. Natuurlijk is dit geen belangrijk nieuws, maar het maakt voor de burger niets uit: sommigen consumeren dit nieuws wel, anderen niet. Hetzelfde geldt voor de ergernis over tien minuten NOS Journaal over fileleed door de sneeuw. De burger wordt er niet slechter van als hij hier minutenlang kennis van neemt.

Voor politieke thema’s ligt dit anders, omdat burgers hun politieke beslissingen vrijwel uitsluitend baseren op informatie uit de media. Wat ze stemmen hangt af van hoe de prestaties van politici inhoudelijk worden gepresenteerd. Maakt het uit dat er in deze items stompzinnige vox-pops zitten, dat items te lang zijn en dat ze niet prominent in de krant staan? Nee, want dat is allemaal een kwestie van smaak. De vraag is wat de burger van die items kan leren.

Wereld begrijpen
Burgers moeten via het nieuws begrijpen hoe politieke en maatschappelijke problemen ontstaan, hoe bestuurders ze oplossen en of ze daarin slagen. Wie zit er aan de knoppen, wat heeft dat voor gevolgen en moeten burgers hun bestuurders bij de volgende verkiezing naar huis sturen? De belangrijkste vraag over journalistieke kwaliteit is of berichtgeving een goed beeld geeft van de politieke werkelijkheid.

Dit is vaak niet het geval. Bij de grensrechter kregen de stadsdeelvoorzitter en de KNVB impliciet de schuld. Zij waren immers ‘laks’. De stadsdeelvoorzitter kan echter alleen ‘softe middelen’ inzetten. De KNVB kan misschien betere beleidsplannen schrijven over het voorkomen van geweld, maar uiteindelijk staat ook de KNVB machteloos als mensen op het veld iemand in elkaar trappen. De journalisten hadden daar echter geen oog voor.

Dit is een terugkerend patroon: de NOS praat met staatsecretaris Mansveld alsof zij bepaalt dat er snel een oplossing voor de Fyra komt. Dat klopt niet: de NS heeft een eigen directie en de staatsecretaris staat op afstand. Deze politieke keuze is bewust ooit gemaakt, maar de NOS suggereert dat Mansveld het probleem persoonlijk oplost en daar ook toe in staat is. Moet de burger de PvdA bij de volgende verkiezingen afrekenen op de geschrapte Fyra? Dat is twijfelachtig.

Nieuws begrijpen
Burgers hebben geen beeld van de Europese Unie, en krijgen politici te zien die zeggen ‘dat iets van Brussel moet’. Dat de Tweede Kamer die macht via verdragen zelf heeft overgedragen blijft onvermeld. Als RTL verslag doet van declaraties van ministers is de uitkomst dat de minister van Buitenlandse Zaken het meest declareert. RTL zet er een verontwaardigde kop boven, maar vermeldt alleen in de marge dat deze kosten direct voortvloeien uit de taakuitoefening van de minister.

Bij het RTL-debat zei RTL-hoofdredacteur Harm Taselaar dat burgers berichtgeving moeten kunnen begrijpen. Niemand is het daarmee oneens, maar kunnen burgers de juiste boodschap oppikken? Natuurlijk staan er goede achtergrondverhalen in de krant, maar voor de meeste burgers is de dagelijkse verslaggeving van RTL en NOS belangrijker. Met alleen die informatie kom je regelmatig tot verkeerde politieke keuzes. Laat we daar eens over debatteren, in plaats van over Rafael en Sylvie van der Vaart.

In de Pruikentijd bepaalde een kleine, gegoede kliek wat het beste was voor de Republiek. In de praktijk betekende dat: hun eigen belang.

Burgerschapsexamen: een afstraffing, geen oplossing

Een burgerschapsexamen: volgens sommigen dé oplossing voor onverantwoord gedrag. Een dergelijk examen zou namelijk enkel het burgerschap geven aan mensen die in staat zijn op een bepaald niveau te functioneren. Mensen die, zeg maar, niet te simpel zijn om belangrijke beslissingen te kunnen nemen en daartoe bepaalde rechten te verkrijgen.

Het klinkt als de ideale oplossing: geef mensen die onverantwoord gedrag zouden kunnen vertonen minder rechten. Helaas, dat is het niet. We zullen onszelf, als land, er enkel mee in de vingers snijden.

Elite

Voorstanders van een burgerschapsexamen denken dat, wanneer diegenen die het vereiste niveau niet hebben om goed mee te doen in de samenleving het burgerschap ontzegt wordt, er een elite ontstaat die wel verantwoord gedrag vertoont. Die elite zou weten wat het beste is voor de samenleving en deze naar een hoger niveau tillen.

In de Pruikentijd bepaalde een kleine, gegoede kliek wat het beste was voor de Republiek. In de praktijk betekende dat: hun eigen belang.
In de Pruikentijd bepaalde een kleine, gegoede kliek wat het beste was voor de Republiek. In de praktijk betekende dat: hun eigen belang.

Deze zijde van het verhaal is uiteraard in bepaalde opzichten verdedigbaar. Immers, wat is ertegen om de meest competente burgers de meeste rechten te geven?

De keerzijde is echter dat het grootste deel van de samenleving ermee buitenspel wordt geplaatst. Deze mensen zullen minder zelfbeschikkingsrecht krijgen. Zij zullen als gevolg daarvan minder geneigd zijn zich in te zetten voor de samenleving, waardoor we als land beduidend minder burgers zullen hebben die wat opleveren. Zestien miljoen mensen is op wereldschaal al niet veel; een reden om die zestien miljoen mensen zo optimaal mogelijk in te zetten en hen niet aan de zijlijn toe laten kijken.

Stop van de vooruigang

Maar wat misschien nog wel veel erger is op de lange termijn, is dat de vorming van een nieuwe elite de vooruitgang stopt. Immers, wat voor belang heeft de elite daarbij?

Er zal een situatie ontstaan waar ook sprake van was in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. In de Republiek werden, om oorlogen te financieren, staatsobligaties uitgegeven. De kopers ervan, voornamelijk regenten, werden rijk van de interest die ze erover kregen. Zij hadden dan ook geen reden de financiële positie van het land, of de Statenbond, te verbeteren, want ze werden er zelf beter van.

Geen oplossing
De overeenkomst met een samenleving die een burgerschapsexamen kent, is dat de elite die onvermijdelijk ontstaat, geen reden zal hebben de positie van het volk als geheel te verbeteren. Een burgerschapsexamen is dan ook geen oplossing voor het veronderstelde probleem van gebrekkig verantwoord gedrag; het is het weglopen van de elite voor de problemen. Problemen worden niet opgelost, zij worden genegeerd.

Bovendien; met het toenemende gebruik van verslavende middelen, is haast iedereen wel aan te merken als ‘klootjesvolk’, dat deel van het volk wat dus weinig toevoegt en vooral overlast geeft. Zelfs onze voormalige minister van Binnenlandse Zaken kan dan als incompetent bestempeld worden, puur vanwege het feit dat zij een moment had waarin ze zichzelf niet in de hand had.

En onze voormalige minister staat niet alleen. Er is in Nederland nauwelijks nog een elite, een enkel individu daargelaten. Onder invloed van vooral linkse politiek die de gelijkheid van mensen benadrukt, is de elite zich steeds meer gaan gedragen als het gemiddelde volk. Als je bedenkt dat politiechefs, hoogleraren, parlementsleden en zelfs regeringsleiders zich steeds vaker gedragen op een manier waar je je voor schaamt als burger, dan vraag ik mij af hoeveel mensen eigenlijk nog zouden slagen voor een burgerschapsexamen.

Een echte oplossing
Een burgerschapsexamen zorgt, als het al zou werken, voor een tweedeling in de samenleving. Daar zal vroeg of laat de elite ook de gevolgen van gaan merken.
In plaats van weg te lopen voor de problemen door vervelende mensen buiten de samenleving te plaatsen, zou er naar een echte oplossing gezocht moeten worden. Dat zal deels vanuit de politiek moeten gebeuren: meer geld naar onderwijs, en ook meer kennis in het onderwijs. In plaats van mensen naar beneden, van de sociale ladder af te stoten, zou je ze moeten helpen naar boven te klimmen.

Pas eind negentiende eeuw kwam er meer aandacht voor de allerarmsten en ontstond de burgerrechtenbeweging.
Pas eind negentiende eeuw kwam er meer aandacht voor de allerarmsten en ontstond de burgerrechtenbeweging.

Daar mogen best eisen aan gesteld worden. Je mag ook best wat verlangen van de mensen zelf. Zo zal het gebruik van afstompende middelen verminderd moeten worden. Elitair gedrag moet niet langer veroordeeld worden: iedereen moet het recht krijgen zich zo te gedragen dat zij een voorbeeld zijn voor anderen. We moeten bovendien af van de gedachte dat iedereen voor elkaar moet zorgen. Uiteraard; mensen die niet in staat zijn voor zichzelf te zorgen moet geholpen worden. Maar mensen die domweg niet willen moet ook niet de hand boven het hoofd gehouden worden.

Oftewel…
De echte oplossing is dus niet mensen buitensluiten, maar hen meer kansen geven om mee te doen. En daar een geschikt klimaat voor scheppen waarin zij niet veroordeeld worden wegens elitaire trekjes.

Een burgerschapsexamen is uiteindelijk ook maar een momentopname, één die bovendien mensen eerder kansen ontneemt dan hen kansen schenkt.

Mensen moeten bovendien genoodzaakt worden die kansen te benutten. Grijp je de kans om bijvoorbeeld langer door te leren niet aan, dan moet je ook geen hoog loon verwachten.

Uiteindelijk is de echte oplossing mensen te stimuleren om initiatief te nemen en zo hogerop te komen. Daarvoor moet de overheid middelen als onderwijs beschikbaar stellen, maar ook de mensen zelf moeten min of meer gedwongen worden. Maar we moeten zeker geen mensen af gaan straffen met een burgerschapsexamen.

Zie ook: Burgerschapsexamen invoeren?