noordzee

Tulpeiland voor de Nederlandse kust? Bron: Rijkswaterstaat Beeldbank

Hoe kunnen de Lage Landen voor de kust een stad bouwen? Deel 2: Nederland

Het Nederlandse continentale plat is anderhalf keer zo groot als Nederland zelf. Geen wonder, dat generaties ingenieurs likkebaardend naar de vele mogelijkheden kijken die de Noordzee biedt.

De Nederlandse Exclusieve Economische Zone

De Nederlandse Exclusieve Economische Zone, on dit kaartje lichtblauw, is anderhalf keer zo groot als Nederland zelf. Bron: Wikimedia Commons
De Nederlandse Exclusieve Economische Zone, on dit kaartje lichtblauw, is anderhalf keer zo groot als Nederland zelf. Bron: Wikimedia Commons

Het deel van de Noordzee waar Nederland aanspraak op maakt, de Nederlandse Exclusieve Economische Zone (NEEZ), is met rond de 57.000 vierkante kilometer ongeveer anderhalf maal zo groot als Nederland zelf.
Alle minerale vondsten die binnen dit terrein worden gedaan, denk aan olie en gas, staan onder controle van Nederland. Ook mag Nederland hier in principe kunstmatige eilanden aanleggen. We tellen deze niet meer mee voor het bepalen van de grenzen van de NEEZ. Kortom: letterlijk een zee aan ruimte. Ruimte, waar een dichtbevolkt land als Nederland om zit te springen. Geen wonder dat er diverse mensen na hebben gedacht over de mogelijkheden om op de Noordzee kunstmatige eilanden aan te leggen.

Drijvend eiland
Een al wat ouder plan, uit 1998, is het aanleggen van een drijvend eiland voor de Nederlandse kust. Op dit eiland zou de luchthaven Schiphol gehuisvest kunnen worden.  Althans: het deel dat uit overstappers bestaat. Extra bonus: het drijvende eiland kan van ligging veranderen, als de windrichting verandert. De regerende partijen waren toendertijd niet bijster enthousiast over het plan, maar in principe zou hiermee de geluidsoverlast door Schiphol uit de wereld zijn. Ook elders in de wereld wordt er ondertussen gewerkt aan drijvende vliegvelden [1].

Tulpeiland
Een langgerekt eiland buiten het zicht van de Noordzeekust zou de zwaarbelaste Randstad ademruimte geven. Schiphol zou naar dit eiland verplaatst kunnen worden, wat een einde zou maken aan de geluidsoverlast en veel land zou opleveren. Ook zou er veel strand bijkomen. Gekscherend is geopperd het eiland de vorm van een tulp te geven, en vol te zetten met windmolens. Van de Nederlandse bevolking is een meerderheid voorstander van dit project, al zou er slechts een minderheid willen wonen. Het zand voor het eiland moet uiteraard ergens vandaan komen. Op dit moment zijn de plannen voor dit eiland in de ijskast gezet. Dit zou namelijk tientallen miljarden kosten. [2]

Tulpeiland voor de Nederlandse kust? Bron: Rijkswaterstaat Beeldbank
Tulpeiland voor de Nederlandse kust? Bron: Rijkswaterstaat Beeldbank

Het stroomeiland van Tennet
Stroombeheerder Tennet wil graag extra elektriciteitskabels om de windmolenparken van de Noordzeelanden aan elkaar te kunnen verbinden. Centraal in de plannen staat een kunstmatig eiland, Doggerseiland, dat op de Nederlandse oostpunt van de Doggersbank moet worden aangelegd. Hier is de zee ondiep, waardoor dit in verhouding weinig zand kost. Vanaf dit eiland moeten de windmolenparken van het Verenigd Koninkrijk, Nederland, Duitsland en Denemarken aan elkaar worden geknoopt. Het eiland wordt maar klein, ongeveer een vierkante kilometer. [3]

Bronnen
1. ‘Drijvend eiland is ideaal voor luchthaven’, Volkskrant, 1998
2. Nederlanders positief over aanleg “tulpeiland”, Bouwnieuws, 2008
3. Gigantisch stopcontact op eiland Doggersbank, De Ingenieur, 2016

De Doggersbank heeft een gemiddelde diepte van 13 meter en is dus in principe droog te leggen.

Tijd om Doggerland te laten herrijzen

Er was een tijd, dat er tussen Nederland en de Britse archipel een groot eiland lag. Kuddes mammoeten en reuzenherten deden zich tegoed aan de weelderige vegetatie, alleen verstoord door jagende Neanderthalers en mensen. De voordelen van de verdubbeling van de oppervlakte van Nederland en Engeland.

De Doggersbank heeft een gemiddelde diepte van 13 meter en is dus in principe droog te leggen.
De Doggersbank heeft een gemiddelde diepte van 13 meter en is dus in principe droog te leggen.

Verdronken eiland
Vissers kennen het voormalige Doggersland erg goed. De Doggersbank is met 13 m onder de zeespiegel een ondiep stuk Noordzee, op ongeveer honderd kilometer ten oosten van Groot-Brittannië. Op de Doggersbank worden grote hoeveelheden kabeljauw geoogst. De reden is de ondiepe ligging, waardoor de biologische productie van zeewier dat op de ondiepe zandbank groeit, erg hoog is. Vier landen maken aanspraak op de zeebodem waarbinnen de Doggersbank ligt: naast Nederland en Groot-Brittannië zijn dit Duitsland en Denemarken. De Doggersbank heeft een oppervlakte van rond de helft van die van Nederland, 20.000 vierkante kilometer. Naar schatting zou Nederland aanspraak kunnen maken op ongeveer een kwart van dit gebied (en ook een kwart van het totaalbedrag moeten investeren).

Hoeveel hulpbronnen zou het kosten en opleveren om de Doggersbank door een zeedijk te omringen?
Als wordt gekozen voor een compacte ringdijk met een zo kort mogelijke lengte, zal het geheel omringen van de Doggersbank de aanleg van zo’n 1000 km zeedijk vereisen. Als we uitgaan van Deltahoogte, zo’n 12 m boven NAP, zal de zeedijk zo’n 25 m boven de zeeoppervlakte uit moeten stijgen. Een kilometer zeedijk in de Noordzee kost volgens de raming van de Deltacommissie zo’n 150 miljoen. Gezien de afgelegen ligging en vergelijkbare diepte lijkt het aannemen van een verdubbeling van de kosten hier verstandig.

Dit zal per kilometer dijk zo’n 300 miljoen, m.a.w. voor de totale dijk rond de 300 miljard euro vereisen. Op deze brede dijk kunnen (vakantie)woningen, gemalen en windkrachtcentrales worden gebouwd. In ruil hiervoor verkrijgen de deelnemende landen in totaal 20.000 vierkante kilometer vruchtbare kleigrond. Landbouwgrond in de Nederlandse kleigebieden brengt zo’n 50.000-100.000 euro per hectare op, wat 5-10 miljoen euro per vierkante kilometer gewonnen land, m.a.w. €  100-200 miljard een reële inschatting maakt. De dijken zelf leveren zowel recreatiewaarde op als een bron van windenergie. De  grondwaarde hier zal hier hoger komen te liggen. Als een groot deel van de dijk bebouwd wordt  met vakantiewoningen en flats, zal recreatie vermoedelijk een plus van enkele tientallen miljarden aan het project toevoegen.

Dit kan ook gezegd worden van de kostenbesparing door het bouwen van windmolens op de dijken in plaats van in zee: een windmolen op zee kost rond het dubbele van  die van een windmolen op land. Omdat de zeedijk op volle zee ligt, kan toch worden geprofiteerd van het bijna dubbele aantal bedrijfsuren vergeleken met die van windmolens op land. De 3000 windturbines a 8 MGW die op de zeedijk geplaatst kunnen worden, zouden hierdoor een kostenbesparing leveren van rond de 24 miljard euro vergeleken met bouw op zee. Dit geldt in mindere mate ook voor de plm. 50.000 molens die in het binnenland geplaatst kunnen worden.

Zin of onzin?
Het creëren van een nieuw, dichtbevolkt gebied midden in de Noordzee zou de bestaande zones ontlasten en  nu economisch kwijnende kustgebieden, zoals Friesland, de Britse Midlands en Jutland voor bedrijven en bewoning aantrekkelijk maken.