Veeteelt kost extreem veel landbouwgrond en vervuilt het milieu extreem. Kan visteelt een alternatief bieden? Ja, zeggen kenners, al zijn er nog een aantal netelige problemen.
Vis zuiniger met voedsel
Vissen zijn koudbloedige dieren en springen daarom veel zuiniger met energie om dan zoogdieren, zoals ons vee, of gevogelte. Er zijn zelfs vissoorten die in staat zijn meer kilo’s vis te leveren dan ze aan droog voer binnenkrijgen.
Dit getal is overigens misleidend: vissen bestaan voor het grootste deel uit water. Toch is dit zeer gunstig vergeleken met de voederconversie van bijvoorbeeld kip (drie op een), varken (vijf op een) of rundvlees (tien tot twintig op een). Dit betekent dat om een kilogram vis te produceren, veel minder land nodig is dan voor vlees. Op dit moment worden ook gebieden die nauwelijks geschikt zijn voor landbouw toch bebouwd of wordt er veel te veel vee op gehouden. Het gevolg daarvan is dat de plantengroei kaal wordt gegraasd, verdwijnt en dus de bodem wegspoelt.
Wilde vis steeds schaarser
Een tweede factor die visteelt steeds populairder maakt is de toenemende schaarste aan wilde vis. Het kost, zeker met de hoge olieprijzen, domweg minder om vissen in een vijver of tank te kweken, dan om met een duur, brandstofslurpend schip honderden of duizenden kilometers te varen om vis te vangen. De energiekosten van een kilo gekweekte vis waren altijd al veel lager dan die van een kilo met een trawler gevangen vis.
Een probleem met visteelt is dat commercieel gekweekte vissoorten als zalm of meerval veel eiwit (40% of meer) in hun dieet nodig hebben. Dat eiwit is op dit moment vooral afkomstig van andere vis, zoals ansjovis (die je uiteraard veel beter meteen kan eten).
Aquacultuur midden op zee
Steeds meer aquacultuur verhuist naar de volle zee. De filosofie daarachter is dat door het grote watervolume en de zeestromen het vervuilde water zo wordt verdund dat het geen problemen als algenbloei en dergelijk meer veroorzaakt. De vraag is of dat slim is: de waardevolle grondstoffen in visvoer, zoals fosfaat en dergelijke, komen zo midden op zee terecht. Weliswaar betekent dat meer voedsel voor de lokale algen en dus zeedieren, maar het effect hiervan is marginaal vergeleken met het enorme nut dat ze in de landbouw zouden hebben.
Recycling
Wellicht is het een oplossing om vissen te ontwikkelen die samenwerken met algen. Zo hoeven vissen niet meer gevoerd te worden, maar leven ze direct van zonlicht. Tot die tijd kunnen we het beste visteelt combineren met tuinbouw. Vissen produceren namelijk grote hoeveelheden vervuild water. Deze kan worden gebruikt voor hydrocultuur in kassen.
Inderdaad zijn er in onder meer Wageningen verschillende systemen uitgedacht voor het combineren van visteelt en kastuinbouw. Een interessant systeem is bijvoorbeeld het combineren van Azolla en tilapiateelt. Azolla bevat veertig procent eiwit, ideaal dus voor vissen. Prettig aan Azolla is dat dit drijvende watervarentje stikstof bindt. Dit spaart dus stikstofkunstmest uit. Met eendenkroosachtigen (Lemnaceae) kan water verder worden gezuiverd. Ook deze kunnen als vis- of als veevoer worden gebruikt.
Vis is ook lichtverteerbaar en sommige soorten bevatten belangrijke vetzuren. Iedereen mag het eten. Het is zelfs ethisch verantwoord (Jezus was ook een visser). Een serieus goed idee!
Ik vind het ook een prima idee, vis is nu al het enige type vlees dat ik eet.
Ik zou niet graag altijd vis willen eten, ik zet mijn tanden ook nog wel eens graag in een lekker stuk koe maar ik ben wel blij dat de laatste jaren de prijzen van vis behoorlijk omlaaggegaan zijn zoals bijvoorbeeld pangia, 10-15 jaar geleden was vis duurder dan vlees, dat is nu helemaal gelijkgetrokken. Ik ben dus blij dat ik mijn zoontje wel wat meer kan gunnen dan alleen maar koe en varken, een iets minder bekend feitje over vis is dat vis het verstand scherper maakt. In de visolie zitten stoffen die het denkvermogen bevorderd.