Ruwweg bestaat het economische landschap uit werkenden die produceren en een elite, die een groot deel van het surplus dat de werkenden produceren, afroomt. De economische problemen in Nederland zijn voor een groot deel te verklaren, omdat de elite teveel geld van de werkenden afroomt en dit oppot of naar het buitenland doorsluist.
Wat is de elite?
Elite is een term waarmee het ‘beste’ deel uit een populatie wordt aangeduid. Deze populatie kan uit mensen of dingen bestaan. In dit artikel gaan we uit van de sociologische definitie: de groep die anders dan door werken het surplus afroomt en de lakens uitdeelt. Uitkeringsgerechtigden vallen niet onder deze groep, weliswaar ontvangen zij geld zonder daarvoor te werken, maar zij hebben geen beslissingsmogelijkheid.
Tegenwoordig werkt de economie ingewikkelder dan deze onderverdeling. Zo wordt een groot deel van het arbeidssurplus afgeroomd door kleine particuliere beleggers, doorgaans ook werkenden, en institutionele beleggers zoals pensioenfondsen (waarvan de beleggingsopbrengsten ook weer bij gepensioneerde werkenden terecht komen). Elitairen werken doorgaans, en krijgen hier exorbitante salarissen voor uitbetaald. Een betere maatstaf is dus: een elitair is iemand die (veel) meer uitbetaald krijgt dan de concrete toegevoegde waarde die hij (of soms een zij) levert.
Hoe melkt de elite surplussen van de rest van de bevolking?
Werknemers leveren arbeid. Hiervoor in ruil ontvangen zij een salaris. Leveranciers van kennis en kapitaal ontvangen de winst die overblijft. In de praktijk profiteren vooral ‘middle men’ zoals topmanagers en leden van de raad van commissarissen. Zij ontvangen zeer hoge salarissen zonder financieel risico te lopen. Ook topbestuurders van institutionele beleggers verrijken zich graag. Dit zijn dus klassieke voorbeelden van elitairen. De hele financiële sector kan verder worden gezien als één efficiënte melkmachine om productieve bedrijven uit te melken. Bijna de helft van alle winsten in het bedrijfsleven wordt gemaakt in de financiële sector, omdat deze de rest van het bedrijfsleven uitmelkt en afroomt.
Zelfverrijking voor experts
Een andere geliefde melkmachine voor elitairen zijn de verplichte winkelneringen. De overheid is een klassiek voorbeeld en daarom een geliefd doelwit voor elitehaters. Voor een zelfverrijker is de overheid echter weinig interessant, immers, deze staat onder direct toezicht van politici die graag willen scoren bij de kiezers door een ‘graaier’ aan te pakken. ‘Slechts’ een enkele ambtenaar verdient daarom nu meer dan een minister.
Zelfstandige bestuursorganen: de ideale melkmachine
Juist de “op afstand geplaatste” zogenaamde zelfstandige bestuursorganen, zoals het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen, onderwijsinstellingen, brancheorganisaties, organisaties die kwaliteitskeurmerken verstrekken en ziekenhuizen, vormen daarom een geliefde plek voor zelfverrijkers. Zij, of hun vriendjes in de commissie van toezicht, kunnen dan veilig het salaris flink opschroeven. Het lucratiefste zijn baantjes bij instellingen die in de luwte opereren, bijvoorbeeld brancheorganisaties, want daar kan het topsalaris het veiligste worden verhoogd zonder dat het publiek het op tijd doorkrijgt. Ook vormt dit een uitstekend domein om vriendjes aan banen met een “marktconform” salaris te helpen. Wat weer een mooi excuus is de jaarlijke bijdrage flink op te schroeven.
Ook geliefd zijn baantjes bij bedrijven met een de facto monopoliepositie of waarvan de aandelen in handen zijn van zelfstandige bestuursorganen, zoals een zorgverzekeraar. In een volgend artikel methoden om deze vorm van afpersing te stoppen.
Bij de partijen die dienen als baantjesmachine kan ook zeker Groen Links genoemd worden. Vaak gaat het hier om welzijnsinstellingen of instellingen die zich bezig houden met ontwikkelingshulp.Â
Zit veel waarheid in, sociale instellingen leven bij de gratie van een systeem dat niet sociaal is. Hun doelstelling zou dan moeten zijn om zichzelf te elimineren. Zonder een radicale mentaliteitswijziging is dat als je eigen graf graven, het is dan beter om klevers op de wonde te kleven en de bron van het probleem ongemoeid te laten. Er tussenin een wildgroei aan berichten en informatie over steeds hetzelfde, een doorbraak komt er echter niet en dat wordt maatschappelijk onhoudbaar. Een oorlog is dan niet uitgesloten zoals de geschiedenis ons leert.Â