De overheid probeert met ingrijpende maatregelen de opmars van het Covid-19 coronavorus te stoppen. In feite is dit een interessant sociaal-economisch experiment. Bron: Nederlandse rijksoverheid

Probleemloze beperkte lockdown van Nederland toont werkelijke omvang bullshitjobs

De alles-behalve-in-naam lockdown  van Nederland om de uitbraak van het Covid-19 coronavirus in bedwang te houden vormt in feite een groot sociaal experiment. Een ongemakkelijke waarheid dringt zich op. Slechts rond de dertig procent van de Nederlandse bevolking vervult werkelijk onmisbare werkzaamheden. De rest van de bevolking, de beoefenaars van bullshitjobs, houdt voornamelijk elkaar bezig – en de essentiële groep werkenden van het werk.

Op de website van de Nederlandse overheid is een lijst met zogeheten “cruciale beroepen” te vinden. Dit zijn beroepen, die direct, of in een ondersteunende rol, energievoorziening, voedselvoorziening en gezondheidszorg zeker stellen. Alsmede openbare orde, het functioneren van de overheid, betalingsverkeer, de internet-infrastructuur en onderwijs. In totaal gaat het om misschien twee tot drie miljoen mensen. Van de tien miljoen werkenden in Nederland, komt dit aardig overeen met het percentage werkenden dat geen “bullshit jobs” vervult.

Voor mensen die werken in de sectoren die niet “cruciaal” zijn, is de gang van zaken uiteraard een drama. Ze verliezen inkomsten. Veel bedrijven dreigen om te vallen. Drie weken lang zijn ze veroordeeld tot thuiswerken, of in het geval van bijvoorbeeld horecamedewerkers, niets doen. Gelukkig heeft de Nederlandse regering ondersteuningsmaatregelen aangekondigd, waardoor de gevolgen verzacht worden. Maar toch betekent dit een harde klap. Maar hoe moeten we dit macro-economisch bekijken?

De overheid probeert met ingrijpende maatregelen de opmars van het Covid-19 coronavorus te stoppen. In feite is dit een interessant sociaal-economisch experiment. Bron: Nederlandse rijksoverheid
De overheid probeert met ingrijpende maatregelen de opmars van het Covid-19 coronavorus te stoppen. In feite is dit een interessant sociaal-economisch experiment. Bron: Nederlandse rijksoverheid

De Nederlandse industrie is, zoals in elk ontwikkeld land, verbazingwekkend productief. Nederland heeft geen aanbodeconomie, maar een op vraag gebaseerde economie. Het aanbod is overvloedig. In feite kunnen de Nederlandse fabrieken enkele malen meer produceren dan ze doorgaans doen. Dat geldt ook voor diensten als energie of internet. Met relatief weinig mensen wordt er enorm veel geproduceerd, getransporteerd en verzorgd.

De gedeeltelijke lockdown laat ook zien, hoe dingen slimmer kunnen worden geregeld. Leraren, alle onzin over didactiek ten spijt, hebben eigenlijk maar twee taken. Een klas kinderen in het gareel houden en voor optimale omstandigheden zorgen voor kennisopname/het verkrijgen van inzicht. Het denderende succes van websites en apps als Khan Academy (exacte vakken), Duolingo (taalonderwijs) en Squla (lagere school lesstof) laten zien, dat  volwassenen en ook oudere kinderen prima hun lesstof kunnen beheersen zonder, of alleen online, hulp van een lera(a)r(es). Een kind in zijn eentje kan prima leren, als het dit wil. De werkelijke functie van school is kinderoppas en het socialiseren, lees: drillen van kinderen, zodat ze discipline krijgen en uit zichzelf gaan leren. Het zou het vaak hoogdravende onderwijsdebat in Nederland ten goede komen, als het verhaal tot deze essentie wordt teruggebracht. Onderwijs is kinderoppas en hondenschool.

De rest is voornamelijk bezig met het produceren en verhandelen van gebakken lucht. Ik denk dat door deze bedwongen periode van bezinning, steeds meer mensen dit gaan begrijpen. Heeft het niet meer zin om ons voortaan met nuttige dingen bezig te houden dan elkaar met volstrekt onnodige beuzelarijen aan het werk te houden?

Laat een reactie achter