De Pioneers 10 en 11 gaven niet alleen heel veel informatie over de gasreuzen Jupiter en Saturnus. Ze lieten ook zien dat de heliopauze heel chaotisch is en blijken onderhevig aan een raadselachtige kracht.

Raadselachtige Tajmar effect verklaard?

Als een draaiende lasergyroscoop in de buurt van een supergekoelde draaiende ring wordt geplaatst, gaat de gyroscoop een beetje in dezelfde richting als de ring versnellen. Wetenschappers weten niet waarom. Dat wil zeggen: tot nu. Met ingrijpende gevolgen. Als McCulloch gelijk heeft, is het mogelijk massa minder traag te maken en zat Einstein er naast. En hebben we mogelijk een manier gevonden om naar de sterren te reizen.

Raadselachtige ontdekking

Het Tajmar-effect. Een gyroscoop 'sleept' een supergeleidende schijf mee
Het Tajmar-effect. Een gyroscoop 'sleept' een supergeleidende schijf mee

De onverklaarbare versnelling werd in 2007 ontdekt door Martin Tajmar, die op dat moment werkte aan de vakgroep Ruimtevaarttechnologie van het Oostenrijkse Technisch Instituut in Seibersdorf. Tot dusver is het Tajmar effect alleen in dit ene laboratorium geobserveerd, wat het wetenschappelijk gezien verdacht maakt. Maar toch. Sommige wetenschappers zijn sindsdien druk op zoek naar een verklaring voor dit raadselachtige effect.

Hoe werkt een lasergyroscoop?
In een recente studie heeft Michael McCulloch van de Engelse universiteit van Plymouth een mogelijke verklaring gevonden. Hiervoor nam hij een diepe duik in de rijkgevulde natuurkundige schatkist van contra-intuïtieve verschijnselen.

Hij begint met een gedetailleerde analyse van wat een lasergyroscoop eigenlijk precies doet.  Lasergyroscopen sturen licht in twee richtingen door een ring. Als de ring sneller of langzamer gaat draaien, veranderen de interferentiepatronen van het licht in de ring. Daarvoor hoeft er maar een verschuiving van enkele nanometers – dat is misschien vijftig atoombreedtes – op te treden. Daardoor zijn lasergyroscopen extreem nauwkeurig.

Trage massa vliegwiel vermindert
McCulloch denkt dat de gyroscoop lijkt te versnellen omdat de traagheid van de gyroscoop verandert. Als er iets een heilig principe is in de natuurkunde is dat wel het behoud van impuls of het draaiende zusje daarvan, draaimoment. Dus als de traagheid vermindert, betekent dat dat de snelheid hoger moet worden om zo de  impuls gelijk te houden. Dit zou volgens McCulloch de verandering in snelheid verklaren.

Unruh-effect
Het uitwerken van kwantummechanica  voorspelt vaak merkwaardige verschijnselen. Zo is er het Unruh effect. Als een voorwerp versnelt, lijkt het heelal voor warmer te zijn dan achter. Dat heeft te maken met de virtuele deeltjes waarmee de leegte gevuld is. Gewoonlijk hebben deze energie nul, maar deze krijgen energie ten opzichte van het voorwerp als dit op ze af vliegt. Als je heel hard (brom)fietst, doen de regendruppels pijn in je gezicht. Ze lijken heel veel energie te hebben, terwijl ze eigenlijk stilstaan. Deeltjes met energie nul lijken daardoor een positieve energie, dus een netto warmte-effect, te hebben.

Hubble-schaal Casimir effect
Volgens McCullochs voorstel wordt de traagheid van de gyroscoop bepaald door de omringende Unruh straling die wordt gemodificeerd door een Hubble-schaal (dus kosmisch) Casimir-effect. In dit model wordt de Unruh straling opgewekt door de draaiende schijf. Ter informatie: elke richtingsverandering (zoals van een deeltje op een draaiende schijf) is fysisch gezien een versnelling. De schijf versnelt dus ten opzichte van de rest van het heelal, zoals de aarde, sterren in de hemel en de koude draaiende ringen. Het Hubble-schaal Casimir-effect is een effect in de kwantumtheorie dat in dit geval de vorming van langere Unruh-golven verhindert en zo indirect de trage massa van de gyroscoop beïnvloedt. McCulloch noemt dit model “modified inertia due to a Hubble-scale Casimir effect” (MiHsC) of kortweg “quantized inertia.”

Als de gyroscoop op kamertemperatuur is, wordt deze omringd door kortegolf Unruh straling. Korte elektromagnetische golven zijn energierijker dan lange golven (een lichtdeeltje is kortgolviger en dus energierijker dan een radiofoton). Als de omgeving wordt afgekoeld tot ongeveer het absolute nulpunt, wordt de golflengte van de Unruh straling langer, waardoor ze niet meer in de ruimte ‘passen’: het Hubble-schaal Casimireffect. Als de supergekoelde ring begint te draaien, zorgt de versnelling van de ring voor kortere Unruh-golven, die makkelijker in de ruimte passen. De traagheid van de gyroscoop neemt toe, waardoor hij langzamer draait.

De Pioneers 10 en 11 gaven niet alleen heel veel informatie over de gasreuzen Jupiter en Saturnus. Ze lieten ook zien dat de heliopauze heel chaotisch is en blijken onderhevig aan een raadselachtige kracht.
De Pioneers 10 en 11 gaven niet alleen heel veel informatie over de gasreuzen Jupiter en Saturnus. Ze lieten ook zien dat de heliopauze heel chaotisch is en blijken onderhevig aan een raadselachtige kracht.

Behoud van impuls leidt tot versnelling
Volgens het model probeert de gyroscoop met de ring mee te bewegen om zo zijn impuls te behouden. Voor een rotatie met de klok mee moet de gyroscoop met een snelheid van 2,67 x 10-8 maal de versnelling van de ring gaan roteren. Tegen de klok in wordt deze snelheid gehalveerd.

Opmerkelijk is dat dit model Tajmar’s waarnemingen nauwkeurig verklaart. Tajmar nam waar dat de versnelling van de  gyroscoop ongeveer 3 x 10-8 maal die van de ring bij rotatie met de klok mee en de helft daarvan voor rotaties tegen de klok in. Met MiHsC kan en hoeft niet geknoeid te worden met natuurconstanten, dus de theorie stemt overeen met de observaties zonder numeriek afgesteld te worden.

McCullochs model kan ook verklaren waarom de versnelling tegen de klok in kleiner is dan met de klok mee. Als de gyroscoop met de ring mee begint te draaien, verandert de beweging ten opzichte van de vaste sterren. Op het noordelijk halfrond zorgt dit effect voor een grotere versnelling met de klok mee. Dit heeft te maken met de draaiing van de aarde. Volgens de theorie is het gedrag op het zuidelijk halfrond daarom precies tegenover gesteld.

Einstein heeft niet meer het laatste woord
Hoeksteen van Einsteins relativiteitstheorie is het equivalentieprincipe: trage massa = zware massa. Daarom vallen lichte en zware voorwerpen even snel. Als MiHcS inderdaad waar is, betekent dat volgens McCulloch dat trage massa helemaal niet altijd precies gelijk is aan zware massa. In zijn artikel legt hij uit waarom in extreem gevoelige torsie-experimenten toch geen verschil is aangetoond. Ook heeft zijn theorie gevolgen voor het gedrag van sterren aan de rand van de Melkweg. Als hun traagheid kleiner is dan hun massa, moeten ze sneller bewegen om niet naar binnen te vallen. Donkere materie?

Tajmar effect verklaart raadselachtige versnelling ruimtevaartuigen
Doorgaans worden ruimtevaartuigen langs planeten gestuurd om ze op kosten van Moeder Natuur nog een flinke zet mee te geven. Heel vreemd is dat sommige ruimtevaartuigen dan een merkwaardige sprong in hun snelheid vertonen. In een eerder artikel liet McCulloch zien dat zijn theorie MiHsC redelijk goed deze flyby anomalieën beschrijft.

HIj heeft ook laten zien dat dit de Pioneer anomalie verklaart. Om raadselachtige redenen blijken de Pioneer satellieten afgeremd te worden nu ze het zonnestelsel verlaten. De verklaring volgens McCulloch is dat hun traagheid vermindert, waardoor de zwaartekracht van de zon meer invloed krijgt en ze meer afremt. McCulloch voorspelt dat als de ronddraaiende ring 10.000 keer lichter wordt uitgevoerd, het effect afneemt met de afstand. Hij hoopt dat Tajmar’s groep dit uittest. Overigens denken andere natuurkundigen dat dit effect wordt veroorzaakt door een warmtelek in de kernreactor van de Pioneers.

Nut van deze ontdekking
Het is uiteraard bijzonder handig om een techniek te hebben om de traagheid van een voorwerp te verminderen. Zo kan je met weinig energie enorme snelheden bereiken. Uiteraard ideaal als je snelheden in de buurt van de lichtsnelheid wilt bereiken. Zou je Unruh straling kunnen genereren om zo de trage massa van een voorwerp te kunnen veranderen en het zo te verplaatsen? In een eerder artikel besprak McCullough deze mogelijkheid.

Bronnen:
M. E. McCulloch. “The Tajmar effect from quantised inertia.” EPL, 95 (2011) 39002
.

12 gedachten over “Raadselachtige Tajmar effect verklaard?”

  1. Onlangs is hier nog een artikel verschenen over zwaartekracht en massa, waarbij volgens een theorie van Hotta, de zwaartekracht het gevolg is van kwantum verstrengeling. Ik kan mijzelf in de verste verte niet vergelijken met Hotta, maar kwam zelf ook op het idee van kwantumverstrengeling als oorzaak van zwaartekracht, maar ook massa. Ik ben er eenvoudig van uitgegaan, dat het ontbreken van het zogenaamde Higgs deeltje kon betekenen, dat er sprake kon zijn van een verplaatste kracht. De link was vrij eenvoudig gelegd ; bij kwantumverstrengeling zal de invloed die op een verstrengeld deeltje wordt uitgeoefend, zich ook doen gelden op het andere deeltje, ongeacht de afstand. Mijn redenering met betrekking tot dit artikel is al even eenvoudig ; namelijk dat het weerstandsloze karakter van de supergeleidende schijf, kwantum verstrengeling in de hand werkt. Hierdoor zullen deeltjes van deze schijf zich in een vergelijkbare toestand gaan bevinden als verstrengelde deeltjes in de giroscoopschijf, en de supergeleidende schijf daarom meenemen in hun toestand van beweging of verplaatsing. Ook denk ik dat het aantal malen dat een deeltje tegelijkertijd verstrengeld kan zijn beperkt is, waardoor kunstmatige verstrengeling uiteindelijk kan leiden tot het opheffen van zwaartekracht en massa. Zoiets lijkt mij wel de moeite waard om te proberen, al komt het dan van een leek als ik.

  2. Interessant Alfa, jij ‘gelooft’ de huidige theorieën ook niet zo begrijp ik? (Zoals het bestaan van het Higgs-deeltje)

    Ik begrijp het nog simpeler, De massa is De zwaartekracht (neerwaarts duwende kracht).

  3. “Hoeksteen van Einsteins relativiteitstheorie is het equivalentieprincipe: trage massa = zware massa. Daarom vallen lichte en zware voorwerpen even snel.”

    Dit is al onjuist, want zware voorwerpen vallen niet even snel als lichte voorwerpen, dit lijkt zo maar is niet (helemaal) waar.
    Als je de voorwerpen TEGELIJK naast elkaar laat vallen zijn ze even snel beneden.
    Als je de voorwerpen één voor één laat vallen, zal de zwaarste iets sneller beneden zijn.

    Feitelijk vallen ze even snel maar toch raakt de zwaarste massa eerder de grond.
    Dit wordt nu verklaard door de zwaartekracht, het voorwerp trekt tijdens het vallen OOK aan de aarde, het zwaardere voorwerp trekt de aarde iets verder omhoog dan het lichte voorwerp, vandaar dat de zwaarste massa eerder de grond raakt.

    Ik vind het flauwekul, een onmogelijk scenario.

    UNRUH EFFECT : “Als een voorwerp versnelt, lijkt het heelal voor warmer te zijn dan achter.”

    Als je je verondersteld dat massa alle energie al heeft (zoals kinetische,potientiele, enz), dan is het logisch dat als massa versnelt, de ruimte voor de massa warmer is dan erachter.
    Massa IS energie, maar ook massa HEEFT energie (ongeacht versnelling of rust).
    Doordat de energie-inhoud van massa groter wordt naarmate de snelheid hoger wordt, is er eigenlijk sprake van warmte-toename van de massa.
    De massa wordt door de versnelling ZELF al warmer, hier hoeft de massa GEEN energie voor op te nemen (zoals licht).

    Massa neemt energie OP en geeft energie AF (energie in de breedste zin van het woord, zoals straling en warmte).
    Stel dat ik een massa zou hebben met een temperatuur van 100C en de ruimte waarin de massa versneld is -100C, dan is er een temperatuurverschil tussen de massa en de ruimte.
    In het bovenstaande geval kan de massa alleen energie afgeven, totdat de ruimte temperatuur is bereikt (de ruimte neemt energie op).

    Iedere massa KAN energie opnemen en afgegeven, afhankelijk van de temperatuur van de massa en de temperatuur van de omgeving waarin de massa zich bevindt.

    1. @ Einstein01.

      Geen van beide beweringen is tot nu toe geconstateerd als absoluut bewezen feit. Het is een aanname vanuit overigens geldig bevonden, bewezen theoriën, die zal blijven bestaan zolang het tegendeel niet is bewezen. Evenzo is de geldigheid van mijn gedachte, (aanname) dat zwaartekracht en massa het resultaat zou zijn van kwantumverstrengeling, afhankelijk van eventuele letterlijke bewijzen daarvan. Tot dan is het niets anders dan een gedachtenexperiment, waarvan jij net als ik, graag gebruik maken merk ik. Daarmee bieden we openingen en visies aan voor alternatieve benaderingen. En ongeacht de waarde van deze openingen, kan de link tot nieuwe theoretische benaderingen, leiden tot nuttige inzichten. Mijn geest is zo flexibel als de ruimte zelf, ik sta wijd open voor het nieuwe, dus spui jouw visies en ik zal proberen ze te volgen.

  4. Indien deeltjes kwantum verstrengeld zijn, is het dus theoretisch mogelijk dat er ook een 2e aarde bestaat.
    Eén waarop wij leven en één voor synchronisatie, of leven wij op de synchronisatie aarde?
    Zeker als het universum (super) symmetrisch zou zijn, is het bovenstaande een logisch gevolg (anders geen symmetrie).

    Zouden onze gedachten (onze geest) ook kwantumverstrengeld kunnen zijn?

    Hoe ontstaan dejaveus? (misschien door ‘synchronisatie’ problemen?)

    1. Dat doet mij denken aan de film ” Timeline “, naar de novelle van Michael Crichton. De novelle (SF roman) is geschreven volgens het concept ; dat de aarde en het universum daaromheen, zowel in het verleden als in het heden blijft voortbestaat, alle momenten tegelijkertijd. Elk moment heeft z’n eigen frequentie synchronisatie, en correspondeert met de ingestelde tijdmachine, die volgens het principe van een soort 3D fax werkt. Dan hebben we nog ” De Einstein Code “, geschreven door Adam Fawer.
      Het is een mix van feiten over kansberekening, waarschijlijkheidsleer, kwantumfysica en psychologie, in de traditie van Michael Crichton. In tegenstelling tot het concept van Crichton, waarbij de personen zelf de frequentie van een aarde in het verleden bereiken, gaan in het concept van Fawer, de personen in de geest naar heden, verleden, en toekomst. Dit onder invloed van een nieuw zogenaamd experimenteel medicijn tegen epilepsie. Tot zover de theoretische kwantumverstrengeling in lichaam en geest, maar het blijft een leuk concept op zich natuurlijk. Of onze gedachten ook door middel van kwantumverstrengeling, symmetrisch kunnen lopen met een zogenaamde identieke tegenhanger, of tegenhangers, daar kun je theoretisch over discussiëren. Maar we moeten de praktijk afwachten voor serieuze resultaten. De meningen daarover zijn verdeeld, maar voorzover mij bekend is dit in de realiteit nog niet gepresteerd. Als mocht blijken dat deeltjesverstrengeling in de praktijk, een manier kan zijn om massa en zwaartekracht op te heffen, dan komt natuurlijk dit vraagstuk sowieso prominent aan de orde. Een theoretische versnelling van 0 tot lichtsnelheid in een ruimteschip, zou de bemanning nooit kunnen ondergaan, zonder aan dezelfde processen van deeltjesverstrengeling onderhevig te zijn geweest. Ook hun massa impulsmoment zou nul moeten zijn, anders heeft het geen zin zo’n schip te bouwen, met dergelijke acceleratie capaciteiten. Leuk onderwerp Einstein.

    2. @ Einstein01.

      Wat jij schrijft over de relatie tussen kwantumverstrengeling en onze gedachten, is voor mij ook een gebied waar ik de nodige vragen heb. Mijn studie parapsychologie is autodidact geweest, maar bevatte over tientallen intensieve jaren van studie, geen verklaring van kwantumspirituele aard. Als moderne en zeer getalenteerd universitaire inspiratiebron, zou Julie hier een antwoord van betekenis kunnen geven. Wel kan ik jou een aantal auteurs van serieuze werken op dit gebied aanraden, maar met behulp van hun kom je er ook niet uit. Het blijven gewoon nooit te bewijzen verschijnselen, ongeacht met welke logica je ze ook benaderd. Deja vu’s vallen onder proscopische waarnemingen, en ik heb ze ook regelmatig. Het lijkt dan of ik ergens al eerder ben geweest. Een retroscopische waarneming doet precies hetzelfde, maar hoe trek je de vergelijking met heden en verleden op de tijdschaal, in een bewijsbare vorm en gebeurtenis. Je moet dan de hele geschiedenis van een specifieke omgeving kennen, en laat dat nou juist het verschijnsel deja vu in de hand werken. De verschijning of waarneming wordt dan een katalytische exteriorisatie genoemd, waarbij jouw aanwezigheid de katalysator van een waarneming is. Dan heb je nog de pro-existentiële manifestatie, waarbij je nog veel minder grond voor betrouwbare waarnemingen onder je voeten hebt, want je kunt net zo goed een hallucinatie hebben, ook die kun je nooit voor echt aan iemand slijten. Bovenstaande uitdrukkingen heb ik met veel tegenzin in de loop der jaren uitgekauwd, uit de werken van professor Hans van Praag, met een leerstoel in de parapsychologie. Dan heb ik nog de werken van Lynn Schroeder en Sheila Ostrander, “Parapsychologische ontdekkingen achter het ijzeren gordijn” en “Superstudie”. Je wilt niet weten wat je daar allemaal in aantreft, maar veel leesplezier beloof ik je niet, laten we in de realiteit blijven, denk ik zo…….

  5. Timeline heb ik niet gezien, maar zal er eens naar opzoek gaan, bedankt voor de info.

    Zeg Alfa, heb jij weleens aan de wet van Archimedes gedacht, om hiermee de werking van het universum te verklaren? (als basis-uitgangspositie)
    De aarde ‘ondergedompeld’ in een magnetisch veld, ondervind een kracht uit alle richtingen van dit magnetisch veld?

    Mijn inziens heeft Archimedes anti-zwaartekracht ontdekt en heeft Newton zwaartekracht onjuist omschreven (dit komt door de illusie).
    Wat denk jij?

    1. @ Einstein01.

      Grappig uitgedrukt ; die vergelijking met de opwaartse kracht van Archimedes verplaatste vloeistofvolumes, magnetische velden, en de zwaartekracht. Als je echter de zwaartekracht opheft in een vloeistof, dan is de opwaartsekracht erin gelijk aan nul. Zou je een bol vloeistof in een magnetische sfeer plaatsen, ( bolvormig veld ) die eenzelfde invloed heeft als zwaartekracht, dan zou het er maar net aan liggen in welke positie het vloeistof verplaatsende lichaam zich bevindt, ten opzichte van het centrum van de vloeistofbol. Ik bedoel daar mee te zeggen dat elk lichaam met drijfvermogen dan overal heen kan schieten vanuit het midden van die bol. En dat met een kracht die gelijk is aan de theoretische invloed van jouw magnetisch veld. Een druk uitgeoefend op een vloeistof, verplaatst zich namelijk in alle richtingen met gelijke kracht. Zwaartekracht daarentegen, staat loodrecht op het centrum van een massa, en neemt af tot nul naarmate je dit centrum nadert. Daarom kan de vergelijking niet opgaan met een magnetisch veld, maar ik blijf hem leuk vinden. Overigens, waarom vindt jij het equivalentieprincipe onzin. Het klopt toch dat de valsnelheid in relatie tot de verschillen in massa gelijk is, ook al overbrugd een grotere massa deze afstand eerder?

  6. Wel te bedenken dat de gyroscoop extreemst gevoelig is en dus minste verstoringen kunnen mee spelen als vibraties en resonaties van de draaiende schijf als mogelijk zelfs minmaalste rek en krimp door temperatuurinvloeden of asymmetrie daar in.Er is veel te weinig rapportage om een betrouwbaar idee te krijgen omtrent experiment en opzet…ÈN men heeft het elders NIET kunnen herhalen en dat is toch heel veel zeggend!

Laat een reactie achter