Germen Roding

Hoofdredacteur en analist (Visionair.nl) Expertise: Wageningen Universiteit, tropisch landgebruik met specialisaties plantenteelt en visteelt (master), natuurkunde (gedeeltelijke bachelor), informatica (praktijkervaring)

Zonne-energie farm in de woestijn. Enkele tienden van procenten van het landoppervlak is reeds voldoende.

Afschaffen fossiel kan al over twintig jaar

Twee tot drie miljoen levens per jaar redden, schone lucht en geen bloederige oorlogen om aardolie meer, terwijl we niet meer aan energie uitgeven dan nu. Al met onze bestaande technieken kunnen we in twintig, hooguit veertig jaar volledig overstappen op duurzame energie. Zon, wind en water kunnen in al onze energie voorzien, zeggen experts. Zelfs als er nu geen enkele technische doorbraak meer wordt gerealiseerd. Oliesjeiks kunnen dus maar beter snel een andere inkomstenbron zoeken…

Mark Z. Jacobson is hoogleraar civiele en milieutechniek aan de Californische universiteit Stanford. Niet iemand dus die je zou verdenken van hippie-sympathieën. Met transportonderzoeker Mark Delucchi van de Davis Universiteit van Californië (Nederlanders zullen zich thuisvoelen in de fietsrijke stad Davis) publiceerde hij een studie hoe de olieloze wereld van 2030 er in grote lijnen uit zal zien.

Zonne-energie farm in de woestijn. Enkele tienden van procenten van het landoppervlak is reeds voldoende.
Zonne-energie farm in de woestijn. Enkele tienden van procenten van het landoppervlak is reeds voldoende.

Grote zonnefarms in woestijnen als die in Arizona en Texas (voor Europa liggen Zuid-Spanje en eventueel de Sahara voor de hand, India heeft de Thar-woestijn en China de Gobi-woestijn)  wekken het grootste deel van alle energie op. Windmolens leveren de rest terwijl waterkracht ten procent voor haar rekening neemt. Geothermische energie (aardwarmte) en golfslaggenerators leveren de rest.

Energiegebruik in 2030
Vliegtuigen vliegen in 2030 op waterstof in plaats van kerosine. Dat kan ook heel goed: waterstof levert per kilo drie keer zoveel energie als kerosine en bespaart zo veel gewicht en dus brandstof. Wel moet de tank veel groter zijn.
Voertuigen, schepen en treinen werken op elektriciteit of waterstofbrandstofcellen. Huizen worden verhit en gekoeld met warmtepompen op elektriciteit. Steenkool en aardgas zijn niet meer nodig.

Het plan leidt op korte termijn al tot een energiebesparing van dertig procent. De reden: directe omzetting in elektriciteit is veel efficiënter dan verbranding. zelfs de beste verbrandingsmotor haalt misschien dertig procent conversie, terwijl elektromotoren dicht bij de honderd procent zitten en brandstofcellen (die de elektriciteit opwekken) ook ruim boven de zestig procent zitten.

Zon en wind met hydro als accu
In hun visie vullen wind- en zonne-energie elkaar aan. Hoe minder zon, hoe meer wind. Het is dus verstandig om investeringen in beide uit te balanceren.

Wind waait vooral als er weinig zon is, dus kan zonne-energie aanvullen. Door windmolens op zee te plaatsen kan het landgebruik nog verder omlaag.
Wind waait vooral als er weinig zon is, dus kan zonne-energie aanvullen. Door windmolens op zee te plaatsen kan het landgebruik nog verder omlaag.

Plotselinge pieken kunnen worden opgevangen met hydroelectriciteit:  in de praktijk, een stuwmeer leeg laten lopen als er behoefte in aan veel stroom. Zij zien waterstof als energiebuffer: zodra er een overschot aan energie is wordt deze gebruikt om waterstof op te wekken voor voer-, vaar- en vliegtuigen.

Grondstof- en landgebruik
Bij hun berekeningen zijn ze uitgegaan van de bekende hoeveelheden grondstoffen. Zelfs schaarse grondstoffen als platina en zeldzame aardmetalen bleken geen bottleneck te vormen. Het beroep op land valt mee. Ongeveer vier tiende procent van het land wordt in beslag genomen door de installaties en nog eens zes tiende procent om windmolens ver genoeg uit elkaar te kunnen plaatsen.

Essentieel voor het plan is een wijdvertakt netwerk van elektriciteitskabels dat elektriciteit van plaatsen met overschotten naar plaatsen met energietekort kan transporteren.

Beide onderzoekers denken dat een bedrag ter grootte van wat aan het Apollo-project is uitgegeven voldoende is om de Verenigde Staten te veranderen in een groene economie.

Bronnen
Providing all global energy with wind, water and solar power
ibid, deel 2
World Can Be Powered by Alternative Energy, Using Today’s Technology, in 20-40 Years, Experts Say
Perspublicatie van Stanford

Eén van de dertien raadselachtige botsingen.

Kandidaatdeeltje donkere materie gevonden?

De spanning loopt op bij de LHC-onderzoekers in Genève. Geen wonder. Uit drieduizend miljard botsingsproeven, gedaan in de compact muon solenoid-detector, zijn ondertussen een dertiental afwijkende botsingen gezeefd. De resultaten zijn het makkelijkst te verklaren door aan te nemen dat de lichtste van de hypothetische sparticles, voorspeld door de supersymmetrie theorie, echt bestaat.

Supersymmetrie
Op dit moment zijn er twee grote natuurkundige theorieën. Einsteins algemene relativiteitstheorie die de zwaartekracht beschrijft en het standaardmodel, dat bestaat uit de drie kwantumveldtheorieën die de overige drie krachten: de elektromagnetische kracht (QED), de zwakke kracht en de sterke kracht(QCD) beschrijven.

Eén van de dertien raadselachtige botsingen.
Eén van de dertien raadselachtige botsingen.

Alle pogingen om algemene relativiteit te verzoenen met het standaardmodel hebben gefaald. Wel is de speciale relativiteitstheorie naadloos in de kwantumelektrodynamica verwerkt.

Volgens de supersymmetrie theorie (SUSY) kent ieder deeltje uit het Standaardmodel een superpartner: zo heet een superelektron een selectron, een superquark een squark enzovoort.

Superdeeltjes, sparticles, verschillen van normale deeltjes omdat hun spin, ‘draairichting’, een half afwijkt van die van normale deeltjes. Het gevolg: bosonen veranderen in fermionen en andersom. Je krijgt dan heel vreemde materie: lichtdeeltjes (fotino’s) die elkaar afstoten en superneutronen die door elkaar heen kunnen vliegen. Super-atomen en super-levensvormen zien er (als ze al bestaan) heel anders uit dan die van ons. En kunnen dwars door ons heen vliegen zonder dat we het merken.

Deze superpartners hebben voor kosmologen de prettige eigenschap dat ze alleen maar door de zwaartekracht waar te nemen zijn, een ideale kandidaat voor de mysterieuze donkere materie dus zonder dat ze hun toevlucht hoeven te zoeken tot alternatieve zwaartekrachtstheorieën als MOND. Om het prille geluk helemaal compleet te maken: het lichtste sparticle  is ook stabiel.

In de Large Hadron Collider worden protonen, waterstofkernen, met extreem hoge energie met elkaar in botsing gebracht. De filosofie achter de proeven is dat in een klein deel van de gevallen de botsingsenergie zal worden gebruikt om nog onbekende deeltjes te produceren.

Een deeltje dat op bijna geen enkele wijze reageert met ‘normale’  materie is behalve door de zwaartekrachtswerking, maar op één effectieve manier waar te nemen: door het plotseling verdwijnen van energie en moment (beweging maal massa), op het moment dat het gevormd wordt. Op deze manier is het neutrino ook ontdekt.
Dit is precies wat er in de dertien botsingen gebeurd is. Er is precies zoveel energie en moment verdwenen als volgens de supersymmetrietheorie wordt voorspeld.

Dertien is niet erg veel en om een statistisch significant meetresultaat te bereiken moeten de botsingsproeven nog even doorgaan. Dat dit een veelbelovende eerste ontwikkeling is op weg naar een nieuwe natuurkunde, staat echter buiten kijf.

NGC 2998 kent nauwelijks een bobbel. Een mooie test om vast te kunnen stellen of donkere materie misschien iets te maken heeft met zwarte gaten.

Bestaat donkere materie wel?

Wetenschappers hebben verbanden gevonden tussen de grootte van het zwarte gat in het centrum van een melkwegstelsel en de omvang van de “bobbel” in het centrum van een melkwegstelsel. Ook vonden ze verbanden tussen de grootte van de spiraalschijf en de hoeveelheid donkere materie. Wat echter ontbreekt, blijkt uit de nieuwste analyses, is een verband tussen de grootte van het zwarte gat in het centrum en de hoeveelheid donkere materie.

Dat is vreemd. Immers: als er vijf keer zoveel donkere materie is als zichtbare materie (wat de meeste kosmologen geloven), zou je verwachten dat er veel meer donkere materie dan zichtbare materie door zwarte gaten opgeslokt zou worden, m.a.w. dat er een sterk verband bestaat tussen de hoeveelheid donkere materie en de grootte van de zwarte gaten.

NGC 2998 kent nauwelijks een bobbel. Een mooie test om vast te kunnen stellen of donkere materie misschien iets te maken heeft met zwarte gaten.
NGC 2998 kent nauwelijks een bobbel. Een mooie test om vast te kunnen stellen of donkere materie misschien iets te maken heeft met zwarte gaten.

In een nieuwe analyse hebben de Duitse astronomen John Kormendy en Ralf Bender aan het Duitse Max Planck Instituut voor buitenaardse fysica het antwoord gevonden. Ze bestudeerden zes naburige melkwegstelsels die wel een zwart gat bevatten maar geen bobbel, zoals de hier getoonde NGC 2988. Ze deden dit om te kunnen vaststellen of bij het ontbreken van de gebruikelijke correlatie met een bobbel (zoals bij deze zes ontbrak), zwarte gaten wellicht worden verklaard door de hoeveelheid donkere materie. Voorlopige conclusie: een dergelijke correlatie is afwezig.  Hoeveel donkere materie ook aanwezig is, het heeft geen invloed op de grootte van zwarte gaten.  Er bestaat slechts een correlatie met het melkwegstelsel zelf: hoe groter het melkwegstelsel, hoe groter het zwart gat.

Dit is uiteraard koren op de molen van de aanhangers van de zwaartekrachtstheorie MOND, modified Newtonian dynamics. Volgens hen bestaat er helemaal geen donkere materie. De reden dat er iets als donkere materie lijkt te bestaan, heeft domweg te maken met het gedrag van de zwaartekracht, dat volgens MOND heel anders is op enorme afstanden zoals die in de Melkweg. De implicaties van het niet bestaan van donkere materie zouden enorm zijn. Bestaat er niet iets als donkere materie, dan kunnen heel wat kosmologische theorieën op de schroothoop. Onze voorspellingen over hoe het heelal er in de verre toekomst uit zal zien, kloppen dan bijvoorbeeld niet meer.

Bron: ArXiv blog

De invoering van de OV-chipkaart kostte al miljarden. Toch werkt het systeem nog steeds niet.

Gratis openbaar vervoer oplossing verkeersprobleem

Door de naweeën van het geblunder van het minst visionaire kabinet van de afgelopen twintig jaar (en dat wil wat zeggen) hebben we nu in feite gratis openbaar vervoer, althans voor even. Misschien een goed moment om na te denken over de gevolgen van gratis openbaar vervoer. Daar zitten namelijk de nodige voordelen aan…

Betaalsystemen zijn lastig
Betaalsystemen zijn duur. Het geblunder van het vorige kabinet met de OV-chipkaart kostte miljarden euro’s. Iedere chauffeur moet uitgerust zijn met een pasjesscanner plus contant geld kunnen verwerken.

De invoering van de OV-chipkaart kostte al miljarden. Toch werkt het systeem nog steeds niet.
De invoering van de OV-chipkaart kostte al miljarden. Toch werkt het systeem nog steeds niet.

Hiermee komen we op het volgende nadeel van betaalsystemen: berovingen, fraude en diefstal. Chauffeurs moeten voldoende wisselgeld bij zich hebben om passagiers die contant een kaartje willen kopen, geld terug te kunnen geven. Dat levert een groot veiligheidsrisico op. Omdat het bij pasjesscanners om ingewikkelde en vaak experimentele systemen gaat, zijn ze zeer storingsgevoelig.

Omdat deze systemen niet waterdicht zijn, moet ook intensief gecontroleerd worden op zwartrijders. In de praktijk betekent dat, dat ploegen controleurs alle passagiers na moeten lopen. Dit wekt veel agressie op, waardoor het ziekteverzuim onder controlerend personeel hoog is.

Wegen in Nederland raken steeds meer verstopt
Op dit moment zitten we dicht aan tegen de grens van de capaciteit van ons wegennet. Ons land is maar klein en kent nu al de grootste wegendichtheid van Europa. Kortom: nieuwe wegen aanleggen is ook geen oplossing, want de ruimte er voor ontbreekt steeds meer. We kunnen weliswaar overgaan tot de invoer van rekeningrijden, thuiswerken en verschillende openingstijden van kantoren, maar deze oplossen kennen ook de nodige nadelen. De beste oplossing is dat minder mensen gebruik hoeven te maken van de wegen.

Gratis openbaar vervoer: de gevolgen
Op dit moment worden vier keer zoveel reizigerskilometers afgelegd per auto als per openbaar vervoer. Als het percentage mensen dat gebruik zou maken van het openbaar vervoer (voor langere afstanden is dat in de praktijk de trein) zou verdubbelen, zou dit de fileproblemen definitief oplossen. Ook zou dit het gebruik van fossiele brandstoffen (en hiermee onze afhankelijkheid van dictatoriaal geregeerde olielanden) enorm verminderen. Treinen rijden al op elektriciteit en ook bij bussen is de omschakeling naar elektrisch makkelijker dan voor particulieren.

Aanpassen openbaar vervoer
Helaas zit ook ons spoornet dicht tegen de maximale capaciteit aan, maar dat is op te lossen door meer dubbeldektreinen in te zetten en meer lange-afstand busverbindingen tijdens de spits in te stellen. Door de spitsstroken te veranderen in speciale snelbusstroken en hierop een maximumsnelheid van tweehonderd kilometer per uur in te voeren, kan dit bereikt worden.

In Gurgaon, de yuppenvoorstad van New Delhi, gaan onbemande taxi's rondrijden.
In Gurgaon, de yuppenvoorstad van New Delhi, gaan onbemande taxi's rondrijden.

De openbaar-vervoer dichtheid in kleinere plattelandskernen kan op deze manier zo verhoogd worden, dat er een einde komt aan de leegloop van het platteland. Als betaling niet meer nodig is, kunnen anders onrendabele lijnen ook onbemand via een geleidesysteem.

Ook kan gedacht worden aan bussen en treinen waarvan de capaciteit op eenvoudige manier is te verveelvoudigen. Wagons met alleen staanplaatsen bijvoorbeeld met klapstoeltjes die alleen buiten de spits kunnen worden gebruikt of door bijbetaling. Hierbij kan gebruik worden gemaakt van goedkope, eenvoudige wagens zonder storingsgevoelige technische hoogstandjes (de reden voor de voortdurende pech met materiaal). Laten we technische creativiteit liever in een fundamenteel nieuw idee steken dan in het onnodig opleuken van bestaande concepten.

De enorme supercomputer Columbia van NASA slurpt nu nog megawatts aan energie. Dit wordt anders, stellen informatietheoretici Himanshu Thapliyal en Nagarajan Ranganathan.

Terugrekenen stopt energiegebruik

Goed nieuws voor hen die zich zorgen maken over het exploderende energiegebruik van stroomvretende computers en serverparken. Omkeerbare rekenlogica kan in theorie het energieverbruik van een computer terugbrengen tot nul. Helaas zitten er nog heel wat haken en ogen aan het in de praktijk brengen van dit idee, maar de gevolgen zouden enorm verstrekkend zijn. Ook in de verre toekomst. Leven kan dan namelijk bestaan zonder energieverbruik…

Computers slechts voor 0,000001% efficiënt
Op dit moment is de discussie academisch. Op dit moment wordt slechts een honderdmiljoenste deel (dat is een één met acht nullen er achter) van het totale vermogen van een computer gebruikt om de daadwerkelijke berekening te produceren. De rest is in feite overbodig: weerstand, bewegende mechanische onderdelen en dergelijke.

Rekenen, wanorde en warmte

Informatie staat gelijk aan wanorde (entropie, zegt een natuurkundige). Een maat voor wanorde is namelijk hoeveel informatie je nodig hebt om een systeem te beschrijven.
Je kan een bak met een laag van duizend witte knikkers onder een laag van duizend zwarte knikkers in minder woorden precies beschrijven dan een bak waarin de zwarte en witte knikkers lukraak door elkaar liggen. Anders geformuleerd: stel dat je bak met knikkers een bepaalde boodschap bevat, bijvoorbeeld in morse-code. waarbij één zwarte knikker staat voor een punt en twee zwarte knikkers voor een streep.  Hoe langer de boodschap in je bak, hoe wanordelijker de knikkers door elkaar lijken te liggen.
Het verband gaat nog dieper: de entropie is maximaal als je je informatie optimaal gecomprimeerd hebt. Vandaar dat het begrip entropie niet alleen in de natuurkunde, maar ook in de informatietechniek opduikt.

Vallende suikerkorrel drijft pc aan

Hoe kleiner computers worden, hoe dichter de thermodynamische limiet wordt benaderd, dus een hoe groter percentage van alle energie die een computer gebruikt, daadwerkelijk in een berekening terecht komt. Stel je bereikt die limiet, dan kan je een computer met het rekenvermogen van een moderne pc laten lopen op minder dan een microwatt vermogen (het vermogen dat nodig is om een flinke suikerkorrel in de lucht te houden). Je zou dan door te trappen op een hometrainer een tiende van alle pc’s in de hele wereld van energie kunnen voorzien.

De enorme supercomputer Columbia van NASA slurpt nu nog megawatts aan energie. Dit wordt anders, stellen informatietheoretici Himanshu Thapliyal en Nagarajan Ranganathan.
De enorme supercomputer Columbia van NASA slurpt nu nog megawatts aan energie. Dit wordt anders, stellen informatietheoretici Himanshu Thapliyal en Nagarajan Ranganathan.

Gratis berekening
Dit is natuurlijk al heel mooi, maar van een nieuwe theoretische doorbraak van informatietheoretici Himanshu Thapliyal en Nagarajan Ranganathan (universiteit van Zuid Florida)  zijn de gevolgen pas echt hallucinerend.

Houd je vast. Je kan namelijk het energieverbruik terugbrengen tot precies de informatieinhoud van het eindresultaat door vanuit alle resultaten waar je niets aan hebt, weg te gooien. Ja, u leest het goed. Een energietechnisch gezien gratis berekening. Vergelijk het met een magische fabriek waar je afval ingooit en kant en klare auto’s, kleding en huisraad voor terugkrijgt (en alleen het energieverschil tussen het afval en de producten hoeft te betalen).

Terugrekenen en logisch omkeerbare poorten
Het geheim: inverse computing, terugrekenen. Dat kan met omkeerbare logische poorten (logische poorten zijn de basiselementen van iedere computer).

Op dit moment bestaan die omkeerbare poorten (m.u.v. de NOT-poort) nog niet. Een eis aan een omkeerbare poort is dat deze geen informatie weggooit. Standaard logische poorten zoals die in bestaande computers (bijvoorbeeld een OR-poort, die ‘waar’ zegt als ingangssignaal 1 of ingangssignaal 2 waar zijn) gooien informatie weg: stel je weet dat een OR-poort ‘waar’ zegt, dan weet je niet of de poort ja zegt omdat ingangssignaal 1 waar is of omdat inganggsignaal 2 waar is. Die informatie is verloren gegaan, weggegooid. Je kan dan niet meer terugrekenen. Al onze bestaande poorten gooien informatie weg en zijn dus onbruikbaar voor reverse computing.

Logische poorten
De computers zoals wij ze kennen doen in feite niets anders dan bits, die elk bestaan uit een nul of een één, met elkaar vergelijken. Dat vergelijken gebeurt in logische poorten. In de chips van een pc zitten er vijf: AND, OR, NOT, XOR en XNOR.
Een AND (en)-poort geeft een 1 (waar) als de eerste en de tweede bit allebei 1 (waar) zijn. Anders een nul (onwaar).
Een OR (of)-poort geeft een 1 als de eerste bit, de tweede bit of allebei bits 1 zijn.
Een XOR (exclusive OR, wat wij in het dagelijks leven met ‘of’ bedoelen)  geeft een één als de eerste bit verschilt van de tweede bit (dus nul en een of een en nul), anders een nul.
De XNOR (exclusive not or) geeft juist een 1 als beide bits aan elkaar gelijk zijn en anders een nul.
De NOT-poort, tenslotte, kent maar één bit als invoer en keert die om. Dus nul wordt één en andersom. Bij alle poorten met uitzondering van NOT wordt er dus informatie weggegooid, je kan niet terugrekenen.

Foutcorrectie
Door de beginwaarden terug te berekenen van het eindresultaat kan wordt getoetst of de berekening wel klopt. Dat kan met inverse logische poorten. Goed nieuws is dat voor kwantumcomputers inverse poorten toch al vereist zijn. Het lijkt er dus op dat met de komst van kwantumcomputers we foutcorrectie en nul energieverbruik gratis meekrijgen.

Verre toekomst
Als alle sterren zijn opgebrand en er nauwelijks of geen vrije energie meer is, kan intelligent leven dus toch nog voortbestaan. In deze virtuele wereld zou het ervaren doorgaan alsof we nog in een reële wereld leven. Wel voor een prijs: er zou gemeten over de tijd niets veranderen, de kwantumstaat zou altijd hetzelfde blijven. Het leven zou voor eeuwig slapen tot het door een bepaald proces, een reiziger uit een ander heelal misschien, uit zij slaap wordt gewekt.

De pauwenengel Melek Taus speelt een belangrijke rol in het Jesidi-geloof. Jezidi's zijn net als christenen en andere niet-islamitische minderheden hun leven steeds minder zeker in Irak.

Immigranten moeten meer uitgebuit worden

Immigranten moeten meer uitgebuit worden. Het Nederlandse immigratiebeleid – gebaseerd op angst (rechts) en medelijden (links) is stevig aan herziening toe.

Op dit moment worden alleen mensen toegelaten op zogeheten humanitaire gronden, zoals gezinshereniging. Dat na een jarenlange, vernederende procedure. Mensen die het beste in staat zijn om procedures te traineren, het meeste zaniken over hun rechten, strategisch trouwen (doorgaans een gearrangeerd huwelijk)  en de dikste olifantenhuid hebben – niet de mensen die je nodig hebt voor een kenniseconomie – hebben de meeste kans hier terecht te komen.

Het gevolg: creatieve, kansrijke high potentials waar Groen Links het meest dol op is knappen af;  juist de mensen waar de PVV het bangst voor is – laagopgeleide, oerconservatieve, overwegend islamitische immigranten uit primitieve plattelandsgebieden – worden aangetrokken. Kortom: ons immigratiebeleid is stevig aan herziening toe. Immigranten moeten meer uitgebuit worden.

Immigratie als kostenpost
Uit onderzoeken van onder meer Nyfer (in opdracht van de PVV), het CBS en Elsevier is gebleken dat de instroom van immigranten per saldo de Nederlandse samenleving meer dan tweehonderd miljard euro heeft gekost, een bedrag zo hoog als de totale Nederlandse staatsschuld (althans, voordat falende bankiers met miljardensteun op de been geholpen moesten worden). Al eerder publiceerde de controversiële onderzoekseconoom Pieter Lakeman het boek Binnen zonder kloppen met soortgelijke strekking.

Het blijkt uit deze onderzoeken dat vooral laagopgeleide immigranten uit islamitische landen Nederland geld kosten. De reden is dat zij vaker dan gemiddeld werkloos zijn, laaggeschoold werk met weinig toegevoegde waarde verrichten en vaak andere laaggeschoolde immigranten (familieleden, dorpsgenoten en dergelijke)  hier naartoe halen, de zogenoemde kettingmigratie.

De reden: het negatieve immigratiebeleid
Immigranten worden gezien als probleemgevallen, die om humanitaire redenen binnengelaten moeten worden. De IND doet haar uiterste best om te voorkomen dat mensen die niet zielig genoeg zijn binnengelaten worden en dat mensen die heel zielig zijn, niet onterecht uitgezet worden.

Het gevolg: er wordt erg veel tijd verspild aan het controleren van asielverhalen. Er is een complete mensenhandelindustrie ontstaan waarin specialisten immigranten aanleren met welke verhalen ze het meeste kans maken door de IND-procedures te komen. Het kost een immigrant al gauw een halve ton om aan een Nederlandse verblijfsvergunning te komen.

Ook huwelijkspartners uit het rijke westen zijn gewild. Een dochter met een Nederlands paspoort doet in het arme Oost-Anatolië al gauw een halve ton.

Zielige immigranten bestaan nauwelijks
Nederland grenst niet aan landen waar de mensenrechten op grote schaal worden geschonden. Immigranten hebben er vaak al een lange reis op zitten vanuit landen als Irak, Afghanistan of Somalië.
Een dergelijke reis is niet goedkoop. Mensenhandelaren vragen tienduizenden euro’s voor de reisbegeleiding en valse papieren. De armsten vluchten naar een naburig land of worden binnenlandse vluchteling. Een rijke vluchteling uit een dergelijk land kan voor het bedrag dat hij uitgeeft voor een verblijf in het rijke westen, uiteraard ook een goed bestaan opbouwen in eigen of een naburig land.

immigranten moeten meer uitgebuit worden

Er zijn enkele uitzonderingen.

Ex-moslims, mensen die zich bekeerd hebben tot een ander geloof dan het islamitische of atheïst zijn geworden, zijn hun leven niet zeker.

In veel islamitische landen staat de doodstraf (Afghanistan, Iran, Saoedi-Arabië) of zware gevangenisstraf (Maleisië, Egypte) op afvalligheid.

Hoewel homoseksueel gedrag in islamitische landen veel voorkomt, rust er een groot taboe op openlijk uitkomen voor een homoseksuele geaardheid. Ook zien we steeds meer vervolging van niet-islamitische minderheden, zoals hindoes, christenen, Baha’i en Jesidi.

Deze mensen zijn niet veilig in hun land van herkomst of een ander islamitisch land. Er is dus een goede reden om deze groepen mensen als politiek vluchteling toe te laten.

Ook moet er veel meer ontwikkelingshulp worden gegeven om landen die vluchtelingen in eigen regio opvangen te steunen. Vooral in Afrika staat die landen zelf al het water tot aan de lippen.

De oplossing: een zelfzuchtig immigratiebeleid. Immigranten moeten meer uitgebuit worden

Immigratielanden als Canada en Australië kennen een puntensysteem. Alleen mensen met voldoende punten komen het land binnen. Je kan punten ‘verdienen’ met vloeiend Engels of Frans spreken, een hoge opleiding of vakkennis waar in het land behoefte aan is. Ook een jonge leeftijd en het hebben van kinderen is een voordeel (dus ik heb pech gehad). In het Verenigd Koninkrijk en de VS wordt een kapitaaleis gesteld: een goede manier om succesvolle ondernemers (en in ieder geval een sloot geld) binnen te halen.

Voordelen van het eisen van hoge opleidingen
Een opleidingseis heeft drie voordelen.
Je zift de slimme mensen er uit (er zijn genoeg slimme mensen zonder opleiding, maar om een universitaire opleiding met goed gevolg af te kunnen leggen moet je over twee kwaliteiten beschikken die je graag in een immigrant ziet: intelligentie en/of veel doorzettingsvermogen). Ook hoeft Nederland niet meer te investeren in het bijscholen (en leert een intelligente immigrant veel sneller Nederlands). Tot slot is er ook een voordeel voor het land van herkomst: er ontstaat een enorme impuls om te investeren in scholing in plaats van in criminele mensenhandelaars. Ook als de student van mening verandert, heeft het land er een hoogopgeleide met nuttige kennis bij.

In deze landen zijn legale immigranten daarom geen kostenpost, maar vaak een enorme verrijking voor de economie en de samenleving.

Immigranten moeten meer uitgebuit worden. Het Nederlandse immigratiebeleid – gebaseerd op angst (rechts) en medelijden (links) is stevig aan herziening toe. We moeten daarom alleen mensen binnenlaten die ons land wat te bieden hebben. We moeten ze dan niet binnenlaten als criminelen, bedelaars of zielepoten, zoals nu gebeurt, maar van harte welkom heten als sterke, trotse en gewaardeerde mensen die hun paspoort van Nederland verdiend hebben door prestaties en kunde.

Goedkoop, handig en milieuvriendelijk. In China is de elektrische fiets een ongekend succesverhaal.

Derde wereldauto wordt elektrisch

Steeds meer mensen in de Derde Wereld kunnen zich een auto veroorloven. De kansen worden steeds groter dat dat een elektrische auto wordt. Goed nieuws ook voor ons, want hoe meer lithiumaccu’s er worden gemaakt, hoe goedkoper elektisch rijden ook voor ons wordt. Moeten bepaalde onaangename oliedictaturen straks een andere inkomstenbron gaan zoeken?

De Chinese lithium-revolutie
In China zijn elektrische fietsen razend populair. Geen wonder, ze zijn zuinig, goedkoop en gebruiksvriendelijk. Er worden er dertig miljoen van verkocht. Per jaar.

Goedkoop, handig en milieuvriendelijk. In China is de elektrische fiets een ongekend succesverhaal.
Goedkoop, handig en milieuvriendelijk. In China is de elektrische fiets een ongekend succesverhaal.

Tot voor kort werden ze uitgerust met zware loodaccu’s.

De Chinese overheid heeft nmu echter maximumgewichten voor elektrische fietsen vastgesteld waardoor fabrikanten massaal overstappen op lithium-ion accu’s.

Dat is goed nieuws, want hoe meer lithium-ion accu’s worden geproduceerd, hoe goedkoper ze worden.

Ook voor elektrische auto’s en andere toepassingen.

Wel wordt makkelijk winbaar lithium schaarser.

Koning Shell
In  talrijke welvarende, westerse landen bestaat er nog veel weerstand tegen de overschakeling op elektrisch.

Wikileaks onthulde dat de Nederlandse overheid zich het vuur uit de sloffen loopt voor Shell. Volgens hardnekkige geruchten is het koninklijk huis grootaandeelhouder.
Wikileaks onthulde dat de Nederlandse overheid zich het vuur uit de sloffen loopt voor Shell. Volgens hardnekkige geruchten is het koninklijk huis grootaandeelhouder.

Geen wonder: alleen in Nederland al brengt de brandstofaccijns zo’n negen miljard euro per jaar op en zoals bekend uit Wikileaks geniet oliegigant Koninklijke Olie/Shell een uitzonderingspositie die andere grote bedrijven niet genieten. Massale overschakeling op elektrisch betekent zowel verlies van bijna tien miljard aan accijns als ruzie met de Shell-top (en grootaandeelhouders van Shell, zoals volgens sommige hardnekkige geruchten het koninklijk huis uiteraard) die not amused zullen zijn.

India en China kiezen strategisch voor elektrisch
Gelukkig is de technische vooruitgang niet afhankelijk van visieloze Nederlandse politici. We zien dat in grote landen zonder veel eigen energiebronnen zoals India en China nu stevig door wordt gepakt. India kan door middel van thorium straks in een groot deel van zijn energiebehoefte voorzien. Elektrische auto’s voorkomen dat India en China aan het aardolie-infuus komen te liggen en uit worden gezogen door oliepotentaatjes zoals nu met Nederland gebeurt. Nederland importeert per jaar voor zeventien miljard euro aan olie en gas.

Megatrend: elektrisch vervoer
Dit geldt ook voor de meeste andere derdewereldlanden. Ze beschikken niet zoals de westerse landen in hun gloriedagen over de luxe van goedkope olie. Als je een energie-infrastructuur van de grond af op moet bouwen is de meest logische keuze niet  een dure, schaars wordende fossiele brandstof als aardolie, maar de in tropische landen overvloedig aanwezige zon of kernenergie.

Elektriciteit heeft als voordeel dat het in energietermen een “universele valuta” is. Wat voor energiebron je ook gebruikt, je kan deze altijd (met meer of minder rendement) omzetten in elektriciteit. Kortom: beschik je over weinig geld en nauwelijks infrastructuur, dan is de meest logische keus elektrisch.

In Europa verwachten we dat Frankrijk trendsetter zal zijn. Het land produceert 80% van zijn elektriciteit niet uit fossiel, maar d.m.v. kerncentrales. Maar de grootste trendsetters zullen, heel verrassend, toch de derde-wereldlanden zijn. Times are a changing…..

Of toch maar op de fiets?
De fiets is een fitness apparaat en vervoermiddel in één. meer gebruik van de fiets lost zowel het fossiele brandstof probleem als het gezondheidsprobleem voor een belangrijk deel op.

De Quest van fabrikant Velomobiel bereikt snelheden tot boven de vijftig kilometer per uur. Alternatief voor de auto?
De Quest van fabrikant Velomobiel bereikt snelheden tot boven de vijftig kilometer per uur. Alternatief voor de auto?

Cassandra Club denkt daarom dat de fiets het vervoermiddel van de toekomst zal worden. Wij denken dat binnen stedelijke gebieden de fiets ideaal is, maar dat de mogelijkheden voor langere afstanden uiterst beperkt zijn. Met de beste ligfietsen, zoals de Quest van Velomobiel, kan een fietser meer dan vijftig kilometer per uur rijden. Het wereldrecord staat op zeventig kilometer per uur. Vergeet alleen niet dat mensen door veel lichaamsbeweging meer gaan eten; landbouw kost ook veel fossiele brandstof.

Universitair onderwijs kan ook via internet gevolgd worden. Een uitkomst voor studenten uit afgelegen gebieden.

Internationale internetuniversiteit lost onderwijsprobleem op

Onze voornaamste hulpbron is niet aardolie, ijzererts of landbouwproducten, maar zit tussen onze oren. Massaal onderwijs in exacte vakken is essentieel om het menselijk potentieel van zeven miljard mensen te ontsluiten. Als iedere wereldbewoner door middel van een goedkoop laptopje contact kan maken met deze universiteit, kunnen we voor lage kosten alle voldoend intelligente mensen over de hele wereld voorzien van het gereedschap om de wereld een betere plek te maken.

De Toren van Babel van universitaire titels
Op dit moment is de internationale erkenning van academische titels beroerd geregeld. Zelfs binnen de Europese Unie bestond er tot voor kort nauwelijks wederzijdse erkenning van titels. Pas nu met de door de hele EU ingevoerde bachelors-masters structuur begint de internationale erkenning op gang te komen. Dit is vervelend, want vooral hoogopgeleide mensen zijn  erg mobiel en werken vaak in het buitenland. Ook leidt dit er toe dat hoogopgeleide vluchtelingen en asielzoekers jarenlang in vreemdelingendetentie moeten doorbrengen of eenvoudig werk ver onder hun niveau moeten doen terwijl er een schreeuwend tekort op de arbeidsmarkt is aan hooggeschoolde krachten. Niet erg visionair geregeld, kan je wel stellen.

Universitair onderwijs kan ook via internet gevolgd worden. Een uitkomst voor studenten uit afgelegen gebieden.
Universitair onderwijs kan ook via internet gevolgd worden. Een uitkomst voor studenten uit afgelegen gebieden.

VN bemoeit zich met de verkeerde dingen
De Verenigde Naties heeft in al die jaren sinds haar oprichting in 1948 niet indrukwekkend veel tot stand gebracht. Voor een groot deel is dit te wijten aan het te sterk gepolitiseerde karakter van de organisatie. Zo wordt een groot deel van de tijd verspild aan allerlei anti-Israël resoluties, gekrakeel over discriminatie van godsdiensten (islamitische obsessies) en klimaatverdragen (een westerse obsessie) waar vervolgens haast geen land zich aan houdt. Het belangrijkste politieke besluit van de VN – het universele verdrag voor de rechten van de mens – is reeds zestig jaar geleden aangenomen. Een internationale organisatie als de VN moet doen waar internationale organisaties het nuttigst voor zijn: dingen voor elkaar krijgen waarbij voor ieder land objectief een voordeel is te behalen. Het aantal van dergelijke issues is beperkt. Wetenschappelijk onderzoek, internationale ziektebestrijding, misschien snelle noodhulp en rampenbestrijding, bestrijding internationale misdaad en terrorisme, voorkomen van wereldwijde catastrofes en standaardisatie.

Voordelen van standaardisatie van titels
Standaardisatie van onderwijs zou dus een speerpunt voor de VN moeten zijn. Met één klap zou de scholing van derde-wereldlanden op het niveau dat relevant is in de ontwikkelde landen gebracht kunnen worden. Althans: er zou eindelijk een eenduidige maatstaf bestaan aan de hand waarvan hun onderwijs op voldoend hoog niveau gebracht zouden kunnen worden. Er zou één wereldwijd geldende universitaire titel bestaan waarmee in principe mensen wereldwijd aan de slag kunnen. De woedende demonstranten in Tunesië die nu niet aan het werk komen omdat hun diploma’s buiten Tunesië waardeloos zijn, zouden snel bijgeschoold kunnen worden en vervolgens via telewerken aan de slag kunnen. Mensenhandelaars zouden werkloos worden, in plaats daarvan zouden would-be immigranten investeren in een hoogwaardige opleiding.

Internationale internetuniversiteit
Veel landen zijn te klein of te arm (denk aan Tuvalu of Laos) om een goede eigen universiteit te stichten. Met internationaal tele-onderwijs en examencentra per land kan je een internationale universiteit oprichten. Iedereen met genoeg talent (aan te tonen door een toelatingsexamen met goed gevolg af te leggen) kan dan aan de universiteit studeren.

Om dit te verwezenlijken is niet heel veel nodig. Wereldwijd draadloos internet per satelliet bestaat al (denk aan het Iridium systeem en dergelijke). Dit kan je koppelen aan goedkope laptops (er bestaan al modellen van rond de honderd euro). Ook in landen die het qua geografie niet bepaald getroffen hebben (denk aan Mongolië, Bolivia of Nepal) kunnen zo arme plattelandsbewoners zich bijscholen tot op internationaal erkend niveau en daarna als telewerker harde valuta in het laatje brengen.

Om corruptie te voorkomen moeten examinatoren uit een ander land komen dan waar het examencentrum staat en iedere keer op door het toeval te bepalen wijze van plaats wisselen. begeleiding van studenten is duur. Dit kan voor een deel door gepensioneerde vrijwilligers met emeritaat. Deze moeten FAQ lijsten bijhouden waar de meest voorkomende vragen in staan. Als dingen onduidelijk zijn over een bepaalde paragraaf in een internettekst van de universiteit kan een hyperlink naar het FAQ item het duidelijker maken.

Mossen en libelles bereikten in het Carboon enorme groottes.

Kooldioxide redt aarde

Er ontstaan op dit moment steeds meer zorgen over het steeds toenemende CO2 gehalte in de atmosfeer. In feite is het lange-termijn probleem van de aarde heel anders: het steeds lagere CO2-gehalte in de lucht bedreigt over enkele honderden miljoenen jaren de biosfeer. Wat is er aan de hand?

Meer kooldioxide is meer regenwoud
Toen de aarde pas was ontstaan bevatte de atmosfeer van de aarde veel meer kooldioxide dan nu. Met het ontstaan van fotosynthese werd dit kooldioxide opgenomen, wat (denkt men) de eerste grote globale ijstijden veroorzaakte.  Deze waren veel erger dan die van twintigduizend jaar geleden: bijna de hele aarde, van pool tot evenaar, was overdekt met honderden meters dikke gletsjers. Ook gedurende latere episodes betekende het dalen van het CO2 gehalte slecht nieuws voor het leven, terwijl een hoog CO2-gehalte in de atmosfeer leidde tot een explosie van groen.

Libelles bereikten in het koolstofdioxiderijke Carboon enorme groottes. Bron Wikipedia

Zo was tijdens het vochtige en hete Carboon de aarde van de pool tot de evenaar overdekt met dichte wouden en konden er door het hoge zuurstofgehalte meterslange reuzenpissenbedden en libelles groter dan een duif rondscharrelen.

Direct na het verdwijnen van de dino’s kende de aarde de heetste periode in haar geschiedenis: het Paleoceen-Eoceen thermale maximum met oerwouden tot aan de poolcirkel. Er kwamen subtropische en tropische boomsoorten tot in Alaska en Groenland voor. De woestijnen waren veel kleiner dan nu; overvloedige regenbuien lieten het land druipen van het vocht. U moet de klimaatjokkebrokken die beweren dat hogere temperaturen leiden tot verwoestijning dus niet geloven. In al deze periodes zat er veel meer kooldioxide en vermoedelijk ook methaan in de atmosfeer dan nu.

Wel stond de zeespiegel veel hoger dan nu: honderd tot honderdvijftig meter. Van Nederland zou alleen Zuid-Limburg en misschien wat eilandjes in Twente en op de Veluwe overblijven. Vervelend voor ons (behalve voor de Zuid-Limburgers die geen leegstand meer hebben), maar het verdwijnen van de woestijnen weegt voor de biosfeer ruim op tegen de paar laagvlaktes die onderlopen. Ook zijn de ondiepe zeeën die dan ontstaan zeer vruchtbaar.

Voortdurende CO2-daling laat planten stikken
Wat dat betreft ziet het er in de veel verdere toekomst (we praten dan over honderden miljoenen jaren) somberder uit. Al honderden miljoenen jaren is het kooldioxidegehalte aan het dalen. De temperatuurdaling woordt gecompenseerd doordat de zon steeds feller is gaan schijnen.

De reden voor de CO2-daling: eroderende silicaatgesteenten absorberen steeds meer kooldioxide, waardoor er een CO2-tekort ontstaat voor planten. Ook neemt het vulkanisme (vulkanen zijn een bron van CO2)  steeds meer af naarmate er minder radioactief verval is in de aardkern (de uiteindelijke bron van de energie voor vulkanen). Nu al bestaat de helft van alle eiwitten in C3 planten (planten die CO2 rechtstreeks binden, de meeste plantensoorten, in plaats van in twee stappen zoals C4 planten als mais doen) uit het enzym rubisco dat maar één taak heeft: kooldioxide vangen.

Je kan de rol van rubisco vergelijken met die van hemoglobine in gewervelde dieren. Met andere woorden: onze planten stikken op dit moment haast in onze veel te CO2-arme atmosfeer en moeten biochemisch gesproken alle zeilen bijzetten om het laatste restje CO2 te kunnen oogsten. Het opstoken van de steenkool van het Carboon en de olievoorraden is waarschijnlijk het beste dat we ooit voor de biosfeer hebben gedaan. Dus wees de volgende keer een beetje vriendelijker tegen die voorbijscheurende patsers in hun dikke SUV. Niet alleen spekken ze de staatskas flink met hun benzineslurpende sleeën, ze redden ook de wereld.

Hete magma bevat heel veel warmteenergie. Die wordt pas bechikbaar als de magma als lava aan de koele oppervlakte komt.

Visie plus energie plus materie is rijkdom

De atomen waar wij over beschikken zijn precies dezelfde als die van de neolithische jagers die vele duizenden jaren geleden door de Nederlandse bossen zwierven. Toch zijn we nu met meer dan honderd keer zoveel en hebben we toch, een enkele uitzondering daargelaten, een prettiger en gezonder leven dan deze jagers. Het geheim: de informatie volgens welke de atomen zijn gerangschikt. Kooldioxide is op dit moment het meest gehate gas ter wereld, maar splits de CO2 moleculen in koolstof en zuurstof, pers daarna de koolstof onder hoge druk en temperatuur samen  en er ontstaat de kostbaarste edelsteen ter wereld.

In de wereld om ons heen liggen ongelofelijke rijkdommen opgesloten. In de bodem, het water en de lucht schuilen paleizen, dure auto’s, luxe plezierjachten. We hoeven alleen maar de atomen op een andere manier te rangschikken. Waarom zijn we dan niet allemaal erg rijk?

Energie
Een eerste verklaring die op zich in de buurt komt, is vrije energie. Niet elke joule is gelijk geschapen. Zo zijn er joules waar je heel veel mee kunt: de kilowatturen uit een stopcontact bijvoorbeeld (een kilowattuur is 3,6 miljoen joule of 3,6 MJ). Met restwarmte kan je daarentegen bijna niets. In theorie bevat bijvoorbeeld een kuub water op kamertemperatuur zo’n 93 kilowattuur aan warmte-energie. Het probleem: die energie zit rotsvast opgesloten in het water. Pas als je een koud reservoir hebt rond het absolute nulpunt kan je die energie in het water nuttig gebruiken (bijvoorbeeld door er een Stirlingmotor op te laten draaien).

Hete magma bevat heel veel warmteenergie. Die wordt pas bechikbaar als de magma als lava aan de koele oppervlakte komt.
Hete magma bevat heel veel warmteenergie. Die wordt pas bechikbaar als de magma als lava aan de koele oppervlakte komt.

Kortom: waar het om gaat, is vrije energie. Elektriciteit uit het stopcontact en bewegingsenergie van een groot voorwerp bestaan  bijna helemaal uit vrije energie. Dat wil zeggen dat je makkelijk, bijna zonder verlies, de draaiing van een wiel in elektriciteit kan omzetten (zoals in een dynamo gebeurt) of andersom (met een elektromotor). Met die vrije energie kan je atomen uit elkaar trekken en op een andere manier in elkaar puzzelen. Gevaarlijk chemisch afval?  Verhit het tot tweeduizend graden en alles valt in atomen uit elkaar. Met heel veel meer energie kan je zelfs nieuwe atomen, bijvoorbeeld goudatomen, uit andere atomen maken of uit het niets (materie en antimaterie). Een jager kon beschikken over tweehonderd watt vermogen: zijn eigen lichaam. Alleen al een doorsnee scheurijzer op de snelweg verbruikt tweehonderd keer meer. Omdat we over veel meer vrije energie beschikken dan de jagers uit de steentijd kunnen we nu een veel luxer bestaan leiden. Kortom, er bestaat een woord voor magie: vrije energie. Maar wat ontbreekt er nog aan?

De belangrijkste grondstof: visie, een praktische droom

De Venus van Milo zat al die tijd al in het marmer. Het enige wat de beeldhouwer deed was alle marmer weghalen die niet thuishoorde in zijn visie.
De Venus van Milo zat al die tijd al in het marmer. Het enige wat de beeldhouwer deed was alle marmer weghalen die niet thuishoorde in zijn visie.

Je kan pas een bepaald voorwerp scheppen als je het voor je ziet. Getalenteerde beeldhouwers zien het beeld dat ze willen hebben al voor zich. Het enige wat ze daarna doen is de overbodige steen weghalen. In de klei van de Lek of de Maas bevinden zich miljoenen potentiële bakstenen of luxueuze kleitegels te wachten tot iemand zijn of haar visie tot realiteit maakt. Onze steentijdjager kon zich onmogelijk voorstellen hoe een auto of wasmachine er uit ziet, maar op een wegrennend paard zitten in plaats van er achteraan te rennen, of gekiemde tarwe niet weg te gooien maar te poten wel. Zo ontwikkelde zich onze techniek haperend, stapje voor stapje zoals een blinde die in het duister rondtast. Af en toe is er een meerbegaafde die in staat is verder te kijken en nieuwe mogelijkheden te zien. Uiteraard lijkt in het begin het nieuwe ding erg op het bestaande (de eerste auto’s leken op een koets zonder paarden er voor en de eerste fabrieken met elektromotoren hadden één enorme motor die alle machines in de fabriek aandreef – zoals dat met een logge stoommachine wel moet).

Een blok marmer kan pas in de Venus van Milo veranderen als een beeldhouwer het beeld in de rots ziet. Zo kan een stuk woestijn pas in een groen lustoord of in een rij zonnepanelen veranderen als iemand zich voorstelt dat ze kunnen bestaan. Alleen door een indrukwekkende opstapeling van visies – van die van de uitvinder van het wiel tot die van de modernste kwantumtechniek – zijn we gekomen waar we nu zijn. Kortom: een opmerkelijk soft concept – de visie – ligt ten grondslag aan alle harde technische ontwikkelingen. Visie over de wezenlijke aard van de materie. En visie om die inzichten te vertalen in realiteit. Elk nieuw idee, elk nieuw inzicht verandert de wereld fundamenteler dan een aardbeving. Bij elk nieuw inzicht, mits niet vergeten, is er geen weg meer terug. Er is geen manier meer om mensen te laten denken dat de aarde plat is of dat bij verbranding van hout flogiston vrijkomt in plaats van dat het hout reageert met zuurstof. De uitvinder heeft een grotere en verder reikende invloed op de wereldgeschiedenis dan welke religieuze figuur ook.

Een vruchtbaar klimaat voor nieuwe visies
Wij bestaan uit sterrenstof en allen zullen wij op een dag tot sterrenstof wederkeren. Alles wat van ons over zal blijven – naast een metafysische schim – zijn onze ideeën. Alleen omdat in de tienduizend jaar sinds het ontstaan van de landbouw onze visies explodeerden in omvang en aantal hebben we bereikt waar we nu staan. Het grootste deel van de menselijke geschiedenis was de vooruitgang mondjesmaat.

Slechts in enkele gebieden vond een snelle wetenschappelijke vooruitgang plaats. Dit waren gebieden waar vrijheid, dreiging, individualisme, materialisme tegelijk met abstract denken en optimisme heersten. Optimisme laat het denkraam van visionaire dromers enorm groeien. In het brein van iemand die denkt dat over een paar jaar de wereld vergaat zal geen droom rijpen om een groot droomkasteel te bouwen. Omgekeerd is er ook angst voor een dreigend gevaar die de verbeelding vleugels geeft. Zoals het koloniseren van de maan om aan de verwoesting van de wereld te ontkomen. De wetenschappelijke vooruitgang tijdens de Tweede Wereldoorlog en de Koude Oorlog (en anno nu, de angst voor de concurrentie) was en is zeer hoog.De instroom van nieuwe ideeën, bijvoorbeeld uit andere (sub) culturen uit de rest van de wereld is over het algemeen een verrijking. Tenzij deze ideeën de vrijheid inperken en een domper leggen op de geestelijke vrijheid.

Uitvinders zijn individualisten, eigenwijze mensen die de vrijheid moeten hebben hun afwijkende ideeën te ontwikkelen en uit te voeren. Dit kan alleen in een klimaat waar een zekere vrijheid heerst om af te wijken van de norm. Materialisme – het losstaan van materie en geest – en abstract denken – voor het generaliseren van praktische kennis – zijn beide nodig om de wetenschappelijke methode te kunnen toepassen. En voor uitvinders om te kunnen beschikken over een groot repertoire aan natuurkundige werkingsprincipes om in hun uitvindingen te verwerken.

Ook minder praktische ideeën zijn bruikbaar. Muziek, computerspellen, ontwerpen, nieuwe manieren om samen te leven – zolang ze mensen er maar toe aanzetten meer uit zichzelf te halen, er flow, een virtueuze cirkel ontstaat.

Europa, het nieuwe uitvindersparadijs?
Europa, een klein continent,  wordt steeds meer weggedrukt in de marge van de wereldgeschiedenis. De supermachten China en de VS proberen Europa te overheersen en ook Rusland bemoeit zich steeds meer met de kleine landtong ten westen van de Karpaten. De dreiging dat Europa door machtige buurstaten onder de voet gelopen zal worden neemt toe. In plaats van een eigen Europese supermacht op te richten die alles zal verstikken, is het denk ik beter onze kracht te zoeken in verscheidenheid. Zolang we maar in vrede met elkaar leven.

Hoe klein Europa ook is, we kennen een opmerkelijke verscheidenheid aan culturen met elk eigen sterke en zwakke punten. Als iedere cultuur zich op zijn of haar sterke punten concentreert, vormen de verschillen een enorme generator van nieuwe ideeën. Laten we alsjeblieft niet ons mooie continent om zeep helpen met nog meer eenheidsworst. Laat de Sardijnen vooral happen in hun wormenkaas en de Spanjaarden stierengevechten houden. Wij verzekeren ze wel.