islam

Een grote meerderheid van de Egyptische islamieten wil stenigingen en tegelijkertijd meer democratie.

‘Democratie in Egypte leidt tot meer sharia’

Een opinieonderzoek, in mei 2010 verricht onder duizend Egyptische islamieten (plm. 80-90% van de bevolking)  door Pew Research had een aantal opmerkelijke uitkomsten. Een ruime meerderheid is voorstander van meer democratie,  tegelijkertijd is 82% van de Egyptische islamieten voorstander van islamitische lijfstraffen, zoals  stenigingen.

Dit onderzoek is uitgevoerd toen de regering-Moebarak nog stevig in het zadel zat. Uit dit onderzoek blijkt dat Egypte zich vermoedelijk zal ontwikkelen tot een democratie naar Iraans model, dat wil zeggen strenge islamitische wetten gecombineerd met een democratische regeringsvorm.

Een grote meerderheid van de Egyptische islamieten wil stenigingen en tegelijkertijd meer democratie.
Een grote meerderheid van de Egyptische islamieten wil stenigingen en tegelijkertijd meer democratie.

Moslimbroederschap en democratie
Dit verklaart ook de relatief gematigde wijze waarop de Egyptische tak van de extremistisch-soennitische  Moslimbroederschap zich heeft geprofileerd. Het is voor de Moslimbroederschap niet nodig overdreven nadruk te leggen op meer islam. De meeste Egyptenaren willen dit namelijk toch al. Hoe democratischer Egypte wordt, hoe meer de agenda van de Moslimbroederschap dus gerealiseerd zal worden. De Moslimbroederschap heeft geen principiële bezwaren tegen democratie, zolang dit maar een democratie is met een onaantastbare sharia zoals in Iran.

Resultaten van het onderzoek

Democratie

59%: ‘Democratie is beter dan andere vormen van bestuur’.

22%: ‘In sommige omstandigheden heeft een niet-democratisch systeem de voorkeur’

Islam in de politiek

95%: ‘Het is een goede zaak dat de islam een grote rol in de politiek speelt’

85%: ‘De invloed van de islam op politiek is goed’

48%: ‘De islam speelt op dit moment een grote rol in de Egyptische politiek’

Islamistisch extremisme

80%: ‘Zelfmoordaanslagen zijn zelden of nooit gerechtvaardigd’

20%: ‘Zelfmoordaanslagen zijn soms of vaak gerechtvaardigd’

70%: ‘Ik ben bezorgd of zeer bezorgd over islamitisch extremisme in de wereld’

61%: ‘Ik ben bezorgd of zeer bezorgd over islamitisch extremisme in Egypte’

Islamitische wetten

54%: ‘Mannen en vrouwen moeten van elkaar gescheiden worden op het werk’

82%: ‘Overspeligen moeten worden gestenigd’

84%: ‘Zij die de islam verlaten moeten de doodstraf krijgen’

77%: ‘Dieven moeten worden gegeseld of hun handen moeten worden geamputeerd.’

NB: het The Globe and Mail artikel stelt onterecht dat het hier om een dwarsdoorsnede van de gehele Egyptische bevolking gaat. Het gaat slechts om een dwarsdoorsnede van het islamitische deel. Over e methodologie van het onderzoek is weinig bekend. In een politiestaat als het Egypte van Moebarak is een opinieonderzoek niet altijd erg betrouwbaar. Mogelijk heeft er methodologische bias plaatsgevonden.

Implicaties
Het percentage islamieten en hun politieke macht is zo groot dat  het de toekomstige ontwikkelingen in Egypte geheel zal bepalen. Er zullen moeilijke tijden aanbreken voor seculiere islamieten, niet-islamieten zoals de kopten en vooral ex-islamieten. Als Egypte met andere islamitische landen een groot islamitisch rijk zal vormen – een duidelijke wens van de bevolking – zal dit enorme en vanuit Europees standpunt uiterst onaangename geopolitieke gevolgen hebben.

Bron: The Globe and Mail; Pew Research

Het islamitische geloof is vooral een groepsgebeuren.

Sociale dynamiek in islamitische samenlevingen

De rellen in Tunesië zijn de zoveelste manifestatie van een fundamenteel probleem in de islamitische samenleving: legitimiteit. De koran en de hadith bieden naast familie maar één legitieme bron van politieke macht: vroomheid.

Sociale structuur van de islamitische samenleving
Binnen honderd jaar na de dood van religieus en politiek leider Mohammed liepen Arabische en later multi-etnische islamitische legers een groot gebied onder de voet van Zuid-Spanje tot Pakistan. Hoewel deze gebieden van oorsprong cultureel vrij sterk verschilden, bleek door de invloed van de Arabische taal en de islamitische cultuur en religie een sterke unificerende werking uit te gaan.
Vrijwel alle islamitische samenlevingen vertonen daardoor ongeveer dezelfde scores op de culturele dimensies van Hofstede: een zeer hoge score op onzekerheidsvermijding, een gemiddelde score op masculiniteit, een hoge score op collectivisme en zeer hoge machtsafstand.

Het islamitische geloof is vooral een groepsgebeuren.
Het islamitische geloof is vooral een groepsgebeuren.

Het gaat hier dus om autoritaire samenlevingen, strak geleid door een grote leider waarin door een verstikkende regeldruk en controle wordt gepoogd, de onzekerheid af te laten nemen.  Langetermijnperspectief, recent toegevoegd door Hofstede, is in veel islamitische landen laag en daalde onder meer in Pakistan, verondersteld door de onderzoekers onder invloed van de sterke islamisering. Dit is ernstig: langetermijnperspectief is namelijk positief gecorreleerd met persoonlijke en economische ontwikkeling. Hoogontwikkelde landen als Nederland, China, Korea en Japan scoren zeer hoog op deze dimensie.

Geografie en economie falen als verklaring
De opvallende overeenkomst die de meeste islamitische landen cultureel gezien met elkaar vertonen, kan niet worden verklaard door geografische of economische factoren. Egypte, Irak, Bangladesh en Pakistan zijn landen waar de kerngebieden bestaan uit een geïrrigeerde riviervallei of rivierdelta. Er zijn woestijnlanden (Saoedi Arabië, Libië, Koeweit, Qatar), handelslanden (Tunesië, Bahrein, de Emiraten) en landen met veel landbouwgebied (Marokko, Algerije). De landen variëren van straatarm (Bangladesh, Egypte) tot relatief welvarend (Qatar, Koeweit, Maleisië).

Godsdienst en cultuur als voornaamste bepalende factor
We hebben eerder gezien dat een cultuur mede gegrondvest is op metafysische beginselen. Het is daarom moeilijk onderscheid te maken tussen religie en cultuur; mogelijk kan religie als onderdeel van de kernwaarden van een cultuur worden gezien. De islamitische wereld wordt verbonden door een gemeenschappelijke godsdienst die een zeer sterke invloed heeft op de cultuur en zich herhaaldelijk ook rechtstreeks met de cultuur bemoeit, zo worden op het eerste gezicht triviale culturele elementen als muziek, voeding, vrijetijdsbesteding en de wijze van kleden streng gereglementeerd door het soennisme en sji’isme. Het is dus redelijk te veronderstellen dat deze godsdiensten primair bepalend zijn voor de sociale en maatschappelijke structuur.

Kernelement: godsdienst
Een islamiet identificeert zich meestal eerst en vooral als “moslim”. Hoewel islamieten hier doorgaans ieder iets anders onder verstaan, is het belangrijkste dat iemand zich in het openbaar identificeert als “moslim”. De plaats van de doop in het christendom wordt in het islamitische geloof ingenomen door een verklaring, afgelegd bij een groepje islamieten, dat er geen god bestaat dan Allah en dat Mohammed zijn profeet is: een publiek gebeuren dus.
Zowel koran als hadith stellen dat in conflicten waar ongelovigen bij betrokken zijn, een islamiet altijd de kant moet kiezen van een andere islamiet omdat een ongelovige de slechtste van alle schepsels is (hoewel elders in de koran staat dat een huichelaar nog erger is dan een ongelovige). Dit verklaart ook waarom veel islamieten, waaronder Osama bin Laden, de samenwerking tussen de al-Saoeds en de Amerikanen tegen Saddam Hussein van Irak zagen als een bewijs dat de al-Saoeds een ketters, ongelovig regime vormen dat omver geworpen moet worden. Ook al ging het in het geval van Saddam Hussein om een persoon die ook in de ogen van veel islamieten een misdadiger was.
Fundamentalistische islamieten zien het liefst één grote staat waarin alle islamieten verenigd zijn. Andere staatsvormen, zoals de Europese natiestaat, zijn uiteraard onaanvaardbaar want binnen de groep van islamieten mogen er geen groepen bestaan. Deze staat, het kalifaat, moet proberen de gehele wereld te onderwerpen. De “leider van de gelovigen”, de kalief, moet absoluut gehoorzaamd worden en als hij een heilige oorlog, een jihad, uitroept tegen de ongelovigen, moeten alle islamieten die in staat zijn om te vechten aan deze oproep gehoor geven.  Als “de islam” aangevallen wordt, wat zoals we gezien hebben aan de cartoonrellen volgens islamieten al snel het geval is, bestaat er voor islamieten ook de religieuze plicht om terug te vechten, ook als er geen kalief is.

Kernelement: familie
Omdat rijkere mannen meerdere vrouwen kunnen trouwen, zijn families van de hogere standen in de islamitische wereld vaak zeer uitgebreid. Zo is de Saoedische koninklijke familie, de familie van de grondlegger van Saoedi-Arabië Abdul Aziz Ibn Saoed in aantal zo groot als de bevolking van een kleine stad: zevenduizend tot vijfentwintigduizend. Ibn Saoed (12876-1953) zelf heeft meer dan tweehonderd directe mannelijke nakomelingen (vrouwen worden niet geteld).
Arabische namen zijn doorgaans zeer lang omdat hierin alle voorouders worden opgesomd – vaak zeven generaties of meer. Voor een westerling lijken deze namen triviaal, maar voor een islamiet bieden familieverhoudingen een belangrijke methode om iemands status in te schatten. Zo hebben vaders gezag over zoons en oudere broers gezag over jongere. Het hoofd van de familie of clan wordt vaak ingeschakeld om conflicten met een andere familie op te lossen -bloedvetes zijn kostbaar en hebben de vervelende neiging, te escaleren en zich na eeuwen nog voort te zetten. Geen wonder dus dat de gemiddelde islamiet zijn best doet machtige mede-islamieten niet onnodig voor het hoofd te stoten, want dat betekent dat zij niet alleen die persoon, maar hun hele familie achter zich aan krijgen.

Iemand van een aanzienlijke familie (het mooiste is natuurlijk als je direct van Mohammed afstamt) heeft meer gezag dan de nakomeling van een pauper of bekeerling. Een familie kan aan status winnen door pelgrimstochten, een roemruchte voorvader, strategische allianties met andere families, heldendaden op het slagveld, religieuze bouwwerken, religieuze activiteiten en gastvrijheid.

De Libische dictator Muammar Gadaffi bedacht zijn eigen politiek-religieuze filosofie.
De Libische dictator Muammar Gadaffi is minder gek dan veel mensen denken.

Ook rijkdom of een vete winnen geldt uiteraard als statusverhogend. De familie wordt te schande gemaakt als een familielid zich bekeert tot een ander geloof of een vrouwelijk familielid seksuele activiteiten heeft buiten het huwelijk. In dat geval moet het familielid gedood  of uitgestoten worden om de kostbare eer van de familie te zuiveren.

Legitimiteitsprobleem
Er zijn dus in de islamitische wereld volgens een traditionele islamiet dus maar twee legitieme staatsvormen denkbaar. Een overkoepelende islamitische staat, het kalifaat (of een kleinere staat waarvan de leider beweert dat hij de kalief is zoals Marokko) heeft uiteraard de voorkeur.

Een alternatief is een staat die een grote familie vormt, zoals de vorstendommetjes op het Arabisch schiereiland die terecht als bedoeïnenstammen met een vlag worden aangeduid. In een familie is voor een islamiet altijd duidelijk wie er de baas is: de vader of oudste broer. Ook moet deze familie het meeste aanzien genieten, vandaar de vele protserige moskeeën. Ook deze staatjes moeten echter hecht op een islamitisch fundament rusten om hun geloofwaardigheid in de ogen van islamieten te behouden.

De Libische dictator Moeammar Gadaffi, niet zoals de al-Saoeds of de al-Thani’s van Qatar gezegend met een allesoverkoepelende familie, zag dit probleem in en bedacht daarom zijn unieke Derde Weg filosofie. Hierbij baseert hij zich voornamelijk op de koran en nauwelijks op de hadith. Dit geeft hem meer speelruimte. Iran blijft stabiel omdat de opperste religieuze autoriteiten ook het land besturen.

De derde oplossing is het seculariseren van het land, zoals dat in Syrië en tot voor kort in Irak en het Egypte van Nasser. Dit kan alleen door een felle retoriek tegen de “vijanden van de islam”, bijvoorbeeld Israël en de VS, te bezigen, want zo kan een beroep worden gedaan op de plicht voor islamieten om mede-islamieten te steunen tegen de ongelovige vijand. Met het sterker worden van de religieuze invloed verdwijnt deze optie. Op termijn ziet het er dus somber uit voor staten die deze weg kiezen, tenzij de secularisatie het wint. Wat dat betreft zijn de ontwikkelingen in Tunesië zeer interessant.

Iraanse herdenkingsprent, waarbij de martelaar Soleimani wordt opgehaald door de islamitische doodsengel Israfil. In werkelijkheid was de man verre van een heilige en verantwoordelijk voor de dood van duizenden mensen. Bron: Islamitische Republiek Iran

Islam wordt overschat

Zowel door links, door islamcritici als door de islamieten zelf wordt de islam zwaar overschat. Laten we ons liever met echt belangrijke dingen bezig houden.

De islam, volgens islamhaters

Volgens islamcritici zoals Geert Wilders en hiervoor Pim Fortuijn, is de islam de grootste geopolitieke bedreiging van Nederland. Het gaat, stellen zij, om een totalitair geloof dat er naar streeft om de wereld te onderwerpen aan de islamitische wetten.

Zij wijzen op het relatief hoge percentage kinderen met een islamitische achtergrond, in 2003 ongeveer 15% van alle pasgeborenen. Een ander argument: de dwangmatige manier waarop de islam wordt opgelegd door en aan veel islamieten. Zij gaan er van uit dat er een vrijwel volmaakte groepsdwang bestaat binnen de islamitische gemeenschap en dat deze voldoende is om islamieten te dwingen zich binnen de groep te handhaven. Mensen die dat niet met hen eens zijn, zien ze als naïeve dwazen of landverraders.

De islam, volgens de ‘progressieven’

Volgens een tweede groep, die ruwweg samenvalt met de stemmers op zichzelf progressief noemende partijen, is er van islamisering geen sprake. Zij zien de islamieten vanwege hun politieke engagement en vaak anti-westerse gerichtheid als waardevolle bondgenoten in de strijd tegen het westerse imperialisme en de bekrompen conservatieven, vaak als ‘fascisten’ aangeduid, in eigen land. Ook zien ze de islamieten als de nieuwe joden, als de kanaries in de kolenmijn waarvan de behandeling laat zien of het fascisme weer opnieuw de kop op steekt.

De islam is in hun ogen in tegenstelling tot het christendom een niet-westerse godsdienst en hiermee een interessant ideologisch alternatief voor de neoconservatieven. De nogal conservatieve ideeën die veel islamieten er over vrouwen en homoseksualiteit op na houden, zien ze daarom doorgaans door de vingers. Zij beschouwen de islamieten als een kwetsbare groep die extra bescherming verdient.

Er bestaan veel gradaties tussen beide standpunten.

jezus steniging
De islamieten hebben de steniging overgenomen van de joden.

De islam, volgens de islamieten zelf

Binnen de islamitische gemeenschap bestaan enkele, vaak overdreven, verschillen van mening over de rol die de islam en theologische bronnen van de islam moeten spelen. Vrijwel alle islamieten achten hun islamitische identiteit belangrijker dan bijvoorbeeld hun afkomst: ze beschouwen zichzelf voor alles als ‘moslim’. Dat komt ook tot uiting in de naamgeving: vrijwel alle kinderen van islamitische ouders krijgen een islamitische naam, vaak afkomstig van een namenlijst uit het land van herkomst.

Dit patroon zien we terug in de meeste islamitische gemeenschappen. In de praktijk blijkt afkomst echter een belangrijke rol te spelen: de reden dat de samenwerking binnen islamitische organisaties uitgesproken lastig is. De mate van het praktiseren van godsdienstige leefregels verschilt enorm, variërend van burqa-dragende vrouwen en mannen met lange baard die geld inzamelen voor de heilige oorlog tot islamieten die alcohol drinken en varkensvlees eten.

Samengevat: ‘de islam’ is vooral belangrijk als identiteitsbepalende factor. De solidariteit en identificatie met de eigen groep is zeer groot. De mening over wat ‘de islam’ is, of wat een goede islamiet is, loopt ook ver uiteen.

De oplossing: schaf  ‘de islam’ af

Er blijkt dus totale begripsverwarring te zijn over wat met ‘de islam’ bedoeld wordt. Soennieten, sji’ieten en meer verlichte islamieten, jihadisten, seculieren en soefi’s zijn het veel punten radicaal met elkaar oneens en laat ik het over de niet-islamieten maar niet eens hebben.

Ook is het pakket waar ‘men’ het meestal wel over eens is dat het bij ‘de islam’ hoort, een samenraapsel van dingen die verreweg de meeste islamieten weerzinwekkend en belachelijk vinden, denk aan het stenigen van overspeligen, het verbod op muziek en het ‘recht’ om krijgsgevangen vrouwen van een vijandelijk volk seksueel te misbruiken, tot dingen waar zelfs de meest fanatieke islam-hater zich in zal kunnen vinden, zoals het gebod in de koran dat iedereen moet wedijveren in goede daden en dat slaven vrijlaten goed is. 

Kortom: door over ‘de islam’ te spreken wordt onnodig verwarring geschapen. Wil een islamiet zichzelf niet vereenzelvigd zien met de bebaarde taliban-terroristen, dan moet hij zich geen islamiet noemen. Wil een islamhater niet dat ‘fatsoenlijke’ islamieten de dupe worden van islamhaat, dan moet hij ook niet over ‘de islam’ spreken.

Schaf ‘de islam’ als identiteitsbepalende constructie af en behandel elkaar als mens. Geloof of godsdienst mag nooit een excuus zijn om dingen te doen die anders niet door de beugel kunnen of mensenrechten te schenden. ‘De islam’ bestaat niet, ‘moslims’ en ‘ongelovigen’ bestaan niet. Er bestaan alleen mensen. Laten we ons met de werkelijke problemen bezig houden.