geopolitiek

Een van de kaarten die circuleren omtrent oliereserves in de Hoorn van Afrika.

Oost-Afrika vervangt Saoedi-Arabië

Waarom stuurt de VS troepen naar Uganda om een obscuur rebellenleger op te ruimen? Waarom stuurt Japan militaire adviseurs naar Zuid-Soedan? Terwijl de wereld zich met de financiële crisis bezig houdt, worden de echte zaken gedaan in Zuid-Soedan en Kenia. Geen wonder. Zuid-Soedan bevat zeer veel olie en volgens hardnekkige geruchten zou het niet alleen in dit jonge land, maar ook in Kenya en Uganda, ja in heel Oost Afrika wel eens kunnen uitpuilen van de olie…

Peak oil maakt OPEC steeds machtiger
Aardolie, het moge duidelijk zijn, wordt snel schaarser. De productie van het onaangename stroperige goedje piekte in de VS al rond 1970 en het ene na het andere olieproducerende land bereikte zijn Hubbert Peak. OPEC-lid Indonesië is sinds kort een netto olie-importeur.  De grootste overgebleven olieproducenten zijn fundamentalistische dictaturen en de vroegere aartsvijand van de VS, Rusland.Volgens sommige waarnemers is de economische crisis mede veroorzaakt door de snel oplopende energiekosten.

Zuid-Soedan onafhankelijk na zware genocide
Grotendeels verborgen voor de wereld vond in de jaren tachtig en negentig in Soedan één van de wreedste genocides in de geschiedenis plaats: de oorlog van het islamistische, door de nakomelingen van Arabische slavenhalers gevormde regime in Khartoum tegen de christelijke en animistische Nuer, Nuba en Dinka in het zuiden. Naar schatting zijn hierbij rond de twee tot drie miljoen Zuid-Soedanezen uitgemoord door het regime in Khartoum (naast barbaarse praktijken als slavernij en massale verkrachtingen).

De islamisten konden ongestoord hun gang gaan met het afslachten van de zwarte bevolking. Links had het te druk met protesteren tegen kruisraketten en rechts met de zieltogende Sovjetunie, tot het regime in Khartoum in 1992 de fout beging de Iraakse dictator Saddam Hussein te steunen bij zijn inval in Koeweit. Dit zette hem op de radar van de olielobby en dus Bush sr.

Dit isoleerde het regime. Ook kreeg het verzet steeds meer steun van Israël en buurlanden Ethiopië, Eritrea en Uganda. Hierdoor werd het regime gedwongen een vreedzame oplossing te zoeken. De burgeroorlog eindigde enkele jaren na de eeuwwisseling, daarna snel gevolgd door de bekende slachtingen in Darfur. Er loopt nu een internationaal arrestatiebevel tegen de verantwoordelijke leider, Omar Al-Bashir, wegens oorlogsmisdaden.

9 juli 2011 werd na een vrijwel unanieme stemming voor onafhankelijkheid, Zuid-Sudan een onafhankelijk land. Hopelijk is hiermee het lijden voorbij voor de zwaarbeproefde Zuid-Soedanese bevolking.

Een nieuwe pijpleiding om immense hoeveelheden aardolie af te tappen, verklaart zowel de Keniaanse inval in Somalië als de Amerikaanse, Japanse en Chinese interesse.
Een nieuwe pijpleiding om immense hoeveelheden aardolie af te tappen, verklaart zowel de Keniaanse inval in Somalië als de Amerikaanse, Japanse en Chinese interesse.

Amerikanen bestrijden rebellenbeweging…
Ook buurland Uganda kampt met een uiterst onaangenaam groepje, de Lords Resistance Army (LRA), weinig verrassend gesteund door het regime in Khartoum. Deze gewapende sekte, die een bizarre mengvorm van christendom en animisme praktiseert (al wordt zelfs dat betwijfeld), maakt gebruik van kindsoldaten, ontvoert kinderen als seksslavinnen en terroriseert het noordoosten van Uganda. De sekte claimt op te komen voor het lokale Acholi-volk, maar ook de Acholi’s zelf hebben zwaar te lijden van hun terrorisme.

Oktober 2011 kondigden de Amerikanen aan, een brigade naar het grensgebied te sturen om te helpen de LRA uit te schakelen. De opgegeven redenen hiervoor zijn de genoemde inderdaad zeer ernstige mensenrechtenschendingen. Inderdaad is Obama er al sinds 2009 mee bezig om hier budget voor vrij te maken. Wat de motivatie van de Amerikanen ook is: het opruimen van deze groep zal een weldaad zijn voor de Noord-Oegandezen.

Wegens pijpleiding en grote olievoorraden in Uganda en Kenia
Hier is naast humanitaire en electorale overwegingen, ook een goede strategische reden voor. Er zijn namelijk vergevorderde plannen voor een oliepijpleiding van Zuid-Soedan door Kenia naar zee. Deze loopt volgens plan vlak langs het deel van Uganda waar de terreurbeweging actief is.

Er doen in het oliewereldje hardnekkige geruchten de ronde dat er in Uganda en Kenia veel meer olie onder de grond zit dan hiervoor aangenomen en dat het bekende hoefijzer van olievelden rond de Perzische Golf nog een aftakking richting Afrika kent. Het gebied was de afgelopen decennia zo onrustig dat er nauwelijks geologisch onderzoek is gedaan. Proefboringen bleken veelbelovend.

Een van de kaarten die circuleren omtrent oliereserves in de Hoorn van Afrika.
Een van de kaarten die circuleren omtrent oliereserves in de Hoorn van Afrika.

Keniaanse inval in zuiden Somalië om toekomstige oliepijpleiding te beschermen
Uiteraard is het laatste wat de Kenianen willen dat er kink in de kabel komt. Dit is ook vermoedelijk de werkelijke reden waarom het Keniaanse leger nu een grote bufferzone in het zuiden van Somalië aanlegt, zodat de agressieve Somalische rebellenbeweging Al Shabaab geen aanslagen op de pijpleiding kan plegen. Deze bufferzone komt dan onder bestuur van de Somalische overgangsregering. Overigens zou ook Somalië zelf de nodige aardoliereserves kunnen bevatten, vermoeden experts.

Japanse en Chinese interesse
Waar de Amerikanen al niet bepaald bekend staan om hun buitengewone interesse in mensenrechten, zijn de beweegredenen van de Japanners en Chinezen nog gemakkelijker te duiden. China was de afgelopen jaren een trouwe bondgenoot van de Noord-Sudanezen en kocht hun aardolie via de pijpleiding naar Port Sudan. Noord-Sudan vraagt nu een zeer hoog bedrag (35 dollar per vat) voor de doorvoer van Zuid-Soedanese olie, iets waar Juba weinig voor voelt. De Zuid-Soedanezen zijn de Chinese steun aan hun vijand ook niet vergeten. De Japanners zien nu hun kans schoon en hebben zich gemeld bij de Zuid-Soedanese regering.

Met Japanse hulp zal daarom de olieleiding door Kenia er snel komen, waarmee Japan er een dankbare en betrouwbare olieleverancier bij heeft ten kost van China.
Geen wonder. Geen enkel land vindt het vooruitzicht afhankelijk te zijn van de OPEC en Rusland voor de energievoorziening, erg prettig.
Als Oost-Afrika de rol van het Midden Oosten over kan nemen, zal dit de OPEC verzwakken en de olieprijs laten dalen. Hopelijk zullen de grootmachten de verleiding kunnen weerstaan de democratische regeringen in Oost-Afrika te vervangen door corrupte dictaturen, omdat dat meer winst oplevert.

Deze pijpleiding heeft nog meer prettige kanten. Het regime in Khartoum wordt zo afgesneden van een gemakkelijke inkomstenbron, waardoor het enorme leger ontbonden moet worden en het regime de steun van de bevolking niet meer kan kopen. Hierdoor zal de onrust in de regio, zeker ook voor de geplaagde zwarte bevolking van Darfur, voor een groot deel verdwijnen.

Technische snufjes zoals deze drijvende steden zullen alleen mogelijk zijn in een stabiele wereld.

De wereld in 2025

Hoe ziet de wereld er geopolitiek uit als de stofwolken van de economische crisis opgetrokken zijn? De eerste contouren worden al zichtbaar voor wie op lange-termijn trends let. Een overzicht.

Technische snufjes zoals deze drijvende steden zullen alleen mogelijk zijn in een stabiele wereld.
Technische snufjes zoals deze drijvende steden zullen alleen mogelijk zijn in een stabiele wereld.

Europa en Rusland worden derderangs mogendheden
Het gaat al ruim vier jaar, van 2008 tot 2011, niet goed met de wereldeconomie. Opmerkelijk is dat de economische rampspoed niet over de hele wereld heerst. Landen als China, Rusland, Turkije en Brazilië doen het nog steeds goed. Kortom: het lijkt erop dat de crisis een trend versnelt die al langere tijd speelt: het verschuiven van het economische zwaartepunt van Europa naar het Verre Oosten en grondstofrijke landen (veel van de Turkse economische groei komt door Saoedische investeringen).

Structureler is het probleem (althans: geopolitiek gezien)  dat de bevolking in Europa krimpt.  In Rusland is het probleem nog veel erger. Volgens sommige schattingen zullen in Rusland in 2050 nog maar iets meer dan honderd miljoen mensen wonen, van 150 miljoen nu. Deze mensen zullen ook voor een groot deel uit bejaarden bestaan. Rusland bestaat op dit moment van de grondstoffenexport. Dit geeft het land nu voor even respijt, maar de catastrofale instorting van de bevolking zal het land in existentiële problemen brengen.

De Chinese crisis van 2013
Toch is China in veel opzichten een reus op lemen voeten. Het land verstrekt ondernemingen goedkoop kapitaal waarmee bedrijven tegen zeer lage prijzen producten kunnen dumpen en buitenlandse concurrentie weg kunnen drukken. Dat werkt vrij aardig: van de Europese en Amerikaanse maakindustrie blijft nauwelijks meer wat over. Dit lukt de Chinezen door nauwelijks winst te maken. In feite subsidieert de overheid de maakindustrie enorm door leningen met zeer lage rente.

Dit gaat echter ten koste van enorme interne schulden. Veel leningen van Chinese banken zullen nooit meer terugbetaald kunnen worden. Ook is er nu in China een enorme huizenluchtbel. Dat betekent over het algemeen weinig goeds. Als beleggers hun geld alleen nog maar in huizen en bouwprojecten kunnen steken, is er klaarblijkelijk een einde gekomen aan de beste mogelijkheden om in de Chinese industrie te investeren. Ook beschikken de Chinese staatsbanken over veel slechte leningen, vaak uitgeleend aan staatsbedrijven of vriendjes, die nooit meer terugbetaald kunnen worden. Volgens sommige analisten staat China er zo voor als Japan in 1991. Als om welke reden dan ook de Chinese export stokt, komen de bedrijven met hun slechte leningen fors in de problemen. Ze beschikken niet over reserves om op terug te vallen. Boem. Ongeveer wat er in Japan in 1991 gebeurde.

China kan harde maatregelen nemen door te nationaliseren
China is echter in theorie nog een communistisch land en wordt dictatoriaal geregeerd. Het land riskeert dat de sociale spanningen tussen de rijke kuststrook en het arme binnenland het land uiteen zullen laten vallen, m.a.w. het land uiteenvalt. De Chinese communistische partij zal er daarom niet voor terugdeinzen, harde en impopulaire maatregelen te nemen als dat nodig is om haar heerschappij en China als land voort te laten bestaan. Het land zal niet aarzelen om vals te spelen, dat wil zeggen: in te grijpen in de banksector en deze te nationaliseren, als dat nodig is om het land intact te houden.

Ook kan China kapitaalstromen blokkeren. In feite zijn er nu al nauwelijks manieren voor Chinezen om hun bezit het land uit te krijgen. Geen wonder dat rijke Chinezen er alles aan doen om te proberen het land uit te komen. Dit is bijvoorbeeld de reden dat het onroerend goed in de Canadese stad Vancouver, met een grote Chinese gemeenschap, explosief in waarde stijgt. Het massaal inruilen van yens voor dollars en (toendertijd) Duitse marken door de Japanse banken, om meer rente te verdienen, was de directe oorzaak voor de ineenstorting van de koers van de yen en daarmee van de ineenstorting. Als China dit voorkomt, kan het land ondertussen orde op zaken stellen door de banksector te nationaliseren en te saneren.

Opkomende grootmacht Turkije
Turkije zal in 2025 economisch gezien het machtigste land van Europa en het Midden Oosten zijn. Tegen die tijd zal het Arabische schiereiland door de olie heen zijn en dus geteisterd worden door opstanden. Voor de snel groeiende bevolking in Jemen en Saoedi Arabië is er als de olieinkomsten verdwijnen, geen werk en inkomen meer. Mogelijk zullen Turkse troepen daar orde op zaken komen stellen. Turkije zal gebruik maken van de zwakte van Rusland en Europa om voet aan de grond te krijgen in de Balkan en de Kaukasus. De uitbreiding van de Turkse invloedssfeer zal grotere spanningen met Israël en mogelijk Iran opleveren.

VS in 2025 machtiger dan ooit
Met hun voornaamste geopolitieke probleem, China, uit de running, en een andere lastpak, Rusland, op het punt van ineenstorten omdat de bevolking krimpt, zal de Amerikaanse macht groter zijn dan ooit.
Alleen het komende tekort aan aardolie kan deze positie bedreigen maar gelukkig voor de VS zijn er enorme teerzandvoorraden in het noordelijke buurland Canada en ook in eigen land. Hier in Europa zijn we afhankelijk van Rusland. Als enige continent beschikt Europa nauwelijks over inheemse energiebronnen. De VS is nog steeds een grote olieproducent en met de nieuwe ontdekkingen in o.a. de Bakken Formatie en de Golf van Mexico blijft dat ook zo.
De VS is ondanks de crisis nog steeds de grootste samenballing van economische macht ter wereld. Het land beschikt namelijk over een enorme, aaneengesloten en bewoonbare oppervlakte met een groot rivierennetwerk, dat als goedkoop transportnetwerk kan worden gebruikt. De transportkosten zijn in de VS maar laag. Het land is niet zoals Europa fijn verdeeld in kleine, dichtbevolkte staten. Ook groeit de Amerikaanse bevolking nog steeds, wat veel productieve arbeiders betekent. Mexico en andere Latijns-Amerikaanse staten leveren goedkope arbeid die ook makkelijk integreert. Er zijn geen vergelijkbare grootmachten en dat zal de komende decennia zo blijven.

Weliswaar bevindt de Amerikaanse industrie zich nu in zwaar weer, maar dit komt omdat de dollar overgewaardeerd is. Als de dollar zijn status als wereldreservemunt verliest en devalueert, zullen Amerikaanse bedrijven weer goedkoop kunnen leveren. De VS zal ook de oceanen en het luchtruim wereldwijd blijven beheersen. Hieraan kunnen we ook de ruimte toevoegen. Japan, naast de VS tegen die tijd het enige grote ruimtevarende land met hoogwaardige technologie, misschien op een tweede plaats.

Gadaffi heeft niets te verliezen. Met dank aan de westelijke moraalridders.

Gadaffi heeft niets te verliezen

Wie al nog niet overtuigd is van de incompetentie van de huidige politieke leiding in Europa en de Verenigde Staten, krijgt nu de bewijzen op een presenteerblaadje. Door alle vluchtwegen voor Gadaffi af te snijden en de man zelfs voor het internationale gerechtshof te dagen, heeft de Europese elite het recept voor een bloedbad geschapen.

Libië: totale vernedering van de NAVO
Libië is net als eerder Afghanistan bepaald geen hoogtepunt van NAVO-optreden. Sommige NAVO-landen, waaronder Duitsland, mengen zich heel verstandig niet in dit wespennest. Andere landen, waaronder Nederland, moeten wel halfhartig meedoen om in Amerikaanse ogen geloofwaardig te blijven en om de oliebelangen van Shell in het nieuwe Libië veilig te stellen. België (nota bene in de oorlog geloodst door een demissionair kabinet), de VS, Frankrijk en Groot-Brittannië bombarderen wel. De effectiviteit is opmerkelijk gering. De opstandelingen slagen er niet in uit hun bolwerken in het oosten en Misrata te breken. Er ontstaat een patstelling: in de delen van het land waar Gadaffi nog aanzienlijke steun onder de bevolking heeft, blijft hij heer en meester.

Gadaffi vervolgen als oorlogsmisdadiger is enorme blunder

Gadaffi heeft niets te verliezen. Met dank aan de westelijke moraalridders.
Gadaffi heeft niets te verliezen en groeit uit tot held. Met dank aan de westerse hypocriete moraalridders.

Dit werd gevolgd door nog een noodlottige fout. De VS, Engeland en Frankrijk hebben nu in de Veiligheidsraad er doorheen gedrukt dat Gadaffi wordt vervolgd als oorlogsmisdadiger. Ten eerste hebben ze hiermee hun manoeuvreerruimte (net als die van Gadaffi) teruggebracht tot nul. Ze kunnen niet meer terug; gaan onderhandelen met een oorlogsmisdadiger betekent totaal gezichtverlies. Voor Gadaffi is het er nu erop of eronder. Als hij wint, kan hij zijn olie met gemak verkopen aan de nieuwe supermachten China of India en draait hij de gehate westerlingen een enorme loer. Als hij verliest, weet hij dat hij de rest van zijn leven op de vlucht moet. Alleen in Libië zelf is hij veilig. Geen wonder dus dat Gadaffi doorvecht. Ook zijn aanhangers hebben vuile handen. Ze weten dat de opstandelingen hun bloed wel kunnen drinken en uiterst gewelddadig zijn, dus kijken wel uit om over te lopen.

Ten tweede toont dit in de ogen van veel niet-westerlingen terecht weer de hypocrisie aan van de NAVO. Potentaten die veel ergere dingen hebben gedaan dan Gadaffi, denk aan de moordzuchtige Saleh en het regime van Bahrein, worden door het westen gesteund: Saleh omdat hij Al Qaeda aanpakt en zo de Saoedische olievelden beschermt, de Bahreinse emir omdat hij Iran weghoudt van het strategisch uiterst belangrijke eiland vlak voor de kust van het grootste (Saoedische ) olieveld ter wereld.

De manier waarop Gadaffi de NAVO het nakijken geeft, wekt dan ook veel sympathie bij niet-westerlingen. Bij zijn ondergang bereikt Gadaffi dus eindelijk waar hij zijn hele leven van heeft gedroomd: de held van de Arabische en de derde wereld worden.

Twee mogelijke uitkomsten
De opstandelingen zijn een ongeregeld leger. De NAVO kan dit conflict alleen winnen door grondtroepen in te zetten of in het geheim huurlingen te laten vechten. De eerste optie zal veel slachtoffers eisen onder de NAVO-troepen. De laatste optie is moeilijk geheim te houden. Een andere optie is een regionaal staatshoofd dat een gezworen vijand is van Gadaffi (en dat zijn er nogal wat) het leger in laten zetten. Ook hier zitten de nodige haken en ogen aan, denk aan het non-interventieprincipe. Ook is er voor andere regionale grootmachten, de geplaagde Egyptenaren mogelijk uitgezonderd, geen strategisch belang om Gadaffi onder de voet te lopen.

De laatste optie is dat Gadaffi het conflict voldoende lang weet te rekken. Economisch zitten de westerse landen in grote moeilijkheden, terwijl de economie in opkomende landen snel groeit. Het binnenlandse verzet in NAVO-landen tegen de kostbare en dodelijke bombardementen zal toenemen. Als Rusland, China of India in het geheim of openlijk Gadaffi steunen, kunnen ze hiermee meerdere strategische doelen bereiken: zowel verzwakking en gezichtsverlies van het machtige westen als de nodige economische voordelen.

Syrië bestaat geopolitiek gezien uit twee eilanden. Ook ligt de hoofdstad zeer dicht bij Israël in de buurt. Een weinig benijdenswaardige positie.

Syrië: de toekomst

In Syrië, een klein, arm, maar strategisch gelegen land, regeert een kleine sji’ietische minderheid over een soennitische meerderheid. Zal het dictator Assad lukken het verzet neer te slaan?

Net als ooit buurland Irak, wordt Syrië geregeerd door de nationaal-socialistische Ba’ath-partij. De etnische achtergrond is echtere totaal verschillend. Net als Saddam is Assad afkomstig van een minderheid, niet van soennieten (zoals in Irak) maar van alawieten, met 12% van de bevolking een kleine sji’ietische minderheid. Het kleine (6x Nederland), arme en overbevolkte woestijnachtige land bestond tot voor kort voornamelijk van olie, maar zal vanaf 2012 een netto olie-importeur worden. De bevolking, nu 22 miljoen, groeit extreem snel. In vijftig jaar is deze vervijfvoudigd.

Syrië, geopolitiek

Syrië bestaat geopolitiek gezien uit twee eilanden. Ook ligt de hoofdstad zeer dicht bij Israël in de buurt. Een weinig benijdenswaardige positie.
Syrië bestaat geopolitiek gezien uit twee dichtbevolkte eilanden. Ook ligt de hoofdstad zeer dicht bij Israël in de buurt. Een weinig benijdenswaardige positie.

Geopolitiek gezien is de situatie van Syrië weinig hoopvol. Het land ligt ingeklemd tussen de machtige vijandige buurstaten Turkije en Israël. Irak wordt beheerst door het Amerikaanse leger. Turkije heeft een ijzeren greep op de rivieren die het Syrische water leveren en draait langzamerhand de kraan dicht. De hoofdstad Damascus ligt op slechts enkele tientallen kilometers van de door Israël veroverde Golanhoogte. Syrië bestaat uit twee dichtbevolkte gebieden: de kuststrook met aangrenzend bergland tussen Libanon en Turkije en het gebied rond de hoofdstad Damascus. De rest van het land is woestijn.

Voor Syrië is de economische levensader het kleine welvarende buurland Libanon, dat vrijwel geheel onder Syrische controle staat. Het binnenlandse verzet in Libanon tegen Syrië is echter groot. De overwegend (75%) soennitische bevolking van Syrië kan Assads bloed wel drinken, mede wegens eerdere moordpartijen door zijn vader Hafez al-Assad in de steden Homs en Hama. Hij kan rekenen op zijn eigen alewietische minderheid (12%), de Druzen (3%) en de christenen (plm. 10% van de bevolking), die door het lot van hun geloofsgenoten in Irak weten dat de gevolgen van een machtswisseling voor hen uiterst akelig zullen zijn. Kortom: Assad staat weliswaar met de rug tegen de muur, maar hij kan rekenen op de trouwe steun van ongeveer een kwart van de bevolking. Ook steunt het sji’ietische Iran hem, al is het nut van die steun twijfelachtig omdat het vijandige Irak tussen Iran en Syrië ligt.

De enige manier waarop Assad kan overleven – dit in de meest letterlijke betekenis – is door meedogenloos op te treden tegen mogelijke verzetshaarden. Geen wonder dat de Syrische geheime dienst tot in alle geledingen van de samenleving is geïnfiltreerd en er alles aan doet om de Syrische bevolking veel angst aan te jagen.Alles wijst er op dat dit ook gaat lukken.

Niemand, uitgezonderd radicale islamisten, heeft er belang bij om Assad af te zetten. Anders dan in het olierijke, vlak bij Europa gelegen Libië is er geen dringend economisch belang voor de westerse mogendheden om Assad te verwijderen. Assad is in tegenstelling tot Gadaffi voorspelbaar en voornamelijk op lijfsbehoud gericht.

Ook Israël heeft het nodige profijt van de status-quo in Syrië. Het land is te zwak en te arm om een reële bedreiging te vormen. Israëls geopolitieke nachtmerrie: een heropstanding van een Arabisch of neo-Ottomaans kalifaat, zal op deze manier niet snel worden gerealiseerd.

Assads positie wordt op middellange termijn prettiger, omdat buurland Irak in meerderheid een sji’ietisch land is. Als de Amerikanen daar eenmaal vertrokken zijn, wat ze gezien de budgettaire problemen zullen moeten doen, zal Irak een neutrale of pro-Iraanse regering krijgen. Dit zou Assad de zuurstof geven om het nog een paar jaar uit te zingen. Zijn regime is op langere termijn echter ten dode opgeschreven. Zijn land beschikt met het opraken van de olie nauwelijks over natuurlijke hulpbronnen. Alleen een ontwikkelde liberale markteconomie kan de verarmde bevolking voldoende opleveren om van te bestaan. Hij zal vermoedelijk proberen het Chinese model te volgen: economische liberalisatie en brute politieke repressie.

Pakistan bestaat uit twee dichtbevolkte eilanden: de noordelijke en de zuidelijke Indusvallei.

Islamistisch terrorisme voor Pakistan logische optie

Geopolitiek gezien is de situatie van Pakistan uiterst beroerd. Geen wonder dat Pakistaanse leiders terugvallen op islamitisch fundamentalisme en terrorisme.

Pakistan bestaat uit twee dichtbevolkte eilanden: de noordelijke en de zuidelijke Indusvallei.
Pakistan bestaat uit twee dichtbevolkte eilanden: de noordelijke en de zuidelijke Indusvallei.

Alleen islam brengt eenheid in Pakistan
Pakistan bestaat geografisch gezien voornamelijk uit een dichtbevolkte riviervallei: de Indusvallei, waarvan het noordelijk deel de provincie Punjab vormt. In deze provincie woont zestig procent van de Pakistaanse bevolking. De Punjab vormt dan ook het geografische hartland van Pakistan en is de basis van politieke invloed. In de overige gebieden: de Thar-woestijn op de grens met India,  het woestijnachtige Baluchistan op de grens met Iran, NWFP (het bergachtige grensgebied met Afghanistan) en Sindh, de zuidelijke Indusvallei, worden andere talen dan Punjabi gesproken. De havenstad Karachi (en de omringende provincie Sindh) kent de nodige rivaliteit met het noorden.

Pakistan kent maar één verbindend element. Na het uitmoorden en verdrijven van vrijwel alle hindoes en sikhs in 1948 en de jaren daarna, is 98% van de bevolking islamiet. De politieke leiders van Pakistan beroepen zich daarom graag op de islam. Ook beschouwen Pakistanen  zichzelf als Arischer, en “dus” behorend tot een meer superieur ras, dan de donkerhuidiger bevolking van het Indiase subcontinent.

Pakistan: rivieren van bloed
De geschiedenis van Pakistan is, zelfs naar islamitische maatstaven, bloedig. Bij de onafhankelijkheid vielen al miljoenen doden. De grondslag voor het moderne Pakistan werd na de bloedige afsplitsing van Bangladesh gelegd. Het Pakistaanse leger heeft rond 1971 volgens schatting van de overheid van Bangladesh, drie miljoen, voornamelijk hindoeïstische, Bangladeshi’s gedood (naast massale verkrachtingen en martelingen). Ik heb persoonlijk nog een bedelaar gezien waarvan de ogen door het Pakistaanse leger waren uitgestoken. India greep na voortdurende provocaties in en het Indiase leger walste in slechts twee weken vernietigend over het Pakistaanse leger heen.

De gekozen president Zulfikar Ali Bhutto werd door het woedende leger verantwoordelijk gehouden voor deze grievende nederlaag tegen wat ze als een minderwaardig ras beschouwden. Generaal Zia ul-Haq greep de macht en doodde Bhutto (de vader van Benazir) in een schijnproces. Zia ul-Haq wilde voorkomen dat nog meer delen van Pakistan zich af zouden splitsen. Ul-Haq kreeg legitimiteit door Pakistan te islamiseren. Hij voerde de sharia in, wat slecht nieuws voor de Pakistaanse vrouwen en religieuze minderheden betekende en gaf opdracht tot het ontwikkelen van de Pakistaanse atoombom. Hiermee werd hij een held in de ogen van de meeste Pakistaanse islamieten.

Opeenvolgende Pakistaanse regeringen probeerden aartsrivaal India af te troeven, zonder veel succes. Daarvoor is de omvang en bevolking van Pakistan te klein, slecht opgeleid en corrupt. De hoge uitgaven aan het leger maakten dat het onderwijs verkommerde. Islamisten namen deze taak over.

Rivaliteit met India
Het Indiase subcontinent kent twee rivierensystemen: dat van de Ganges en Brahmaputra (die de Indiase deelstaten Uttar Pradesh, Bihar, West-Bengalen en Assam, alsmede Bangladesh (waar Ganges en Brahmaputra samenkomen), omvatten, en de Indus. Waar de meer intellectuele (ook overwegend islamitische) bevolking van Bangladesh zich beperkt tot een ongemakkelijke rivaliteit met India, is India voor Pakistan een allesbepalende obsessie. Het Indiase leger is veel groter en sterker dan het Pakistaanse en alleen de dreiging met atoomwapens (verkregen dankzij Nederlandse “ontwikkelingshulp”) geeft Pakistan nog enige grandeur.
De realiteit is echter dat alleen de grote hoeveelheid Amerikaanse hulp voorkomt dat het land afzakt tot onder het niveau van Bangladesh.

Ook Pakistan zelf wordt geteisterd door haat, geweld en terreur.
Ook Pakistan zelf wordt geteisterd door haat, geweld en terreur.

Terreur als strategische optie
Pakistan heeft slechte ervaringen met openlijke oorlogen met India, zowel in Kashmir als in Bangladesh. Het voornaamste strategische wapen van Pakistan is de islamitische minderheid in India, vooral in Kashmir. Het armoedige, door haat, bloedig geweld en corruptie geteisterde Pakistan is echter niet bepaald een aanlokkelijk gidsland. Zeker niet in Kashmir waar men Pakistan van nabij kent.

Terreur heeft echter twee grote voordelen voor Pakistan. Ten eerste betekent het voor India dat het land heel veel energie moet steken in het beveiligen van het land. Elke zware terreuraanslag in India betekent gezichtsverlies, terwijl de risico’s voor Pakistan minimaal zijn. ten tweede dwingt het de Amerikanen om Pakistan te steunen om te voorkomen dat islamisten de macht grijpen in Pakistan. Dezelfde strategie die dictator Saleh in Jemen toepast.

Het lijkt er echter op dat dit spelletje steeds minder goed gaat werken. India is voor de VS als tegenwicht tegen China een veel nuttiger bondgenoot dan Pakistan. Zeker nu het islamitisch terrorisme vermindert en de VS zich terugtrekt uit Afghanistan.  Geen wonder dat de politieke leiders in Pakistan zich steeds meer zorgen maken.

Catastrofaal of geleidelijk afkicken van fossiele brandstof


Doemdenkers voorspellen net als milieubeschermers en klimaatactivisten, graag een catastrofe. Zonder die catastrofe worden ze niet serieus genomen. Maar het is erg ongeloofwaardig dat de wereld, zoals wij die kennen in een paar dagen of een paar maanden compleet verandert.

Het klimaat kan alleen verder opwarmen als de immense oceaanoppervlakken op Aarde opwarmen en dat duurt nu eenmaal erg lang (decennia).
Hetzelfde geldt voor het opraken van steenkool, aardgas en aardolie. Het duurt tientallen jaren voordat de produktie van een kolenmijn, een aardgasveld of een oliebron zover is afgenomen dat vootzetten van exploitatie onrendabel wordt.

De olieproduktie in de VS piekte in 1970 en de economische almacht van de VS staat het laatste decennium onder druk. Toch leveren de duizenden oliebronnen binnen de VS al tientallen jaren voldoende olie om miljoenen auto’s te laten rijden en duizenden vliegtuigen in de lucht te houden. De afname van de olieproduktie, en van het aantal gereden en gevlogen kilometers gaat heel geleidelijk. Van een catastrofale ineenstorting is geen sprake.

Ook als de produktie van steenkool, aardgas en aardolie wereldwijd terugloopt, dan wordt dat produktieverlies uitgesmeerd over heel veel gebruikers.

Lees de rest op Cassandraclub.

Japan ontdekt de prijs van complexiteit

Door de aardbeving moesten in Japan en in de VS de Toyota-fabrieken de produktie staken. Er kunnen geen auto’s meer in elkaar gezet worden omdat sommige onderdelen niet meer op voorraad zijn. Die onderdelen worden in Japanse fabrieken gemaakt, maar die zijn getroffen door de aardbeving en tsunami. Nu worden zelfs de Toyota-fabrieken in Europa stilgelegd.
De Toyota-fabrieken zijn afhankelijk geworden van heel veel toeleveranciers.
Het is de prijs van complexiteit.

De eerste auto’s bestonden uit tientallen onderdelen. Die onderdelen werden in de autofabriek zelf of dicht in de buurt gemaakt. Moderne auto’s bestaan uit duizenden onderdeeltjes. Veel van die onderdeeltjes worden gemaakt in gespecialiseerde fabrieken om de kosten te drukken.

Hoe complexer een produktieproces, hoe kwetsbaarder het wordt voor onderbrekingen.
En hoe complexer de samenleving georganiseerd is, hoe kwetsbaarder die samenleving wordt.

De Japannners zijn met de neus op de feiten gedrukt.
Het moet anders, simpeler en flexibeler.
In een aardbevingsgebied met weinig brandstof blijkt een fiets opeens een heel flexibel vervoermiddel.

Lees het hele verhaal op Cassandraclub

In grote lijnen valt de taalgrens samen met een geografische grens: het vlakke, vruchtbare Vlaanderen contra het heuvelachtige Wallonië.

België: to be or not to be?

De geografische verschillen tussen het vlakke Vlaanderen en het heuvelachtige Wallonië dreigen het land uit elkaar te trekken. Toch is het uiteenvallen van België niet in het belang van de buurlanden.

Het ongelukkige huwelijk van laagvlakte en heuvelland
België maakt geografisch deel uit van de Noord-Europese laagvlakte en verbindt het dichtbevolkte Noord-Frankrijk met het Rijngebied. Dat betekent dat België zowel een handelsknooppunt is als een geliefd doelwit voor invasielegers op mars. Het land bestaat uit drie taalgebieden: het vlakke Nederlandstalige Vlaanderen, het heuvelachtige Wallonië en het kleine Duitstalige grensgebied rond Eupen. Deze taalgebieden komen ruwweg overeen met de geografie. Er bestaan felle spanningen tussen de Vlamingen, zestig procent van de bevolking, en Walloniërs, die voor een groot deel terug te voeren zijn op economische verschillen en daaruit voortvloeiende machtsverschillen.

In grote lijnen valt de taalgrens samen met een geografische grens: het vlakke, vruchtbare Vlaanderen contra het heuvelachtige Wallonië.
In grote lijnen valt de taalgrens samen met een geografische grens: het vlakke, vruchtbare Vlaanderen contra het heuvelachtige Wallonië.

Vlaamse handelaren versus Waalse keuterboertjes
België valt samen met wat na de Nederlandse opstand tegen de Spanjaarden de zuidelijke Nederlanden heette. Vlaanderen was altijd al een welvarend landbouw- en handelsgebied, geholpen door de vele waterwegen en vlakke geografie, terwijl het armoedige Wallonië werd gehinderd door het ontbreken van goede wegen en aaneengesloten dichtbevolkte gebieden. De Zuidelijke Nederlanden maakten na enkele roerige eeuwen Habsburgs en Oostenrijks bestuur enkele jaren deel uit van Nederland, waarna een door Frankrijk gesteunde volksopstand leidde tot de onafhankelijkheid van België. De door Franstaligen overheerste regering investeerde veel geld in de industrialisatie van het erts- en steenkoolrijke Wallonië. Wallonië veranderde daardoor in het welvarendste gebied van België, wat de overheersende positie van de Franstaligen versterkte. Dit wekte, met de taalwetten, uiteraard de nodige wrevel onder de Vlamingen.

Vlamingen profiteren van hun talenkennis en de geografie
Toen net als in de rest van Europa de Waalse industrie in de jaren zeventig in elkaar zakte en in België de dienstensector het belangrijkst werd, bleek de strategische ligging en gunstige geografie van Vlaanderen weer zoals vanouds een voordeel. De enige grote haven van België, die van Antwerpen, ligt in Vlaanderen. Ook spreken Vlamingen over het algemeen goed Engels en Frans, terwijl Walen er weinig voor voelen om Nederlands, Duits of Engels te leren: een paradoxaal gevolg van de discriminatie van Nederlandstaligen in het verdere verleden. Dit gaf de Vlamingen een grote voorsprong om optimaal gebruik te maken van de nieuwe diensteneconomie. De welvaart in Vlaanderen nam daarom snel toe terwijl die in Wallonië stagneerde. De economische macht verschoof steeds meer naar Vlaanderen. In Nederland waren de industriële gebieden veel homogener verdeeld over het land (Limburg, Twente, Rotterdam), waardoor de sociale onrust veel minder samenviel met geografie.

In Wallonië heerst daarom nu een gevoel van rancune en malaise (ook omdat zestig procent van België Nederlandstalig is), terwijl de Vlamingen zich economisch uitgebuit voelen (per jaar gaat er plm. 5,5 miljard euro van Vlaanderen naar Wallonië, dat is bijna duizend euro per Vlaming per jaar).

Groot-Nederland betekent boze Fransen.
Groot-Nederland betekent boze Fransen.

Splitsing van België: de gevolgen
Als België zou worden gesplitst in een Nederlandstalig en een Franstalig deel, zou dit enkele conflicten beëindigen, maar nieuwe conflicten veroorzaken. Zo is er de tweetalige stad Brussel (nu in de praktijk een Franstalige stad), als vestigingsplaats van de EU een gewilde trofee voor zowel Walen als Vlamingen. Als de zes miljoen Vlamingen met de zeventien miljoen Nederlanders in één land zouden wonen, zou dit Nederland aanmerkelijk sterker maken dan nu. Wel zou de mededinging tussen de Antwerpse en de Rotterdamse haven wat binnenlandse spanningen opleveren.

Groot-Nederland zou hiermee definitief geostrategisch veranderen in een middelgroot land en een serieuze mededinger voor de macht op de Noord-Europese laagvlakte  (met alle geostrategische gevolgen van dien; zo werkt het klassieke Nederlandse spel niet meer).  Ook zou Nederland dan direct aan het dichtstbevolkte deel van Frankrijk grenzen dat nu nog op voor Nederlanders comfortabele afstand ligt. In veel opzichten zou de efficiënte, goed geoliede diensteneconomie van Groot-Nederland, dat veel weg heeft van een enorme stad en ook economisch een formidabele macht vormt, hiermee sterker worden dan het gebied rond Parijs en het door stakingen geteisterde Frankrijk stevig in de marge drukken. Vermoedelijk zal Frankrijk hier niet erg blij mee zijn en heel wat minder coöperatief worden dan nu.

Voor Frankrijk zou de absorptie van drie miljoen armlastige Walloniërs weinig problemen opleveren, maar de krachtsverhouding met Duitsland zou geografisch gezien verstoord worden.  Er ontstaat een tweede grens met Duitsland, vlak bij het Ruhrgebied, deze keer zonder een beschermende rivier er tussen als buffer. Geen prettig vooruitzicht voor de Duitsers, die er vermoedelijk dan ook alles aan zullen doen dat te voorkomen.

Een betere oplossing
De Belgen zullen moeten leren leven met de realiteit dat ze rond een taalgrens wonen. Onderwijs in de talen Frans, Duits en Nederlands moet op alle scholen, dus ook in Wallonië, verplicht worden gesteld. Ook moet het merkwaardige onderscheid tussen Franstalige en Nederlandstalige partijen en de vele bizarre taalregels verdwijnen. Overal in België moeten burgers terecht kunnen in het Nederlands, Frans en Duits. Politieke ideologie heft immers weinig te maken met taal. Ook moet er een einde komen aan de transfers, deze zuigen Vlaanderen leeg en werken verwoestend en ontwrichtend in Wallonië. Dit geld kan beter worden besteed aan goed taalonderwijs, bijvoorbeeld aan Waalse werklozen die zo in Vlaanderen kunnen werken. Ook kunnen de Belgen zo maximaal profiteren van de lucratieve Europese overheidsbureaucratie rond Brussel.

De Libische bevolking leeft geconcentreerd in twee gebieden: Tripolitanië en Cyrenaica.

Verdeel Libië onder in twee staten

Geografisch bestaat Libië uit twee delen: Tripolitanië (het westelijke kustgebied) en Cyrenaica die het grootste deel van de geschiedenis ook twee aparte provincies of rijken vormden. Het opsplitsen van Libië in twee staten heeft de nodige voordelen.

De Libische bevolking leeft geconcentreerd in twee gebieden: Tripolitanië en Cyrenaica.
De Libische bevolking leeft geconcentreerd in twee gebieden: Tripolitanië en Cyrenaica.

Libië is een enorm, maar dunbevolkt land waar de meeste mensen in maar twee kleine gebieden wonen: het waterrijke Tripolitanië, rond de hoofdstad Tripoli, en Cyrenaica, rond Benghazi en Tobroek. De rest van het land, Fezzan, bestaat uit woestijn met een handjevol oases in het zuiden. De burgeroorlog in Libië golft heen en weer tussen de twee grote bevolkingsconcentraties in het land. Zodra de aanvoerlijnen van één kant te lang worden, legt deze het af. Een steeds groter deel van het ooit zeer welvarende land wordt in puin geschoten – door Gadaffi, door de opstandelingen en door NAVO-vliegtuigen: de zogeheten vredesbombardementen, dat laatste vanzelfsprekend met een nobel doel.

Volgens de main stream media is Moeammar Gadaffi een eenling, een knotsgekke en bloeddorstige dictator die zijn volk wil uitmoorden en zijn de opstandelingen nobele, naieve idealisten die een democratie naar westers model voor ogen hebben. De werkelijkheid is, zoals wel vaker, anders dan de media doen voorkomen.

Gadaffi
Gadaffi heeft het nodige bloed aan zijn handen. Hij steunde diverse terroristische groeperingen en trad bloedig op tegen dissidenten in binnen- en buitenland. Ook de burgeroorlog toont aan dat Gadaffi niet terugschrikt voor een mensenleven meer of minder. Hierin is hij echter geen uitzondering en zelfs naar Noord-Afrikaanse  maatstaven vrij mild. Denk bijvoorbeeld aan de gewaardeerde bondgenoten van het westen, wijlen koning Hassan II van Marokko die buurland Sahara onder de voet liep (en duizenden dissidenten liet verdwijnen), het tirannieke Saoedische bewind of Saddam Hussein die meer dan een miljoen doden op zijn geweten heeft. De man heeft zijn zakken aanzienlijk gevuld, maar heeft zijn volk hierin redelijk mee laten delen.

Gadaffi is een eigengereide man die een eigen, unieke politieke filosofie heeft ontwikkeld waarin socialisme en de islam zijn samengevoegd tot wat hij de “Derde Weg” heeft genoemd. De enorme olie-inkomsten en de geringe bevolking van Libië maakten dat hij zijn aandacht verlegde naar het buitenland. Buiten Libië deed hij zijn best om de islamisering te bevorderen. Zo was hij in Darfur de grondlegger van het Islamitische Legioen, wat later de moordzuchtige Janjaweed zou worden en liet overal in Afrika grote moskeeën verrijzen. Zijn steun aan terroristische groeperingen en revolutionaire retoriek maakten hem weinig populair bij de westerse grootmachten. Op middelbare leeftijd werd hij iets gematigder en deed hij afstand van zijn massavernietigingswapens, waardoor steeds meer westerse leiders over hun bezwaren heenstapten en een plek op de lucratieve Libische markt probeerden te veroveren. Ze waren echter niet vergeten wat hij in het verleden heeft gedaan. Vandaar dat ze de kans om van lastpost Gadaffi af te komen met beide handen aangrepen.

De islamistische achtergrond van veel rebellen
Cyrenaica is al decennia lang een hotbed voor islamisme. Een groot deel van de Al Qaeda-strijders komt uit dit gebied. Islamisme blijkt een geschikte ideologie om zich af te kunnen zetten tegen Tripolitanië en Gadaffi. Weliswaar is Gadaffi zlf een fervente islamist en Arabische nationalist, maar Gadaffi voerde enkele vernieuwingen door, zoals vrouwenrechten en het moderniseren van de sharia (w.o. het afschaffen van lijfstraffen voor vergrijpen als diefstal en overspel), die in de ogen van fundamentalistische soennieten ongehoorde ketterij vormen. In tegenstelling tot Gadaffi zelf hebben de rebellen geen gezamenlijke ideologische achtergrond. De berichten van de laatste weken wijzen op een steeds grotere invloed van islamistische elementen.

Twee islamisten maken onderdeel uit van de Libyan National Transition Council: Abd al-Hakim Hasidi, Al Qaeda Afghanistanveteraan en Al-Amin Bilhaj, lid van de Lioische afdeling van de Moslimbroederschap en betrokken bij een extremistische islamistische groep in Groot-Brittannië die nu naar Benghazi af is gereisd. Kortom: krijgen de rebellen in Cyrenaica de controle over heel Libië, dan betekent dit waarschijnlijk dat het land een islamistischer staat wordt.

De voordelen van het opdelen van Libië
Libië kent nu al de facto twee infrastructuren met eigen oliehavens,verzorgingsgebieden en dergelijke. De animositeit tussen beide delen is groot. Daarom is het verstandiger het land in twee stukken op te delen. Daarmee stopt de burgeroorlog. Gadaffi moet veel minder olieinkomsten verdelen over een relatief grote bevolking (driekwart van alle Libiërs woont in het westen, terwijl de olieproductie maar een derde van het totaal is), waardoor hij nauwelijks geld overhoudt voor woeste avonturen. Eventueel kan een van zijn wat minder extremistische zonen, zoals Sayf ul-Islam Gadaffi,  de macht overnemen. Diens grote overschrijftalent bewijst dat de man in tegenstelling tot zijn vader niet erg creatief is, een groot pluspunt voor een puppet dictator.

Het oosten van het land is wel een probleem, maar ook hier geldt dat er veel geld zal moeten worden gestoken in het opbouwen van een nieuwe overheidsbureaucratie en het opbouwen van de vele vernielde huizen en gebouwen. Wel is een permanent probleem dat er grote hoeveelheden wapens in handen van schietgrage islamisten vallen. Dit zal de regio zwaar destabiliseren. Aan de andere kant, daar heeft Gadaffi zelf ook al behoorlijk aan meegeholpen…

Ivoorkust: een tweestatenoplossing is het beste.

Splits Ivoorkust in tweeën

Ivoorkust is verdeeld in een islamitisch noorden en een christelijk en animistisch zuiden met volkomen verschillende culturen. Opdeling van het land, zoals in Sudan gebeurd is,  is daarom de beste oplossing om verder bloedvergieten te voorkomen.

Ivoorkust: ooit een welvarend land
Ooit was Ivoorkust een van de rijkste landen van Afrika. Félix Houphouet-Boigny, de zoon van een cacaoboer, bestuurde het land weinig democratisch, maar effectief (al stak hij behoorlijk veel in eigen zak). Daardoor kon het land uitgroeien tot de grootste cacao-exporteur ter wereld en groeide de economie met tien procent per jaar. Helaas stortte halverwege de jaren zeventig de cacaoprijs in. Dit bracht Ivoorkust in grote problemen.

Welvaart versterkt islamisering
Met de welvaart ontstonden de problemen. Islamitische immigranten uit de straatarme noordelijke buurlanden Mali en Burkina Faso migreerden massaal naar het rijke en vruchtbare Ivoorkust. Hiermee zetten ze een eeuwenoud patroon in West-Afrika door waarbij door migratie en veroveringen de zuidelijke grensgebieden geïslamiseerd werden. Bij de onafhankelijkheid van Ivoorkust was de bevolking overwegend christelijk, maar door de massale instroom en hoge geboortecijfers van de islamieten veranderde dat snel. De islamieten wonen in het armere noordelijke deel, de christenen en animisten in het rijkere zuidelijk deel. De islamieten voelden zich gediscrimineerd, dus grepen ze naar de wapens. Door de burgeroorlog werd het land effectief in tweeën gesplitst.

Massale immigratie leidt tot islamitische verkiezingsoverwinning
Het resultaat van de voortdurende immigratie (een kwart van de bevolking is islamitische immigrant) is dat het land anno 2011 meer islamieten dan christenen telt.

Ivoorkust: een tweestatenoplossing is het beste.
Ivoorkust: een tweestatenoplossing is het beste.

De uitslag van de verkiezingen in 2010 was dan ook niet moeilijk te voorspellen. De islamiet Alassane Ouattara, nakomeling van een islamitische immigrant, won met 54%. Zijn opponent uit het zuiden, Laurent Gbagbo, in de internationale media weggezet als machtswellustige dictator, tekende bezwaar aan tegen de uitslag en liet in enkele provincies de uitslag ongeldig verklaren. Als gevolg hiervan behaalde hij alsnog een meerderheid. Deze manoeuvre werd echter internationaal niet erkend. De bondgenoten van Gbagbo, de zwart-Afrikaanse staten in Centraal-Afrika, zijn te zwak en liggen te ver bij Ivoorkust uit de buurt.

Gbagbo had verder de pech dat Ivoorkust lid is van de franc CFA zone. Het was daarom voor de overwegend islamitische West-Afrikaanse landen een koud kunstje om zijn geldtoestroom af te knijpen. Hierdoor kon hij zijn soldaten niet meer betalen. Eind maart deserteerden ze massaal, waarna de moordende en verkrachtende bendes van Ouattara het zuiden onder de voet konden lopen. Op dit moment ziet het er daarom uiterst beroerd uit voor Gbagbo en het Ivoriaanse volk.

De oplossing: splits het land in tweeën
In feite was er tussen 2002 en 2010, toen de frontlijn tussen noord en zuid zich had gestabiliseerd, geen probleem. Het dagelijks leven ging zijn gang.

We zien nu dat door het ingrijpen van de VN en andere internationale organisaties de burgeroorlog weer is opgelaaid en gewapende bendes aan etnische zuiveringen doen. Daarom is het beter het land in tweeën te splitsen. Om verdere etnische problemen te voorkomen, zal ook verdere immigratie  naar het zuiden voorkomen moeten worden.