Wat zou er met de wereld die we kennen gebeuren als de olie plotsklaps op zou raken? Aanhangers van de peak oil theorie geloven dat de piek in olieproductie snel nadert of zelfs al gepasseerd is. Hoe zou ons leven er uit zien zonder de stroperige drab? Antwoord: we zouden voor een aantal heel vervelende problemen komen te staan. En wellicht is dat moment veel dichterbij dan de meesten zich realiseren.
De gevolgen van een olietekort zouden veel verder reiken dan waar veel mensen bij stil staan. Niet alleen zouden auto’s en vliegtuigen stil komen te staan, ook zou er een einde komen aan de moderne landbouw zoals we die nu kennen en de petrochemische industrie.
Deze documentaire geeft een inzicht in hoe een maatschappij om kan gaan met een radicale verandering, in dit geval het wegvallen van 50% van alle olie importen en 80% van de voedsel importen binnen een zeer korte periode. Inspirerend om te zien en wellicht kunnen we in Nederland ook een aantal nuttige lessen leren van Cuba. In de Happy Planet Index staat Cuba bijna 50 plaatsen hoger dan Nederland, misschien dat deze film meer inzicht kan geven in hoe dat is gekomen. :-)
The Community Solution, How Cuba Survived Peakoil:
When the Soviet Union collapsed in 1990, Cuba’s economy went into a tailspin. With imports of oil cut by more than half – and food by 80 percent – people were desperate. This film tells of the hardships and struggles as well as the community and creativity of the Cuban people during this difficult time. Cubans share how they transitioned from a highly mechanized, industrial agricultural system to one using organic methods of farming and local, urban gardens. It is an unusual look into the Cuban culture during this economic crisis, which they call “The Special Period.” The film opens with a short history of Peak Oil, a term for the time in our history when world oil production will reach its all-time peak and begin to decline forever. Cuba, the only country that has faced such a crisis – the massive reduction of fossil fuels – is an example of options and hope.
http://youtu.be/UUWces5TkCA
Naast deze film is de online te bekijken serie Peakmoment ook zeer interessant, zij behandelen ook allemaal onderwerpen die ons wellicht van pas kunnen komen bij een transitie naar een wereld zonder fossiele energie. Op Peak Moment: Locally Reliant Living for Challenging Times vele interessante video`s.
Olie wordt steeds schaarser en moeilijker te winnen. Volgens de beroemde voorspelling van de Amerikaanse geoloog L. King Hubbert, treedt dertig jaar na de piek in ontdekkingen van voorraden, een productiedaling op, de zogeheten Hubbert Peak. Is deze peak oil, of meer in het algemeen het opraken van natuurlijke hulpbronnen, inderdaad het nijpendste probleem?
Duidelijk is te zien dat windenergie en zonne-energie een veel hoger energierendement hebben dan olie uit teerzand. Toch gaan we nog massaal door met deze kansloze, verwoestende praktijk. bron: Wikimedia Commons
De wet van de afnemende meeropbrengst
Voor vrijwel alle processen, waaronder ook zaken als landbouw en oliewinning, geldt de wet van de afnemende meeropbrengst. Als de hoeveelheid input, bijvoorbeeld arbeid en energie, wordt verdubbeld, betekent dat niet een verdubbeling van de opbrengst. De opbrengst stijgt met een kleiner percentage. Bij energiebronnen kan dit worden uitgedrukt met behulp van het getal EROEI: energy returned on energy invested. Als voor een bepaalde energiebron geldt dat elke joule die wordt geïnvesteerd, er tien joules uit worden gehaald, heeft deze energiebron een EROEI van tien. Bij aardolie en overigens ook andere fossiele brandstoffen zoals steenkool, is deze EROEI sterk aan het dalen. De eerste oliebronnen, bijvoorbeeld de legendarische oliebron in Titusville, Pennsylvania, kenden een EROEI van enkele honderden. Door 27 meter diep met de hand te boren, met een snelheid van ongeveer een meter per dag, slaagde Edwin Drake er in de eerste olie aan te boren. De hoeveelheid geïnvesteerde energie, spierkracht, was wellicht ongeveer één olievat. Deze bron leverde uiteindelijk duizenden olievaten. Nu wordt er naar olie geboord op meer dan tien kilometer diepte in bijvoorbeeld de Golf van Mexico en wordt er moeizaam stroperige teerzandolie gewonnen uit teerzanden in West-Canada. De EROEI hiervan is bedroevend laag: rond de drie tot vijf, in extreme gevallen zelfs 1,3. Een EROEI van één betekent dat een operatie netto geen energie meer oplevert.
Hulpbronnen versus techniek
De wet van afnemende meeropbrengst geldt niet voor techniek. Integendeel zelfs. Hier geldt de wet van de exponentiële groei. Elke nieuwe techniek vergroot namelijk het nut van de bestaande techniek en maakt het makkelijker om nog betere techniek te ontwikkelen. Stel, er wordt een materiaal uitgevonden dat tien keer zo sterk is als bestaande materialen, bijvoorbeeld koolstofnanovezel. Dan betekent dit dat bestaande apparaten veel sterker en lichter zullen worden. De bestaande technieken worden hierdoor veel effectiever. Daarom zien we dat terwijl de natuurlijke hulpbronnen in hoog tempo uitgeput raken, de ontwikkeling van techniek als een steeds sneller voortrazende lawine voortdendert.
In plaats van onze natuurlijke hulpbronnen op te maken en de aarde in één grote vuilnisbelt te veranderen, wat lijders aan peak fantasy willen, is het veel slimmer om de onuitputtelijke bron van de techniek maximaal uit te buiten. Helaas zien we dat door patentwetgeving en dergelijke deze onuitputtelijke bron wordt belemmerd in zijn stroom. Terminaal zieke bedrijfstakken als de petrochemische industrie en de parasitaire bankensector worden werkelijk met miljarden euro overheidsubsidie overeind gehouden, terwijl door een oerwoud aan bureaucratie vernieuwing wordt tegengehouden.
Steeds meer grote olievelden hebben de geest gegeven. Nu is, zoals het er nu naar uitziet, de productie van het grootste olieveld ter wereld, Ghawar in Saoedi-Arabië, aan het dalen. Dat is vervelend nieuws. Uiterst vervelend nieuws. Want er is geen alternatief voor Ghawar…
Twilight in the desert
Saoedi-Arabië is de grootste olieproducent ter wereld. Minder bekend is dat zestig procent van deze olie uit maar één gigantisch veld afkomstig is: het Ghawar olieveld in het oosten van het land dat al meer dan een halve eeuw geleden is ontdekt. Op dit moment produceert het Ghawar veld zes miljoen vaten per dag. Dat is zes procent van de wereldproductie, meer dan de productie van bijvoorbeeld Iran en Irak bij elkaar.
Kortom: als het Ghawar olieveld uitvalt, hebben we een enorm probleem. De vraag naar olie neemt nog steeds toe terwijl de productie de vraag niet meer bij kan houden. De werkelijke toestand van de olievelden in het land is één van de bestbewaarde geheimen in het koninkrijk. Er zijn echter een aantal verontrustende tekenen dat Ghawar aan het haperen is[1]. Zo worden er steeds meer boorputten geboord om zeewater in de rots te pompen. Dit water verdringt de olie, zodat deze opgepompt kan worden. Deze techniek wordt doorgaans gebruikt bij verouderende olievelden om daar het laatste restje olie nog uit te kunnen persen. Naar schatting is tweederde van de winbare hoeveelheid olie al uit het veld gepompt – een verbijsterende tien kubieke kilometer olie, dat is twee keer het IJsselmeer vol olie.
Globaal handelssysteem is zeer kwetsbaar
Op zich is het uiteraard een goede zaak als er eindelijk een einde komt aan het gebruik van olie. Dat wil zeggen: als we de gelegenheid krijgen onze economie daar op tijd op aan te passen. Het nachtmerriescenario is dat de olieprijs heel snel gaat stijgen. Zo snel, dat het zeer complexe handels- en productiesysteem dat onze moderne economie uitmaakt, als geheel uit elkaar valt. Zo zijn we gedwongen terug te vallen op technieken uit een eerder tijdperk. Door het verdwijnen van heel veel industrie uit Europa (en Nederland in het bijzonder) hebben we onszelf bijzonder kwetsbaar gemaakt. Vooral bedrijven die laagtechnologische dingen of dingen uit lokale grondstoffen en halffabrikaten maken, zijn robuuster.
Europa, rijp voor de slacht
Helaas zijn juist deze bedrijven nu massaal weggevaagd door de concurrentie uit lage-lonen landen. Veel bedrijven konden alleen overleven door hun activiteiten te verplaatsen naar China. Zeer vervelend. Het zijn nu net de middelgrote en kleine bedrijven, vooral uit de industriële sector, die de bron zijn voor de meeste innovaties. De gevolgen zijn duidelijk. Die innovaties zullen niet gedaan worden door meneer Müller uit Keulen of mevrouw Torres uit Barcelona, maar door de heer Zheng uit Sjanghai of mevrouw Li uit Kanton. Als de rookwolken van de financiële crisis zijn opgetrokken, zal het machtscentrum in de wereld verschoven zijn naar Oost-Azië. Europa zal dan totaal irrelevant zijn geworden.
Maar we zullen de banken gered hebben hoor. Dat wel. Al zullen ze dan hun hoofdkantoor verplaatst hebben naar Hong Kong of Singapore. Met dank aan de visionaire politieke leiding.
Het wordt steeds moeilijker om olie te winnen. De ene na de andere olieproducent verandert in olie-importeur. Tegelijkertijd wordt alternatieve energie steeds overvloediger beschikbaar. Wat zal de race winnen? De gegevens wijzen overduidelijk op één uitkomst…
Steeds grotere energietekorten?
Op Visionair.nl zijn we nogal optimistisch ingesteld. We geloven dat de mens weliswaar niet erg wijs is, maar wel uitgerust is met de grootste hulpbron denkbaar: een brein van anderhalve kilogram, de meest complexe structuur op aarde. En al is het over het algemeen bedroevend gesteld met de mate waarin we hiervan gebruikmaken, toch hebben we met vallen en opstaan al heel wat bereikt.
Door verschillende websites, zoals door onze gewaardeerde collega’s van Cassandra Club, wordt gesteld dat onze beschaving snel in zal storten door het opraken van fossiele brandstoffen en dat daar al de eerste tekenen van waar te nemen zijn. Zo zijn er volgens Cassandra Club steeds meer brandstoftekorten in de wereld en heerst er in China energieschaarste.
De door Cassandra Club genoemde feiten zijn onloochenbaar waar en ook goed onderbouwd. De interpretatie die ze er aan geven is echter discutabel. Er zijn namelijk ook de nodige tegenkrachten aan het werk, die nu al in hoog tempo energietekorten iets uit de middeleeuwen zullen maken. Inderdaad kan de olieproductie de aanzwellende vraag niet bijbenen en verwachten we de komende maanden sterke olieprijsstijgingen. Ook de steenkoolproductie kampt met vergelijkbare problemen. Deze zullen echter enkele hoopvolle ontwikkelingen sterk gaan versnellen. Hiervan zullen we er drie belichten.
Explosieve groei zonne-energie maakt de zon goedkoper dan fossiel
De prijs van zonnepanelen is nu sterk afgenomen en daalt nog steeds sterk. In subtropische landen met veel zonneschijn en hoge elektriciteitsprijzen, zoals Japan, Spanje, de Amerikaanse deelstaten Hawaii en Californië is zonne-energie nu in 2011 al goedkoper dan fossiel opgewekte energie. Naarmate fabrieken sneller afgeschreven worden nadert het break-even punt sneller. In 2013 moet dit punt ook in landen als China en Nederland bereikt worden. Zelfs in het meest pessimistische scenario zal het in hooguit vijf of zes jaar zover zijn. De reden is eenvoudig. China, de grootste producent van zonnepanelen, heeft hier zelf dringend behoefte aan. Er zijn domweg onvoldoende fossiele brandstoffen om heel China een hoog welvaartspeil te verschaffen. China kan niet zoals de Verenigde Staten oliebronnen veroveren. Er is maar één effectieve uitweg. Juist de tekorten waar Cassandraclub over schrijft dwingen het land massaal te investeren in alternatieve energiebronnen (vooral zonnepanelen) waardoor de enorme productie en concurrentie de prijzen enorm zal doen dalen. Dit geldt ook voor Japan.
Apparatuur wordt steeds zuiniger
Naarmate energie duurder wordt, worden fabrikanten steeds meer gedwongen energiezuiniger apparaten te ontwikkelen. Er is nog een enorme winst te boeken – bij computers bijvoorbeeld in theorie nog een factor 100.000 tot een miljoen.
Apparatuur heeft steeds minder grondstoffen nodig
Er zijn steeds minder atomen nodig om een apparaat een bepaalde functie te geven. Bij computers is de vooruitgang uiteraard het spectaculairst (eeen moderne pc of iPad is sneller dan de allerbeste supercomputer van vijftien jaar geleden) maar ook voor steeds meer producten geldt dat er minder grondstoffen (en ook energie) nodig zijn om ze te maken. Recycling wordt steeds efficiënter – en terecht. Het metaalgehalte in huishoudelijk afval is hoger dan dat in veel ertsen. Onze afvalhopen kunnen wel eens de mijnen van de toekomst worden. De overvloedige zonne-energie zal ons in staat stellen alle atomen die we nodig hebben te winnen en te hergebruiken.
Kennis is tegenwoordig zo versnipperd dat als een wereldwijde ramp of ineenstorting van de energievoorziening een groot deel van de mensheid wegvaagt, we terugvallen tot het Stenen Tijdperk.
Wat houdt het Olduvai scenario in?
We schrijven 2030 (volgens de extreemste peakoil-pessimisten zelfs al over enkele jaren). Rond dat jaar zijn de makkelijk winbare delfstoffen uitgeput. De mineralogische barrière zorgt voor een lastige bottleneck. Aardolie, aardgas en een belangrijk deel van de steenkool zijn dan al schaars geworden. Auto’s komen stil te staan, minder efficiënte elektriciteitscentrales zijn buiten gebruik en roesten weg. Nog ernstiger: voedsel wordt schaars. Voor het produceren van stikstofmeststoffen moet namelijk stikstof uit de lucht worden omgezet in ammoniak. Dit kost veel energie. Energie die er dan nauwelijks meer is. Tractoren komen stil te staan. Het kost dan al de grootste moeite de wereldbevolking, rond 2030 meer dan acht miljard, van voldoende voedsel te voorzien en de schaarste aan kunstmest betekent de nekslag.
Wereldwijde anarchie breekt uit als de oogsten onvoldoende blijken om de bevolking in arme, dichtbevolkte landen te voeden. Enorme vluchtelingenstromen verlaten het Midden Oosten, Afrika, Centraal Amerika, India en China om te proberen in de vruchtbaarder buurlanden aan voedsel te komen.
Van internationale samenwerking is niet veel meer over. Grenzen worden afgesloten en bewaakt door met scherp schietende grenswachters. Er komt een nieuw IJzeren Gordijn om de rijke landen, deze keer om immigranten buiten te houden. Voedsel gaat ook in de rijke landen op rantsoen. Vlees eten wordt asociaal gevonden. Oorlogen breken uit om de controle van fosfaatmijnen, vruchtbare landbouwgebieden, de laatste oliebronnen.
Dan is ook de laatste makkelijk winbare olie op. Er is geen aardgas meer om zelfs de extreem vervuilende teerzandolie in Canada te winnen. Zelfs de dreiging van de Amerikanen Canada onder de voet te lopen als de levering van teerolie niet wordt hervat, helpt dan niet meer. Slochteren slaakt zijn laatste ademtocht. Nederlanders doen alleen de was nog als er wind staat. Frankrijk verkoopt de rest van de EU de ooit door de Groenen verfoeide kernstroom tegen schandalige woekerprijzen.
In de islamitische wereld krijgt de Mahdi, die zichzelf uit heeft geroepen als de opvolger van Mohammed, steeds meer macht. Hij verzamelt strijders voor de heilige oorlog om de ongelovigen onder de voet te lopen. De uitgehongerde bevolking van het Arabisch schiereiland en Noord-Afrika geeft massaal aan zijn oproep gehoor. Opmerkelijke uitzondering: Marokko, waar gouden tijden heersen door de torenhoge prijzen voor fosfaat. Eerst koelen ze hun woede op de kleine verwesterde elite. Dan is Israël aan de beurt dat terugslaat met kernwapens. Tel Aviv, Caïro, Damascus en Teheran veranderen in smeulende radioactieve poelen. De wereld staat aan de rand van de afgrond.
Energie als levensbloed van onze beschaving
Volgens de Olduvai theorie (genoemd naar de Oldupai-vallei in Tanzania waar overblijfselen van vroege mensachtigen zijn gevonden) gaat een industriële maatschappij ongeveer een eeuw mee. In ons geval: ongeveer van 1930 tot 2030.
Het Olduvai scenario gaat uit van de energieconsumptie per hoofd van de bevolking. Dat is met een goede reden. Energie is namelijk het levensbloed van elke geavanceerde beschaving. Met voldoende vrije energie is vrijwel alles te fabriceren, denk bijvoorbeeld aan goud uit zeewater.
Het nieuwe Stenen Tijdperk
Tot begin vorige eeuw kende het Duitse keizerrijk de bepaling dat iedereen die op de middelbare school zat, ook verplicht een ambacht moest leren. Zo schijnt keizer Wilhelm II een niet onverdienstelijk meubelmaker te zijn geweest (en houthakker, nadat hij af werd gezet en naar Nederland vluchtte). De filosofie er achter was interessant. De bedenkers van deze regel hadden niet bijster veel vertrouwen in de moderne industriële en diensteneconomie. Als er om welke reden dan ook een ineenstorting komt, kunnen mensen in ieder geval een vak uitoefenen, meenden de conservatieve Pruisen.
Op dit moment is deze kennis er niet meer. Het grootste deel van de bevolking werkt in de dienstensector en zelfs vakmensen, denk aan operators in een olieraffinaderij, TIG-lassers of VLSI-ingenieurs, zijn vaak zeer gespecialiseerd. Als het Olduvai scenario toeslaat, is er geen internet meer. Het internationale handelsnetwerk komt dan vrijwel stil te liggen. Maatschappelijke organisaties, de ingewikkelde samenwerkingsstructuren die grote bedrijven zijn, vallen uit elkaar. Specialistische vakkennis is waardeloos geworden. Generalisten: handige knutselaars die in staat zijn uit kapotte apparaten nieuwe te fabriceren, volkstuiniers, hobbyisten zijn dan zeer gewild. Alle landbouw wordt gedwongen biologisch, wat onvoldoende opbrengt om meer dan misschien twee miljard mensen te voeden. Als elektronica het steeds meer laat afweten worden dvd-roms en e-boeken waardeloos. De schaarse papieren boeken met kennis van exacte wetenschappen en techniek, vooral eenvoudige technieken, worden goud waard.
Hoe voorkomen we het Olduvai Scenario?
We kunnen wel iets, maar niet al teveel terug in het energiegebruik. Kunstmest zal nodig blijven om onze bevolking te voeden. Overschakelen naar elektrisch vervoer kan massaal, we moeten dan auto’s op perslucht ontwikkelen die misschien niet zo ver zullen rijden als benzine-auto’s, maar wel zonder schaarse metalen zijn te bouwen. Lithiumbatterijen vereisen meer kobalt dan makkelijk te winnen is; persluchttanks kunnen van koolstofvezels worden vervaardigd. Het opzetten van een landelijk of Europabreed netwerk van persluchtstations vereist vermoedelijk politiek ingrijpen.
Een nadeel van democratie is dat politici vaak extreem korte termijn denken: tot de volgende verkiezingen. Alleen als de Nederlandse bevolking massaal doordrongen is van de ernst van de situatie (en de gewone Nederlandse man en vrouw is dat meer dan de politiek) zal het politiek winstgevend zijn voorbereidingen te treffen. Ook moet voorkomen worden dat het maatschappelijk netwerk uit elkaar valt. Nederland en de rest van de werelden moet blijven functioneren als er veel minder energie beschikbaar is dan nu. Dat lukt alleen als het sociale leven en onderlinge solidariteit veel sterker is dan nu.
Er zullen nieuwe kerncentrales moeten komen, bij voorkeur van het kweekreactortype (waardoor we tientallen keren zoveel energie uit het uranium kunnen halen) of het Canadese CANDU model dat ook verarmde uraniumbrandstof kan verwerken.
We moeten een strategische fosfaatvoorraad aanleggen en fosfaten terugwinnen uit afvalwater. Met het aardgas in Slochteren moeten we uiterst zuinig omspringen. Vegetarisme moet aan worden gemoedigd; er moet meer onderzoek komen naar het kweken van veevoer in Nederland zelf op afvalwater (eendenkroos of algen).
Individueel niveau
Individuen kunnen maar enkele dingen doen. Zelf zoveel mogelijk technische kennis verzamelen (niet in digitale vorm maar als boek of als het niet anders kan, microfiche) en jezelf een ambacht aanleren.
Het christendom is op dit moment niet in de mode maar kerken en vergelijkbare religieuze organisaties, denk aan synagogen, de boeddhistische sangha en hindoeïstische tempelverenigingen vormden in het verleden een effectief sociaal vangnet.
Van uitgebreide families is geen sprake meer. Een alternatief vormen wellicht verenigingen als de vrijmetselaars, Rotary, politieke partijen. Richt een transition town op of sluit je bij een bestaande aan.
Globaal niveau
We hebben onszelf door de sterke bevolkingsgroei in een hachelijke positie gemaneouvreerd. Hoe meer mensen, hoe minder grondstoffen en energie per mens. Aan deze bevolkingsgroei zal een einde moeten komen. Punt. Religieuze leiders die geboortebeperking tegenhouden, denk bijvoorbeeld aan de paus en islamitische geestelijken, zullen moeten worden aangepakt. Hoe meer werkende vrouwen en hoe beter ze opgeleid zijn, hoe minder kinderen. Ook hebben vrouwen meer dan mannen de neiging om milieubewust en energiezuinig te leven.
We moeten proberen een humanitaire catastrofe rond 2030 te voorkomen. Landen als India en China hebben ruime ervaring met armoede en zijn goed georganiseerd. De situatie is vervelender in het Arabisch schiereiland, waar de bevolking explodeert en de oliebronnen tekenen van uitputting vertonen. Dit geldt in iets mindere mate voor de rest van het Midden Oosten. Deze landen moeten onder druk worden gezet om corruptie te bestrijden en vrouwen meer rechten te geven, zodat ze tijdig over kunnen schakelen op een efficiënte lage-energie economie en nul bevolkingsgroei.
In principe zijn er in de rest van het zonnestelsel vrijwel oneindige voorraden grondstoffen en energie, maar deze op grote schaal winbaar maken zal meer decennia kosten dan we nog hebben.