Wereld

Ideeën en ontwikkelingen van wereldbelang

Goedkoop, handig en milieuvriendelijk. In China is de elektrische fiets een ongekend succesverhaal.

Derde wereldauto wordt elektrisch

Steeds meer mensen in de Derde Wereld kunnen zich een auto veroorloven. De kansen worden steeds groter dat dat een elektrische auto wordt. Goed nieuws ook voor ons, want hoe meer lithiumaccu’s er worden gemaakt, hoe goedkoper elektisch rijden ook voor ons wordt. Moeten bepaalde onaangename oliedictaturen straks een andere inkomstenbron gaan zoeken?

De Chinese lithium-revolutie
In China zijn elektrische fietsen razend populair. Geen wonder, ze zijn zuinig, goedkoop en gebruiksvriendelijk. Er worden er dertig miljoen van verkocht. Per jaar.

Goedkoop, handig en milieuvriendelijk. In China is de elektrische fiets een ongekend succesverhaal.
Goedkoop, handig en milieuvriendelijk. In China is de elektrische fiets een ongekend succesverhaal.

Tot voor kort werden ze uitgerust met zware loodaccu’s.

De Chinese overheid heeft nmu echter maximumgewichten voor elektrische fietsen vastgesteld waardoor fabrikanten massaal overstappen op lithium-ion accu’s.

Dat is goed nieuws, want hoe meer lithium-ion accu’s worden geproduceerd, hoe goedkoper ze worden.

Ook voor elektrische auto’s en andere toepassingen.

Wel wordt makkelijk winbaar lithium schaarser.

Koning Shell
In  talrijke welvarende, westerse landen bestaat er nog veel weerstand tegen de overschakeling op elektrisch.

Wikileaks onthulde dat de Nederlandse overheid zich het vuur uit de sloffen loopt voor Shell. Volgens hardnekkige geruchten is het koninklijk huis grootaandeelhouder.
Wikileaks onthulde dat de Nederlandse overheid zich het vuur uit de sloffen loopt voor Shell. Volgens hardnekkige geruchten is het koninklijk huis grootaandeelhouder.

Geen wonder: alleen in Nederland al brengt de brandstofaccijns zo’n negen miljard euro per jaar op en zoals bekend uit Wikileaks geniet oliegigant Koninklijke Olie/Shell een uitzonderingspositie die andere grote bedrijven niet genieten. Massale overschakeling op elektrisch betekent zowel verlies van bijna tien miljard aan accijns als ruzie met de Shell-top (en grootaandeelhouders van Shell, zoals volgens sommige hardnekkige geruchten het koninklijk huis uiteraard) die not amused zullen zijn.

India en China kiezen strategisch voor elektrisch
Gelukkig is de technische vooruitgang niet afhankelijk van visieloze Nederlandse politici. We zien dat in grote landen zonder veel eigen energiebronnen zoals India en China nu stevig door wordt gepakt. India kan door middel van thorium straks in een groot deel van zijn energiebehoefte voorzien. Elektrische auto’s voorkomen dat India en China aan het aardolie-infuus komen te liggen en uit worden gezogen door oliepotentaatjes zoals nu met Nederland gebeurt. Nederland importeert per jaar voor zeventien miljard euro aan olie en gas.

Megatrend: elektrisch vervoer
Dit geldt ook voor de meeste andere derdewereldlanden. Ze beschikken niet zoals de westerse landen in hun gloriedagen over de luxe van goedkope olie. Als je een energie-infrastructuur van de grond af op moet bouwen is de meest logische keuze niet  een dure, schaars wordende fossiele brandstof als aardolie, maar de in tropische landen overvloedig aanwezige zon of kernenergie.

Elektriciteit heeft als voordeel dat het in energietermen een “universele valuta” is. Wat voor energiebron je ook gebruikt, je kan deze altijd (met meer of minder rendement) omzetten in elektriciteit. Kortom: beschik je over weinig geld en nauwelijks infrastructuur, dan is de meest logische keus elektrisch.

In Europa verwachten we dat Frankrijk trendsetter zal zijn. Het land produceert 80% van zijn elektriciteit niet uit fossiel, maar d.m.v. kerncentrales. Maar de grootste trendsetters zullen, heel verrassend, toch de derde-wereldlanden zijn. Times are a changing…..

Of toch maar op de fiets?
De fiets is een fitness apparaat en vervoermiddel in één. meer gebruik van de fiets lost zowel het fossiele brandstof probleem als het gezondheidsprobleem voor een belangrijk deel op.

De Quest van fabrikant Velomobiel bereikt snelheden tot boven de vijftig kilometer per uur. Alternatief voor de auto?
De Quest van fabrikant Velomobiel bereikt snelheden tot boven de vijftig kilometer per uur. Alternatief voor de auto?

Cassandra Club denkt daarom dat de fiets het vervoermiddel van de toekomst zal worden. Wij denken dat binnen stedelijke gebieden de fiets ideaal is, maar dat de mogelijkheden voor langere afstanden uiterst beperkt zijn. Met de beste ligfietsen, zoals de Quest van Velomobiel, kan een fietser meer dan vijftig kilometer per uur rijden. Het wereldrecord staat op zeventig kilometer per uur. Vergeet alleen niet dat mensen door veel lichaamsbeweging meer gaan eten; landbouw kost ook veel fossiele brandstof.

Universitair onderwijs kan ook via internet gevolgd worden. Een uitkomst voor studenten uit afgelegen gebieden.

Internationale internetuniversiteit lost onderwijsprobleem op

Onze voornaamste hulpbron is niet aardolie, ijzererts of landbouwproducten, maar zit tussen onze oren. Massaal onderwijs in exacte vakken is essentieel om het menselijk potentieel van zeven miljard mensen te ontsluiten. Als iedere wereldbewoner door middel van een goedkoop laptopje contact kan maken met deze universiteit, kunnen we voor lage kosten alle voldoend intelligente mensen over de hele wereld voorzien van het gereedschap om de wereld een betere plek te maken.

De Toren van Babel van universitaire titels
Op dit moment is de internationale erkenning van academische titels beroerd geregeld. Zelfs binnen de Europese Unie bestond er tot voor kort nauwelijks wederzijdse erkenning van titels. Pas nu met de door de hele EU ingevoerde bachelors-masters structuur begint de internationale erkenning op gang te komen. Dit is vervelend, want vooral hoogopgeleide mensen zijn  erg mobiel en werken vaak in het buitenland. Ook leidt dit er toe dat hoogopgeleide vluchtelingen en asielzoekers jarenlang in vreemdelingendetentie moeten doorbrengen of eenvoudig werk ver onder hun niveau moeten doen terwijl er een schreeuwend tekort op de arbeidsmarkt is aan hooggeschoolde krachten. Niet erg visionair geregeld, kan je wel stellen.

Universitair onderwijs kan ook via internet gevolgd worden. Een uitkomst voor studenten uit afgelegen gebieden.
Universitair onderwijs kan ook via internet gevolgd worden. Een uitkomst voor studenten uit afgelegen gebieden.

VN bemoeit zich met de verkeerde dingen
De Verenigde Naties heeft in al die jaren sinds haar oprichting in 1948 niet indrukwekkend veel tot stand gebracht. Voor een groot deel is dit te wijten aan het te sterk gepolitiseerde karakter van de organisatie. Zo wordt een groot deel van de tijd verspild aan allerlei anti-Israël resoluties, gekrakeel over discriminatie van godsdiensten (islamitische obsessies) en klimaatverdragen (een westerse obsessie) waar vervolgens haast geen land zich aan houdt. Het belangrijkste politieke besluit van de VN – het universele verdrag voor de rechten van de mens – is reeds zestig jaar geleden aangenomen. Een internationale organisatie als de VN moet doen waar internationale organisaties het nuttigst voor zijn: dingen voor elkaar krijgen waarbij voor ieder land objectief een voordeel is te behalen. Het aantal van dergelijke issues is beperkt. Wetenschappelijk onderzoek, internationale ziektebestrijding, misschien snelle noodhulp en rampenbestrijding, bestrijding internationale misdaad en terrorisme, voorkomen van wereldwijde catastrofes en standaardisatie.

Voordelen van standaardisatie van titels
Standaardisatie van onderwijs zou dus een speerpunt voor de VN moeten zijn. Met één klap zou de scholing van derde-wereldlanden op het niveau dat relevant is in de ontwikkelde landen gebracht kunnen worden. Althans: er zou eindelijk een eenduidige maatstaf bestaan aan de hand waarvan hun onderwijs op voldoend hoog niveau gebracht zouden kunnen worden. Er zou één wereldwijd geldende universitaire titel bestaan waarmee in principe mensen wereldwijd aan de slag kunnen. De woedende demonstranten in Tunesië die nu niet aan het werk komen omdat hun diploma’s buiten Tunesië waardeloos zijn, zouden snel bijgeschoold kunnen worden en vervolgens via telewerken aan de slag kunnen. Mensenhandelaars zouden werkloos worden, in plaats daarvan zouden would-be immigranten investeren in een hoogwaardige opleiding.

Internationale internetuniversiteit
Veel landen zijn te klein of te arm (denk aan Tuvalu of Laos) om een goede eigen universiteit te stichten. Met internationaal tele-onderwijs en examencentra per land kan je een internationale universiteit oprichten. Iedereen met genoeg talent (aan te tonen door een toelatingsexamen met goed gevolg af te leggen) kan dan aan de universiteit studeren.

Om dit te verwezenlijken is niet heel veel nodig. Wereldwijd draadloos internet per satelliet bestaat al (denk aan het Iridium systeem en dergelijke). Dit kan je koppelen aan goedkope laptops (er bestaan al modellen van rond de honderd euro). Ook in landen die het qua geografie niet bepaald getroffen hebben (denk aan Mongolië, Bolivia of Nepal) kunnen zo arme plattelandsbewoners zich bijscholen tot op internationaal erkend niveau en daarna als telewerker harde valuta in het laatje brengen.

Om corruptie te voorkomen moeten examinatoren uit een ander land komen dan waar het examencentrum staat en iedere keer op door het toeval te bepalen wijze van plaats wisselen. begeleiding van studenten is duur. Dit kan voor een deel door gepensioneerde vrijwilligers met emeritaat. Deze moeten FAQ lijsten bijhouden waar de meest voorkomende vragen in staan. Als dingen onduidelijk zijn over een bepaalde paragraaf in een internettekst van de universiteit kan een hyperlink naar het FAQ item het duidelijker maken.

Mossen en libelles bereikten in het Carboon enorme groottes.

Kooldioxide redt aarde

Er ontstaan op dit moment steeds meer zorgen over het steeds toenemende CO2 gehalte in de atmosfeer. In feite is het lange-termijn probleem van de aarde heel anders: het steeds lagere CO2-gehalte in de lucht bedreigt over enkele honderden miljoenen jaren de biosfeer. Wat is er aan de hand?

Meer kooldioxide is meer regenwoud
Toen de aarde pas was ontstaan bevatte de atmosfeer van de aarde veel meer kooldioxide dan nu. Met het ontstaan van fotosynthese werd dit kooldioxide opgenomen, wat (denkt men) de eerste grote globale ijstijden veroorzaakte.  Deze waren veel erger dan die van twintigduizend jaar geleden: bijna de hele aarde, van pool tot evenaar, was overdekt met honderden meters dikke gletsjers. Ook gedurende latere episodes betekende het dalen van het CO2 gehalte slecht nieuws voor het leven, terwijl een hoog CO2-gehalte in de atmosfeer leidde tot een explosie van groen.

Libelles bereikten in het koolstofdioxiderijke Carboon enorme groottes. Bron Wikipedia

Zo was tijdens het vochtige en hete Carboon de aarde van de pool tot de evenaar overdekt met dichte wouden en konden er door het hoge zuurstofgehalte meterslange reuzenpissenbedden en libelles groter dan een duif rondscharrelen.

Direct na het verdwijnen van de dino’s kende de aarde de heetste periode in haar geschiedenis: het Paleoceen-Eoceen thermale maximum met oerwouden tot aan de poolcirkel. Er kwamen subtropische en tropische boomsoorten tot in Alaska en Groenland voor. De woestijnen waren veel kleiner dan nu; overvloedige regenbuien lieten het land druipen van het vocht. U moet de klimaatjokkebrokken die beweren dat hogere temperaturen leiden tot verwoestijning dus niet geloven. In al deze periodes zat er veel meer kooldioxide en vermoedelijk ook methaan in de atmosfeer dan nu.

Wel stond de zeespiegel veel hoger dan nu: honderd tot honderdvijftig meter. Van Nederland zou alleen Zuid-Limburg en misschien wat eilandjes in Twente en op de Veluwe overblijven. Vervelend voor ons (behalve voor de Zuid-Limburgers die geen leegstand meer hebben), maar het verdwijnen van de woestijnen weegt voor de biosfeer ruim op tegen de paar laagvlaktes die onderlopen. Ook zijn de ondiepe zeeën die dan ontstaan zeer vruchtbaar.

Voortdurende CO2-daling laat planten stikken
Wat dat betreft ziet het er in de veel verdere toekomst (we praten dan over honderden miljoenen jaren) somberder uit. Al honderden miljoenen jaren is het kooldioxidegehalte aan het dalen. De temperatuurdaling woordt gecompenseerd doordat de zon steeds feller is gaan schijnen.

De reden voor de CO2-daling: eroderende silicaatgesteenten absorberen steeds meer kooldioxide, waardoor er een CO2-tekort ontstaat voor planten. Ook neemt het vulkanisme (vulkanen zijn een bron van CO2)  steeds meer af naarmate er minder radioactief verval is in de aardkern (de uiteindelijke bron van de energie voor vulkanen). Nu al bestaat de helft van alle eiwitten in C3 planten (planten die CO2 rechtstreeks binden, de meeste plantensoorten, in plaats van in twee stappen zoals C4 planten als mais doen) uit het enzym rubisco dat maar één taak heeft: kooldioxide vangen.

Je kan de rol van rubisco vergelijken met die van hemoglobine in gewervelde dieren. Met andere woorden: onze planten stikken op dit moment haast in onze veel te CO2-arme atmosfeer en moeten biochemisch gesproken alle zeilen bijzetten om het laatste restje CO2 te kunnen oogsten. Het opstoken van de steenkool van het Carboon en de olievoorraden is waarschijnlijk het beste dat we ooit voor de biosfeer hebben gedaan. Dus wees de volgende keer een beetje vriendelijker tegen die voorbijscheurende patsers in hun dikke SUV. Niet alleen spekken ze de staatskas flink met hun benzineslurpende sleeën, ze redden ook de wereld.

Zo moet de Seawater Greenhouse in Jordanië er ongeveer uit gaan zien.

Woestijn wordt groen met zeewater

Het Britse Seawater Greenhouse heeft een techniek ontwikkeld om energieneutraal zeewater te gebruiken voor het irrigeren van de woestijn. Met de techniek is het mogelijk om woestijnen, die samen eenderde van het totale landoppervlak in beslag nemen, te veranderen in bronnen van voedsel, energie en drinkwater.

Het visionaire Sahara Forest Project wat tot doel heeft groene oases in woestijngebieden te creëren heeft een overeenkomst getekend om in de (enige) Jordaanse havenstad, Aqaba, een pilot plant te bouwen op een site van 200.000 vierkante meter (twintig hectare). De bouw, gefinancierd door de Noorse regering, begint in 2012.

Zo moet de Seawater Greenhouse in Jordanië er ongeveer uit gaan zien.
Zo moet de Seawater Greenhouse in Jordanië er ongeveer uit gaan zien.

“De wereld heeft een overvloed aan zon, zeewater, kooldioxide en woestijnland”, stelt Joakim Hauge, bestuursvoorzitter van Sahara Forest project.  “deze hulpbronnen kunnen ingezet worden voor een winstgevende en duurzame voedselproductie, drinkwater en duurzame energie, terwijl het broeikaseffect een halt wordt toegeroepen door CO2 te binden in nieuwe woestijnvegetatie in aride gebieden.”

Als alles volgens plan verloopt, zal de fabriek bestaan uit een zoutwaterbroeikas waarin groenten worden gekweekt naast algen voor biobrandstof. Water uit de Rode Zee zal de lucht die de broeikas binnenstroomt koelen waardoor goede groeiomstandigheden ontstaan voor de gewassen. Na verblijf in de broeikas wordt de lucht over open, met zonne-energie verwarmde pijpen met zeewater geleid. De resulterende hete, vochtige lucht wordt uiteindelijk gekoeld met koud zeewater (voorzover mogelijk in de Rode Zee met watertemperaturen boven de dertig graden).

Het zoete water wordt gebruikt door een zonnecollectorcentrale met parabolische spiegels om een stoomturnine mee aan te drijven die elektriciteit opwekt die op zijn beurt weer wordt gebruikt om de vele pompen en ventilatoren in de centrale aan te drijven. Het water zal ook worden gebruikt om gewassen rond de broeikas te kweken. Overtollige warmte, tenslotte, wordt gebruikt om drinkwater mee te produceren.

De mogelijkheden voor Jordanië zijn overigens niet denderend groot. Het landje heeft welgeteld zesentwintig kilometer kust. Dat is een andere zaak voor woestijnachtige landen met lange kusten zoals Libië, de staten van het Arabisch schiereiland en Australië.

Bron: New Scientist

Met de grondstoffen van tien wegwerpauto's kan je een rijdend paleis bouwen.

Cradle to cradle of consuminderen?

Grondstoffen worden schaarser en het afval stapelt zich op. Er moet iets gebeuren voor we als straatarme sloppenwijkbewoners op een enorme vuilnisbelt wonen. Er zijn in principe twee oplossingen: zuiniger aandoen met wat we hebben:consuminderen en uit ons afval de grondstoffen terugwinnen, recycling. Bij het product rekening houden met de gehele levenscyclus van apparaten, m.a.w. recyclevriendelijk ontwerpen, staat bekend als cradle to cradle. Maar wat is nu het verstandigste?

Productie als atomenlego
Alle fysieke producten bestaan zoals alle zichtbare materie uit atomen (er is helaas nog geen donkere-materie vanger in de handel).

Atomen worden bij productie en verbruik anders gerangschikt om uiteindelijk te eindigen als nutteloze afvalproducten.

Atomen zijn  vrijwel onvernietigbaar (het handjevol atomen dat betrokken is bij kernsprijting of kernfusie uitgezonderd) en worden dus in elk stadium van de kringloop meegesleept. Er zijn meer dan honderdtien verschillende soorten atomen bekend, waarvan er ongeveer negentig in de natuur voorkomen.

Zwaar giftig elektronisch afval wordt gedumpt in landen waar milieuactivisten in een cel of heropvoedingskamp belanden.
Zwaar giftig elektronisch afval wordt gedumpt in landen waar milieuactivisten in een cel of heropvoedingskamp belanden.

(Door de mens gemaakte elementen als plutonium, technetium en meissnerium waarschijnlijk ook, maar die zijn al uit elkaar gevallen in de miljarden jaren sinds de supernova waarin ze worden gevormd.) We kunnen bijvoorbeeld goudatomen maken uit andere atomen, maar dit kost zoveel energie dat de prijs per gram van dit goud astronomisch hoog is. We ontkomen er dus niet aan de atomen die we nodig hebben te winnen uit de wereld om ons heen.

De atomen bevinden zich meestal in een gebonden en verdunde vorm waar we er weinig mee kunnen. Op enkele plaatsen zijn er ophopingen: ertslagen. IJzer wordt bijvoorbeeld gevonden als ijzeroer (roest) of ijzersulfide, goud fijnverdeeld als spikkels in erts enzovoort. Er zijn meestal veel ingewikkelde, energievretende stappen nodig voordat we de grondstoffen hebben verwerkt tot basismaterialen en  producten. Wat ook bepaald niet helpt is dat we het leeuwendeel van onze energie halen uit andere clusters van atomen: fossiele brandstoffen. Om een kilogram product te fabriceren moeten we vaak enkele kilo’s fossiele brandstof opstoken en kilo’s uitgeput erts en slakken weggooien. Nadat producten niet meer te repareren of verouderd zijn belanden ze op de afvalhoop – vaak in landen waar de overheid meer geïnteresseerd is in het vullen van haar eigen zakken dan in het milieu of de volksgezondheid. De afgelopen decennia is het tempo van grondstofwinning en verbruik tot werkelijk duizelingwekkende hoogte opgevoerd. Het resultaat: uitgeput rakende ertsvoorraden en een zich steeds verder ophopende afvalberg. In de Stille Zuidzee en de Atlantische Oceaan drijft een enorme verzameling plastic.

Recycling in de voormalige DDR
De voormalige DDR was in de meeste opzichten een akelig land. Ongeveer één op de tien mensen werkte fulltime of parttime voor de geheime dienst Stasi. Vermeende kritiek op het regime betekende gevangenisstraf. Om ontvluchting uit het land te voorkomen werd de meest dodelijke grensbarrière ooit ontwikkeld: het IJzeren Gordijn. Toch waren enkele dingen goed geregeld: het recyclen bijvoorbeeld. De DDR kende nauwelijks grondstoffen, beschikte mondjesmaat over harde valuta dus kon niet al te veel grondstoffen inkopen. Als gevolg kende de DDR een uniek afval-inzamelingssysteem, niet door een overmatig milieubewustzijn (zoals de verstikkende bruinkoolwolken wel bewezen) maar door bittere noodzaak.

De nazi’s waren hier al op hun bekende brute wijze mee begonnen (de politie controleerde of burgers hun afval wel gescheiden inleverden) om voor de hand liggende redenen: door het enorme leger was er een groot gebrek aan grondstoffen in het door hen beheerste deel van Europa. Door het communistische regime werd dit voortgezet. In het DDR-systeem werden burgers echter beloond als ze afvalstoffen gescheiden inleverden bij een recyclingpunt (bijvoorbeeld met rollen wc-papier als ze kilo’s papier inleverden). Het systeem was redelijk succesvol: ongeveer tweederde van alle papier werd geproduceerd uit oud papier. De staatsschuld van de DDR liep ondertussen wel steeds verder op. Na de Wende kwam helaas een einde aan dit systeem.

Consuminderen
Er zijn verschillende manieren om dit op te lossen. De eerste is consuminderen: dat wil zeggen atomen minder snel door de productiecyclus laten lopen. Immers: het verbreken van chemische bindingen tussen atomen kost veel energie. Dit kan voor een deel door producten robuuster uit te voeren. Het kost niet veel meer grondstoffen dan nu om huizen, kleding en auto’s veel langer mee te laten gaan dan nu het geval is. Een kwestie van herontwerpen en het gebruiken van duurzamer materialen. Nog een voordeel: er is veel minder arbeid nodig dan nu. Triviaal voorbeeld: aardappelschilmesjes werden vroeger van stevig metaal vervaardigd, nu van breekbaar plastic waardoor ze veel minder lang meegaan.

Eldorica, het land van luie consuminderaars
In zijn visionaire boek Eldorica beschreef Jurriaan Andriessen een maatschappij waarin mensen nog maar vier uur per week verplicht hoefden te werken voor een luxe bestaan omdat alles tien keer zo lang meeging.

Eldoriërs hoeven maar vier uur per week te werken. Wat ze met al die vrije tijd doen? Hun apparatuur opladen met een slinger bijvoorbeeld.
Eldoriërs hoeven maar vier uur per week te werken. Wat ze met al die vrije tijd doen? Hun apparatuur opladen met een slinger bijvoorbeeld.

Eldorica kent geen sportscholen: dat is ook niet nodig, want alle huishoudelijke apparatuur, van scheerapparaten tot wasmachines moet je opwinden. Wegwerpartikelen en fossiele energie bestaan niet meer en de fantasieloze koekblikken van de gemiddelde forens werden vervangen door luxueuze sleeën die twintig keer zo lang mee gingen. Niks woningtekort en gezanik over hypotheekrenteaftrek: iedereen woont in een ruime villa omdat er geen ruimte meer nodig is voor snelwegen, kantoren en industrieterreinen.

De ruimtevretende snelwegen en klaverbladen zijn vervangen door een geleid voertuigsysteem en rotondes. Omdat er veel minder wordt geproduceerd zijn er ook veel minder industrieterreinen en vuilnisbelten nodig.

Met de grondstoffen van tien wegwerpauto's kan je een rijdend paleis bouwen.
Met de grondstoffen van tien wegwerpauto's kan je een rijdend paleis bouwen.

Iedere Eldoriër beschikt over een vaste hoeveelheid grondstoffen, kinderen krijgen mag dus pas als er ruimte vrijkomt.  Er zijn ook geen oorlogen meer: in plaats daarvan bouwden de Eldoriërs een asteroïde om tot gewichtsloos vakantieoord en terraformeren ze Mars. Meer welvaart en minder werken: de droom van vrijwel iedereen (strebertjes, monomanen en andere beroepsgedeformeerden uitgezonderd). Veel van Andriessens berekeningen kloppen, enkele niet. Het idee is in principe haalbaar.

Een probleem met dit model is dat er nog steeds afval wordt geproduceerd, alleen veel minder. Het is dus uitstel van executie. Een tweede probleem is dat van technische innovatie. De Eniac, de eerste computer, was bijna zo groot als een huis en gebruikte evenveel stroom als honderden huishoudens anno nu. Was de Eniac op Eldoricaanse manier ontworpen, dan hadden we anno nu ons lam moeten sjorren aan Andriessen’s handmatig bediende dynamo om het onding zelfs maar een eenvoudige optelling te laten verrichten.  Laat staan om een artikel op Visionair.nl  te lezen.

Kortom: consuminderen is een uitstekende oplossing voor producten die weinig innovatief en modegevoelig zijn (denk aan waterkokers, fietsen, serviezen, huizen en dergelijke). Ook het zo veel mogelijk afschaffen van wegwerpartikelen (bijvoorbeeld de plaag van plastic tasjes aanpakken) is een voortreffelijk idee. Producten zo ontwerpen dat ze honderden jaren meegaan is echter minder geschikt voor hooginnovatieve toepassingen.

Cradle-to-cradle
De term cradle-to-cradle houdt een nieuwe kijk op producten in. Een product leeft namelijk veel langer dan de eigenlijke toepassing: als afval. Sommig afval, bepaalde plastics bijvoorbeeld, blijft tienduizenden jaren intact voordat het uiteenvalt. Een plastic boodschappentas doet misschien maar een half uur dienst, maar bestaat vele eeuwen als drijvend afval in de oceaan. Volgens de cradle-to-cradle filosofie moet de productontwerper niet alleen denken aan het nuttig gebruik maar ook aan de wijze van productie (die uitgeputte ertslagen, milieuvervuiling en fossiele energie) en de hele fysieke levenscyclus van het product. Cradle-to-cradle stelt dat alle afval voedsel moet worden: voor organismen of voor andere fabrikanten. Tot aan het begin van de industriële revolutie was vrijwel alle productie cradle-to-cradle (al raakten metaalmijnen uitgeput). De materialen hout, ijzer en baksteen zijn natuurlijk afbreekbaar of natuurvriendelijk.

Downcycling en upcycling
De meeste recycling komt nu neer op gebruik voor een laagwaardiger product: zo eindigt hoogwaardig papier als papierpulp voor krantenpapier. De reden is dat door gebruik materialen technisch achteruit gaan en dus voor minder toepassingen geschikt zijn. Cradle-to-cradle voorstanders willen gerecyclede producten juist upcyclen: ze waardevoller maken dan ze daarvoor waren. Met enkele producten is dat mogelijk: zo kan je bijvoorbeeld oude golfkartonnen dozen aan elkaar lijmen tot lichte, sterke en unieke meubels. In de meeste gevallen berust upcycling op een logische denkfout: als het afvalproduct waardevoller is dan het product zelf kan je natuurlijk als winstbejagende producent beter meteen het product in kwestie fabriceren. Wel kunnen producten zo ontworpen worden dat hun afval direct in de ecosfeer (het biologische domein) kunnen worden opgenomen of dat het makkelijk kan worden gesplitst in onderdelen die je kan recyclen.

De meeste ideeën achter cradle-to-cradle zijn waardevol en ook goed te verwezenlijken. De meeste producten zijn zo uit te voeren dat ze makkelijk te recyclen zijn of in ieder geval biologisch afgebroken kunnen worden.

De bron van de meeste consumptiedrift: de zucht naar verandering
Voortdurend wisselende modegrillen zijn de redding van de industrie. Omdat we nu eenmaal statusgevoelige apen zijn die verzot zijn op nieuwe dingen, zal dat voorlopig ook wel zo blijven. Als mensvriendelijke visionairen moeten we denk ik ook niet proberen onze soort haar apenstreken af te leren. We moeten leren mensen niet te beoordelen aan de hand van hun uiterlijk of hun protserige bezit, maar aan hun karakter, fantasie en ideeën. Kortom: hun persoonlijkheid.

Af en toe verandering om je heen werkt erg stimulerend op je brein. Het probleem is dat het heel moeilijk is bestaande producten een ander uiterlijk te geven. Waarom kan een rode auto niet blauw gespoten worden of kan er geen Japanse motor in een frivole Italiaanse carosserie? Waarom moet dat bankstel de deur uit alleen omdat de kleur hopeloos uit de mode is? Vroeger bestond er een hele industrie van stoffeerders en reparateurs. Nu is dat te duur geworden, maar waarom geen producten ontwikkelen die makkelijk van uiterlijk kunnen veranderen. Die frontjes voor mobiele telefoons vormen een begin. Hetzelfde kan natuurlijk ook voor kleding of, zeg, behang. Repareren kan makkelijker gemaakt worden door producten modulair uit te voeren en meer standaardisatie. Zo is er nu eindelijk één standaard voor opladers, een voortdurende bron van afval en hoge kosten voor de consument. Waarom geen programmeerbaar behang? Weten jullie nog meer manieren om meer sensatie met minder afval te bereiken?

Alleen het uiterste noorden is welvarend. Het zuiden blijft economisch sterk achter. Dit wekt daar veel woede.

Achtergronden bij de rellen in Tunesië

Waarom is Tunesië, het welvarendste Noord-Afrikaanse land, nu een kruitvat geworden? Tunesië, dat op de plaats ligt waar zich meer dan tweeduizend jaar geleden  het Fenicische handelsrijk Carthago bevond, kent een vrij feminiene cultuur met een sterke pragmatische inslag. Dit geldt voor het vruchtbare noordelijke deel. Over het algemeen genomen steeg de welvaart flink, maar dan alleen in de ontwikkelde kustgebieden. Het traditionele binnenland bleef arm. Dit zette kwaad bloed in het binnenland, de reden dat de rellen hier begonnen.

Waarom de rellen in Tunesië?
De half januari 2011 naar Saoedi-Arabië gevluchte president Ben Ali was een geslepen tacticus. Kort nadat hij in 1987 de vorige president en vader des vaderlands Habib Bourguiba afzette ging hij op pelgrimstocht naar Mekka. In islamitische ogen werd hij hierdoor witgewassen van alle zonden (bijvoorbeeld het afzetten van Bourguiba) waardoor zijn steun in het land -voor meer dan twee decennia- verzekerd was.

Alleen het uiterste noorden is welvarend. Het zuiden blijft economisch sterk achter. Dit wekt daar veel woede.
Alleen het uiterste noorden is welvarend. Het zuiden blijft economisch sterk achter. Dit wekt daar veel woede.

Ondertussen versterkte hij zijn greep op het land tot een wurggreep en maakte gebruik van de politieke vrijheid die hij nu had om vrouwen meer rechten toe te kennen – Tunesië is nu het meest vrouwvriendelijke islamitische land.  Dit kan een unieke prestatie genoemd worden. Het afschrikwekkend voorbeeld van buurland Algerije waar meer dan honderdduizend mensen tijdens de burgeroorlog werden gedood en de overal aanwezige geheime dienst hielden het land al die jaren rustig. Ben Ali identificeerde islamitische extremisten als de gevaarlijkste oppositiegroep en pakte deze dan ook keihard aan. Ook doet Tunesië het economisch gezien vrij goed: nauwelijks staatsschuld (rond de vijftig procent van het BNP, onder de EU-eis)  en een groeisnelheid per jaar waar Nederlandse politici erg jaloers op zouden zijn. Ondertussen groeide de onvrede echter.

Tegenstellingen in Tunesië
Naast de tegenstellingen tussen het welvarende noorden en het arme zuiden, speelt er meer.

Gebrek aan huwelijkspartners en banen
Zoals in alle Arabische samenlevingen speelt de familie een centrale rol in Tunesië. Nepotisme is de norm. Jongens uit armere families, vooral die uit het woestijnachtige zuiden, hebben daardoor nauwelijks kans op werk. Dit is een gevaarlijke ontwikkeling, want in Tunesië moeten zoals in andere islamitische landen hoge bedragen aan bruidsprijzen en bruiloften worden uitgegeven om te kunnen trouwen. Een grote hoeveelheid ongehuwde jongens is overal een reden tot sociale onrust. In islamitische landen (en het Iran van Khomeini) werd dit traditioneel opgelost door voortdurende oorlogen met ongelovige buurlanden, waardoor het overschot aan mannen werd weggewerkt en de overlevenden in het veroverde gebied bleven of met rijke oorlogsbuit terugkwamen – voldoende voor het betalen van bruidsprijzen. In de moderne tijd is dit emigratie, maar met de steeds strengere asiel- en immigratieprocedures in het rijke westen komt deze mogelijkheid steeds meer buiten bereik.

Levensonderhoud wordt duurder
Ook in het ontwikkelde kustgebied steeg de onvrede. De censuur werd iedere dag gevoeld door de hoogopgeleide beroepsbevolking. De oplopende werkloosheid en het terugschroeven van subsidies zetten de maatschappij onder druk. Kortom: het regime werd alleen gesteund door de selecte, zeer rijke groep die baat had bij de opmerkelijke economische groei in Tunesië. Een stabiele middenklasse ontbreekt. Geen wonder dat de grote zelfverrijking door deze groep steeds meer woede opwekt.

Oprukkende islamisering van de bevolking
Het regime heeft met harde hand uitingen van islamisme, zoals de oprukkende hoofddoek, onderdrukt. In de meeste Arabische landen wordt het regime gesteund door de seculiere elite die bang is voor de islamitische extremisten.  In Tunesië wordt door het effectieve overheidsoptreden tegen deze groep de druk van de islamisten nauwelijks gevoeld, waardoor paradoxaal de effectiviteit van het Tunesische bestuur leidde tot grotere steun voor islamisering. Veel Tunesiërs hebben religieuze bezwaren tegen het huidige overheidsbeleid waarbij vrouwen naar hun mening teveel rechten krijgen en ook andere godsdiensten te weinig worden gediscrimineerd. Ze willen meer sharia. Extremistische groepen als AQIM proberen deze wrevels aan te moedigen om zo een islamistische staatsgreep in Tunesië te kunnen plegen.

Censuur wordt steeds minder effectief
De belangrijkste tegenstelling is misschien nog wel die tussen Tunesië en Europa. Door de opkomst van internet en sociale netwerken als Facebook wordt de censuur steeds minder effectief waardoor Tunesiërs kennis kunnen maken met het leven in vrijere, welvarende landen. Sociale media stelden de Tunesiërs nu ook in staat om hun protesten te coördineren. Dictaturen kunnen zich alleen handhaven door een effectieve controle van de informatiestroom. Die verdwijnt steeds meer. Tunesiërs krijgen steeds meer door hoe ze al die jaren door de media zijn gemanipuleerd en reageren daar, logischerwijs, woedend op.

Verwachte ontwikkelingen
Veel Arabische landen zijn kruitvaten waarin een jonge, verarmde bevolking met bruut politiegeweld onder de duim wordt gehouden. De werkelijke oorzaken van de economische stagnatie – corruptie, voortrekken van familieleden en veel te veel bureaucratie en ambtelijke willekeur – zijn de bevolking onbekend, waardoor wordt teruggegrepen op wat bekend is. Dat is het islamitische geloof dat, het moge bekend worden verondersteld, zowel een politiek als religieus systeem claimt te zijn. Het voorbeeld in Tunesië – het succesvolste en sociaal gezien meest progressieve land van de Arabische wereld – kan ook de bevolking in andere Arabische landen aanzetten tot een opstand.

Dictator Gadaffi in buurland Libië maakt zich zorgen. De grassroots van zijn regime zijn weliswaar beter georganiseerd dan in Tunesië en hij heeft de Derde Weg, een unieke mengeling van socialisme en islamisme bedacht, maar ook zijn bewind kan weinig genade vinden in veel islamitische ogen. In Egypte en Syrië is de kans op opstand nog een stuk groter. De Marokkaanse koning kent als politiek en religieus leider meer legitimiteit waardoor hij zich minder zorgen hoeft te maken. In Algerije is de brand al uitgewoed – de bloedige burgeroorlog heeft de behoefte aan nog meer geweld effectief doen bekoelen.

Vermoedelijk zullen nu in Tunesië de progressieve hervormingen op het gebied van vrouwenrechten en vrijheid van levensovertuiging voor een groot deel terug worden gedraaid. Dit is een veilige en goedkope manier om de steun uit islamistische hoek voor het nieuwe regime te vergroten.

Tijdens de laatste ijstijd was het beige gedeelte bedekt met ijs. Het roze gedeelte was onherbergzame toendra. Alleen Spanje, Iralië en Griekenland waren leefbaar. Kortom: een ijstijd is veel vervelender dan opwarming.

Landbrug Amerika veroorzaakt ijstijden

Het Pleistoceen, de periode van ijstijden, begon ongeveer twee miljoen jaar geleden. Rond die tijd vond er maar één echt belangrijke geologische verandering plaats: de landbrug tussen Noord- en Zuid-Amerika werd gesloten. Als gevolg hiervan veranderde het patroon van oceaanstromen radicaal. Zo werd de Golfstroom veel sterker en werden de Caraïbische Zee en de Stille Oceaan van elkaar gescheiden. Aan- en uitschakelen van zeestromen zet dus ijstijden in gang. En wat dat betreft is er vervelend nieuws…

De vorming van de landbrug tussen Zuid- en Noord-Amerika betekende uiteindelijk het uitsterven van de schrikvogel.
De vorming van de landbrug tussen Zuid- en Noord-Amerika betekende uiteindelijk het uitsterven van de schrikvogel.

De landbrug vormt zich
De flora en fauna in Zuid-Amerika week voor tientallen miljoenen jaren (net als die van Australië) sterk af van die van de rest van de wereld. Drie meter grote lopende schrikvogels beheersten het land.

Buideldieren kwamen veel voor en niet voor niets is er een apart florarijk (Neotropis) voor de unieke diersoorten en vegetatie in Zuid-Amerika, denk aan cactusachtigen. Een groot deel van onze landbouwgewassen, denk aan aardappels, maïs, cacao en tomaten, komt uit Neotropis.

Toen, enkele miljoenen jaren geleden, stierven de unieke Zuid-Amerikaanse diersoorten zoals de reuzenluiaard voor een groot deel uit. Ze werden vervangen door de uit Noord-Amerika afkomstige lama’s en alpaca’s.

De reden: de vorming van de landbrug tussen Noord- en Zuid-Amerika. De schrikvogels stierven geheel uit toen Noord-Amerikaanse katachtigen en andere rovers korte metten maakten met hun prooien. Ook met de meeste van deze prooidieren, zoals het reuzengordeldier Glyptodon en bijna alle buideldieren liep het slecht af. De opossum, de Noord-Amerikaanse buidelrat, slaagde er als een van de zeer weinige Zuid-Amerikaanse buideldiersoorten  in te overleven en zelfs naar Noord-Amerika over te steken.

Ook veel tropische Zuid-Amerikaanse vogelsoorten, plantensoorten en apen maakten de oversteek. Vandaar dat Mexico en Centraal-Amerika, alhoewel ze geologisch bij Noord-Amerika horen, door de grote overeenkomst in soorten toch bij Neotropis worden gerekend.

De woestijngordel in het zuiden van de Verenigde Staten en het noorden van Mexico vormt een effectieve barrière voor de meeste soorten, waardoor er een duidleijek scheidslijn tussen de holarctische en neotropische flora en fauna bleef bestaan.

Tijdens de laatste ijstijd was het beige gedeelte bedekt met ijs. Het roze gedeelte was onherbergzame toendra. Alleen Spanje, Iralië en Griekenland waren leefbaar. Kortom: een ijstijd is veel vervelender dan opwarming.
Tijdens de laatste ijstijd was het beige gedeelte bedekt met ijs. Het roze gedeelte was onherbergzame toendra, marineblauw is poolwoestijn. Alleen Spanje, Iralië en Griekenland waren leefbaar. Kortom: vergeet die opwarming, een ijstijd is veel vervelender.

Tijdperk van ijstijden
De gevolgen waren groter dan alleen op planten en dieren. Het eerdere circulatiepatroon, waarbij een sterke zeestroom tussen Noord- en Zuid- Amerika vloeide, werd compleet verstoord. Waar eerst de Pacifische Oceaan het water voor de Golfstroom leverde werd dit nu de Caraïbische Zee. Als gevolg hiervan werd deze zeestroming veel zwakker en instabieler. Door de zwakkere toevoer van warm, zout water kon de Noordelijke IJszee dichtvriezen en begon het Pleistoceen, het tijdperk van de ijstijden (geologen noemen het Pleistoceen zelf een ijstijd en de perioden in het Pleistoceen dat er een grote ijskap lag, glacialen). Volgens veel geologen leven we nu in het Holoceen maar in feite is dit onzin. Wat geologen het Holoceen noemen is in feite een interglaciaal (onderbreking van de ijstijd) van het Pleistoceen en we zijn in feite al over tijd…

Tijdens een glaciaal wordt half Europa en een groot deel van Noord-Amerika bedekt met een honderden meters dikke ijslaag. De gletsjers reikten tot Nederland. Een nieuwe ijstijd betekent dat bijna heel Europa, geheel Canada, een groot deel van de VS en China en heel Rusland onbewoonbaar worden. Naar het zuiden kunnen we niet, want ook de Sahara wordt groter. We kunnen er dus maar beter snel achter komen wat glacialen veroorzaakt…

De grote schakelaar
Klimatologen vliegen elkaar nog steeds in de haren over de vraag wat werkelijk glacialen veroorzaakt. Iets moet er voor zorgen dat een groot deel van het noordelijk halfrond gedurende vele tienduizenden jaren bedekt werd met een enorme ijskap en iets anders moet vervolgens deze laten smelten. Een geliefde theorie was tot voor kort de Milankoviç cyclus: door afwijkingen in de baan van de aarde zou het delicate patroon van zee- en luchtstromen een schop hebben gekregen waardoor de afkoeling of opwarming in gang werd gezet. Uiteraard wordt ook het broeikaseffect als oorzaak uit de kast gehaald.

De laatste jaren worden steeds meer problemen met deze theorie gevonden. De veranderingen in zonnestraling zijn in feite te klein om te verklaren hoe de enorme ijsmassa’s zich hebben kunnen vormen of just worden afgebroken. Duidelijk is in ieder geval dat een verandering in het circulatiepatroon van de enorme zeestromen een centrale rol speelt. Komt bijvoorbeeld de Golfstroom stil te liggen zoals tijdens het laatste glaciaal, dan kunnen we maar beter een dikke bontjas kopen. Volgens sommige onderzoekers versterken we nu de feedbackloop: door de opwarming smelten de Groenlandse ijskappen waardoor de Golfstroom wordt stilgelegd. De grote Siberische rivieren en het smeltende ijs laten het zoutgehalte in de Noordelijke IJszee dalen. De temperatuur daalt en de hele IJszee vriest weer dicht. De lage temperaturen in Europa tijdens koudere perioden in het verleden zouden hier een gevolg van zijn. De koude in december lag overigens aan een ander luchtcirculatiepatroon. Anno nu groeit overigens de scepsis.

Wie wil weten wat een plotseling invallend glaciaal betekent, kan ondertussen onderstaande documentaire bekijken.

Mensenoffers zijn bij sommige gelovigen erg populair. Wat bezielt gelovigen tot dit soort absurd en wreed gedrag? Memetica geeft antwoord.

Het DNA van godsdienst

Waarom hebben de agressiefste, onverdraagzaamste godsdiensten met de bespottelijkste ideeën de meeste aanhangers en groeien deze het snelst?

Mensenoffers zijn bij sommige gelovigen erg populair. Wat bezielt gelovigen tot dit soort absurd en wreed gedrag? Memetica geeft antwoord.
Mensenoffers zijn bij sommige gelovigen erg populair. Wat bezielt gelovigen tot dit soort absurd en wreed gedrag? Memetica geeft antwoord.

Waarom zetten Jehova’s hun voet tussen je deur en worden islamieten vaak agressief als je iets onvriendelijks over hun geloof zegt?

Een vraagstuk waaraan de wetenschap tot nu toe zijn vingers niet durfde te branden. De protowetenschap van de memetica maakt daar een einde aan.

Radicale gelovigen zijn gewoonlijk toch al niet erg dol op de evolutietheorie, maar als ze dit lezen zullen ze waarschijnlijk helemaal door het lint gaan.

Genen
Memetica als protowetenschap werd geboren in het laatste hoofdstuk van het boek Het Zelfzuchtige Gen van de visionaire Engelse evolutionair bioloog Richard Dawkins.

Darwin legde zoals bekend de grondslag voor de evolutietheorie over de oorsprong der soorten, maar hij leverde geen mechanische verklaring voor het mechanisme waarop erfelijkheid berustte.

Volgens de erfelijkheidstheorie van Georg Mendel worden alle overerfbare eigenschappen door middel van genen overgedragen.

Chromosomen zijn bundels DNA, de dragers van genen. Ze komen altijd in tweetallen voor.
Chromosomen zijn bundels DNA, de dragers van genen. Ze komen altijd in tweetallen voor.

Genen komen in tweetallen voor. Nu weten we dat Mendels genen in werkelijkheid bestaan uit reeksen DNA die op hun beurt weer liggen op chromosomen. Chromosomen komen in paren voor: elk chromosoom draagt één kopie van een gen.

Memen: de genen van ideeën
Dawkins keek met een biologische bril naar de cultuur en ontdekte dingen die zich precies gedragen als virussen: ideeën.

Ideeën vermenigvuldigen zich (zoals dat irritante liedje van de radio dat in je hoofd blijft hangen), verdringen elkaar in ideeëndragers zoals boeken, websites of de breinen van mensen, muteren (als je oma’s overheerlijke, maar veel te vette pannenkoekenrecept aanpast aan je goede voornemen dit jaar af te vallen, bijvoorbeeld)  en kunnen uitsterven.

Hij noemde de elementaire bestanddelen van ideeën memen (enkelvoud: meme). Een voorbeeld van een meme: de manier waarop je de hoofdletter A schrijft of het bekende gebod uit de bijbel “Heb je medemens lief als jezelf en God boven alles”.

Memen kunnen ook in samenwerkende groepen voorkomen. Alle memen in dit artikel vormen bijvoorbeeld een groep, een memeplex. Bekende memeplexen zijn talen, godsdiensten, culturen en technieken. Zelfs onze geest tot op zekere hoogte. Dus wil je voortleven na de dood, schrijf dan een dagboek met al je ideeën en verplicht je erfgenamen ze uit het hoofd te leren.Wedden dat ze niet meer gaan ruziën over de erfenis?

Dawkins hanteert een vrij losse omschrijving van memen en memeplexen. Het is waarschijnlijk verstandig om alleen ideeën die niet in nog kleinere subideeën zijn onder te verdelen, memen te noemen (bijvoorbeeld een woord of begrip)  en de rest memeplexen.

Strijd op leven en dood van memen
Net als bij genen wordt het succes van memen en memeplexen bepaald door hun verspreiding. Zo is het Engels, dat door miljarden mensen als eerste of tweede taal wordt gesproken, een succesvoller memeplex dan het Sorbisch, een Slavische taal dat maar door een handjevol Duitsers in de voormalige DDR wordt gesproken. Memen kunnen zich verstoppen in mensenbreinen, maar ook overspringen naar een ander mens (daar zijn leraren voor), website (zoals terwijl ik schrijf gebeurt) en andersom, je brein infecteren (ik heb vrees ik slecht nieuws. Snel, kijk de andere kant op! Oeps… te laat…) PHP (de scripttaal waaronder deze website draait) succesvoller dan ASP en Java Server Pages.

Juche is de Noord-Koreaanse staatsgodsdienst, waarin de overleden dictator Kim Il Sung de oppergodheid is.
Juche is de Noord-Koreaanse staatsgodsdienst, waarin de overleden dictator Kim Il Sung de oppergodheid is.

Memeplexen concurreren met elkaar om plaats en vooral aandacht: als je bijvoorbeeld een bamboe eettafel met glazen dekplaat in je woonkamer zet, kan je er geen  klassiek eikenhouten tafel meer neerzetten. Een kind dat is geofferd aan Baäl kan niet meer als jihadstrijder opgevoed worden. De succesvolste memeplexen zijn in staat de geest van hun slachtoffer voortdurend in hun greep te houden en al hun aandacht op te slokken.
Echter: niemand heeft het eeuwige leven. Wil een meme voort blijven bestaan, dan moet het er naar streven zich op tijd naar andere mensenbreinen over te kopiëren. Hiervoor zijn in de loop van duizenden jaren allerlei zeer vernuftige strategieën  ontstaan.

Waarom bestaat godsdienst?
Een groot deel van de geschiedenis van de mensheid wordt bepaald door godsdienst. Op het eerste gezicht lijkt dit vreemd. Er is, pogingen van de Templeton Foundation en steenrijke oliesjeiks ten spijt, geen empirisch bewijs voor de metafysische claims van godsdiensten (al zijn veel psychologische inzichten van Jezus en Boeddha bevestigd door de wetenschap). Sommige beweringen van godsdiensten zijn aantoonbaar wetenschappelijk onjuist.

Godsdienst is op het eerste gezicht nergens nuttig voor, het betekent een grote verspilling van tijd en geld.  Je kan door godsdienst niet beter eten, je wordt er doorgaans armer van (tenzij je godsdienst hard werken of het beroven van anderen aanmoedigt) en je leert allerlei ideeën die wetenschappelijk gezien niet kloppen. Kortom: vanuit rationeel oogpunt is er geen reden te geloven.

Toch is het zijn gelovigen bereid om hun leven op het spel te zetten, grote ontberingen te verdragen en bloed te vergieten ten bate van hun geloof. Waar ook ter wereld je komt, de uitingen van godsdienst steken letterlijk overal boven uit in de vorm van kerktorens, minaretten, tempels of pagodes. Zelfs in het atheïstische Noord-Korea wordt het portret van de Grote Leider vereerd.

Godsdienst: een memetische levensvorm
Kortom: godsdienst bestaat net als een virus slechts omwille van zichzelf.  Godsdienst is het beste voorbeeld dat we kennen, een computervirus wellicht uitgezonderd, van een memetisch virus. Zoals de biologische evenknieën deinzen godsdiensten doorgaans voor geen enkele tactiek terug om zichzelf voort te planten.

De Amerikaan Joseph Smith noemde zichzelf profeet en hield er een harem van vele vrouwen op na. Waar kennen we dat toch eerder van...
De Amerikaan Joseph Smith noemde zichzelf profeet en hield er harem van vele vrouwen op na. Waar kennen we dat toch eerder van...

Of het nu medelijden, sociaal gevoel, schuldgevoel, dreigen met de eeuwige verdoemenis of platvloerse geneugten als plundering en seks is: alleen de godsdienst die de effectiefste, meest doortrapte psychologische technieken beheerst om mensen te manipuleren en in haar greep te houden, overleeft de bikkelharde Darwiniaanse strijd om het mensenbrein.

Logisch ook: minder agressieve godsdiensten, zoals het inheemse heidendom (Asatru), zoroastrisme, animisme en dergelijke legden in de moorddadige Darwiniaanse strijd al lang geleden het loodje. In de volgende artikelen in deze reeks zal in worden gegaan op de strategieën die de grote (dus succesvolste) wereldgodsdiensten hanteren om zich te verspreiden en in stand te houden.

Democratie afschaffen om wereld te redden?

Bij sommige dames en heren in invloedrijke burelen heerst behoorlijk wat paniek over de steeds stijgende hoeveelheid kooldioxide in de atmosfeer. Het publiek hecht niet bijster veel geloof meer aan allerlei alarmistische berichten, nadat uit gelekte e-mails bleek dat het IPCC geregeld overdreef in haar berichtgeving. Overal krijgen populistische, klimaatsceptische politici en partijen met, volgens veel weldenkenden, walgelijk platvloerse ideologieën, meer en meer aanhang. Dan de democratie maar afschaffen, vinden sommige mensen.

IPCC-goeroe Shearman en co-auteur Gary Sauer-Thompson, stellen in hun boek ‘Green or Gone‘ (Groen of Verloren) een ‘leiderschap van elitestrijders’ voor om de mensen te dwingen hun levensstijl te veranderen, wat verontrustend veel lijkt op de ‘dictatuur van de voorhoede van het proletariaat’.  Kortom: het vertrouwen in het zelfreinigende vermogen van de democratie is bij sommige klimaatactivisten klaarblijkelijk helemaal zoek.

Wat is democratie?
Democratie is een regeringsvorm waarbij de bevolking op representatieve wijze invloed heeft op de regering. Volgens Van Dale is democratie de; v -tieën staat(svorm) die aan het hele volk invloed op de regering toekent.

In theorie heeft iedere burger dus evenveel te zeggen in een democratie.
In feite is de invloed van het volk op het regeringsbeleid in de praktijk vrij beperkt. Zo zijn er gewoonlijk specialisten die de partijprogramma’s schrijven. Nadat de kiezers hun stem op de meest veelbelovende kandidaat of partij hebben uitgebracht (doorgaans de partij waarmee ze het dus het minst mee oneens  zijn), volgt de volgende fase van intern handjeklap: het regeerakkoord.

De reden dat omstreden, uiterst impopulaire maatregelen als de aanschaf van de JSF-straaljager, internetcensuur en miljardensteun aan incompetente bankiers er door komen. Veel maatregelen stranden door sabotage van ambtenaren (denk aan de weigering van de Amsterdamse hoofdcommissaris Welten om boerkadraagsters te arresteren), door oneerlijke bewindslieden die hun verkiezingsbeloften breken (denk aan het spreekwoordelijke CDA-gedraai), het buitenland (EU, diplomatieke druk, verdragen), binnenlands verzet door fanatieke actievoerders en machtige lobbygroepen.

Is de oplossing minder democratie?
Zoals we zagen is de stelling dat het volk de oorzaak is van de matige manier waarop we worden bestuurd, twijfelachtig. Het volk heeft maar één keer per vier jaar een beperkte invloed, de rest van de tijd regeren ambtenaren, politici en bestuurders. Klaarblijkelijk vinden bestuurders zelfs deze beperkte invloed hinderlijk en willen ze ook deze afschaffen. Laten we de gevolgen bekijken van de invoer van een oligarchie van verheven denkers.

In iedere regeringsvorm waarbij het volk niets in de melk te brokkelen heeft en zich niet door regeerders vertegenwoordigd voelt, ontstaat wantrouwen en wrevel ten opzichte van het gezag. Terecht: uit het afschaffen van de democratie blijkt een minachtende houding ten opzichte van de rest van het volk. Op zijn best ziet de elite het volk als dom en niet in staat voor zichzelf te zorgen. Op zijn slechtst vindt de elite de bevolking een nuttig instrument dat opgeofferd kan worden indien nodig voor een hoger doel.

Er zal verzet ontstaan. Iemand die zich niet aan de regels van de overheid houdt, hoe zinnig deze misschien ook zijn vanaf objectief standpunt, zal een heldenstatus bereiken. Actiegroepen zullen walvissen harpoeneren, redwoods omhakken  of hun batterijen in de groenbak gooien, domweg om de dictatoriale overheid dwars te zitten. De elite grijpt, in het algemeen belang, de toevlucht tot nog dictatorialer middelen. Macht wordt een doen in zichzelf.

Historisch gezien ontstonden de ergste milieuproblemen in dictaturen als de Sovjetunie en China. Misschien wordt dat in een eco-dictatuur zelfs nog erger, want milieuproblemen legitimeren het regime.

Extreme vervuiling komt vaak voor in dictaturen, omdat er niemand is die tegen de vervuiling durft te protesteren. – Library of Congress, 1942, public domain

Zijn populisten volksmenners?
Mensen zijn minder achterlijk dan sommige bestuurders denken. We zijn allen producten van een vier miljard jaar durende meedogenloze strijd om het bestaan waarin elke stommiteit dodelijk was. Als er keiharde, natuurwetenschappelijk juiste bewijzen zijn dat een bepaald beleid nodig is en deze bewijzen worden op een eerlijke en heldere manier  gepresenteerd, dan zal dit mensen overtuigen. Niet alle mensen, helaas zuchten nog velen van onze soort onder kwaadaardige religieuze of ideologische dwang die hun kritisch denkvermogen vernietigt. Wel de mensen die het geluk hebben opgegroeid te zijn in vrije en democratische landen.

Politici als Wilders, Palin en eerder Thatcher,  Fortuijn, Marijnissen en Troelstra worden verketterd als populisten. Dit betekent slechts dat ze de taal spreken die de meeste mensen begrijpen en aanspreekt. Ze zijn in staat een maatschappelijk probleem helder, duidelijk en in weinig woorden samen te vatten.

Mensen stemmen niet voor niets op dit soort leiders. Mensen die de essentie van een probleem duidelijk kunnen formuleren, zijn ook de mensen die het probleem begrijpen en de meeste kans hebben het te kunnen oplossen. Niet voor niets hebben bedrijven missies, visies en doelstellingen. Dat was tienduizenden jaren geleden zo, toen het nemen van de juiste beslissing een kwestie was van leven en dood. Nu is het nog steeds zo.

Niet iedere populist is ook een goede leider. Adolf Hitler, bijvoorbeeld, leidde de Duitsers en heel Europa de afgrond in omdat hij de verkeerde oorzaak aanwees voor de problemen in Duitsland. Niet de joden, maar haat en wantrouwen tussen de Europese grootmachten en hun bevolking zorgde voor het protectionisme en dus voor de economische problemen.

Meer democratie als oplossing?
Alleen als het volk leert om kritisch na te denken – goed wiskunde- en filosofieonderwijs en gedegen onderwijs in de wetenschappelijke methode zijn hiervoor essentieel – zal het een regering kiezen die een verstandig beleid voert.

We hebben gezien dat in de praktijk de regering onder druk van belangengroepen beslissingen neemt die niet in het lange-termijn belang zijn van de bevolking. Het volk meer invloed geven, betekent dat belangen- en lobbygroepen veel meer mensen moeten manipuleren. Het betekent ook dat politici zich eerder aan hun verkiezingsbeloften zullen houden. Nadeel is dat politiek niet maar een keer per vier jaar, maar elke dag een grote rol krijgt. Hebben we daar wel tijd voor?

Stad in de toekomst

De toekomst van leven op aarde

Stad in de toekomst
Stad in de toekomst

Discovery Networks heeft een documentaire gemaakt over hoe zij denken dat het leven in de iets verdere toekomst (lees tien tot vijftig jaar) er op aarde uitziet.
Uiteraard willen we die onze bezoekers niet onthouden.

Bereid je voor op drie kwartier slim stof dat over een stad uitgestrooid een gigantische computer vormt, James-Bond achtige gadgets als jetpacks, vliegende en duikende auto’s, drijvende steden en slimmere manieren om meteen beperkt aantal atomen toch de wereldbevolking van een luxueus bestaan te voorzien. Kortom: onbeschaamd optimisme. Enfin: ‘nuff said.