Studie: Niet CO2, maar CFK’s oorzaak opwarming
Niet de gedoodverfde boosdoener koolstofdioxide, maar CFK’s veroorzaken de globale opwarming sinds de jaren zeventig. Dat suggereert nieuw onderzoek van de University of Waterloo dat in het tijdschrift International Journal of Modern Physics B is gepubliceerd op 30 mei 2013.
CO2 bekend broeikasgas, maar…
Uit onderzoek van de negentiende eeuwse natuurkundige Svante Arrhenius, die het infrarood-blokkerende effect van kooldioxide al vroeg ontdekte, bleek al dat kooldioxide een broeikaseffect opwekt. Volgens hem zou een verdubbeling van de hoeveelheid kooldioxiode in de atmosfeer, van toendertijd 350 ppm naar 700 ppm, een opwarming van vier tot acht graden tot gevolg hebben. Op dit moment is het kooldioxidegehalte gestegen naar 400 ppm; door de wetenschappelijke gemeenschap wordt één graad temperatuurstijging hieraan toegeschreven, ook door klimaatdissidenten als Henrik Svensmark. Volgens de mainstream klimaatwetenschappers is het werkelijke broeikaseffect veel groter. Uit klimatologische waarnemingen blijkt echter dat de temperaturen sinds 2002 niet verder stijgen, volgens sommigen zelfs dalen, terwijl het CO2 gehalte nog steeds oploopt. Wat is er aan de hand?

Smal stralingsvenster als uitlaatklep
De aarde wisselt voortdurend energie uit met de omgeving. De voornaamste bron van energie is zonnestraling, voornamelijk zichtbaar licht, die wordt geabsorbeerd en in de vorm van infrarode straling weer af wordt gegeven. De reden dat de aarde vijftien graden wamer is dan bijvoorbeeld de maan, en dat de temperaturen op aarde in de nacht maar weinig dalen, is de aanwezigheid van broeikasgassen. De belangrijkste zijn kooldioxide (blokkeert IR-straling met een golflengte groter dan 13 micrometer) en waterdamp (blokkeert IR-straling met een golflengte tussen de 5-8,3 μm en 11-17 μm). Het leeuwendeel (80%) van de aardse warmtestraling wordt daarom uitgezonden in het kleine golflengtegebied tussen 8 en 13 micrometer. Als dit smalle venster wordt gesloten, verandert de aarde in een snelkookpan en lopen de temperaturen op aarde snel op. Een hogere temperatuur betekent dat er kortgolviger straling wordt uitgezonden, en er tegelijkertijd door verdamping er meer waterdamp in de lucht komt – uitgerekend het broeikasgas dat kortgolvige straling tegenhoudt. Hierdoor kan in theorie het broeikaseffect totaal uit de hand lopen. De angst van veel klimaatwetenschappers.
CFK’s blokkeren ‘window’
Straling in het smalle venster tussen 8 en 13 micrometer blokkeren is echter precies wat chloorfluorkoolwaterstoffen, ooit massaal toegepast in koelkasten, doen. Hierdoor kan zelf een kleine hoeveelheid CFK’s een grote invloed hebben op het klimaat. Volgens Lu is dit precies wat er gebeurt en verklaart de snelle toename van de hoeveelheid CFK’s in de atmosfeer de temperatuursstijging tot 2002. Omdat, stelt Lu, de concentraties van andere broeikasgassen al ‘verzadigd’ zijn, d.w.z. een extra toename geen extra broeikasefect oplevert, en die van CFK’s nog niet, zal een stijging in het CFK-gehalte een nog veel grotere impact hebben. Door de wereldwijde ban op CFK’s is de concentratie van deze onaangename stoffen echter langzaam aan het dalen. Lu stelt dat dit de reden is dat de toename van de oppervlaktetemperatuur op aarde stokt. Hij wijst er ook op dat kooldioxide, over het algemeeen gezien als dé boosdoener voor opwarming, pas 800 tot 1000 jaar na het invallen van de ijstijd begon te dalen. Overigens is ook ozon (O3), het gas dat het leven op het aardoppervlak beschermt tegen schadelijke UV-straling, een krachtig broeikasgas in precies dit gebied. Volgens Lu verklaart dit waarom de temperaturen op Antarctica sterk daalden en het ijs aangroeide in de jaren dat het gat in de ozonlaag het grootste was.
‘Bijna perfecte correlatie tussen CFK-gehalte en temperatuur’
“The climate in the Antarctic stratosphere has been completely controlled by CFCs and cosmic rays, with no CO2 impact. The change in global surface temperature after the removal of the solar effect has shown zero correlation with CO2 but a nearly perfect linear correlation with CFCs – a correlation coefficient as high as 0.97.”, concludeert hoogleraar Lu. [1]. Volgens Lu’s cosmic-ray-driven electron-reaction (CRE) theorie bepaalt kosmische straling hoe snel CFK’s en ozon af worden gebroken. Een periode van heftige kosmische straling viel volgens Lu samen met de opmars van CFK’s, wat het diepe gat in de Antrctische ozonlaag verklaart. Vermoedelijk zullen de aanhangers van de mainstream opwarmingstheorie Lu venijnig van repliek dienen, zoal gebruikelijk in het klimaatwereldje. Dat het stopzetten van het gebruik van CFK’s geen jaar te vroeg is gebeurd, is echter wel duidelijk.
Bron
Qing-Bin Lu, Cosmic-Ray-Driven Reaction and Greenhouse Effect of Halogenated Molecules: Culprits for Atmospheric Ozone Depletion and Global Climate Change, University of Waterloo, International Journal of Modern Physics B Vol. 27 (2013) (preprint hier)