toekomst

Video: overleeft de mensheid de volgende 100.000 jaar?

Op het eerste gezicht een domme vraag. Toch zijn er een aantal ernstige bedreigingen die de mensheid de komende honderdduizend jaar uit kunnen roeien. Zal het met ons net zo aflopen als met de dino en de dodo? Of hebben we als mensheid nog een aantal trucs tot onze beschikking om het nog veel langer dan dat uit te zingen op de derde rots vanaf de zon? Deze video gaat in op deze vragen.

Na de ineenstorting van het Romeinse Rijk vormde het oude amfitheater van Nîmes het nieuwe dorp.

‘Economische crisis gevolg energietekort’

Zaken als hordes beleidsambtenaren, ingewikkelde financiële constructies en zeer gespecialiseerde dienstverlening zijn alleen mogelijk door de overvloedige, makkelijk winbare  fossiele energie. Valt die terug, dan is een crisis – met als gevolg een terugval naar een eenvoudiger maatschappij – onafwendbaar, aldus de Amerikaanse politicoloog Thomas Homer-Dixon in zijn beroemde boek The Upside of Down. Heeft hij gelijk?

‘West-Romeinse Rijk stortte in elkaar door energietekort’
Na eeuwen van expansie stabiliseerde het Romeinse Rijk rond 200 nC. De grenzen bleven hierna in grote lijnen ongewijzigd. Toch stortte het rijk in 476 totaal in. De laatste Romeinse keizer werd door de barbaarse krijgsheer Odoaker afgezet. Historici bakkeleien al eeuwen over de werkelijke oorzaak achter het inzakken van het rijk. Opmerkelijk genoeg begroetten de onderdanen van de Romeinen de barbaarse invallers namelijk als bevrijders. De reden: de wurgende belastingen en de teruglopende productie uit de landbouw. Steeds onvruchtbaarder gronden werden in gebruik genomen, waarna erosie zijn vernietigende effect op de bodem had. Het gevolg: elke boer kon steeds minder ambtenaren en soldaten onderhouden. De complexe bestuursstructuur van het Romeinse Rijk werd een waterhoofd, dat alleen door extreem hoge belastingen te onderhouden was.

Na de ineenstorting van het Romeinse Rijk vormde het oude amfitheater van Nîmes het nieuwe dorp.
Na de ineenstorting van het Romeinse Rijk vormde het oude amfitheater van Nîmes het nieuwe dorp.

De barbaren brachten een eenvoudige regeervorm die maar weinig overhead vergde. De steden liepen leeg. De bevolking van het middeleeuwse Nîmes kon met gemak in het Romeinse amfitheater wonen en deed dat ook. Rome, ooit een miljoenenstad, bereikte in de twaalfde eeuw een inwonertal van rond de tienduizend.

De gevolgen van energietekort
Ook nu bereiken we een dergelijk keerpunt, aldus Homer-Dixon. Boeren kunnen in hun eentje tientallen  hectares bewerken en het voedsel voor honderden mensen produceren, door krachtige, maar energieslurpende landbouwmachines en door kunstmest, eveneens gewonnen met energievretende processen. Tot nu toe konden we ons dit veroorloven door de makkelijk te winnen fossiele brandstoffen. Er was in het verleden maar één vat aardolie nodig om honderd vaten te winnen. Nu is dat gedaald tot tien vaten. De zeer vervuilende teerzandolie, nu gezien als grote redding, levert per geïnvesteerd vat maar twee vaten olie op. Het gevolg: er moet heel veel werk worden verricht om energie te winnen, waardoor er weinig hulpbronnen overblijven voor andere dingen, zoals advocaten, huisstijlveranderingsbegeleiders en fnanciële goochelaars. Met de grote kantoren op Wall Street en de evenknieën in andere landen zal dan hetzelfde gebeuren als met de Romeinse metropolen: ze zullen leeglopen. Ook zal voedsel veel duurder worden. Voor de armsten zal dit niet meer te betalen zijn. Op dit moment geven de armsten in Nederland ongeveer vijftien tot twintig procent van hun inkomen aan voedsel uit, dat kan verdubbelen of meer. De situatie in overbevolkte onderontwikkelde landen is nog veel vervelender. Daar balanceren de armen nu al op de rand van de afgrond.

De EREOI (eenheden energieopbrengst per geïnvesteerde eenheid energie) van verschillende Amerikaanse energiebronnen in 2010. Zonnepanelen scoren nu aanmerkelijk gunstiger dan toen.
De EREOI (eenheden energieopbrengst per geïnvesteerde eenheid energie) van verschillende Amerikaanse energiebronnen in 2010. Zonnepanelen scoren nu aanmerkelijk gunstiger dan toen.

Blijft het energietekort permanent?
Zoals bekend bij onze lezers hebben we op Visionair.nl doorgaans een wat optimistischer kijk. Zo ook hier; dit met reden. Er zijn nu namelijk al alternatieve energievormen die een hogere EROEI (energy return on energy invested) hebben dan fossiele brandstoffen. Waterkracht, bijvoorbeeld, levert in de VS honderd maal zoveel energie op als er in is gestopt. We kunnen niet net als de Romeinen onze toevlucht zoeken tot oorlogen om aan slaven of energie te komen, de Irak-oorlog bleek een miskleun van duizend miljard dollar, dus zijn we wel gedwongen technisch vernuft in te zetten.

Dit lukt nu ook heel aardig. Op dit moment komen er zwermen getalenteerde wetenschappers en technici uit landen die een halve eeuw geleden tranentrekkers op televisie waren. De meesten van hen werken nu aan fundamenteel onderzoek en technieken, onder andere om meer energie te persen uit zon, water en wind. Zonnepanelen zijn nog nooit zo voordelig geweest als nu en kenden nog nooit zo’n hoge EREOI. We verwachten een enorme Kondratieff golf in de komende decennia als duurzame energiebronnen definitief de plaats in gaan nemen van fossiel en ons vervoer, machines en onze infrastructuur hierop aangepast moeten worden. Helaas hebben we ten opzichte van jonge groeilanden een remmende voorsprong. Waarschijnlijk brengen oude olieraffinaderijen en boorplatforms echter wel heel veel op als scrap metal.

De V.S.: Laat dat voorbeeld niet ons voorbeeld zijn

Onderstaand artikel is een inzending voor de wedstrijd ´Het grootste probleem van Nederland´, waarbij de vraag was: wat is nu of in de toekomst een groot probleem voor de bevolking van Nederland? Deze inzending is van Edwin Al, die hiermee de publieksprijs heeft gewonnen.

Als je naar de Verenigde Staten kijkt, kijk je naar de toekomst van Nederland.  De druk van presteren dat ten kosten gaat van de ontwikkeling van het individu. Waar de buitenwereld, en het doen overkomen daarnaar, belangrijker wordt bevonden in het doel dat nagestreefd wordt, maar waar men zegt dat het gezin en God de bakermat is van die maatschappij. Op zich logisch: als je jezelf verliest om doelen na te streven heb je God en je gezin nodig om op te leunen (jezelf ben je toch al kwijt), maar dat terzijde.

Bron: Wikipedia

De ontwikkeling en uitbreiding van het kennisarrangement, zodat de buitenwereld kan zien hoe goed je bent in je vak, je carrière, je beroep of je rol die je wilt gaan uitvoeren of al uitvoert, gaat ten kosten van de persoonlijke intrinsieke ontwikkeling van de mens op mentaal en emotioneel vlak. Je bent dan bezig met wat de buitenwereld van je verlangt in plaats van waar je innerlijke wereld behoeften aan heeft. Om een fatsoenlijke carrière te bereiken kost. Studeren kost geld. Wonen daar waar je carrière zich kan ontplooien kost geld. Dubbele diensten, twee banen om de huur of hypotheek te kunnen betalen. Geld heb je nodig om je gezin te onderhouden, zodat je kinderen later ook weer kunnen studeren. Vrijwilligers werk, goede doelen en God waar tijd aan moet worden gespendeerd.

De samenleving in de Verenigde Staten doet wat ie moet in plaats van wat ie voelt. Hierdoor raakt men verder verwijderd van zichzelf, heeft men therapie nodig. Hoor je er niet bij als je geen therapeut hebt. Therapie kost geld, wat voor nog meer stress zorgt. Dit is een variant. Hard werken en je gezin verzorgen, wonen op stand door met z’n tweeën te verdienen, je je gezin in Gods handen legt omdat je er zelf geen tijd voor hebt. Je de liefde die individuen nodig hebben niet kan geven of kan ontvangen, omdat je het te druk hebt. Hierdoor de ziel niet gevoed wordt met onvoorwaardelijke liefde, men surrogaat liefde gaat zoeken, en zich daardoor nooit bevredigd voelt. Echtscheidingen en losgeslagen pubers schering en inslag is, waar God dan waarschijnlijk weer zijn bedoelingen mee heeft en we daar iets van moeten leren, waar we vervolgens geen tijd voor hebben. Dit is ook een variant. Zo zijn er legio varianten die zeggen dat men meer voor zichzelf moet gaan zorgen in plaats van zorgen maken.

Wat heeft dit allemaal te maken met ‘een groot probleem voor de bevolking van Nederland?’ Toen ik halverwege de jaren tachtig in de zesde klas lagere school zat had Nederland ongeveer 14 miljoen inwoners. Heden ten dagen is dat gegroeid tot 16 miljoen en over 50 jaar is dat misschien wel verder gegroeid tot 20 miljoen. Als de Verenigde Staten een voorbeeld zijn in de ontwikkeling van het individu, dan betekent dat dat steeds meer mensen het slechte voorbeeld krijgen en geven waardoor de pure en echte mensen het moeilijk krijgen zich staande te houden en de rest van de bevolking ook onbevredigd rondloopt vanwege de varianten die eerder geschetst zijn. Een totale verlies-verlies situatie dus. Een bijkomstigheid is dat er steeds minder gelovigen zijn, wat het probleem met zich mee brengt dat je jezelf de schuld moet geven, of in ieder geval jezelf de verantwoordelijke bent voor datgene wat je het onbevredigde gevoel geeft. Dit levert ook weer stress op. Zo worden emmers gevuld alwaar druppels niet welkom zijn, maar waar wel meer mensen in Nederland zijn die voor die druppels kunnen zorgen. En dát zou nog wel eens een probleem voor de bevolking van Nederland kunnen zijn.

Edwin heeft zelf inmiddels een boek in de schappen liggen. Het is op verschillende plekken te bestellen en te vinden onder de titel ‘De blauwdruk van mijn Black box’, ISBN 9789048421329, Edwin Al.

Toekomstige generaties opzadelen met ons kernafval is ‘geen probleem’

Omdat het verval van gevaarlijk radioactief materiaal tot ongevaarlijke stof honderdduizenden jaren kan duren, is de opslag ervan niet alleen een zorg voor de huidige, maar ook voor toekomstige generaties. Zij zitten opgescheept met afval van een product waar zij niet van hebben kunnen profiteren. Is dit een probleem of is dit iets waar de huidige generatie toch geen hinder van zal ondervinden dus wat niet als probleem mag worden gekenmerkt? Kortom: waarom zou de huidige generatie zich bezig moeten houden met de eventuele problemen van kernafval voor toekomstige generaties?

Naar aanleiding van de inzichten uit de milieuwetenschappen die we eerder hier op Visionair.nl voorbij hebben zien komen, welke de problematiek rondom kernafval duidelijk funderen op grond van de aanname van duurzaamheid, zullen deze inzichten in dit artikel vanuit een filosofisch perspectief worden bekeken. In het begin van het stuk zal het idee dat we verantwoordelijkheid dragen tegenover toekomstige generaties worden geassocieerd met het ‘non-identiteits probleem’. Dit probleem blijkt door vele verschillende filosofen gepoogd op te lossen, maar geen van allen is dit op een bevredigende manier gelukt. Uiteindelijk zal blijken dat de aanname van duurzaamheid vanuit de filosofie niet zonder meer te rechtvaardigen is.

 

Het Non-Identiteits Probleem

Sinds jaar en dag houden mensen zich bezig met de vraag wat het goede is en hoe men dit in het dagelijks leven kan nastreven. De Griekse filosoof Aristoteles, die zo’n 350 voor Christus leefde, schreef in zijn Ethica Nicomachea al over de ethiek van het goede leven. In passage 1101 b 5 zegt hij: “Het blijkt (…) voor de doden wel verschil te maken of hun vrienden het goed of slecht maken, maar niet zoveel of zodanig dat het de gelukkigen ongelukkig maakt”.[1] Aristoteles geeft hier eigenlijk al aan dat voor iemand die dood is de wereld niet zoveel meer deert.

In 1984 komt Derek Parfit met het boek ‘Reasons and Persons’ waarin hij in deel IV vraagtekens zet bij de verantwoordelijkheid van de huidige generatie richting toekomstige generaties.[2] Hij stelt dat als een vrouw een kind krijgt, dat niet hetzelfde kind zou zijn als wanneer ze enkele jaren later een kind krijgt. Over het algemeen kan hieruit de vraag volgen of toekomstige generaties recht hebben om te klagen over beleidsbeslissingen die de huidige generatie nemen. Hier blijkt enige frictie met de milieuwetenschappen, waar er zondermeer vanuit wordt gegaan dat de huidige generatie verantwoordelijkheid draagt tegenover toekomstige. Doran Smolkin (2002) verwoordt het probleem dat hieruit ontstaat als volgt:

Within environmental ethics, it is often claimed that at least one of the reasons why it is wrong to adopt ecologically unsound policies is the harmful effects they promise to have on future people. But (…) it becomes unclear whether such claims are defensible given that the future people affected by the dangerous policies would not have existed had the policies not been adopted.[3]

Derek Parfit

Als het beleid anders was geweest zouden de ouders van die generatie elkaar misschien niet ontmoet hebben en vice versa. Omdat ons gevoel in deze kwestie de rechtvaardiging tegen spreekt, ontstaat hier wat Parfit in 1984 het ‘non-identiteitsprobleem’ (NIP) heeft gedoopt.

Dat ons gevoel in deze kwestie de rechtvaardiging tegenspreekt, blijkt wel uit het feit dat in de milieuwetenschappen (en andere disciplines) de aanname geldt dat we moeten streven naar duurzaamheid. Risico mijden voor toekomstige generaties valt hier ook onder. Als gevolg van in de loop der jaren steeds meer opkomende discussies waarbij het NIP een rol speelt, zoals bij de opslag van kernafval het geval is, blijken er enkele termen binnen deze discussies van belang te zijn. Een van deze termen is de complaint-warranting condition (CWC), wat de situatie inhoudt waarin een persoon onrecht is aangedaan door een beslissing A, waarbij A een noodzakelijke voorwaarde was voor die persoon om geboren te worden maar ook resulteerde in een leven dat in zekere zin ernstig belemmerd wordt.[4]

Ter verduidelijking van de argumenten is het handig om gebruik te maken van een voorbeeld van Parfit dat dichtbij ons vraagstuk ligt en welke het ‘riskante beleid’ wordt genoemd:

As a community, we must choose between two energy policies. Both would be completely safe for at least three centuries, but one would have certain risks in the further future. This policy involves the burial of nuclear waste (…). Since the waste will remain radioactive for thousands of years, there will be risks in the distant future. If we choose the Risky Policy, the standard of living will be slightly higher over the next century. (…)[5]

Dit voorbeeld van het riskante beleid is precies wat er gaande is met het huidige probleem rondom eindberging van kernafval. Behalve het formuleren van dit probleem, doet Parfit ook een gooi naar een mogelijke oplossing van het NIP. Hiervoor introduceert hij de claim ‘Q’, welke staat voor: “If in either of two possible outcomes the same number of people would ever live, it would be worse if those who live are worse off, or have a lower quality of life, than those who would have lived.” [10] [6] Helaas zag hij zelf ook al in dat men met deze claim weinig verder komt, zoals ook later door vele anderen is bediscussieerd (zie onder andere Achterberg[7], Boonin[8], Weinberg[9] en Smolkin ). Deze claim is bijvoorbeeld verwerpelijk omdat je niks kunt zeggen over het aantal mensen dat in de toekomst zal leven en vergelijkingen op utilistische gronden zijn daardoor niet relevant. Bovendien wordt de vergelijking binnen Q nog problematischer als je er in mee neemt dat, zoals het voorbeeld van het riskante beleid aangeeft, de levensstandaard voor de huidige generatie al stijgt.

Ook Smolkin heeft moeite met het komen tot een harde conclusie. In zijn artikel ‘Toward A Rights-Based Solution to the Non-Identity Problem’ stelt hij de CWC op en richt hij deze specifiek op het welzijn van een persoon in een bepaald stadium van zijn of haar leven. Personen zouden, mocht het CWC op hen van toepassing zijn, het recht hebben om niet tot leven gebracht te zijn. Toch stelt hij vervolgens: “To be sure, much more needs to be said about the details of this complaint-based view.”[11] David Boonin reageert dan ook op dit artikel met de opmerking dat Smolking geen reden geeft waarom deze personen dit recht zouden hebben en stelt dat een dergelijke reden ook moeilijk te geven is. “We could, of course, simply stipulate that this right exists simply in order to solve the non-identity problem. But we could just as easily stipulate something else to render false one of the other premises of the argument that generates the problem.”[8]Dit laat ons geen reden om deze ‘right-based solution’ van Smolkin aan te houden.

Doordat er vele filosofen zijn die een poging hebben gedaan het NIP te omzeilen, komt Boonin met een radicalere opvatting. Volgens hem zijn bij het NIP de premissen waar, is de argumentatie goed opgebouwd (wat de redenering geldig maakt) en volgt daaruit ook logisch de conclusie. Het probleem ontstaat doordat deze conclusie in strijd is met de maatschappelijke opvatting (onze sterke morele intuïties). In zijn artikel ‘How To Solve the Non-Identity Problem’ bespreekt Boonin vele filosofen die allemaal een verschillende aanpak hebben om dit probleem tegen te gaan. Sommigen verwerpen de conclusie door aan te tonen dat het niet volgt uit de premissen, anderen accepteren de logische gevolgtrekking maar negeren de conclusie simpelweg, juist omdat het in strijd is met de publieke opinie. Een derde optie is om simpelweg geen reactie te geven op deze kwestie omdat het buiten het domein van de ethiek zou liggen. Maar ook deze optie is een vorm van ontwijking van het probleem. Daardoor lijkt het erop dat er geen manier is om het probleem op te lossen. Toch toont Boonin aan dat we een optie over het hoofd hebben gezien: “The non-identity problem is solved not by finding a mistake in the argument that generates it, but rather by finding that there is no reason to treat the argument as giving rise to a problem in the first place.” Boonin stelt voor onze weerstand tegen de conclusie dat er geen rechtvaardiging gegeven kan worden op te heffen, ten einde het NIP op te lossen.[8]

Zijn we met het verwerpen van onze sterke morele intuïties dan aangekomen bij een antwoord op het probleem van opslag van kernafval? Dat kan toch haast niet het geval zijn. Zo stelde de bekende filosoof Immanuel Kant al in 1785 zijn categorisch imperatief (CI) op, welke luidt: “handel alleen volgens die maxime waardoor je tegelijkertijd kunt willen dat zij een algemene wet wordt.”[12] Hoewel er in deze imperatief geen notie van tijd zit, volgt hieruit dat de huidige generatie zich wel degelijk bezig moet houden met potentiële problemen voor toekomstige generaties. Zouden we namelijk willen dat dit niet het geval was, dan had men in het verleden ook geen rekening hoeven houden met risicovolle factoren en had dit tot gevolg kunnen hebben dat er nu een nauwelijks bewoonbare planeet zou zijn overgebleven. Mensen zouden in dat geval geen levenswaardig leven leiden. Dit kunnen we niet willen, dus zou Kant concluderen dat we ons nu en in de toekomst wel degelijk bezig moeten houden met potentiële toekomstige problemen.

Conclusie 

Kant zijn CI mist de notie van tijd en is daarom zeker geen antwoord op het NIP. Boonin zou waarschijnlijk om die reden de redenatie aan de hand van het CI van Kant, verwerpen. Dit laat ons achter met de hoofdvraag die vanuit dit filosofische perspectief niet te beantwoorden is omdat het eventuele antwoord in strijd is met onze intuïties. Het feit blijft dat we sterke morele intuïties hebben die aangeven dat we ons moeten bekommeren om de wereld van de toekomst, maar vanuit de filosofie is er vooralsnog geen rechtvaardiging te geven voor deze intuïties.

 

Bronnen:

  1. Aristoteles, Ethica Nicomachea, (1999) Historische Uitgeverij: Groningen, vertaald door Christine Pannier en Jean Verhaeghe, passage 1101 b 5.
  2. D. Parfit, Reasons and Persons, (1984) Oxford University Press.
  3. D. Smolkin, Toward A Rights-Based Solution to the Non-Identity Problem, (1999) Journal of Social Philosophy 30, p. 196.
  4. Ibid., p. 202.
  5. Ibid., p. 197.
  6. Zie 2, p. 360.
  7. W. Achterberg, Natuur: uitbuiting of respect?, (1989) Kok Agora: Kampen, p. 93.
  8. D. Boonin, How To Solve the Non-Identity Problem, (vol. 4 2010) in: A Priori,UniversityofCanterbury:New Zealand. Zie: http://apriorijournal.net/volume04/boonin1.html geraadpleegd op 8 april 2011.
  9. R. Weinberg, Identifying and Dissolving the Non-Identity Problem, (2008) Philos Stud, p. 12.
  10. Zie 3, p. 198.
  11. Ibid., p. 206.
  12. I. Kant, Fundering van de Metafysica van de Zeden, (1997) Boom: Amsterdam, vertaald door: Thomas Mertens, p. 74.

Update het politieke systeem

Als we voortbestaan als basisprincipe nemen van onze maatschappij dan kunnen we verschillende onderdelen van onze maatschappij in dat licht bekijken. Laten we vanuit dit standpunt ook eens kijken naar de rol van politiek in onze huidige maatschappij. In het meest ideale geval zouden politici continue op zoek zijn naar methoden om het voortbestaan van de mensen zo goed mogelijk te verbeteren. Als we naar de huidige realiteit kijken dan zijn er twee belangrijke vragen te stellen.

In hoeverre dient de politiek de belangen van het volk nog en gebeurt dit op een optimale manier?

Als eerste is het de vraag of politici eigenlijk wel doen wat ze idealiter zouden moeten doen. Kortom handelen ze eigenlijk wel in het belang van het volk en proberen ze het voortbestaan van de mensen zo goed mogelijk te verbeteren? Zelf denk ik dat dit momenteel zelden het geval is. Momenteel lijkt de politiek vooral een instrument van de machtigste lobbyclubs te zijn om hun belangen te verdedigen, de belangen van het volk lijken maar zelden op de eerste plaats te komen.
Als een bevolking middels een referendum duidelijk maakt aan de politiek dat het geen behoefte heeft aan een Europese grondwet, dan wordt het een paar jaar later er gewoon doorheen gedrukt zonder nogmaals te vragen aan de mensen die ze eigenlijk horen te vertegenwoordigen.
Als Amerika roept om hulp uit Nederland om een oud dictator die zij zelf geïnstalleerd hebben, maar die inmiddels niet meer luistert, te verwijderen dan offert onze overheid daar graag wat burgers en een flinke hoeveelheid belastinggeld voor op. Ook al is de grote meerderheid van het volk het hier niet mee eens.
Daarbij worden onderwijs en zorg opgeofferd om private banken te redden die er een puinhoop van hebben gemaakt. In alle gevallen worden de politici echter wel beloond door deze partijen met mooie baantjes bij de grote bedrijven of een mooie post bij een internationale organisatie na de tijd. Kortom op dit vlak is veel ruimte voor verbetering.

De tweede vraag is of ons huidige organisatiemodel van de politiek wel het meest geschikt is om het doel van de politiek te vervullen. Ons huidige model is gebaseerd op een systeem wat opgezet is in 1814. Het idee achter de democratie was dat iedereen gehoord zou worden en om dit doel te bereiken konden mensen toendertijd lokale vertegenwoordigers kiezen die hun belangen vervolgens zouden behartigen in vergaderingen etc. Maar met de komst van het internet lijken deze tussenpersonen overbodig geworden. Door slim gebruik te maken van het internet kan volksvertegenwoordiging veel directer. Het is dan ook niet langer nodig om op mensen te stemmen, met het internet zou er direct op ideeën kunnen worden gestemd door alle mensen die dit willen.

Kortom als je nu het huidige systeem eens volledig buiten bechouwing laat en je zou een politiek systeem ontwerpen met de huidige kennis en technologie hoe zou zo een systeem er dan uit kunnen zien?

Zou dit een beeld van de toekomstige geschiedenisboekjes zijn als we ons politieke systeem updaten met behulp van de huidig beschikbare technologieën?

Hier een mogelijke uitwerking van zo een systeem.
Een uitgebreide website kan als eerste vragen en inventariseren wat de wensen en behoeften zijn van het volk. Hoe denken zij dat hun voortbestaan zo goed mogelijk verbeterd kan worden en op welke manier zou de politiek hier een rol in dienen te spelen? Daarnaast kunnen mensen via hetzelfde platform ook meehelpen met het voor elkaar krijgen van deze doelen. Naast de wensen van mensen kun je namelijk ook de kennis en bekwaamheden van alle mensen gaan benutten via het internet. Als laatste zou je mensen via dezelfde site ook direct kunnen laten stemmen op voorstellen en wetten. Welke ze overigens ook zelf hebben kunnen aandragen en van argumentatie en onderbouwing hebben kunnen voorzien. Kortom met behulp van het internet is een organisatie systeem mogelijk wat veel democratischer, efficiënter en directer is dan het bijna 200 jaar oude model wat we nu gebruiken.

De uitdaging hierbij is om een goed websysteem te bouwen wat deze functies vervult. Gezien het algemene doel is het logisch dit open source te doen zodat iedereen hier aan mee kan werken en iedereen de mogelijkheid heeft dit systeem te verbeteren. Zo is het mogelijk het systeem op verschillende bestuursniveau`s te gebruiken, van dorps tot landsniveau.

Wat denken mensen hier ervan, is het een realistisch en wenselijk idee om ons politieke systeem in Nederland te updaten? Constructief commentaar en programmeurs om dit idee te realiseren zijn beide zeer welkom.

 

Video: tien technieken uit de toekomst

Een video-overzicht van tien technieken die rechtstreeks uit het op hol geslagen brein van een science fiction schrijver lijken te komen. Echter: ze bestaan al…

Sommige technieken, zoals het driedimensionaal printen van donororganen zullen een belangrijke impact hebben op ons leven in de toekomst. Andere technieken zijn alleen maar spectaculair. Toch zetten ze ons aan het denken. De toekomst is dichterbij dan menigeen zich realiseert…

De kathedraal van Brasilia. De verplaatsing van de hoofdstad naar het binnenland bleek achteraf een gouden greep voor het land.

De tien machtigste economieën in 2020

Bezit van grondstoffen maakt rijker dan bezit van kennis of industrie. Zo is de Braziliaanse economie nu groter dan de Britse, aldus het economische onderzoeksinstituut CEBR (Centre for Economic and Business Research).  Maar blijft dat zo?

Grondstoffen en voedsel veel belangrijker
“De grote economische verschuivingen duiden niet alleen op een wissel van west naar oost, maar we zien ook dat landen die vitale grondstoffen produceren -voedsel en energie- het heel goed doen en geleidelijk op de economische ladder klimmen”, zegt directeur Douglas McWilliams. Volgens het CEBR zal in 2020 geen enkel Europees land nog in de top vijf staan, omdat de Europese economieën minder hard groeien dan die van bijvoorbeeld Rusland en India.

De top tien grootste economieën van de wereld 

PLAATS 2011 2020 (VOORSPELLING)
1 VS VS
2 China China
3 Japan Japan
4 Duitsland Rusland
5 Frankrijk India
6 Brazilië Brazilië
7 Verenigd Koninkrijk Duitsland
8 Italië Verenigd Koninkrijk
9 Rusland Frankrijk
10 India Italië
De kathedraal van Brasilia. De verplaatsing van de hoofdstad naar het binnenland bleek achteraf een gouden greep voor het land.
De kathedraal van Brasilia. De verplaatsing van de hoofdstad naar het binnenland bleek achteraf een gouden greep voor het land.

Fossiel steeds minder essentiële grondstof
De voornaamste grondstof is aardolie, gevolgd door de andere twee fossiele brandstoffen aardgas en steenkool. De oprukkende economische macht van Rusland is het gevolg van de snel stijgende prijs hiervan. We hebben echter niet deze grondstoffen an sich nodig,maar de energie die ze dragen. Vinden we een andere energiebron, dan worden de rollen omgedraaid. Die andere energiebron is, naar het er nu naar uitziet, zonne-energie. In woestijnlanden en voor consumenten is zonne-energie nu al goedkoper dan netstroom en de komende jaren zal dat ook voor landen in gematigde windstreken gaan gelden.

Zonder voedsel geen steden en beschaving
De hoge voedselproductie die het ontstaan van de landbouw mogelijk maakte,is de directe oorzaak van het ontstaan van steden en de beschaving. De meeste beschavingen zijn ingestort door het instorten van de voedselproductie, doorgaans door overexploitatie van landbouwgrond of klimaatsveranderingen. Kortom: het belang van voedsel is groter dan dat van bijvoorbeeld fossiele brandstoffen. We kunnen overleven zonder auto,maar niet zonder voedsel.

Vervangers voor voedsel
Het goede nieuws is dat er steeds meer alternatieven voor de grootste verslinders van landbouwland komen. Zo kunnen biobrandstoffen vervangen worden door elektrisch vervoer in combinatie met zon en wind. Veel landbouwgrond wordt gebruikt voor veeteelt of om veevoer op te laten groeien. De eerste proeven met kunstvlees zijn gelukt en vermoedelijk zal er tien jaar na nu een winstgevende kunstvleesindustrie ontstaan. Dit zou viervijfde van alle landbouwgrond die nu voor de teelt van veevoergewassen wordt gebruikt, vrij laten vallen.

Koolstofrevolutie vervangt aantal metalen
Het zeer sterke en lichte grafeen bestaat uit puur koolstof. Koolstof is op aarde een van de meest voorkomende elementen, denk onder andere aan het nuttige gasje koolstofdioxide waar we allemaal erg bang voor worden gemaakt.  Grafeen en koolstofnanobuisjes hebben een aantal eigenschappen,denk aan geleidbaarheid en sterkte, die tot nu toe alleen bij metalen werden aangetroffen. Dit betekent dat ook metalen als grondstoffen minder belangrijk worden dan nu.

Menselijke hulpbronnen worden het belangrijkst
Het is voornamelijk menselijke creativiteit waar de waardeproductie vandaan komt. Als in een land een lage corruptie heerst en de bevolking hoogopgeleid en creatief is,wordt dit land een voortdurende bron van innovatie en nieuwe technieken.  Denk ook aan cultuur: steeds meer omzet komt uit games en andere geestesproducten. Hoewel Europa niet rijk begiftigd is met grondstoffen, hebben we hier nog de nodige kansen. Of die gegrepen worden is helaas de vraag: dit continent, en Nederland in het bijzonder, worden geteisterd door ernstige peak fantasy en napraterij.

Kernafval: is een probleem voor de toekomst ook een probleem voor nu?

Dit artikel is geschreven door Sophie, in samenwerking met Niek.

Hoewel kernenergie een stuk ‘schoner’ is dan energie uit kolencentrales en bovendien een constantere energiestroom levert dan hernieuwbare energie, zijn er ook risico’s aan verbonden. Omdat het verval van gevaarlijk radioactief materiaal tot ongevaarlijke stof honderdduizenden jaren kan duren, is de opslag ervan niet alleen een zorg voor de huidige, maar ook voor toekomstige generaties. Zij zitten zogezegd opgescheept met afval van een product waar zij niet van hebben kunnen profiteren. Is dit een probleem of is dit iets waar de huidige generatie toch geen hinder van zal ondervinden dus wat niet als probleem mag worden gekenmerkt? Kortom: waarom zou de huidige generatie zich bezig moeten houden met de eventuele problemen van kernafval voor toekomstige generaties?

Een verkenning van een antwoord op deze vraag vanuit de Milieuwetenschappen. In een later artikel zal er vanuit de filosofie een versassende invalshoek worden besproken.

 

Feiten over kernafval

Bron afbeelding: Wikipedia

Bij het opwekken van kernenergie ontstaan bij de verschillende stappen in het ingewikkelde proces van energie opwekken radioactief afval. Dit houdt in dat de radioactieve stof ioniserende straling uitzendt waar geen andere toepassing meer voor te vinden is. Wat ioniserende straling doet is het wegslaan van elektronen in moleculen in levend organisme wat het weefsel beschadigt. Een kleine hoeveelheid van deze straling is overal op aarde aanwezig en het lichaam is gewend aan deze straling en kan zich herstellen. Maar hoe hoger de stralingsdosis hoe minder gemakkelijk dit gaat.[1] Een te hoge straling heeft ernstige gevolgen: misvormingen bij het nageslacht, kanker of zelfs een acute dood.[2] Een stof kan in verschillende mate radioactief zijn. Kernafval bestaat voor 90% uit laagactief afval, 7% uit middelactief afval en 3% uit hoogactief afval.[3] Hoe lang een stof schadelijk voor de gezondheid blijft ligt aan de halfwaardetijd van een stof. De halfwaardetijd is de tijd die moet verstrijken voordat de radioactieve stof half zo actief is geworden.[4] Het verschilt per stof en per proces hoe lang het duurt tot er geen schadelijke straling meer is; dit kan meer dan honderdduizend jaar duren.[5] Dit is een lastig gegeven, want het is moeilijk om een voorstelling te maken van een tijdsbestek van honderdduizend jaar en om rekening te houden met eventuele generaties die dan leven.

Bron foto: Wikipedia

Het grootste probleem met het hoogactieve kernafval is het gegeven dat er nog geen kennis is om kernafval op te slaan zodat er geen mogelijkheid is op rampen. In Nederland wordt op dit moment kernafval voor de eerste honderd jaar bovengronds opgeslagen terwijl er tussentijds onderzoek wordt gedaan naar een mogelijkheid tot eindberging.[6] Er zijn in de loop van de jaren vele voorstellen gedaan, zo zijn er plannen geweest om het afval op te slaan in de poolkappen, in de diepzee, in zout- en kleilagen, maar geen van de plannen bood het vooruitzicht op volkomen veilige opslag.[7] Er blijven veiligheidsrisico’s met betrekking tot kernafval in het geval van een oncontroleerbare omstandigheid, waarvan het lastig, zo niet onmogelijk is om deze te voorspellen. De veiligheidsvoorschriften waar kerncentrales zich aan moeten houden vandaag de dag zijn streng en maken de kans op een ongeluk hierdoor klein.[8] Toch blijft de kans aanwezig dat er in de toekomst moeilijkheden zullen zijn met het afval wat de huidige generaties hebben veroorzaakt.

Mogelijkheid tot innovatie en risico

De veiligheidsnormen die worden opgesteld door de EU en de Nederlandse overheid zijn uiteraard gericht op een beleid waarin de kans op complicaties met kernafval zo klein mogelijk zijn. Toch zou het kunnen zijn dat er in de toekomst voorvallen zullen plaats vinden waardoor toekomstige generaties nadeel zullen ondervinden aan het feit dat wij nu gevaarlijk radioactief afval produceren. Daar tegenover staat de mening van diegenen die beweren dat mensen in de toekomstige generaties zo ver zullen zijn met specifieke innovaties op het gebied van veiligheid en het juist kunnen voorspellen van processen in de aarde en andere risico’s dat eindberging wel mogelijk zal zijn.

Een voorbeeld van een mogelijkheid tot eindberging wordt gegeven door Posiva: een Fins bedrijf dat onderzoek doet naar de berging van nucleair afval. Volgens de informatie die gegeven wordt op de site gaat Posiva vanaf 2020 beginnen met eindberging, zoals te lezen staat op hun website ‘Thorough preparations and implementation will ensure the safety of final disposal’. Door 400 meter diep in de massieve bodem een container te plaatsen zal er, volgens Posiva, geen gevaar meer te verwachten zijn van het nucleair afval.

Echter, er is veel kritiek op Posiva (bijvoorbeeld vanuit Greenpreace die beweert dat er wel degelijk grote risico’s bestaan). De menselijke beschaving bestaat nog geen honderdduizend jaar, het is ondenkbaar dat wij nu de consequenties voor een dergelijk lange tijdspanne kunnen overzien en rekening kunnen houden met de mogelijke gevolgen. Het belangrijke tegenargument is onvoorspelbaarheid: hoe kunnen we nu zeggen dat er een risicoloze vorm van opslag is gevonden terwijl we nog niet alle aardprocessen begrijpen? [9]

De aanname ‘duurzaamheid’ binnen de milieuwetenschap

In vrijwel alle literatuur die hierboven gebruikt wordt komt dezelfde aanname naar voren, namelijk dat mens en natuur beschermd moeten worden tegen radioactief afval omdat mensen recht hebben op een veilig en gezond milieu; nu en in de toekomst. Zo staat op de site van de Centrale organisatie voor radioactief afval (COVRA) het volgende: ‘Het milieu moet beschermd worden tegen radioactief afval’.[10]  Ook de Europese Unie heeft als slogan op het gebied van milieu: ‘De wereld om ons heen beschermen, bewaren en verbeteren’[11], of specifieker op het onderwerp van kernafval: ‘to avoid imposing undue burdens on future generations’.[12] De aanname dat de toekomst zo duurzaam mogelijk zou moeten zijn wordt binnen de milieuwetenschappen niet betwist.

Een invloedrijk rapport uit 1987 van de VN commissie Brundtland heeft duurzaamheid als volgt omschreven: ‘het voorzien in de behoeften van de huidige generaties, zonder de toekomstige generaties hierdoor beperkingen op te leggen.’ Als we duurzaamheid nastreven, en dat gebeurt binnen de milieuwetenschappen, dan moeten we zeker zijn van veilige eindopslag van kernafval voor er aan te beginnen omdat we anders toekomstige generaties beperken door het voorzien in onze eigen behoefte nu.

Conclusie

Kernafval is vandaag de dag een discussiepunt in het kernenergiedebat omdat er nog geen risicovrije vorm van eindopslag is gevonden. Het feit dat radioactief afval lange tijd nodig heeft om te vervallen tot een ongevaarlijke stof is moeilijk te negeren voor huidige generaties omdat het kernafval schadelijke gevolgen heeft voor de gezondheid. Dat ook toekomstige generaties hier niet de dupe van mogen worden is vanuit de milieukunde een logisch gevolg uit de algemene aanname dat de wereld zou moeten streven naar duurzaamheid. Deze aanname van duurzaamheid is voor de milieuwetenschappen een voldoende rechtvaardiging om als abstract antwoord te geven dat hedendaagse generaties verantwoordelijk zijn voor toekomstige: wat wij als generatie nu beslissen en laten gebeuren heeft invloed op het leven dat mensen in de toekomst zullen hebben. Wij mogen niet verantwoordelijk zijn voor het opleggen van beperkingen voor toekomstige generaties.

Binnenkort een verrassende filosofische reflectie op deze verkenning.

 

Bronnen:

  1. Zie: http://www.nrg.eu/public/straling/node8.html geraadpleegd op 27 maart 2011.
  2. European Committee on Radiation Risk, ‘The Health Effects of Ionising Radiation Exposure at Low Doses for Radiation Protection Purposes’, (januari 2003) Green Audit Press.
  3. David JC MacKay, Sustainable Energy – without the hot air (2009) UIT: Cambridge, pp. 169-170.
  4. D.C. Giancoli, Natuurkunde: elektriciteit, magnetisme, optica en moderne fysica (Vierde druk: 2009) Pearsons Education Benelux: Amsterdam, vertaald door: Marianne Kerkhof, pp. 1280-1283.
  5. Zie: http://www.covra.nl/radioactief geraadpleegd op 27 maart 2011.
  6. Zie: http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/kernenergie/kernafval geraadpleegd op 27 maart 2011.
  7. J. van der Pligt, Kernafval, publieke acceptatie en beleid (november/december 1990) in: Energiespectrum.
  8. Zie: http://europa.eu/pol/env/index_nl.htm geraadpleegd op 28 Maart 2011.
  9. J. Holden, An introduction to physical Geography and the Environment, (Tweede Editie: 2008) Pearsons Education Limited: Edinburgh, pp. 327-331.
  10. Zie 4.
  11. Zie: http://europa.eu/pol/env/index_nl.htm geraadpleegd op 28 Maart 2011.
  12. Rapport van de European Commission Energy, Summary of the Impact Assesment (2010), Brussel.

Video: De toekomst volgens Hollywood

In deze video een overzicht van spectaculaire scenes uit diverse films waarin toekomstige steden en technieken figureren. Vijf minuten onvervalste toekomstmuziek. De muziek kan irritant zijn.

Zou het leven er in de toekomst werkelijk zo uit zien of is dit weer het zoveelste voorbeeld van wishful thinking?

Video: meubels van de toekomst

Hoe zouden meubels van de toekomst er uit zien? In ieder geval waarschijnlijk een stuk handiger dan de saaie, weinig flexibele meubels van nu. Een team ontwerpers ging helemaal los. Laat je verrassen door allerlei onverwachte vondsten in deze video.

Een belangrijke reden waarom mensen steeds nieuwe meubels kopen is dat het van die onhandelbare ondingen zijn, waar je je een breuk aan sleept als je ze verhuist. Waarom? Dat moet toch slimmer kunnen?

Dat dat ook kan, bewijzen de originele vondsten in deze clip.