economie

Gelukkige mensen zijn een absolute ramp voor de economie. Wat doen we aan deze bedreiging voor de staatsveiligheid?

De kunst van het problemen maken

Veel mensen geloven dat je rijk wordt door problemen op te lossen. Dat klopt, maar dan moeten die problemen er wel eerst zijn. Aan gelukkige mensen kan je namelijk niets verdienen. Daarom, in de naam van Volk, Vaderland en het Bruto Nationale Product een stoomcursus problemen maken voor beginners.

Geluk bedreigt economie

Iedereen wil graag gelukkig zijn. Tevreden zijn met wat je hebt en – vooral – dankbaar zijn, is daar onmisbaar voor. We mopperen in Nederland wel veel, maar hebben veel redenen om gelukkig te zijn. Onze levensverwachting is bijna de hoogste ter wereld, we hebben alles wat ons hartje begeert. Onze problemen zijn vergeleken die in bijvoorbeeld Moldavië, Burkina Faso of Somalië zelfs muizenissen. Dat is slecht nieuws voor de economie. Immers, gelukkige mensen kopen niets. Ook werken ze minder hard. En dat willen we natuurlijk niet. Het creëren van problemen is dan ook absoluut vereist voor werkgelegenheid. Daarom hier wat tips om het probleem van de gelukkige mensen op te lossen.

Kweek minderwaardigheidsgevoelens

Gelukkige mensen zijn een absolute ramp voor de economie. Wat doen we aan deze bedreiging voor de staatsveiligheid?
Gelukkige mensen zijn een absolute ramp voor de economie. Wat doen we aan deze bedreiging voor de staatsveiligheid?

Creëer een rolmodel dat onbereikbaar is voor de gemiddelde man of vrouw. Maak mannen wijs dat ze alleen met het nieuwste model benzineslurper een kans maken bij de meiden. Tot hun buurman een nog protseriger bak heeft natuurlijk. Zuinige auto’s zijn voor losers.
Ook vrouwen moeten er uiteraard aan geloven. Verander de mode voortdurend. Maak vrouwen wijs dat ze er als een Somalische vluchtelinge uit moeten zien. Photoshop is your friend. Negeer het feit dat de gemiddelde man op mollige vrouwen valt en de gemiddelde vrouw ook mollig is. Praat vrouwen een voortdurend minderwaardigheidscomplex wegens hun uiterlijk aan.

Maak mensen jaloers

Mensen zijn wat ze consumeren, niet wat ze denken, want denken levert niets op. Geef ze dus niet de kans hun eigen identiteit op te bouwen. Geef mensen het gevoel dat ze hun buurman of collega op het werk moeten overtreffen. Heeft hun collega een plasma-tv, laat ze daar dan overheen gaan met een monster van minimaal anderhalve meter diagonaal. Zo steken ze iedereen in hun kennissenkring de ogen uit, zodat ze zich het schompes gaan werken om een nog verpletterender statussymbool het huis in te kunnen slepen. Als ze met een burnout rondlopen, geen punt.  Nog meer problemen. Nog meer werkgelegenheid, voor apothekers, artsen, gezondheidskundig inspecteurs. En uitzendbureaus om voor invalkrachten te zorgen natuurlijk.

Stimuleer eenzaamheid

Een ander probleem is dat mensen graag op een kluitje op elkaar wonen. Ze delen zo met hun vieren een wasmachine, koelkast en magnetron. Ook voelen ze zich zo niet eenzaam genoeg. Dit is uiteraard absoluut dodelijk voor de economie. Het is veel beter om ieder alleen te laten wonen. Goed voor de woningmarkt en de werkgelegenheid in de bouwsector, want zo moeten er vier huizen komen waar er eerst maar een was. Zo kunnen ze zich omringen met massa-geproduceerde prullaria en gaan ze hun verdriet verdrinken in een café. Straf samenwonen dus af. Laat ambtenaren tandenborstels tellen en het watergebruik controleren om te voorkomen dat asocialen toch stiekem samen gaan wonen.

Zorg voor een compleet op hol geslagen ambtenarenapparaat

Geen moderne markteconomie zonder een neurotisch ambtenarencorps dat op commando van de politieke wind van hot naar her rent. Althans, doet alsof. Laat ze voortdurend nieuwe regels bedenken om zo het bedrijfsleven aan het werk te houden. Heb je vanwege politieke overtuigingen grote bezwaren tegen ambtenaren, leer dan van onze neurotische trigger-happy vrienden aan de overzijde van de grote plas. Zij krijgen hetzelfde voor elkaar met een compleet op hol geslagen juridisch apparaat. Een dode muis in je hamburger? Dan kan je de rest van je leven vakantie voeren op de Bahama’s. Bedrijven als Microsoft en Apple geven meer uit aan hun juristen dan aan softwareontwikkelaars. En het goede nieuws: deze juridische oorlogen komen naar ons toe. We gaan hier genieten van het beste van twee werelden. Lang leve de globalisering!

Lees ook:
Verdienen aan ellende

Zullen diersoorten straks naar grote bedrijven genoemd worden? Het zou een oplossing kunnen zijn voor de bezuinigingen op taxonomisch onderzoek.

Nieuwe inkomstenbron voor wetenschappers: reclame?

Stel, er wordt een nieuwe exoplaneet ontdekt door een door PepsiCo gefinancierde ruimtelescoop. Of een door Philips gesponsorde bioloog ontdekte een nieuwe tarantulasoort: Tarantula philipsii. Of een gesponsorde fysicus ontwikkelt een nieuw superzwaar element, cisconium. Is sponsoring van wetenschappelijk onderzoek door megabedrijven dé kans om de steeds kleiner wordende budgetten van overheden te vervangen?

Ideeën belangrijker dan fysieke producten

Fabrikanten als sportschoenenreus Nike geven vele malen meer uit aan marketing dan aan de feitelijke productie van de schoen. Gezien de enorme marketingbudgetten die er door fabrikanten tegenaan worden gegooid om hun producten op de markt te zetten, ligt hier een enorme kans. Zullen zaken als wetenschap en cultuur in de toekomst gefinancierd kunnen worden met marketinggelden? Op zich is het idee niet zo gek. De bedragen die bedrijven uitgeven aan marketing en reclame zijn enorm. Zo geeft Nike per jaar gemiddeld zo’n 2 miljard dollar uit aan marketing in diverse vormen. [1] Bij zaken als frisdranken of andere fast-moving consumer goods is het effect van marketing ook enorm. Er is, anders dan fabrikanten je willen doen geloven, maar weinig verschil tussen dranken als Coca Cola en merkloze cola. Of tussen Spa Rood en water uit de kraan. Deze artikelen moeten het dus van hun image hebben, de perceptie in het brein van de consument.

Wetenschap als brand building en sociale activiteit

Wetenschap is de meest effectieve methode die we kennen om de waarheid te benaderen. Door de grote effectiviteit van wetenschap heeft wetenschap en hebben de wetenschapsbeoefenaars een bijna mythische status verkregen. Om deze reden doen marketeers graag een beroep op ‘wetenschappelijke’ onderbouwing van hun beweringen over het product dat ze verkopen. Toch kan het ook anders. Bekend zijn bijvoorbeeld de door documentairezenders als Discovery Channel of NGC gesponsorde expedities naar bijvoorbeeld het wrak van de Titanic. Hier wordt wetenschap bedreven terwijl het de zenders veel free publicity verschaft. Bedrijven zouden dit ook kunnen doen door bijvoorbeeld onderzoek te sponsoren naar biodiversiteit in tropische regenwouden. Of wellicht door het ontwikkelen van een manier om arme mensen op een goedkope en effectieve manier aan schoon water te helpen.

Zullen diersoorten straks naar grote bedrijven genoemd worden? Het zou een oplossing kunnen zijn voor de bezuinigingen op taxonomisch onderzoek.
Zullen diersoorten straks naar grote bedrijven genoemd worden? Het zou een oplossing kunnen zijn voor de bezuinigingen op taxonomisch onderzoek.

Nieuw ontdekte soorten als reclamemedium

Er kruipen letterlijk nog miljoenen niet-ontdekte insektensoorten rond. Ook arachniden, weekdieren en andere groepen met zeer kleine dieren kennen nog vele duizenden tot miljoenen potentieel te ontdekken soorten. Nu ruimtetelescopen steeds beter worden, worden er ook steeds meer kleine asteroïden ontdekt. Hier zit voor een bedrijf natuurlijk ook een nadeel aan. Stel dat de pasontdekte asteroïde 131313 Centraalbeheer een snoekduik richting aarde neemt, dan zal de marketingafdeling toch echt even Apeldoorn moeten bellen. Ook de trotse naamgever van de sprinkhaan Schistocerca macdonaldsii zal minder blij zijn als het lieve beestje zijn kaken blijkt te zetten in gewassen. Dus wie weet zal sponsoring door bedrijven dan toch beperkt blijven tot TNO-onderzoeken of productontwikkeling…

Bronnen
1. On The Run, forbes.com (2008)

Watson in actie

Supercomputer wordt telefonische verkoper

Na het succes met triviantkampioen Watson, werkt IBM nu aan computers die net als een menselijke verkoper klanten kunnen bellen.

Verkopers aan de telefoon. Voor de meesten van ons een vaak terugkerend, irritant verschijnsel. Geen wonder dat het Bel Mij Niet-register razend populair is. Bedrijven huren callcenters in met laagbetaalde en dito opgeleide werkenden, die vaak een script moeten volgen om klanten dingen van vaak twijfelachtig nut te verkopen.

Supercomputer verkoopt zichzelf

Op dit moment ontwikkelt IBM de supercomputer Watson door als medisch expertsysteem, maar de volgende applicatie wordt een grotere groeimarkt: telefonische verkoop. Van verkopers wordt veel productkennis gevraagd. Menselijke verkopers hebben van een product, zeker als het om een enorm assortiment of zeer ingewikkelde producten gaat, niet alle informatie in hun hoofd. Een verkoper die er blijk van geeft een product niet te kennen, raakt de klant kwijt. Als een rekengorilla als IBM Watson verkopers zou kunnen ondersteunen, zou dit zich vertalen in veel meer effectieve verkopen. Watson is nu als eerste aan het werk gezet bij IBM zelf. Immers, het bedrijf verkoopt zeer ingewikkelde apparatuur waaronder… Watson zelf. Een computer die zichzelf verkoopt dus.

Watson als ultrakrachtige zoekmachine die mensentaal begrijpt

IBM Watson is in feite een krachtige zoekmachine die draait op de IBM-software DeepQA. Deze kan worden gebruikt om vragen te beantwoorden. Prop er een volle harde schijf van een terabyte aan technische documentatie in – dat kan algemene informatie voor een kennisquiz zijn, symptomen voor een medische diagnose of technische productdocumentatie – en DeepQA genereert er betekenisvolle informatie van, met andere woorden: interpreteert de kennis.  Zoekmachines als Google zijn al zeer goed in zoeken, maar DeepQA kan daarnaast ook zeer goed de dubbelzinnige menselijke taal begrijpen.
Dat bleek wel door zijn klinkende overwinning op menselijke tegenstanders in de kennis-spelshow Jeopardy.

Supercomputer vervangt compleet salesteam

Watson in actie
Watson in actie tijdens Jeopardy! – Wikimedia Commons

IBM zegt dat Watson in de huidige uitvoering alleen als technische ondersteuning voor verkopers dient, maar de verleiding voor bedrijven zal vermoedelijk erg groot zijn om hun verkoopteam de laan uit te sturen en Watson de honneurs waar te laten nemen. Als je eenmaal DeepQA hebt gevuld met data, zal het programma onvermoeibaar dag en nacht vragen beantwoorden. Een computer heeft als voordeel dat deze voor een mens niet bedreigend over komt en geen psychologische trucjes uit zal halen om je over te halen iets te kopen wat je helemaal niet wilt. Althans: nog niet.
Ook voor e-commerce is Watson interessant. Veel sites bieden een menselijke chatbot aan. Die kan vervangen worden door Watson. Idem door communicatie via Twitter en SMS. Klanten sturen hun vraag en Watson geeft antwoord.

Watson nog extreem duur

Helaas – of gelukkig – is DeepQA en de hardware waarop dit systeem draait in 2011, extreem zwaar en dus duur, zowel om te kopen als om te onderhouden. Watson bestaat uit tien server racks gevuld met in totaal negentig Power 750 servers, samen uitgerust met 2880 processoren en 15 terabytes RAM. 15 terabytes is volgens sommige schattingen de geheugeninhoud van onze hersenen. IBM geeft geen prijsopgave van de totale kosten van Watson, maar als je bedenkt dat een enkele server rond de 350 000 dollar kost, zal de totale kostprijs van een Watson in je schuur rond de 32 miljoen dollar bedragen. Tel daarbij nog het enorme stroomverbruik – een uurtje Watson aan het werk zetten kost je meer dan zestig kilowattuur, zo’n twaalf euro – plus het nodige technische onderhoud, en het is duidelijk dat alleen een groot bedrijf als IBM dit zich kan veroorloven. Althans: anno 2011. Anno 2021 zijn veel van deze diensten al via de cloud te huur. Ontwikkelt de hardware zich even snel als in de voorliggende periode, dan zitten we nog steeds op schema.

Mens overtroffen

De wet van Moore is echter nog lang niet uitgewerkt. Elke anderhalf tot twee jaar verdubbelt de computercapaciteit. Als je bedenkt dat de Cray Y-MP-supercomputer van einde jaren negentig van de vorige eeuw geleden, ook al zo’n elektriciteit-slurpend peperduur monster, minder kon dan een mobieltje nu, is de uitkomst duidelijk. Over tien jaar (en waarschijnlijk eerder, want er zijn vergevorderde plannen voor honderd keer snellere en zuiniger chips) lopen we met deze dingen op zak die slimmer zijn dan de meesten van ons. Laat de implicaties daarvan goed tot u doordringen, waarde lezer.

Meer info

Watson – interactieve animatie – IBM

pareto effect,. tachtig twintig principe

Pareto effect: het geheim van het tachtig-twintig principe

De Italiaanse econoom Vilfredo Pareto (1848-1923) ontdekte een opmerkelijke regel. Tachtig procent van de output, het resultaat, komt uit slechts twintig procent van de input, de inspanning. Door de Wet van Pareto consequent toe te passen is veel te bereiken en te besparen. Zou dit de oplossing zijn voor de uit de hand lopende overheidsuitgaven?

Twintig procent van de donoren geeft 80% van de inkomsten. Een voorbeeld van het Pareto effect. Bron: Wikimedia Commons

Het principe van Pareto
Pareto
was een enthousiast tuinier, zoals er velen zijn. Hij hield (en dat kwam minder vaak voor) nauwgezet bij welke van zijn erwtenplanten de meeste opbrengst gaven. Hij deed hierbij in 1906 een opmerkelijke ontdekking. Twintig procent van zijn erwtenplanten waren samen verantwoordelijk voor tachtig procent van zijn erwtenoogst. Toen Pareto er op ging letten, dook deze wetmatigheid ook bij andere verschijnselen op. Zo bleken twintig procent van de Italiaanse landeigenaren verantwoordelijk voor tachtig procent van het landbezit. Dit geldt ook voor de inkomstenbelasting. Er zijn heel veel landen waar het erger is, overigens. In feite bestaat er de zogeheten Pareto-index, waaruit de inkomensongelijkheid blijkt. Deze wetmatigheid is ter ere van hem later het principe van Pareto genoemd. Met Pareto zelf liep het minder goed af. De man trouwde met een Russin, die er later vandoor ging met een knecht. Hij raakte door zijn sociaal-darwinistische ideeën over de onvermijdelijkheid van ongelijkheid in fascistisch vaarwater. Dit maakte hem weinig geliefd.

Principe van Pareto vergroot winstgevendheid

Zijn principe wordt nu door zakenmensen gebruikt om hun winsten en doeltreffendheid te vergroten. Zo zijn doorgaans twintig procent van de klanten verantwoordelijk voor tachtig procent van de winst. Het is dus slim om die twintig procent te vertroetelen en af proberen te komen van de twintig procent van de klanten, die verantwoordelijk zijn voor tachtig procent van de klachten en kosten. Ook verkooppersoneel en advertentiecampagnes ontkomen niet aan Pareto’s scheermes. Want ook hier geldt: twintig procent is verantwoordelijk voor tachtig procent van het resultaat. Uiteraard konden we het niet laten het principe van Pareto op visionair.nl artikelen toe te passen. De twintig procent populairste artikelen zijn inderdaad verantwoordelijk voor meer dan tachtig procent van de bezoeken.

Pareto in het dagelijks leven

In feite geldt dit ook voor je dagelijks leven. Eenvijfde van je tijd ben je bezig met dingen die viervijfde opleveren van alles wat je doet. Het is dus slim om, bij te houden van welke dingen je het meeste plezier hebt en hoeveel tijd of geld ze je kosten. Is er een rotklusje dat je heel veel tijd kost maar wat maar weinig oplevert? Gaat tachtig procent van je geld naar een auto of een duur huis waar je nauwelijks plezier van hebt? Kijk dan of het niet mogelijk is daar een alternatief voor te verzinnen. Dit geldt ook voor overheidsuitgaven. Slechts een fractie hiervan is echt nodig. De rest kan worden wegbezuinigd en besteed worden aan de dingen die aantoonbaar wel wat opleveren. De grootste slokops, onderwijs en gezondheidszorg, zijn mooie voorbeelden. Tachtig procent van de uitgaven gaat naar twintig procent van de problemen. Eten, roken en alcohol drinken doen we maar een paar minuten per dag, maar de gevolgen op de gezondheid zijn zeer groot.

Grote bedrijven bedreiging voor werkgelegenheid en innovatie

Door de overheid worden grote bedrijven in de watten gelegd, daar waar middelgrote en kleine bedrijven de volle mep moeten betalen. Is dat terecht, of zou de overheid, als deze werkelijk voor de belangen van de Nederlandse bevolking opkomt, de prioriteiten anders moeten leggen?

Waarom zijn grote bedrijven slecht in sprongsgewijze innovatie?

Grote bedrijven zijn over het algemeen erg slecht in radicale innovatie. De reden is dat om een groot bedrijf te laten functioneren, de samenwerking en taakverdeling tussen de duizenden werknemers strak geregeld moet worden. Bij een groot bedrijf is daarom precies vastgelegd aan welk functieprofiel de ideale werknemer moet voldoen.
Dit heeft twee effecten die beide fataal uitpakken voor het innovatievermogen.

Paradijs voor ambtenaren

Grote bedrijven bedreiging innovatie
Kantoortuin Nederlands Schriftelijk Studiecentrum Culemborg. Wikimedia Commons

Ten eerste moedigt het aannamebeleid conformisten aan, die erg goed zijn in kunstjes nadoen maar erg slecht in nieuwe dingen bedenken. Om personeel in een strak georganiseerd bedrijf te laten functioneren, heb je gehoorzame, procedureel correcte en plichtsgetrouwe werknemers nodig.  Deze eigenschappen komen dan ook in functieprofielen te staan.

Ook zullen conformisten en risicomijders er alles aan doen om in een ‘veilig’ groot bedrijf aan het werk te kunnen. Het gevolg is dat jabroers en ambtelijke types oververtegenwoordigd zijn in grote bedrijven; creatievelingen overleven het functioneringsgesprek niet. De dorknopers bepalen de bedrijfscultuur. Op dit moment is creativiteit een gewilde eigenschap. Wat we dus nu zien zijn conformistische napraters, die zich vermommen als creatieveling.

Grote bedrijven zijn daarom doorgaans alleen in staat tot het gradueel verbeteren van bestaande producten (incrementele innovatie). Verwacht dus geen elektrische auto van een groot bedrijf; wel een maar liefst 2,9 % zuiniger benzinemotor. Ook zullen geiote bedrijven er voor terugschrikken om zichzelf uit de markt te prijzen. Een mooi voorbeeld is de digitale camera. Deze is uitgevonden door nota bene Kodak, de ooit toonaangevende fabrikant van fotocamera’s die uiteindelijk ten onder ging aan het negeren van de eigen uitvinding.

Tenzij een groot bedrijf een skunkworks of een vergelijkbare kleine taakgroep aanwijst die vrijheid van handelen krijgt. En bereid is met het hele bedrijf voor verandering te gaan en desnoods het bestaande verdienmodel op het spel te zetten. Dit gebeurt eigenlijk vrij zelden. Netflix is een mooi voorbeeld. En alleen bij grote bedrijven waar de oprichters nog aan het bewind staan. Zelfs dan is de kans groot dat het middenmanagement deze pootje gaat lichten.

Afbakeningen tussen functies

Ten tweede kennen grote bedrijven sterke afbakeningen tussen functies. Iemand die bijvoorbeeld in de afdeling Kwaliteitsbewaking werkt en een briljant verkoopidee heeft, zal zich wel driemaal bedenken voordat hij het ook maar waagt Marketing in te lichten. De kans is namelijk groot dat deze afdeling zich beledigd zal voelen en daarom een klacht gaat indienen bij het hoofdmanagement.

De meeste innovatie vindt nu net plaats op deze randgebieden (interdisciplinair). Bij een klein bedrijf is dat een stuk minder erg. Het gebrek aan resources wordt hier meer dan goed gemaakt door de grotere vrijheid en het gevoel van kameraadschap tussen het kleine groepje personeelsleden, waardoor een veilige omgeving ontstaat voor het uiten en uitvoeren van echte doorbraken.  Tenzij ze door de juridische afdeling van een groot bedrijf worden kapotgeproduceerd wegens het schenden van een blanket patent natuurlijk.

Uit het eerder genoemde rapport blijkt overigens nog meer: juist de bedrijven waar het meeste wordt geïnnoveerd, hebben het minste last van de economische crisis. Voor een jaar of tien alle patenten opschorten zou de economische crisis dan ook onmiddellijk beëindigen.

Waarom grote bedrijven het dan toch volhouden? 

Dit heeft enkele belangrijke oorzaken. Ten eerste het schaalvoordeel. Een groter bedrijf kan grootschalig inkopen, adverteren en produceren. En intern financieren: een groot concern is voor een groot deel zijn eigen klant. Dit scheelt tientallen procenten.

Ten tweede maken grote bedrijven graag misbruik van hun marktmacht, bijvoorbeeld om hoge kortingen te eisen en rekeningen veel later te betalen. Een kleine ondernemer laat dat wel uit zijn hoofd. Ze kunnen ook een kleine concurrent opkopen en bruikbare elementen kannibaliseren, bijvoorbeeld personeel of kennis.

Ten derde hebben grote bedrijven vaak goede contacten met de politiek, waardoor ze gemakkelijker aan vergunningen, belastingvoordeeltjes (in Nederland bekend als de zogeheten “rulings”)  en overheidsopdrachten kunnen komen. Ook hun gemakkelijke toegang tot kapitaal (goedkope bankleningen, aandelenbeurzen) waarmee ze kleine concurrenten op kunnen kopen of met oneerlijke handelspraktijken van de markt kunnen drukken is een belangrijk concurrentievoordeel.

Geen armoede na invoeren van energieconstante!

Energie is de valuta van de natuur. Dus een op zonne-energie gebaseerde valuta ligt voor de hand. Bron: Micha Jost/Wikimedia Commons, CC BY-SA 3.0

Het kapitalisme is gebaseerd op geld dat eigenlijk  geen waarde heeft. Dit betekent dat al ons geld eigenlijk waardeloos papier is.  Wie kijkt op een bankbiljet,  zal zien dat er geen enkele verwijzing naar waarde opstaat.  De waarde van geld wordt puur bepaald door de hoeveelheid die er van in de omloop is.  Met behulp van dit mechanisme bepaalt de Europese Centrale Bank  (ECB), wat jouw inkomen is en jouw koopkracht.

Problemen

Dit economische systeem zorgt voor veel problemen. Ze heeft als nadeel dat prestaties niet worden beloond naar dat ze werkelijk waard zijn. Een bouwvakker verdient veel minder dan een autoverkoper, terwijl het beroep bouwvakker veel meer lichamelijke inspanning vergt dan het beroep verkoper. Daarbij komt nog kijken dat als de autoverkoper meer tevreden klanten gemaakt heeft deze nog een extra bonus krijgt bovenop zijn al goede salaris omdat hij zijn baas hier erg blij mee maakt. Als de bouwvakker zijn baas blij maakt door ipv. in 2 uur een muurtje te metselen dit in 1 uur te doen dan zal hij hooguit een tientje extra krijgen, maar hij zal hierom niet gouw 2 keer zoveel gaan verdienen.  De onderste laag van een kapitalistische maatschappij zijn de mensen die het minst verdienen, maar wel de meeste arbeid (W) per euro/dollar verichten.

Natuurkunde

Iemand met enig verstand van natuurkunde zal hieruit moeten concluderen dat iets hier niet klopt! Hij concludeert dat het geld zoals we het nu kennen niet gerelateerd is aan energie. Dit aan de hand van een paar formules om de energetische waarde van een gebeurtenis uit te rekenen.

Deze luidt: W= F x S (Arbeid is kracht keer afstand).

in dit geval moet de factor, tijd (T) ook worden meegerekend:

W= F x S /T (T in kwadraat) (arbeid= kracht keer afstand gedeeld door tijd in het kwadraat.

Daarnaast nog de formule voor de bewegingsenergie, Alhoewel deze formule geldt voor een beweging met een bepaalde versnelling, staat deze dus gelijk aan de werkdruk in een bedrijf.

E bew= 1/2 x M x V (V in het kwadraat rekenen) (energie is 1/2 van de massa keer versnelling in het kwadraat. De uitkomsten van de formules worden opgeschreven in de eenheid van energie, de joule.

Bij de laatste 2 formules komt er dus een afwijking in de benodigde energie voor een prestatie. Zodra de werkdruk 2x zo hoog wordt kost dit dus 4x meer energie. Hierbij kan het huidige geld dus geen SI-eenheid zijn.

Economie op basis van energie.

Als we de waarde van ons geld relateren aan energie/arbeid dan zal het verschil in rijk en arm snel kleiner worden.  De rijkdom van ons zal dan worden beslist door de hoeveelheid energie die voor handen is. Dit zal er dus voor zorgen dat niet slechts enkelen rijker worden en de meesten armer, maar juist zorgen dat we met zijn alle rijker worden. De ene misschien iets meer dan de ander alhoewel en dat is ook niet verkeerd zolang iedereen een beter welzijn heeft. Het zal de maatschappij stimuleren en motiveren duurzamere en betere energie bronnen te gaan benutten. We zullen dan met zijn alle van de Aarde en het zonnestelsel een optimale plek maken voor de mens maatschappij en natuur.

economie bnp

Gross output (bruto output) vervangt BNP op veel punten

Uit onderzoek blijkt, dat we waarschijnlijk al die jaren volkomen verkeerde dingen hebben gemeten. Zo blijkt ‘gross output’ veel nauwkeuriger te voorspellen hoe de bedrijvigheid zich ontwikkeld, dan het bejubelde bruto nationaal product BNP.

‘Goed voor de economie’  doorgaans slecht voor de bevolking

‘Goed voor de economie’ is een mantram, waarmee politici graag impopulaire maatregelen verkopen, zoals de rampzalige bezuiniging op de gezondheidszorg in Griekenland. De gezondheidsschade is vele malen groter dan de minieme besparing. De reden: het is in het geheel niet duidelijk wat met ‘economie’ wordt bedoeld en al helemaal niet onder de hogepriesters van de nieuwe religie der economie. Door rekenfouten moet Nederland zelfs opdraaien voor een zware naheffing van Brussel.

Consumptie telt even zwaar als investeren in BNP

Al eerder beschreven we op Visionair de absurditeit van het gelijkstellen van een zonnepaneel met een diner voor een vriendengroepje in een vijfsterrenrestaurant. Hoewel beide ruwweg hetzelfde kosten, is het diner voor altijd verdwenen in de magen van het vriendengroepje, en kan je de voedingswaarde voor ongeveer 1% van de kosten bereiken. Als er al sprake was van voedingswaarde. Het zonnepaneel, daarentegen, betaalt zichzelf in enkele jaren terug. Toch is het zonnepaneel in de BNP-berekening gelijkgesteld aan het luxueuze diner. Geen wonder dus dat de pseudowetenschap der economie er geregeld fors naast zit en dat economen geregeld domme uitspraken doen als: door een hogere consumptie groeit de economie.

gross output ipv bnp
Een duur etentje draagt evenveel bij aan de economie als een zonnepaneel dat evenveel kost. Vinden economen. Bron: Abiy Ahmed, Wikimedia Commons, CC-BY-SA 4.0

Dit komt door de berekening van het BNP. De totale bedrijvigheid in een land wordt gezien als een piramide, met onderin de winning van grondstoffen en bovenin de consumptierijpe producten en diensten, de ’toegevoegde waarde’. Verkoopt een fabrikant een smartphone voor 300 euro, en kostte het 250 euro om deze te maken, dan is de toegevoegde waarde 50 euro. Als de computer- en smartphonefabrikant Apple de prijzen van zijn goedkoopste computer, de Mac Mini, verhoogt terwijl de mogelijkheden van de hardware minder zijn dan die van de voorganger, stijgt het BNP. Immers, meer toegevoegde waarde, Apple maakt meer winst en de consumenten geven meer uit. Desondanks worden Apple-gebruikers opgescheept met een slechter product. Alleen Apple schiet hier wat mee op.

Kortom: we hebben een betere maat nodig dan het BNP alleen.

Gross output als nieuwe economische maat

Gross output, bruto output, lijkt deze behoefte beter te vervullen. Bruto output meet alleen de totale bedrijvigheid, niet hoe deze bedrijvigheid bijdraagt aan de winst. Gross output meet dus als het ware dubbel: gross output is inkoop + verkoop. In het voorbeeld van de smartphone is de gross output per smartphone € 250 + € 300 is € 550. Omdat bedrijven graag allerlei fiscale trucs uithalen, zoals transfer pricing en het in rekening brengen van royalties door een bv die in een belastingparadijs zoals Nederland is ondergebracht, geeft gross output ook een duidelijker indruk van de werkelijke activiteit.

Meer informatie


Beyond GDP: Get Ready For A New Way To Measure The Economy, Forbes, 2013
Gross output (Wikipedia)

Anonieme rijkdom moet verboden worden

Een handjevol extreem rijke families en hun handlangers beheerst het internationale bedrijfsleven. Hierin slagen ze doordat er anonieme rijkdom bestaat. Niemand weet wie de werkelijke eigenaren zijn van grote banken en bedrijven. Het gevolg: extreme ongelijkheid en menselijke ellende.

Geld als macht

Kapitaal in het algemeen is een afspraak, dat een bepaalde persoon eigenaar is van een bepaald waardevol iets. De eigenaar van een huis mag bijvoorbeeld (in principe, er zijn de nodige uitzonderingen) volgens de wet als enige bepalen wat er met het huis gebeurt.

Alle andere mensen erkennen in principe dit recht. Hiermee wordt de vrijheid van deze andere mensen ingeperkt. Wie zonder toestemming van de eigenaar in een huis gaat wonen, wordt door de politie opgepakt.

Dit geldt ook voor meer abstracte vormen van bezit, zoals aandelen in een bedrijf of een bank. Van een huis is altijd via het kadaster bekend wie de eigenaar is.

Van aandelen is dat minder transparant. Zo bestaan er aandelen op naam, overigens is deze naam alleen te achterhalen als je accountant of advocaat bent, maar bij de naamloze vennootschap (NV) ook anonieme aandelen aan toonder.

anonieme rijkdom
Vijftienduizend tot twintigduizend miljard dollar wordt gecontroleerd door gezichtsloze entiteiten. – Bron: Allen Watkin op Wikipedia (cc-by-sa-2.0)

Geheim bezit, anonieme rijkdom

Ter vergelijking: grote bedrijven kunnen gedetailleerde klantenbestanden kopen van bijvoorbeeld Facebook of Google. Ook kunnen aandelen weer in handen zijn van een ander bedrijf. Vaak zitten er bij bedrijven wel vijf of meer zogeheten houdstermaatschappijen of holdings tussen het uiteindelijke bezit en de mensen die eigenaren zijn. Het ultieme financiële walhalla is de trust. De begunstigde van een trust is volkomen anoniem. Dit betekent dat het mogelijk is een imperium van duizenden miljarden te besturen zonder dat de rest van de wereld door heeft dat er een persoon of groep achter zit.

De totale hoeveelheid anoniem bezit is enorm. We praten over 15 000 tot 20 000 miljard dollar, schat Forbes-medewerker James S. Henry[1]. Dat is voldoende om de gehele Amerikaanse of Europese overheidsschuld af te lossen.

Anonieme rijkdom: macht zonder controle

Het gevolg is macht zonder gezicht. Beschermd door een leger agressieve deurwaarders en politiemensen kunnen kapitalisten doen en laten met hun bezit wat ze maar willen, ook als anderen daardoor sterk benadeeld worden. Een uitstekend voorbeeld is het internationale bankenkartel, dat de centrale banken monopoliseert en nu de facto de gelduitgifte in handen heeft. Het is niet openbaar, wie de aandelen van de Nederlandsche Bank NV in handen heeft (al wordt de indruk gewekt dat dit de staat der Nederlanden is, de precieze eigendomsverhoudingen zijn onduidelijk).

‘Befehl ist Befehl’

Bestuurders kunnen hun verantwoordelijkheid ontlopen, omdat ze de wettelijke plicht hebben zoveel mogelijk winst te maken. Winst ten bate van de anonieme aandeelhouders. Hierdoor ontstaat een onbeheersbaar monster, de corporatie, die slechts één doel heeft: zoveel mogelijk winst uitkeren aan de aandeelhouders ten koste van alles.
Bestuurders kunnen zeer onethische en gewetenloze beslissingen nemen – en nemen deze ook doorgaans – zonder hiervoor persoonlijk aansprakelijk gesteld te worden. De enige strafbare handeling is de corporatie (i.e. de aandeelhouders) benadelen. Met andere woorden fraude. De grenzen van de wet opzoeken om hiermee de corporatie zoveel mogelijk winst te bezorgen is dan weer toegestaan en zelfs bewonderenswaardig, aldus de wetgever.

Eindig anonieme rijkdom, maak alle eigendomsstructuren openbaar

Alle bezit betekent inperking van de vrijheid van anderen. Op beperkte schaal is dit nuttig – zo wil je als bewoner graag van je privacy kunnen genieten of als kleine ondernemer groeien en investeren in nuttige dingen. Het probleem is niet zozeer bezit, maar de anonimiteit van bezit.  Immers, als mens lever je vrijheden in ten behoeve van het bezit van anderen, maar je weet niet aan wie.

Stel, je zou weten dat de familie Rothschild of de familie al-Saoed grootaandeelhouder is van een bepaald bedrijf, dan kan je dat bedrijf boycotten. Dit zou macht aan de consument teruggeven. Ook vergroot dit de sociale druk op rijkaards hun bezit op positieve en productieve wijze aan te wenden.

Lees ook:

Kunstmatige levensvorm vernietigt aarde
‘Wereld gecontroleerd door 147 bedrijven’
Sociale druk stopt belastingontwijking
Bezit dat niet bestaat

Bronnen
1. James S. Henry, Tax Offshore Wealth Sitting In First World Banks, Forbes.com

Planned obsolescence: waarom er geen eeuwigdurende gloeilamp was

De aluhoedjes hebben gelijk. Niet voor niets was er geen eeuwigdurende gloeilamp te koop. Keer op keer maken fabrikanten doelbewuste ontwerpbeslissingen om zoveel mogelijk te kunnen verkopen. Ontwerpbeslissingen, die meer vervuiling en meer uitputting van grondstoffen betekenen. Maak kennis met planned obsolescence.

Wat is planned obsolescence?

Op een gegeven moment zijn producten overbodig geworden. Soms komt dat door normale slijtage die niet te voorkomen is. Soms door technische veroudering. Of omdat ze uit de mode raken. En soms, omdat het de bedoeling is dat ze veel sneller kapot gaan dan normaal. Of achteruit gaan in functies, omdat de fabrikant, bijvoorbeeld Apple, geniepig de prestaties omlaag schaalt in smartphones. Zodat consumenten een dure, nieuwe smartphone moeten kopen. Dit laatste concept is “planned obsolescence” (geplande overbodigheid) genoemd.

De “Centennial Light Bulb” brandt al meer dan een eeuw onafgebroken, maar geeft nu veel minder licht dan in het begin. Planned obsolescence maakt dat gloeilampen korter, maar feller branden. Bron: Wikimedia Commons/LPS.1

Waarom bestaat planned obsolescence?

Voor een belangrijk deel is dit aan fabrikanten te wijten. Maar ook aan ons, de consumenten. Keer op keer kiezen we voor modeartikelen in plaats van voor kwaliteit die een leven lang meegaat. En vooral aan ons economische model. Verandering registreren we als groei. Een economie waar in hoog tempo de natuur wordt omgezet in een afvalberg, kent veel hogere groeicijfers dan een Eldorica-achtige economie, waar bijvoorbeeld auto’s honderd jaar lang meegaan en huizen een kleine eeuwigheid.

Wat zijn de gevolgen?

Voor fabrikanten is er natuurlijk een enorm voordeel: meer verkopen. Maar ook de extra werkgelegenheid die planned obsolescence oplevert doet het goed in de werkloosheidscijfers. En voor de belastinginkomsten.

De prijs die de aarde, en dus wij, hiervoor betaalt is echter erg hoog. Veel meer afval en luchtvervuiling door het fabricageproces. Een lagere levenskwaliteit. Uitputting van moeilijk vervangbare grondstoffen.

Een einde aan planned obsolescence?

Geen wonder dat ook overheden met duurzame doelstellingen nu steeds meer proberen in te grijpen. Zo heeft de Franse Assemblée in de jaren tien een boete van 300.000 euro vastgesteld voor bedrijven die zich schuldig maken aan planned obsolescence. De Europese Unie bereidt nu wetgeving voor die het verplicht stelt, om apparaten repareerbaar te maken. Dus smartphones waarvan de batterij niet meer vervangen kan worden, zullen dan tot het verleden gaan behoren.

Ook is het de vraag of er geen slimmere manieren zijn om publieke goederen als werkgelegenheid en bestaanszekerheid te produceren, dan overconsumptie met een eindeloze berg afval.

En de eeuwigdurende gloeilamp? We hebben nu iets dat in alle opzichten beter is. LED-lampen zijn vier maal zo zuinig als gloeilampen en gaan rond de 100.000 branduren mee. Dat is ongeveer een mensenleven. Honderd maal zo lang als gloeilampen in de tijd van planned obsolescence.

Economie: lucht en werkelijke waarde

Berekeningen van het Centraal Planbureau zijn heilig tijdens de verkiezingsstrijd. Wee de partij die “zijn huishoudboekje niet op orde heeft”. Maar hoeveel hebben economische modellen met de werkelijkheid te maken?

IJslandse berglucht is niet de enige lucht die wordt verkocht in de moderne economie. Bron/copyright: Idontspeakicelandic.com

Hoe denken economen?

Het wereldbeeld van economen stelt materieel bezit gelijk aan waarde. En waarde is wat de gek er voor geeft, de “onzichtbare hand van de markt”, zoals de grondlegger van de moderne economische theorie Adam Smith het omschreef. Hoe schaars iets is, bepaalt de waarde. Goud is erg duur, en lucht gratis, hoewel we ongeveer vijf minuten zonder lucht kunnen en ons hele leven zonder goud. Schaarste kan natuurlijk zijn, zoals goud, maar ook kunstmatig opgewekt worden. Bijvoorbeeld, door te verbieden om huizen te bouwen. Op die manier kan je de economie indrukwekkend laten groeien.

Als onze levensverwachting tien jaar daalt, maar de kosten van de gezondheidszorg dalen met tachtig procent omdat mensen dood gaan voor ze geld kosten, dan is dat economisch gezien gunstig beleid. Verdubbelen de huizenprijzen door schaarste? Gefeliciteerd, groot staatsman. U heeft de bankiers van dubbel zoveel inkomen voorzien. En dankbare kiezers, uiteraard, die zich rijk rekenen met deze gebakken lucht. En zich nog extra in de schulden steken. Kassa! Uw herverkiezing, en daarna een goedbetaald baantje bij een grote bank, kan u niet meer ontgaan.

Wie geen huis meer kan betalen, is een luilak. Dus uiteraard kort je dat soort luilakken als ze samen gaan wonen. Weliswaar is het dan snel afgelopen met het tekort aan sociale huurwoningen, en is eenzaamheid ook iets van het verleden, maar de huizenprijzen gaan dan flink dalen. Dat is economisch gezien een “enorme verliespost”. Die mensen hebben natuurlijk ook geen geld meer om kinderen te krijgen.

Maar daar is ook een “economisch verantwoorde” oplossing voor. Import van veel laagopgeleide asielzoekers drukt de lonen en verjongt, op papier, de bevolking. Een wat meer kritische berekening door enkele wetenschappers van de economische faculteit van de Universiteit van Amsterdam fietst hier doorheen, maar wordt op de bekende wijze doodgezwegen. Wie er op wijst dat we in bijvoorbeeld Libanon vele malen meer mensen kunnen helpen als we daar opvang betalen, en we de economische sancties tegen Syrië op moeten heffen om de Syriërs te helpen in plaats van de FSA-terroristen te voorzien van Toyota’s, is uiteraard een “racist” en “fascist”.

Gezondheidsschade

Een ander mooi voorbeeld van kortzichtig economisch denken vinden we in de gezondheidszorg. Uit wetenschappelijke onderzoeken blijkt keer op keer dat ernstige ziekten als hartklachten, aderverkalking, Parkinson en Alzheimer sterk samenhangen met infecties door bepaalde mondbacteriën. Het zou dus heel veel medische kosten schelen, en, belangrijker, de levenskwaliteit enorm verhogen, als alle tandartszorg in het basispakket belandt. Dat is indertijd niet gebeurd. Want dat leverde het kabinet Balkenende een mooie bezuiniging op. Nu betalen we de rekening, met een explosieve stijging van deze ziekten tot gevolg. De gezonde levensverwachting in Nederland is binnen de EU erg laag: rond de 57,8 jaar voor vrouwen. Een kleine drie jaar korter dan die in hekkensluiter Letland (54,9 jaar). Ter vergelijking: Zweedse vrouwen kunnen een kleine twintig jaar langer van een goede gezondheid genieten: 73,3 jaar[3].

Sigrid al-Qaq-Kaag (D66) heeft het beste economische beleid. De Pil van Drion, die D66 gratis en vrijwillig ter beschikking wil stellen, scheelt miljoenen euro’s aan zorgkosten[4]. Geen wonder dat D66 onder oudjes wat minder populair is en al-Qaq-Kaag juist erg geliefd bij topbankiers.

Bronnen

  1. Nederland steunde ‘terreurbeweging’ in Syrië, NOS.nl, 2018
  2. dr. J. van de Beek et al., Grenzeloze verzorgingsstaat: de gevolgen van immigratie voor overheidsfinanciën, UvA/DemoDemo, 2020 *
  3. Levensverwachting – Nederland langs de Europese meetlat, 2019, CBS (2020)
  4. Euthanasie bespaart 130 miljoen euro – Katholiek Nieuwsblad (2019)

* Dit onderzoek is uitgevoerd in opdracht van het Renaissance Instituut, de denktank van FvD. Visionair.nl verwerpt alle discriminatie op basis van afkomst, huidskleur of sekse, anders dan sommige appgroep-leden van FvD, waaronder de partijvoorzitter, doen.