Olieslurpende voertuigen worden snel elitair statussymbool
Nu het produceren van aardolie steeds duurder wordt – laat je niet misleiden door de lage olieprijzen nu- en zonne-energie steeds goedkoper, is het onvermijdelijk, dat de benzineslurper dezelfde weg zal opgaan als het paard en de koets eerder. Alleen de absolute elite kan het zich dan nog veroorloven zich op deze vervuilende wijze te verplaatsen.
Waarom olie steeds duurder zal worden
Aardolie is een eindige grondstof. Er zit weliswaar nog veel olie in de grond, maar deze wordt steeds moeilijker om te winnen. De reden: de makkelijk winbare olie, zoals de stroperige olie waarmee de oude Babyloniërs hun gebouwen aan elkaar teerden, is al lang geleden opgepompt en verstookt. Waar vroeger met de energie in een vat olie honderd vaten olie konden worden gewonnen, ligt dat getal voor teerzand nu op 2:1. U leest het goed, waarde lezer. Met pijn en moeite kan de dubbele energieinhoud uit de ‘onuitputtelijke’ voorraad teerzand worden gewonnen.
En zonne-energie steeds goedkoper
Een omgekeerd effect treedt op met zonne-energie. Anders dan olie, raakt zonne-energie de eerste vijf miljard jaar niet op. Ook voor zonnepanelen kunnen grondstoffen worden gebruikt, zoals silicium, die letterlijk met bergen op aarde aanwezig zijn. Ook worden zonnepanelen steeds zuiniger met grondstoffen: per atoom kan er steeds meer energie worden gewonnen. Het onvermijdelijke gevolg is dat zonne-energie jaar na jaar in prijs daalt.
Tesla straks wagen voor Jan Modaal, benzineslurpers als toekomstige Gouden Koetsen
Zoals bekend worden de niet-bastaard leden van de familie van Lippe-Biesterfeld elk jaar tijdens Prinsjesdag naar de Staten Generaal gereden in een vergulde koets, voortgetrokken door een aantal paarden. De koets is nu een statussymbool, waar bruidsstelletjes en hooggeplaatste gasten zich in laten vervoeren. Of toeristen in het New Yorkse Central Park.
Dat was anderhalve eeuw geleden wel anders. De koets was in die tijd een soort bus. Wilde je van de ene stad naar de andere reizen, dan moest je gebruik maken van de postkoets of de trekschuit. Auto’s zijn nu goedkoper dan koetsen, omdat een auto geen weiland en stalknecht nodig heeft. De opvolger van de benzineauto, de elektrische auto, zich technisch gezien veel simpeler in elkaar dan de benzineauto. Met een permanente magneet, een stroombron en een koperdraad kan zelfs een kind van acht jaar al een werkende elektromotor maken. Dat, kan ik u verzekeren, is met een viercylindermotor wel anders. De reden, overigens, dat elektrische auto’s al vijftig jaar voor de benzineauto bestonden. Kortom: zodra goedkope accu’s echt door gaan breken, zullen elektrische auto’s veel goedkoper om te maken zijn dan de benzineauto. Zonder de accu zijn ze dat nu al, met stukken.
Zowel de steeds duurdere benzine als de ingewikkelde constructie zullen van de benzinemotor een uitstervende technieksoort maken. Alleen de rijken zullen zich deze motoren nog kunnen veroorloven. Dus wij durven de voorspelling wel aan, dat rond 2030, dat is minder dan vijftien jaar na nu, de benzineauto het ultieme statussymbool zal worden. Benzine zal in luxe cadeauverpakkingen door de petroleur verkocht worden. De buren van de bezitter van een benzineauto zullen jaloers de verstikkende dampen opsnuiven. Met een meewarige glimlach. En het portier van hun snelle, geruisloze en goedkope elektromobiel, dicht beplakt met gitzwarte, hyperefficiente zonnepanelen, achter zich dichttrekken, blij dat ze in een tijd leven waarin er geen rampzalige oorlogen meer om olie worden gevoerd.
Olieslurpende voertuigen worden snel elitair statussymbool Meer lezen »